Terug naar zoekresultaten

3.19.25 Inventaris van het archief van de heerlijkheid Hoogeveen in Rijnland, 1451-1903

Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

3.19.25
Inventaris van het archief van de heerlijkheid Hoogeveen in Rijnland, 1451-1903

Auteur

J. Fox

Versie

15-12-2020

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
1960 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Heerlijkheid Hoogeveen (Rijnland)
Heerlijkheid Hoogeveen (Rijnland)

Periodisering

oudste stuk - jongste stuk: 1451-1903

Archiefbloknummer

35278

Omvang

; 30 inventarisnummer(s) 0,10 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven en gedrukte teksten. De Nederlandstalige stukken van vóór ca. 1700 zijn geschreven in het gotische cursiefschrift, met name in de oud-Hollandse klerkencursief.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Heerlijkheid Hoogeveen in Rijnland

Samenvatting van de inhoud van het archief

Het archief bevat stukken van de Heerlijkheid Hoogeveen in Rijnland, oorspronkelijk een leen van de graven van Holland. De heerlijkheden zijn opgeheven bij de grondwet van 1848. Het archief bevat o.a. akten en leenakten van de Staten van Holland en West-Friesland, brieven betreffende de vervulling van ambten, stukken betreffende de droogmaking van zgn. noordplassen bij Hazerswoude en financiële stukken.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
De Heerlijkheid Hoogeveen in Rijnland 1451-1903
De ambachtsheerlijkheid Hoogeveen in Rijnland (thans gem. Benthuizen) moet wel onderscheiden worden van de ambachtsheerlijkheid Hoogeveen in Delfland (thans gem. Nootdorp). Eerstgenoemde heerlijkheid was een leen van de graven van Holland, later van de Staten van Holland en West-Friesland.
De oudst bekende leenakte is die voor Willem, heer van Egmond, broeder tot Gelre. Deze werd in 1451 door Philips van Bourgondië beleend met de heerlijkheden en goederen, die hij van zijn vader heer Jan van Egmond had geërfd. Daaronder wordt genoemd: "die ambochtsheerlicheyt van den Hogenveen gemeen mit den heere van Brederode" ( A. R. A., Archief van de Leen- en registerkamer van Holland inv. no. 116 Principium 1447-1459 Cas G, caput Kennemer and fo. XII-XIII. ) . Vast staat, dat de heren van Egmond en van Brederode al veel langer in deze omgeving gegoed waren. Onzeker is, wanneer de Brederode's zich uit het gemeenschappelijke bezit van de heerlijkheid Hoogeveen hebben teruggetrokken. Dit moet in elk geval gebeurd zijn vóór 1530 ( Karel graaf van Egmond wordt nl. in dat jaar met de ambachtsheerlijkheid Hoogeveen beleend zonder dat sprake is van deegerechtigdheid van de heer van Brederode. Archief van de leen en registerkamer van Holland inv. no. 125 Caroli imperatoris Germaniae 1528-1536 Cas H, Caput Vriesland fol. IX-IX verso. ) . Aan Mr. Simon van Veen, die de ambachtsheerlijkheid Hoogeveen van Lamorael II graaf van Egmond kocht, hebben de Staten van Holland en West-Friesland in 1600 ook de hoge heerlijkheid geveven, voor hem zelf en zijn opvolgers ( Hierna Inv. no. 7. Zie ook in inv. no. 31 het afschrift van deze akte uit het Archief van de Leen- en registerkamer van Holland. ) . De heerlijkheden zijn opgeheven bij de grondwet van 1848, maar - zoals dat meestal ging - hebben de nazaten van de vroegere heren en vrouwen van Hoogeveen zekere rechten en belangen aldaar behouden, die ten slotte zijn vererfd op Constance, gravin von Rechteren Limpurg Speckfeld, echtgenote van Mr. G. van den Boom te Eefde (Gld.). Bij deze Inleiding sluit een lijst aan van heren en vrouwen van Hoogeveen ter verklaring van de in de inventaris voorkomende namen ( Deze lijst is in hoofdzaak ontleend aan Archief van de Leenen registerkamer van Holland, inv. no. 229 repertorium Noord-Holland fol. 1017-1019 verso en de akten, waarnaar door dit repertorium wordt verwezen. ) .
Lijst van heren en vrouwen van Hoogeveen 1451-
A. Bezitters van de ambachtsheerlijkheid.
  • Jan II, heer van Egmond † 1451, daarna zijn na te noemen zoon Willem, in gemeenschap met Reinout, heer van Brederode.
  • Willem heer van Egmond, broeder tot Gelre, beleend 1451, † 1483.
  • Jan I graaf van Egmond, zoon van de voorgaande 1483-1516.
  • Jan II graaf van Egmond, zoon van de voorgaande, beleend 1516, † 1528.
  • Karel graaf van Egmond, zoon van de voorgaande, beleend 1530, † 1541.
  • Lamoraal I graaf van Egmond, broeder van de voorgaande, beleend 1542, †1568.
  • Philips graaf van Egmond, zoon van de voorgaande, beleend 1578, maar trad in 1579 in Spaanse dienst, † 1590.
  • Lamoraal II graaf van Egmond, broeder van de voorgaande, 1590-1600, verkoopt de ambachtsheerlijkheid in laatstgenoemd jaar.
B. Bezitters van de ambachtsheerlijkheid en de hoge heerlijkheid - (na 1848 van de overblijvende rechten).
  • Mr. Simon van Veen, beleend 1600, † 1610.
  • Mr. Ysnout van Veen, zoon van de voorgaande, beleend 1611, † 1639.
  • Symon van Veen, zoon van de voorgaande, beleend 1639, verkoopt de heerlijkheid in 1642.
  • Jacob van der Graeff, burgemeester van Helft, beleend 1642, † 1651.
  • Mr. Nicolaes van der Graeff, zoon van de voorgaande, beleend 1651, † 1670.
  • Aelbert van der Graeff, kleinzoon van de voorgaande, beleend 1673, † 1680.
  • Emilia torm, nicht van de voorgaande, beleend 1681, † 1738. (Zij was in tweede echt gehuwd met Mr. Gerard Storm.)
  • Mr. Gerard Hendrick Storm, zoon van de voorgaande, beleend 1738, † 1749.
  • Cornelia de Ruyter, weduwe van de voorgaande, beleend 1750, verkoopt de heerlijkheid meteen.
  • Jacob Arent Baron van Wassenaer, heer van Hazerswoude, beleend 1750, † 1767.
  • Carolina Jacoba van Wassenaer, dochter van de voorgaande, beleend 1768, † 1789. (Zij was gehuwd met Benjamin Baron van der Borch.)
  • Benjamin Baron van der Borch, weduwnaar van de voorgaande sedert 1789, †1804.
  • Anna Carolina Lucile Barones van der Borch, dochter van de voorgaande, 1804-1828. (N. B. Zij was gehuwd met Mr. Stephanus Bernardus Jantzon, heer van Nieuwland, en verkocht de heerlijkheid na diens dood in 1828 aan haar zwager.)
  • Jhr. Mr. Jacob Cornelis Jantzon van Erffrenten, heer van Capelle enz., 1828-1859.
  • Jhr. Jacob Nicolaas Joan Jantzon van Erffrenten, zoon van de voorgaande, 1859-1884.
  • Jkvr. Henriëtta Bernardina Johanna Jantzon van Erffrenten, dochter van de voorgaande, 1884-1890. (N. B. Zij was weduwe van Jhr. François Jacob van den Santheuvel.)
  • Jkvr. Constance Jacoba Johanna Wilhelmina van den Santheu, vel, dochter van de voorgaande, 1890-1953. (Zij was gehuwd met Willem Reinhard Adolph Carel Graaf van Rechteren Limpurg.)
  • Laatstgenoemd echtpaar had tot kleindochter: Constance Gräfin von Rechteren Limpurg Speckfeld, echtgenote van Mr. G.R.B. van den Boom, te Eefde (Gld.).
Geschiedenis van het archiefbeheer
Het archief is in de jaren 1898-'99 in handen geweest van P. Berends, destijds als adjunct-commies aan het Algemeen Rijksarchief verbonden, die de stukken in willekeurige volgorde op een lijst heeft gebracht (thans inv. no. 30). Alle stukken door de heer Berends beschreven, zijn nog aangetroffen gemakshalve zijn de oude nrs. ze zijn tussen haakjes vermeld. Als dat niet het geval is, betreft het stukken, die niet op de lijst van de heer Berends voorkomen ( De heer Berends heeft de door hem vervaardigde lijst niet gesigneerd, maar tekende bij no. 35 aan: "dit stuk is door mij van den heer Bilderbeek ont vangen". Het betreft hier het reglement voor de tol op de Hoogeveense weg, thans inv. no. 27. Dit stuk bevond zich in een enveloppe afkomstig van H. van Bilderbeek, notaris en administrateur te Dordrecht, en gericht aan de heer P. Berends, adjunct-commies Rijksarchief den Haag. Deze enveloppe is het, die de identiteit van de heer Berends aan het licht heeft gebracht. Daarom is ze thans als bewijsstuk aan de door hem vervaardigde lijst gehecht. De pontstempels op de enveloppe wijzen uit, dat de datum van verzending en aankomst 18 december 1898 was. Voorts werd geconstateerd, dat een Haagsche Courant van 27 januari 1899 als omslag voor enkele stukken dienst deed. De genoemde data bepalen ten naastenbij de tijd, waarop de heer Berends aan het archief heeft gewerkt. ) .
Mevrouw van den Boom heeft het onder haar berustende archief van de heerlijkheid Hoogeveen in november 1959 aan het Algemeen Rijksarchief geschonken.
De rechtstitel is (nog) onbekend

Inhoud en structuur van het archief

Verantwoording van de bewerking Er komen stukken in voor, die beter op hun plaats zouden zijn in het archief van de voormalige gemeente Hoogeveen, met name inv. nrs. 14, 19 en 20. Anderzijds is het mogelijk dat het genoemde archief stukken herbergt, die afkomstig zijn van vroegere heren of vrouwen van Hoogeveen ( In Inv. no. 32 worden archivalia genoemd van Jhr. J. C. Jantzon van Erffrenten van Capelle als heer van Hoogeveen zonder dat duidelijk uitkomt, waar deze berusten. ) . Evenwel leek het gewenst voorlopig geen veranderingen aan te brengen, maar het archief van de heerlijkheid Hoogeveen - zoals Mevrouw van den Boom het afstond - als eenheid te beschrijven zonder er bepaalde stukken uit te nemen of bij te voegen.
Ordening van het archief
In de inventaris, die volgt, is het beschreven, overzichtelijk ingedeeld in enkele rubrieken, die geen nadere toelichting behoeven.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Een hoofdkenmerk van het archief is de deplorabele toestand, waarin het door inwerking van vocht verkeert. Alleen de meest recente bescheiden maken daar een uitzondering op (nrs. 27, 28, 30, 30, 31 en 32). Daar het verschijnsel zo algemeen is, is in de inventaris niet bij elk afzonderlijk stuk aangegeven, dat het gehavend en nauwelijks leesbaar is of dat slechts fragmenten bewaard zijn gebleven. Sommige stukken, die bij aanraking verpulverden en niet vatbaar bleken voor herstel, moesten vernietigd worden. Voor zover in het Algemeen Rijksarchief in de archieven van de Leen- en registerkamer of van de Grafelijkheidsrekenkamer van Holland een beter leesbare, volledige tekst aanwezig is, bestond tegen vernietiging geen overwegend bezwaar. Evenmin was dit het geval bij akten, waaruit de inhoud niet meer viel op te maken. De inventarisnummers 3, 5 en 6 zijn niet behouden gebleven, evenals de met een * gemerkte archivalia. Overigens is de beschrijving in de inventaris gehandhaafd om de herinnering ook aan deze stukken te bewaren.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Heerlijkheid Hoogeveen (Rijnland), nummer toegang 3.19.25, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Heerlijkheid Hoogeveen (Rijnland), 3.19.25, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn in kopievorm beschikbaar