Terug naar zoekresultaten

2.21.112 Inventaris van het archief van L.C. Luzac [levensjaren 1786-1861], (1792) 1829-1848

Het archief bevat hoofdzakelijk stukken (brieven, dossiers, aantekeningen e.d.) over de Grondwetsherzieningen van 1840 en 1848 en stukken (o.a. van Thorbecke) betreffende het voorstel der negenmannen (1844-1845).
Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.21.112
Inventaris van het archief van L.C. Luzac [levensjaren 1786-1861], (1792) 1829-1848

Auteur

J.A.A. Bervoets

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
1976 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Collectie 288 L.C. Luzac
Luzac

Periodisering

archiefvorming: 1829-1848
oudste stuk - jongste stuk: 1792-1848

Archiefbloknummer

C25089

Omvang

; 33 inventarisnummer(s) 0,50 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Lodewijk Caspar Luzac (1786-1861)

Samenvatting van de inhoud van het archief

Het archief bevat hoofdzakelijk stukken (brieven, dossiers, aantekeningen e.d.) over de Grondwetsherzieningen van 1840 en 1848 en stukken (o.a. van Thorbecke) betreffende het voorstel der negenmannen (1844-1845).

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
Lodewijk Caspar Luzac werd op 1 augustus 1786 geboren in Leiden als zoon van Etienne Luzac en Johanna Valckenaer. Na in 1810 aan de universiteit van Leiden in de rechtswetenschap te zijn gepromoveerd, begon hij zijn loopbaan als gezantschapssecretaris in Parijs. Op 17 mei 1811 begaf hij zich in de advocatuur, totdat hij op 21 januari 1818 benoemd werd tot rechter in eerste aanleg in Leiden.
Zijn grootste betekenis is echter zijn bijdrage in de wetgevende macht geweest: op 3 juli 1828 werd hij door de Staten van Holland tot lid van de Tweede Kamer gekozen, waar hij twintig jaar lang een opvallende rol heeft gespeeld. Hij verdedigde 's Konings beleid tegen Zuid-Nederlandse opponenten, maar verklaarde zich bij het uitbreken van de Belgische onlusten in het najaar van 1830 vóór administratieve scheiding en opponeerde tegen iedere poging van Willem I om zijn positie in België te behouden. Hierdoor geraakte hij in de oppositie en werd hij een voorstander van controle van het parlement op het beleid van de koning. Dit bleek toen eenmaal de scheiding tussen België en Nederland een feit was geworden na het verdrag van Londen in 1839 en een grondwetsherziening noodzakelijk was. Luzac stelde op 14 januari 1840 een initiatief van de Kamer voor tot grondwetsherziening, maar dit werd verworpen, omdat een meerderheid de voorstellen van de regering wenste af te wachten. Op 16 mei 1840 verschenen vijf wetsvoorstellen van de koning, die door de Kamer echter met acht additionele initiatief-ontwerpen werden aangevuld. Ofschoon veel elementen van de Restauratie gehandhaafd bleven, werd de parlementaire controle op het regeringsbeleid aanzienlijk uitgebreid: 's Konings wetten moesten door strafrechtelijk verantwoordelijke ministers worden gecontraseigneerd en het parlement had voortaan het recht om staatsbegrotingen ter diskussie te stellen. De aanneming van deze hervormingen droeg er mede toe bij, dat koning Willem I op 7 oktober 1840 aftrad.
Voor Luzac ging de revisie niet ver genoeg. Weldra bleek uit tal van interventies tegen het financiële beleid van de regering, dat hij zich bij de liberale oppositie voegde. In 1843 deed zich, blijkens uitlatingen van diverse kamerleden, opnieuw een behoefte aan een herziening van de grondwet gevoelen, en in december 1844 werden tijdens bijeenkomsten ten huize van de kamerleden J.H. van Rechteren en P.C. Schooneveld initiatieven voorbereid, die uiteindelijk leidden tot het door J.R. Thorbecke geredigeerde voorstel, dat op 10 december 1844 door acht Kamerleden: Thorbecke, Luzac, Van Rechteren, L.D. Storm, J.M. de Kempenaer, B. Wichers. S. van Heemstra, E.W. van Dam van Isselt, en later ook door S.H. Anemaat Pz, die het getal der "Negenmannen"zou volmaken, ingediend.
Reeds bij de behandeling in de Kamercommissie bleek, dat het ontwerp in meerderheid zou worden afgewezen. Het voorlopig verslag verwierp de voorstellen in zijn geheel, omdat de meerderheid van gevoelen was, dat het in 1815 geoctroyeerde, in 1840 enigszins gewijzigde, constitutionele stelsel niet bij parlementair initiatief kon worden veranderd. In deze zin werd dan ook met tweederde meerderheid besloten om geen besluit tot grondwetsherziening voor te dragen.
Niettemin was een revisie noodzakelijk door tegenstrijdigheden in het kiesstelsel en de stedelijke reglementering. Koning Willem II, die zich meer en meer door conservatieve raadslieden omringde, bereidde in 1847 een 27-tal voorstellen tot revisie voor, die op 8 maart 1848 werden ingediend. Zij kwamen niet in behandeling, doordat de koning op 13 maart 1848 volte-face maakte, en een ruimere grondwetsherziening voorstond. Op 17 maart d.a.v. benoemde hij Thorbecke, Luzac, Storm, Donker Curtius en De Kempenaer tot leden van een commissie tot herziening van de grondwet. Zij kreeg ook een formatie-opdracht voor een ministerie, maar voldeed hieraan uiteindelijk niet; buiten haar on werd op 25 april een ministerie gevormd onder leiding van G. Schimmelpenninck, waarin Luzac en Donker Curtius zitting hadden.
Deze verwikkelingen vermochten echter niet de eendrachtige arbeid van de herzieningscommissie te belemmeren. Toen het rapport op 10 april 1848 voltooid was, stelden de beide ministers-rapporteurs zich tegen het verzet van Schimmelpenninck teweer, hetgeen een ministerscrisis teweeg bracht. Toen op 13 mei een nieuw Thorbeckiaansgezind ministerie-Donker Curtius-De Kempenaer werd gevormd, moest Luzac zich om gezondheidsredenen terugtrekken. Op 29 juni 1848 trok hij zich ook uit de Tweede Kamer terug; aan het politieke leven nam hij niet meer deel.
De nieuwe grondwet werd na tal van wederwaardigheden ( Literatuur over de grondwetsherziening van 1848: H.T. Colenbrander, 1848, Historie en Leven II, Amsterdam 1915, pag. 182 vlgg. ) op 3 november 1848 aangenomen.
Luzac, die vanaf 9 juni 1841 curator der Leidse universiteit was, wijde zich voortaan vooral aan wetenschappelijke en publicistische activiteiten. Op 18 februari 1861 overleed hij in Den Haag.
Geschiedenis van het archiefbeheer
Luzac legateerde zijn stukken, handelend over de grondwetsherziening van 1840, het voorstel der Negenmannen in 1844 en de grondwetsherziening van 1848, in een door hemzelf opgemaakte orde aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, waar ze in portefeuilles bewaard bleven. Zijn briefwisseling geraakte, met andere stukken, in het bezit van de universiteitsbibliotheek van Leiden. In 1976 werd het gedeelte, dat in de bibliotheek van de Tweede Kamer berustte, overgedragen aan het Algemeen Rijksarchief. ( Correspondentie van de Tweede Afdeling, 1976 D 407, 643. )
De verwerving van het archief
Het archief is krachtens bepalingen van de Archiefwet overgebracht.

Inhoud en structuur van het archief

Verantwoording van de bewerking
Een beschrijving van deze stukken werd vervaardigd door drs. J.A.A. Bervoets, chartermeester van de Tweede Afdeling van het Algemeen Rijksarchief.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Collectie 288 L.C. Luzac, nummer toegang 2.21.112, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Luzac, 2.21.112, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar

Bijlagen

Index op persoonsnamen
Naam
Inventarisnummer
Anemaat, S.H.
8
Bosch Kemper, J. de
10
Cats, J.
3
Dam van Isselt, E.W. van
10
Donker Curtius, D.
11
25
Geer, L. de
3
7
Heemstra, S. van
8
Helema, M. van
8
Helvetius van den Bergh, P.F.L.
10
Kempenaer, J.M.
10
14
19
21
Linck, F.W.G.
12
Nagell-Wisch, Van
12
Oostveen, C.J. van
12
Pant, M.G. van der
12
Rechteren, J.H. van
8
10
Robidé van der Aa, C.P.E.
12
Schoonevelt, P.C.
10
Thorbecke, J.R.
22
Thouars, G. de
12
Verwey Mejan, G.W.
10
Warin, A.
1
Wichers, B.
8
10