Leden familie Bylandt | Nr. | Inv. nrs | |
---|---|---|---|
1. | Roeleman | 4 | 1 |
5 | 17 | ||
2. | Albrecht Otto Roeleman Frederik | 1 | 29, 30 |
4 | 2 | ||
3. | Alexander | 1 | 32-39 |
2 | 1, 2 | ||
4. | Otto Anne | 1 | 40-46 |
2 | 3 | ||
3 | 3 | ||
5. | Willem Frederik | 3 | 6-16 |
4 | 12-73 | ||
5 | 24-26 | ||
6. | Jean Charles of Jan Carel | 1 | 47-64 |
2 | 4-12 | ||
5 | 35, 36 | ||
7. | Frederik Hugues Alexander | 3 | 17 |
4 | 74, 75 | ||
8. | Edouard Henri Elphinstone | 3 | 18 |
4 | 76-99 | ||
9. | Eugène Jean Alexander | 1 | 65-90 |
2 | 13-29 | ||
c | 28-34 | ||
10. | Louis Eugène | 3 | 19-38 |
4 | 100-116 | ||
11. | Anna Agnes Elisa(beth) | 4 | 117-118 |
12. | Willem Henry | 3 | 38 |
Christiaan Rynhold | 4 | 119 | |
13. | Charles Malcolm | 4 | 120-272 |
Ernest George | 5 | 37, 38 | |
14. | Alexander Willem Frederik | 4 | 273, 274 |
15. | Alfred Edouard Agenor | 4 | 275 |
16. | Carel Jan Emilius | 1 | 91-92 |
Nr. | Toegang |
---|---|
1 | 1.10.14 -Inventaris van het archief van de familie Van Bylandt, 1277-1908 |
2 | 1.10.15 -Inventaris van de familie-archieven van de Familie Van Bylandt-Halt, Familie Van Bylandt-Rheydt, 1289-1970 |
3 | 1.10.90.01 - Inventaris van het archief van W.F. graaf Van Bylandt [levensjaren 1771-1855] en zijn nakomelingen, (1459) 1787-1924 |
4 | 1.10.90.02 - Inventaris van het archief van de familie Van Bylandt: Supplement II, 1669-1923 |
5 | 1.10.90.03 - Inventaris van het archief van de familie Van Bylandt: Supplement III, 1578-1900 |
Binnen het gebied van de tegenwoordige gemeente Sliedrecht lagen vóór 1800 drie heerlijkheden, genaamd Sliedrecht, Naaldwijk en Niemandsvriend. In 1759 kocht Simon Petrus Collot d'Escury, heer van Naaldwijk, de heerlijkheid Sliedrecht en in 1800 volgde zijn zoon Hendrik Collot d'Escury, heer van Niemandsvriend hem in deze beide heerlijkheden op. Dientengevolge werd in 1760 het beheer van de heerlijkheden Sliedrecht en Naaldwijk verenigd, in welke vereniging na 1800 ook de heerlijkheid Niemandsvriend werd betrokken.
De heerlijkheid Naaldwijk werd ook genoemd de heerlijkheid der beide Naaldwijken. Deze heerlijkheid, een allodium, werd in 1625 door de hoogheemraden van de Alblasserwaard verkocht aan Adriaan van Bleijenburch, die reeds in 1619 van zijn schoonvader Willem van Beveren de tienden van Naaldwijk, een leen van de Heren van de Lek, had ontvangen. In 1659 vererfden heerlijkheid en tienden op Charlotte Elisabeth van Bleyenburch, echtgenote van Johan Johansz. van der Burch, heer van Sliedrecht en in 1742 op diens kleindochter Charlotte Elisabeth van der Burch, echtgenote van Simon Petrus Collot d'Escury. De heerlijheid Naaldwijk maakte het oostelijke deel van de tegenwoordige gemeente Sliedrecht uit. (Vergelijk ook de noten betreffende de gemeente en de heerlijkheid Sliedrecht boven het inventarisnr. 298).
Zie ook nrs. 326 en 327.
14 1413
De Heer van de Merwede beleent Willem van Bredenrode met de ambachtsheerlijkheid van Over Slidrecht, na opdracht door Gherardt van Lochorst.
Uittreksel uit het register der lenen van de heerlijheld van de Merwede, 1676. (Inv. nr. 348).
80 1503 april 21
Namens de aartsdiaken van het diocees Utrecht wordt aangekondigd, dat Jacob van Lochorst door Gerard van Lochorst is voorgedragen als pastoor van de kerk te Slydrecht, gelegen in het diocees Utrecht, na het overlijden van Willem, zoon van Johan Schorense, pastoor aldaar.
a. Afschrift door notaris Hooghstadt te Dordrecht, 1676. (Inv. nr. 331).
b. Afschrift door notaris Hooghstadt te Dordrecht, 1678. (Inv. nr. 348).
Regesten nrs. 8, 14, 80, 81.
Regest nummer 8 zie inv.nr. 331.
Regest nummer 81 zie inv.nr. 331.
Zie ook nr. 331.
Vergelijk de noten betreffende de gemeente en de heerlijkheid Sliedrecht boven het inventarisnr. 297.
Over de jaren 1759-1762, 1764 zijn geen bijlagen aanwezig.
Het boekjaar liep van 1 juli-30 juni.
over 1784/85 en 1789/90 zijn geen bijlagen aanwezig.
Het boekjaar liep van 1 juni tot 31 mei.
Niet raadpleegbaar
Een deel van deze stukken is zwaar beschadigd.
Niet raadpleegbaar
Deze stukken zijn zwaar beschadigd.
Niet raadpleegbaar
Dit stuk is zwaar beschadigd.
Niet raadpleegbaar
Niet raadpleegbaar
Niet raadpleegbaar
Niet raadpleegbaar
Niet raadpleegbaar
Het boekjaar liep van 1 juli-30 juni.
Niet raadpleegbaar
Niet raadpleegbaar
Niet raadpleegbaar
Niet raadpleegbaar
Niet raadpleegbaar
Niet raadpleegbaar
Het boekjaar liep van 1 juni-31 mei.
Niet raadpleegbaar
Niet raadpleegbaar
Niet raadpleegbaar
Niet raadpleegbaar
Niet raadpleegbaar
Zie ook nr. 328.
Niet raadpleegbaar
Hendrik baron Collot d'Escury, heer van Niemandsvriend, erfde na het overlijden van zijn vader Simon Petrus in 1800 de heerlijkheden Sliedrecht en Naaldwijk. In 1853 vererfden de heerlijkheden op Carel Jan Emilius graaf van Bylandt uit de nalatenschap van zijn grootmoeder Elisabeth Henriëtte Emilie baronesse Collot d'Escury, douairière van Tuyl van Serooskerken, dochter van Hendrik voornoemd (vergelijk ook de noten betreffende de gemeente en de heerlijkheid Sliedrecht boven het inventarisnr. 297).
voor Hendrik Schram trad bij deze rekening zijn weduwe op.
De ontvangsten en uitgaven betreffende de goederen zijn verder in de gewone rentmeestersrekeningen opgenomen.
over 1825 is geen rekening aanwezig.
over 1825 zijn geen bijlagen aanwezig.
Een van de overgebleven leden was Otto Anne graaf van Bylandt.
Vergelijk voor de hieronder vermelde goederen de acte van transport door Cornelia van Santheuvel, weduwe van mr. Quirijn van Strijen, aan Hendrik baron Collot d'Escury van een aantal goederen en rechten, gelegen onder 's Gravezande, 26 november 1790 (Rechterijk archief van 's Gravezande, nr. 36, pag. 1359).
Afkomstig uit de nalatenschap van O.J.W.C. graaf van Bylandt.
Zie ook inv. nr. 911.
Afkomstig uit de nalatenschap van O.J.W.C. graaf van Bylandt.
Afkomstig uit de nalatenschap van O.J.W.C. graaf van Bylandt.
Afkomstig uit de nalatenschap van O.J.W.C. graaf van Bylandt.
Afkomstig uit de nalatenschap van O.J.W.C. graaf van Bylandt.
Zie ook inv. nr. 912.
Afkomstig uit de nalatenschap van O.J.W.C. graaf van Bylandt.
De heerlijkheid Piershil bevond zich omstreeks 1750 in het bezit van Hendrik Gevers. Na zijn overlijden in 1761 werd daarmede beleend in 1762 eerst Pieter Meermaan en vervolgens na zijn overlijden in dat jaar zijn dochter Hillegonda Petronella Meerman en vervolgens zijn weduwe Johanna Catharina van Schoonhoven
zie de leen- en registerkamer van Holland, inv. nr. 366, op 10.3; 4.10 en 7.10.1762.
Na haar overlijden in 1794 werd in dat jaar wederom Hillegonda Petronella Meerman, echtgenote van Claudius van der Staal beleend,zie de leen- en registerkamer van Holland, inv. nr. 368a, op 29.3.1794.
waarna de heerlijkheid in het bezit van de familie van der Staal bleef.De rekeningen werden afgesloten kort voor het einde van het lopende boekjaar. De rekening over 1771 ontbreekt.
Over de jaren 1771, 1782, 1783, 1794-1796 zijn geen bijlagen aanwezig.
De rekening over 1870 ontbreekt.
Afkomstig uit, de nalatenschap van 0.J.W.C. graaf van Bylandt.