Terug naar zoekresultaten

2.06.091 Inventaris van het archief van het Bureau voor de Industriële Eigendom (Octrooidossiers), 1912-1994

Het archief bevat dossiers betreffende al dan niet toegekende octrooien voor het uitsluitend recht tot vervaardiging van een nieuw product of tot vervaardiging van een bestaand product volgens een nieuwe werkwijze. De dossiers zijn op nummer geordend.
Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.06.091
Inventaris van het archief van het Bureau voor de Industriële Eigendom (Octrooidossiers), 1912-1994

Auteur

CAS 525

Versie

25-08-2022

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
2003 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Ministerie van Economische Zaken: Bureau voor de Industriële Eigendom: Octrooidossiers Rijksoctrooiwet 1910
Industriële Eigendom Octrooidossiers

Periodisering

oudste stuk - jongste stuk: 1912-2003

Archiefbloknummer

E28315

Omvang

; 27796 inventarisnummer(s) 1389,00 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Bureau voor de Industriële Eigendom (BIE)

Samenvatting van de inhoud van het archief

Het archief bevat dossiers betreffende al dan niet toegekende octrooien voor het uitsluitend recht tot vervaardiging van een nieuw product of tot vervaardiging van een bestaand product volgens een nieuwe werkwijze. De dossiers zijn op nummer geordend.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
De archiefvormer is het Bureau voor de Industriële Eigendom (BIE). De taken van dit bureau zijn in het kader van het Project Invoering Verkorting Invoeringstermijn (PIVOT) beschreven in het rapport "Mededingingsbeleid, een institutioneel onderzoek naar het overheidshandelen inzake de economische mededinging over de periode 1946-1998, waaronder inbegrepen het handelen van het Bureau Industriële Eigendom en de Nederlandse Mededingingsautoriteit" (PIVOT-rapport nummer 93).
Een octrooi is een van regeringswege toegekend uitsluitend recht met betrekking tot de uitvinding van een nieuw voortbrengsel of een nieuwe werkwijze. Wie iets dergelijks heeft uitgevonden krijgt op zijn aanvrage een octrooi verleend. De uitvinding kan betrekking hebben op een nieuw product, maar ook op een nieuw procédé om een reeds bekend product te vervaardigen. Deze octrooiverlening wordt bij wet geregeld. Zo werd er van 1876 tot 1910 in Nederland geen octrooi verleend, omdat daarvoor geen regels waren vastgesteld. De Rijksoctrooiwet van 1910, Stb. 323, sedertdien enkele malen gewijzigd, ligt ten grondslag aan de procedures die in Nederland gelden voor aanvragen die vóór 1 april 1995 zijn ingediend. Voor naderhand ingediende aanvragen geldt de Rijksoctrooiwet 1995, Stb. 51.
Octrooien zijn vermogensrechten die als zodanig zijn geregistreerd in een octrooiregister.
De octrooihouder heeft voor een beperkte tijd het exclusieve recht om in Nederland zijn uitvinding te exploiteren. Voor dit recht betaalt hij gedurende de periode waarin dit recht geldig is jaarlijks een taks. Een octrooi wordt pas toegekend, wanneer daadwerkelijk is vastgesteld dat er sprake is van een uitvinding waarop exclusieve rechten kunnen worden uitgeoefend, een ten onrechte toegekend octrooi belemmert immers derden in hun werkzaamheden, hetgeen als een onrechtmatige ingreep in het economisch verkeer wordt beschouwd. Een octrooi kan op bepaalde rechtsgronden door een rechter nietig worden verklaard. In Nederland is de bevoegde rechter de arrondissementsrechtbank in Den Haag.
Octrooiaanvragen leiden tot ingewikkelde formuleringen, omdat daarin de rechten worden vastgelegd die door de octrooihouder worden aangevraagd. Omdat deze rechten scherp moeten worden afgebakend met rechten van andere octrooihouders - de geldigheid kan immers altijd worden aangetast - kan dit tijdens de procedure leiden tot herformuleringen (inperkingen, uitbreidingen). De aanvrage leidt tot inschrijving in het octrooiregister. Octrooiaanvragen kunnen door derden worden opgeëist; dit geschiedt door een verzoekschrift aan de Octrooiraad, aan wie de claim ter beoordeling wordt voorgelegd.
Een voor de dossiervorming belangrijke bepaling in de Rijksoctrooiwet is dat voor elke uitvinding in beginsel één octrooi mocht worden verleend: de Octrooiraad kan in sommige gevallen besluiten dat er sprake is van meerdere onderwerpen van uitvinding, zodat de procedure opnieuw in werking moet worden gesteld (vaststelling van een "gebrek aan eenheid", art. 8A). Vanaf 1977 is in de wet een mogelijkheid opgenomen om gecom-bineerde, met elkaar samenhangende aanvragen gelijktijdig te behandelen.
Een ander voor de dossiervorming belangrijk probleem is het zeer kort na elkaar indienen van verschillende octrooiaanvragen (collisie), waarbij de onderlinge rechten moeten worden afgebakend en de rangorde van de aanvragen moet worden bepaald. Hierbij geldt dat voor een buitenlandse octrooiaanvrage een voorrangsrecht kan gelden, waarbij als aanvraagdatum de indieningsdatum van de eerst geregistreerde aanvrage geldt. Theoretisch is het mogelijk dat er bij gelijktijdig ingediende en gelijkluidende aanvragen twee octrooihouders moeten worden aangewezen.
De octrooiwetgeving kende in hoofdlijnen de volgende ontwikkelingen:
De Rijksoctrooiwet 1910 liet geen octrooien toe zonder een inhoudelijke beoordeling van de Octrooiraad op nieuwheid, inventiviteit en industriële toepasbaarheid. Na de indiening van de aanvrage volgde een periode van geheimhouding om de aanvrager de gelegenheid te geven tot het afwachten van een eerste onderzoek en zich aan de hand daarvan te beraden of de kansen op octrooiverlening groot genoeg waren om zijn aanvrage door te zetten, en ook om overeenkomstige aanvragen in andere landen in te kunnen dienen. Deze geheimhoudings-periode werd in de loop van de tijd nader aangepast omdat naast het belang van de aanvrager bij geheimhouding er ook de mogelijkheid moest bestaan voor derden om zich in voorkomende gevallen er tijdig van te vergewissen of zij rechten hadden op een octrooi. Vanaf 1963 bedroeg de geheimhoudingsperiode 18 maanden na de indieningsdatum c.q. voorrangsdatum.
In 1963 werd de procedure van octrooiverlening herzien. De beoordelingsprocedure is nu in vier fasen ingedeeld. Na indiening van een aanvrage kan de aanvrager niet lijdelijk op de beslissingen van de Octrooiraad wachten, maar moet hij zelf aan de slag. Elke vervolgfase moet opnieuw met een verzoek gepaard gaan. Wanneer het verzoek binnen een bepaalde termijn niet is ingediend, vervalt de aanvrage. Het gevolg hiervan is dat procedures in een vroeger stadium kunnen worden afgesloten. Enkele latere wetswijzigingen troffen voorzieningen voor gevallen waarbij bij het verstrijken van de termijnen een beroep kon worden gedaan op overmacht.
De fasen zijn: ( Ontleend aan A. Stevenhagen en H.B. van Leeuwen, Octrooien, praktische wenken voor uitvinders en managers, Deventer 1953, p. 42-47 )
  1. De indiening en toetsing van de aanvrage op formaliteiten door de Octrooiraad. Als de aanvrage door de Octrooiraad wordt aanvaard wordt zij "ter inzage gelegd" en genoteerd op een "groen formulier".
  2. Op verzoek van de aanvrager wordt door de Octrooiraad een vooronderzoek ofwel een nieuwheids-onder-zoek gehouden. Dit onderzoek is een vergelijking met "de stand der techniek" en eindigt in een nieuwheidsrapport.
  3. Op verzoek van de aanvrager wordt vervolgens door de Octrooiraad het verlenings-onderzoek verricht, waarbij de aanvrage wordt beoordeeld op nieuwheid, inventiviteit en industriële toepasbaarheid. Daarna wordt de octrooiaanvrage "openbaar gemaakt", d.w.z. de Octrooiraad kondigt aan het octrooi voorlopig te verlenen.
  4. Na openbaarmaking van het octrooi kan het door derden worden aangevallen. Er kan binnen vier maanden oppositie worden aangespannen, waarbij de nieuwheid van de uitvinding in twijfel kan worden getrokken of de toepasbaarheid kan worden betwist. Indien er na vier maanden geen bezwaren zijn ingediend, wordt het octrooi definitief verleend. Wordt er wel bezwaar ingediend, dan wordt de zaak voorgelegd aan de aangevulde aanvraagafdeling; tegen zijn besluit kan beroep worden aangetekend bij de afdeling van beroep.
De verleningsprocedure duurt een aantal jaren mits taksen zijn betaald. Een verleend octrooi is geldig tot twintig jaar na de geregistreerde indiening van de aanvrage. Van 1963 tot 1987 gold in ieder geval een minimale geldigheidsduur van 10 jaar na de verlening. Deze minimumtermijn is in het kader van de harmonisatie met internationale verdragen in 1987 komen te vervallen. De procedure loopt thans nog voor aanvragen die voor 1 april 1995 zijn ingediend.
Geschiedenis van het archiefbeheer
De verwerving van het archief
Het archief is krachtens bepalingen van de Archiefwet overgebracht.

Inhoud en structuur van het archief

Inhoud
De inventaris bestaat uit een seriematige beschrijving van de octrooidossiers, bevattende de neerslag van één van de handelingen van het BIE: "het op aanvrage van uitvinders toekennen van octrooien". De administratie van het Bureau voor de Industriële Eigendom heeft hier als toegangen een klapper en registers op gemaakt. Deze zijn noodzakelijk om een octrooi of octrooiaanvraag weer te kunnen vinden.
Er zijn een aantal manieren waarop gezocht kan worden naar een specifiek octrooi, namelijk op:
  1. naam van een bedrijf, firma of eventueel een persoon
  2. bekendmakingsdatum in het blad "De Industriële Eigendom"
  3. octrooinummer
  4. naam van een bedrijf, firma of eventueel een persoon om erachter te komen of het octrooi is overgedragen of overgenomen door een ander bedrijf of een ander persoon
Ad 1. De registers (inv.nrs. 66 - 95) zijn geordend op aanvraagnummer met vermelding van de naam van het bedrijf, de firma, de persoon e.d. en de datum van inschrijving. De aanvraagnummers zijn verstrekt bij het inschrijven van de octrooiaanvragen. In de registers kan worden gevonden of het octrooi al dan niet is toegekend. In het laatste geval zijn de namen terug te vinden in de klapper op de octrooidossiers (inv.nrs. 1 - 65), waarin alleen namen zijn opgenomen van aanvragen, die niet tot een toekenning van een octrooi hebben geleid. Als er geen octrooinummer vermeld staat, is het octrooi niet goedgekeurd. Overigens kan het voorkomen dat het in eerste instantie afgewezen verzoek enkele dagen later opnieuw is ingediend en alsnog tot het verlenen van een octrooi heeft geleid.
Ad 2. Voor het doen van onderzoek in het archief via de datum van bekendmaking in de uitgave van "De Industriële Eigendom" is het nodig dat de datum van bekendmaking bekend is. Via de aanvragenregisters B (inv.nrs. 99 - 110) komt men aan het betreffende octrooinummer. Deze registers zijn geordend op de datum waarop het octrooi is uitgegeven en de datum van bekendmaking in het blad "De Industriële Eigendom". Het blad kent 23 uitgaven per jaar en verschijnt gemiddeld 2 keer per maand. In de registers staan de uitgaven beschreven van 1912 tot en met 15 april 1921. De datum van bekendmaking staat bovenaan in de rechterkolom van de pagina.
Ad 3. Als het octrooinummer bekend is kan via de octrooiregisters C gezocht worden (inv.nrs. 111 - 513). Deze registers zijn geordend op octrooinummer, terwijl de omschrijving van het octrooi, de naam van de aanvrager of het aanvragend bedrijf en de klasseomschrijving zijn vermeld. Het octrooinummer staat bovenaan in de rechterkolom van de pagina. Sneller is het om via de inventaris rechtstreeks te zoeken op het inventarisnummer waar het octrooinummer in zit.
Ad 4. De toegevoegde waarde van de octrooiregisters D (inv.nrs. 96 - 98) is dat hierin gevonden kan worden welke octrooien zijn overgedragen naar andere bedrijven of personen. Het aantal beschreven octrooien is echter zeer beperkt. De indeling van deze registers is op alfabet en de namen staan in de linkerkolom van de pagina.
Ad 5. De onder de inv.nrs. 22254-22354 beschreven serie registers is geordend op aanvraagnummer (volgnummer). In de rubriek Datum van ontvangst kan men verschillende gegevens aantreffen. Als vast gegeven staat hier de datum van openbaarmaking met de datum van verlening of afwijzing. De mededeling over het intrekken van het verzoek is hieronder ook opgenomen. Daarnaast is er een rubriek Bemerking. Bij een positief besluit zijn daar de datum van publicatie en het octrooinummer geregistreerd. Bij een negatief besluit wordt hier vermeld wanneer er daartegen een bezwaarschrift of memorie van grieven is ingediend en welk besluit de Aanvraagvergadering daarop heeft genomen en op welke dag. Als het octrooi niet werd toegekend ging de aanvraag, zo blijkt uit deze rubriek, door naar het archief.
Vanaf 1928 (inv.nr. 22261) gebruikte de Octrooiraad een voorgedrukt standaardregister, dat meer naar de procedure was ingericht. Nieuw daarbij was dat bij het aanvraagnummer van het octrooi de naam van de vooronderzoeker werd vermeld. Daarna nam de Aanvraagafdeling de aanvraag in behandeling. In de tweede rubriek werd aangegeven wie (lid; deskundige of buitengewoon deskundige) het advies had uitgebracht, terwijl de derde rubriek de datum van behandeling in de afdelingsvergadering noemde. Wanneer octrooien later vervielen of werden ingetrokken, werd dit ook met een datumstempel in de breedte van de tweede en derde rubriek opgenomen. Als de Afdelingsvergadering een positieve beslissing nam tot openbaarmaking is dit te vinden in de vierde rubriek met de datum van beslissing en doorzending respectievelijk van publieke openbaarmaking in één rubriek. De vijfde rubriek was gereserveerd voor het geval er tegen een beslissing een bezwaarschrift of verzoekschrift werd ingediend of wanneer het octrooi na openbaarmaking werd ingetrokken. Verder werd daar de daarop genomen beslissing genoemd en de datum van de beslissing en doorzending. Voor het geval de aanvrager hiertegen bij Afdeling van Beroep in beroep ging, kan men de resultaten daarvan in de zesde rubriek vinden, t.w. de datum van de memorie van grieven, de datum en aard van de beslissing respectievelijk de datum van de publieke openbaarmaking daarvan. In de laatste rubriek, die altijd werd gebruikt, vindt men bij een positief besluit het octrooinummer met de klasse-aanduiding. In geval dat een octrooi verviel of werd ingetrokken, is met een stempel aangegeven dat het in het archief was opgeborgen.
Ad 6. Er kan ook via de website van het Octrooicentrum Nederland worden gezocht. Op deze manier zijn er diverse mogelijkheden om te zoeken. Bijvoorbeeld op naam van aanvrager (bedrijf), uitvinder (persoon), titel (onderwerp octrooi), klasse, aanvraagnummer, aanvraagdatum, opposant of gemachtigde.
Zoeken naar een Octrooidossier via internet
Op de site van het Octrooicentrum Nederland kan gezocht worden naar octrooien. Als er meer informatie nodig is, kan "Help" aangeklikt worden.
In het Basiszoekscherm zijn alle gegevens in te vullen die bekend zijn. Achter de invulvakjes staat een voorbeeld hoe de gegevens in te vullen.
Bovenin dit scherm kunnen de diverse Collecties aangevinkt worden. Daaronder dient de zoekvraag ingetypt te worden. Hoe specifieker de zoekvraag, hoe groter de kans op het goede octrooidossiernummer.
Wanneer het octrooinummer bekend is, kan het desbetreffende nummer in de serie octrooidossiers in deze toegang worden gezocht. Vervolgens kan het desbetreffende dossier vanuit deze toegang bij het Nationaal Archief worden opgevraagd.
Voorbeelden van het zoeken in het digitale Octrooiregister
1. Mits bekend is de beste methode van zoeken op aanvraagnummer, bijvoorbeeld 293801, of NL293801. Dit geeft als resultaat een verwijzing naar octrooinummer 120281, dat in deze toegang is te vinden onder inventarisnummer 10834. Vervolgens kan het desbetreffende dossier vanuit deze toegang bij het Nationaal Archief worden opgevraagd. Er kan ook gezocht worden op titel: Tollingsstabiele rookgranaat, of op naam van de aanvrager: Försvarets Fabriksstyrelse. Zoekresultaat 1.
2. Een ander voorbeeld. Er kan gezocht worden op een woord uit de titel; Regelafsluiter . Wanneer in de lijst een nummer wordt aangeklikt, krijgt u alle informatie betreffende het octrooi digitaal.
Als ook nog bekend is wie de aanvrager is, in dit geval Aktieselskabet Thomas Ths. Sabroe & Co.; Aarhus, is hiermee het volgende scherm vinden. Zoekresultaat 2.
Als dit octrooinummer hierna in deze toegang wordt opgezocht, blijkt dit onder inventarisnummer 11632 te vinden zijn. Vervolgens kan het desbetreffende dossier via deze toegang bij het Nationaal Archief worden opgevraagd.
3. Het laatste zoekvoorbeeld gaat om een octrooi met als titel (onderwerp): werkwijze voor het inwendig met thermoplastische kunststof bekleden van een dikwandige buis. Het aanvraagnummer is 7009744 en de aanvrager: E.I. du Pont de Nemours & Comp. en de gemachtigde is G.L. Kooy. Er zijn hier dus diverse zoekmogelijkheden mogelijk. In dit geval is de aanvrager een mogelijkheid. Dit levert in dit geval echter meer dan 500 resultaten op. Om meer specifiek te zoeken moet bijvoorbeeld op een combinatie van aanvrager en titel worden gezocht. Na enig zoekwerk wordt dan uiteindelijk de volgende pagina gevonden.
Zoekresultaat 3.
Het octrooinummer is 165405, dat in de inventaris is te vinden onder inventarisnummer 17857. Vervolgens kan het desbetreffende dossier via deze toegan bij het Nationaal Archief worden opgevraagd.
Selectie en vernietiging
Er is 128 meter kopieen van documenten uit de octrooidossiers van het Octrooicentrum Nederland over de periode 1995 – 2003 met toestemming vernietigd.
Verantwoording van de bewerking
Als uitvloeisel van het meerjarenconvenant, afgesloten op 15 februari 2000 tussen het Ministerie van Economische Zaken, het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Centrale Archief Selectiedienst (CAS) is door de CAS in de periode 2002 - 2008 het archiefbestand bewerkt van de Octrooidossiers van het Bureau voor de Industriële Eigendom 1912 - 2003, omvang 1030 meter.
De archiefvormer is het Bureau voor de Industriële Eigendom (BIE). In 2005 is de naam van het Bureau voor de Industriële Eigendom gewijzigd in Octrooicentrum Nederland (OCN).
De taken van dit bureau zijn in het kader van het Project Invoering Verkorting Invoeringstermijn (PIVOT) beschreven in het rapport “Mededingingsbeleid, een institutioneel onderzoek naar het overheidshandelen inzake de economische mededinging over de periode 1946 - 1998, waaronder inbegrepen het handelen van het Bureau Industriële Eigendom en de Nederlandse Mededingingsautoriteit” (PIVOT-rapport nummer 93).
De neerslag van één van de in dit rapport genoemde handelingen, nr. 86 “het op aanvrage van uitvinders toekennen van octrooien” is opgenomen in deze toegang.
Het inventarisnummer 514 is komen te vervallen, omdat dit register bij nader inzien niet in dit archiefbestand thuis hoorde.
Vanaf inventarisnummer 10806 kan het voorkomen dat er bij de beschrijving de vermelding is opgenomen dat het betreffende dossier ontbreekt. Het is mogelijk dat in deze serie ontbrekende dossiers aangetroffen worden vanaf inventarisnummer 22372 , indien dat het geval is is dat bij het betreffende inventarisnummer vermeld. Voor de nog ontbrkende dossiers geldt dat deze nog niet zijn overgebracht naar het nationaal Archief.
Voor de materiële staat van het archief is de bewerking uitgevoerd conform de brochure Om de kwaliteit van het behoud, normen ‘goede en geordende staat’, uitgave Beekhuis/Hol 1993 van de Rijksarchiefdienst/Pivot.
Tijdens de bewerking zijn voor zover bekend alle ontbrekende dossiernummers in N.B.’s vermeld. Inmiddels heeft onderzoek uitgewezen, dat een aantal daarvan in de laatste aanvulling is aangetroffen. In het N.B.-veld staat dan ook een verwijzing naar het inventarisnummer waar het octrooidossier terug te vinden is.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Ministerie van Economische Zaken: Bureau voor de Industriële Eigendom: Octrooidossiers Rijksoctrooiwet 1910, nummer toegang 2.06.091, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Industriële Eigendom Octrooidossiers, 2.06.091, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Afgescheiden archiefmateriaal
De octrooidossiers vanaf 2003 zijn nog aanwezig bij Octrooicentrum Nederland.

Archiefbestanddelen