A.D. Belinfante, In plaats van bijltjesdag (Assen 1978) 245: Uit een brief van 1 oktober 1949 van de Parlementaire Enquêtecommissie aan A.M. van Tuyll van Serooskerken: 'Hierbij heeft de Enquêtecommissie Regeringsbeleid 1940-1945 de eer ... U de opdracht te verstrekken een onderzoek in te stellen naar de misstanden, welke in de periode onmiddellijk na de bevrijding van ons land hebben bestaan in alle of bepaalde kampen voor politieke delinquenten. ...'. [Noot 99: PEC Va p. 480]; 246: 'Het verslag van de enquête zou publiekelijk uit de doeken moeten doen, wat er nu eigenlijk waar was van de geruchten omtrent de misstanden achter de tot 1946 zelfs voor de politie gesloten deuren van de bewaringskampen voor politieke delinquenten. Zelden is een kans zo gemist. Op 9 oktober biedt mr. van Tuyll van Serooskerken een korte samenvatting aan de commissie aan van het resultaat, hetwelk het onderzoek naar de misstanden in de kampen voor politieke delinquenten tot dan toe had opgeleverd'. [Noot 200: Samenvatting in PEC Va p. 480] .
1. Voor onderzoek naar de bewaringskampen in het algemeen, zie: Inventaris van de archieven van het Directoraat-Generaal voor de Bijzondere Rechtspleging (1945-1952) met taakopvolgers en uitvoerende instanties (1945-1983)-van het ministerie van Justitie.
2. Namen: A.G. Sandvos, A.A. Albani, A. Arlt, F. Winter, F. Genczyk, W. Edzard, F.A. Clausniyzer, A.A. Adler, F.G.E. Fischer, F. Höpner, O.K.B. Heyne, W.M. Ney, B.J. Janszen, A.A. Wagner, A.O.G.H. Peisert, A.A.F.M. Salcher, C. Warsewski, E. Polianski, W. Walther, W. DeRijck, W. Schlegel, W. Kops, A. Strubert, W.L. Claussen, K.E. van Charante, A. Lendowitsch, A.J. Zondervan, Ph. Van der Land, F.H. Haasz, C. Jahn, O.J. Brabänder, F.W. Rutting, J. van der Vaart, P.J. Drewes, F. Warrink, H.J. Verbaan, C. Heynis, H.W.M.J. Rademaker, H. Kremer, F. Meijer, M. van Deventer, W. van der Kolk, J.H. Mair, M.A. van Ellinkhuizen, N.J. Ros, P.F. Kunst, H. Botter, P. Nobach, A.J. Zuyderduyn, A.P. Piso, J.J. Roghair, H.H. van den Berg, H.J. Wolhof, H.J. Woudenberg, Jaob) de Jonge, J.H. Brouwer, C. van Geelkerken, W. Muller, C.H.J. Stavenuiter, E. Steenwijk, P.G. Thiadens, W.C.J. Veltrup, J.A. Visser, F. van Vliet, Th.J. Vogt, F.A.B.J. Vroom, H. Wubs, E. Risch, H.J. Schäper, A.J.W. Schiefelbusch, D.H.L. Ohloff, J.D.A. Schils, M. Schmidt, E. Schuchmann, A. Slager, S.M. Oosterhoff, J. den Ouden, A.J. Pieters, F. Rakers, H. Reijenga, E. Risch, G. Maeck, J.D.A. Mählhof, E. Makowski, H.P.F. Mowinski, E. Naumann, L. Henkel, E.P. Jendges, P. Kanon, A. Keizer, J. Kerkhof, H. Kolitz, G.F.J. Kuipers, R. Leegstra, W. te Lindert, J.C. Louet Feisser, J.H. Meijer, A.K. Gemmeker, A. Gerrits, R.G. Grave, A. Grit, H. Grosz, H.E. Harders, M.J. Bolhuis, P.J. Bonnen, H.H.A. Bordeaux, J.E. Broens, H. Bouman, L.I. Buve en W. Eichel
Dit archiefstuk is openbaar. Hierin kunnen wel persoonsgegevens van nog levende personen voorkomen. In hoofdstuk 5 van het privacyreglement van het Nationaal Archief leest u of en hoe u die gegevens verder mag gebruiken.
Dit archiefstuk is openbaar. Hierin kunnen wel persoonsgegevens van nog levende personen voorkomen. In hoofdstuk 5 van het privacyreglement van het Nationaal Archief leest u of en hoe u die gegevens verder mag gebruiken.
Dit archiefstuk is openbaar. Hierin kunnen wel persoonsgegevens van nog levende personen voorkomen. In hoofdstuk 5 van het privacyreglement van het Nationaal Archief leest u of en hoe u die gegevens verder mag gebruiken.
Dit archiefstuk is openbaar. Hierin kunnen wel persoonsgegevens van nog levende personen voorkomen. In hoofdstuk 5 van het privacyreglement van het Nationaal Archief leest u of en hoe u die gegevens verder mag gebruiken.
Dit archiefstuk is openbaar. Hierin kunnen wel persoonsgegevens van nog levende personen voorkomen. In hoofdstuk 5 van het privacyreglement van het Nationaal Archief leest u of en hoe u die gegevens verder mag gebruiken.
Dit archiefstuk is openbaar. Hierin kunnen wel persoonsgegevens van nog levende personen voorkomen. In hoofdstuk 5 van het privacyreglement van het Nationaal Archief leest u of en hoe u die gegevens verder mag gebruiken.
Belinfante, In plaats van bijltjesdag, 208: 'De vreemdste mishandeling heeft plaats gehad in het kamp De vergulde hand in Vlaardingen. Daar werden een aantal gedetineerden met kettingen aan elkaar geklonken. Die werden ook 's nachts niet losgemaakt, zodat men alles gezamenlijk moest doen, ook naar het privaat gaan. Die kettingen om de enkels veroorzaakten uiteraard pijn en verwondingen. Het motief voor deze maatregel bleek te zijn, dat het kamp niet voldoende afgesloten en beveiligd was. Daarom moest op deze wijze de ernstigste gevallen onder de gedetineerden het ontvluchten onmogelijk worden gemaakt. Het geval wordt aan de regeringsgemachtigde in algemene dienst Vorrink door zijn inspecteur C. Meuleman gerapporteerd, en aan de zaak wordt (maar pas op 27 november 1945) een eind gemaakt'. [noot 77 en 78: resp. ongedateerd rapport; en: PEC Va, p. 480, brief van 9-10-1950; getuigenissen over de misstanden: 481-530]. -Belinfante, In plaats van bijltjesdag,246: 'Vervolgens wijdt de rapporteur [Van Tuyll van Serooskerken] twaalf regels aan het aan kettingen leggen van gedetineerden in het kamp De vergulde hand in Vlaardingen'; 248: 'Kortom, ik begrijp niet, waarom een van de weinige feiten, die mr. van Tuyll van Serooskerken in zijn brief vermeldt, het aan kettingen klinken in Vlaardingen is. Dit was een van de weinige feiten, die door vermelding in het verslag van de vaste commissie voor privaat- en strafrecht reeds in 1946 openbaar waren vastgesteld. Het was dus bepaald geen opzienbarende onthulling'.