Terug naar zoekresultaten

2.14.69 Inventaris van het archief van de Afdeling Kunsten en taakvoorgangers van het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen over de periode 1945-1965

Download inventaris als PDFDownload inventaris als XML

Bekijk de zoekhulp bij dit archief

Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Beschrijving

ArchiefBeschrijving van het archiefArchiefvormingInhoud en structuur van het archiefAanwijzingen voor de gebruikerVerwant materiaal

Archief

Titel

2.14.69
Inventaris van het archief van de Afdeling Kunsten en taakvoorgangers van het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen over de periode 1945-1965

Auteur

Centrale Archief Selectiedienst

Versie

31-03-2022

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
2006 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Afdeling Kunsten en taakvoorgangers van het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen over de periode 1945-1965
OKW / Afdeling Kunsten

Periodisering

oudste stuk - jongste stuk: 1945-1965

Archiefbloknummer

O8

Omvang

; 2748 inventarisnummer(s) 45,50 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het.
Nederlands

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Departement van Opvoeding, Wetenschap en Kultuurbescherming Departement van Volksvoorlichting en Kunsten Directoraat-Generaal van Kunsten en Wetenschappen Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen / Afdeling Kunsten, , 1940-1944, , 1940-1944, , 1945-1946, , 1945-1965, , 1947-1965

Samenvatting van de inhoud van het archief

Het archief van de Afdeling Kunsten en taakvoorgangers van het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen over de periode 1945-1965 is verdeeld in twee hoofdrubrieken, te weten het archief van de afdeling Kunsten en gedeponeerde archieven. Het eerstgenoemde bevat o.a. stukken m.b.t. personeel en organisatie, stukken betreffende het verlenen van medewerking en/of subsidie aan (mogelijke) tentoonstellingen, steun aan kunstenaars en steun bij studie, stukken m.b.t. rijks- en andere instellingen, internationale contacten, het bevorderen van het kunstleven, het verlenen van subsidie aan diverse culturele verenigingen en kunstorganisaties en ten behoeve van culturele activiteiten voor de schooljeugd. Het betreft kunst in de breedste zin van het woord, dus beeldende kunst, filmkunst, toonkunst, toneelkunst en danskunst allen inbegrepen.
Verder zijn er stukken betreffende de Raad voor de Kunst en afdelingen daarvan en stukken betreffende de letterkunde.
De gedeponeerde archieven bestaan voornamelijk uit archieven van commissies, rijkscommissies en adviescommissies welke eveneens alle diverse manifestaties van kunst beslaan. Van letterkunde zijn er daarnaast vooral archieven van jury's die prijzen hebben toegekend.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
Tijdens de oorlog was het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen gesplitst in een departement van Opvoeding, Wetenschap en Kultuurbescherming en een van Volksvoorlichting en Kunsten. Bij KB van 17 september 1944 werd dit ongedaan gemaakt. Met ingang van 1 september 1945 herkreeg het ministerie de oude benaming Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen. Tijdens de voorbereiding daarop was op 27 augustus 1945 reeds het Directoraat-Generaal (DG) van Kunsten en Wetenschappen (KW) ingesteld. Onder dit DG ressorteerden vanaf dat moment o.a. de afdelingen: Beeldende Kunsten; Muziek, Toneel en Letterkunde; Film en Intellectuele en Culturele betrekkingen met het buitenland.
Na de kabinetswisseling Schermerhorn-Drees/Beel in 1946 werd het DG opgeheven. De bovengenoemde afdelingen bleven echter ongewijzigd bestaan. Er werden drie regerings-adviseurs benoemd: voor toneel, letterkunde en muziek.
Op 16 april 1947 werd de afdeling Kunsten ingesteld, waaronder de voormalige taken van de afdelingen Muziek, Toneel en Letterkunde, alsmede de Beeldende Kunsten en de Film voortaan zouden ressorteren in de vorm van onderafdelingen. De afdeling Kunsten had ook een bureau in Amsterdam in de P. Potterstraat, vanaf 1 oktober 1947 in de Valeriusstraat.
De taken van de genoemde afdeling Kunsten omvatte de volgende aspecten:
  • Bevordering van en belangstelling wekken voor de kunst (muziek, danskunst, toneel, letteren, voordrachtskunst, schilderkunst, beeldhouwkunst, toegepaste kunst, industriële vormgeving, grafische kunst, typografie, bouwkunst en flim).
  • Subsidiëring van orkesten, opera en andere instellingen op het gebied van de muziek en danskunst en van toneelgezelschappen.
  • Toekennen van prijzen, reisbeurzen, subsidies en opdrachten aan toonkunstenaars, toneelspelers, toneelschrijvers, letterkundigen, beeldende kunstenaars en cineasten.
  • Steun voor het uitgeven en verbreiden van werken van Nederlandse componisten.
  • Kunstonderwijs (Koninklijk Conservatorium voor Muziek, andere inrichtingen voor muziekonderwijs, toneelschool, rijksacademie voor de Beeldende Kunsten, vanaf 1954 eveneens de Jan van Eyck-academie te Maastricht).
  • Staatsexamens voor muziek, studiebeurzen voor muziek, toneel en beeldende kunst.
  • Tentoonstellingen van beeldende kunst in binnen- en buitenland.
  • Subsidiëring van publicaties op het gebied van de kunst.
  • Bevordering van de ontwikkeling en de vervaardiging van de kunstzinnige, de culturele en de onderwijsfilm.
  • Internationale culturele uitwisseling.
  • In 1956 werd de taak uitgebreid met de zorg voor de kunstzinnige vorming van de jeugd.
In 1957 werd een nieuwe taakomschrijving voor de afdeling Kunsten opgesteld. Zij werd nu mede belast met het voorbereiden en uitvoeren van regelingen betreffende de hedendaagse kunst, de daarmee verband houdende bestuurshandelingen en in het algemeen met de bevordering van de belangen van de hedendaagse kunst.
Op 14 april 1965 gingen de taken van de afdeling Kunsten over naar het Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijke Werk (CRM).
Geschiedenis van het archiefbeheer
In 1969 stond het Ministerie van OCW het archief van de afdeling Kunsten in bruikleen af aan het Ministerie van CRM. Het archief berustte daardoor tot aan de eerste bewerking door de Centrale Archief Selectiedienst (CAS) in 1991 in het archiefdepot van het Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (WVC) te Rijswijk, dat sinds 4 november 1982 de rechtsopvolger van CRM was. Met ingang van 1 januari 1988 werd de bruikleenovereenkomst met WVC ingetrokken en werd het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen (OW) weer beheerder van het archief, waarna de nodige afspraken werden gemaakt ten aanzien van de bewerking van het archief.
Bij de start van deze bewerking door de CAS was het archief als volgt opgebouwd:
  • Een zaaksgewijs, volgens de code van de Verenigde Nederlandse Gemeenten (VNG), geordend bestand. De enkelvoudige dossiers waren veelal samengevoegd tot verzamelmappen. Veel enkelvoudige dossiers waren samengevoegd tot verzamelmappen.
  • De twee nagekomen bestanden waren eveneens geordend volgens de code VNG. Deze bestanden waren als vreemd archief afgescheiden van het archief van de afdeling Oudheidkunde en Natuurbescherming en van het archief van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschapen (OW).
  • Een bestand tekeningen en bestekken van oorlogs- en vredesgedenktekens, afkomstig van het toenmalige Algemeen Rijksarchief (sinds 2002 Nationaal Archief).
  • (Gedeponeerde) archieven van commissies, diensten, instellingen en personen, die onder het Ministerie van OW ressorteerden of door hun taakstelling nauw verbonden waren met het archiefvormend orgaan.
In 2005 - 2006 is het archief opnieuw bewerkt bij de CAS.
De verwerving van het archief
Het archief is krachtens bepalingen van de Archiefwet overgebracht.

Inhoud en structuur van het archief

Selectie en vernietiging
De omvang van het archief bedroeg voor de eerste bewerking 108,25 meter, inclusief de twee nagekomen bestandjes. Hiervan werd 1,5 meter als vreemd archief afgescheiden. Van het resterende deel werd 49 meter archief voor bewaring aangewezen. Het direct te vernietigen gedeelte werd, na afhandeling van de procedure voor incidentele vernietiging, overgebracht naar Lignac en Levison BV te Apeldoorn om daadwerkelijk te worden vernietigd. De op termijn te vernietigen archiefbescheiden werden teruggestuurd naar de beheerder.
Bij de laatste bewerking van het te bewaren bestand in 2005/2006 zijn de dossiers materieel opnieuw bewerkt, waarbij ijzerwerk en andere ongewenste materialen zijn verwijderd. Dientengevolge werd de vorige omvang van het archief met een meter gereduceerd en bedraagt de uiteindelijke omvang van het archief 48 meter.
Verantwoording van de bewerking
De datum van oprichting van het Directoraat-Generaal van KW op 26 augustus 1945 werd gekozen als begincesuur van de inventaris. Op 14 april 1965 werd de afdeling Kunsten bij het toen nieuwe Ministerie van CRM ondergebracht. Daarom werd deze datum als eindcesuur vastgesteld.
Tijdens de bewerking in 1991 werden ook dossiers uit de oorlogsperiode aangetroffen. Archiefvormers van deze dossiers waren de oorlogsdepartementen van Opvoeding, Wetenschap en Cultuurbescherming en van Volksvoorlichting en Kunsten. Deze dossiers zijn wel in de inventaris opgenomen. Dossiers met een afdoeningsdatum van voor 26 november 1940 zijn opgenomen in de inventaris van de afdeling Kunsten en Wetenschappen 1918 - 1940. Op voornoemde datum werd het ministerie op last van de Duitsers gereorganiseerd en ging het Ministerie van Opvoeding, Wetenschap en Kultuurbescherming heten.
Ordening van het archief
De laatste bewerking van het te bewaren bestand in 2005/2006 bestond uit het stroomlijnen van de bestaande dossierinventaris. Daarbij is deze omgewerkt naar een rubrieksgewijs ingedeelde klassieke inventaris.
Met het oog daarop is het archief ingedeeld volgens een schema, dat is aangeleverd door het Nationaal Archief, gericht op de taken van de afdeling.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Deels openbaar, deels beperkt openbaar (B).
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Afdeling Kunsten en taakvoorgangers van het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen over de periode 1945-1965, nummer toegang 2.14.69, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, OKW / Afdeling Kunsten, 2.14.69, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Verwante archieven
2.14.45 - Inventaris van het archief van het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen: Afdeling Kunsten en Wetenschappen, (1866) 1918-1940

Archiefbestanddelen