Geboren, als zoon van Paulus Vreede en Françoise Charlotte von Abel (1783-1858), Tilburg 14 april 1809, overleden Utrecht 29 juni 1880. Trouwde 28 juli 1837 te Oirschot Anna Catharina Hoff. Koning Willem II benoemde hem bij besluit van 5 februari 1841 no. 93 tot hoogleraar in de rechtsgeleerdheid aan de Rijksuniversiteit te Utrecht. Hij schreef behalve vele werken over diplomatieke geschiedenis en volkenrecht gebundelde krantenartikelen als "Een twintigjarige strijd. 1848-1868" (Utrecht 1869), "Hoofdartikelen van wijlen Professor Vreede, overgedrukt uit het Utrechtsche Dagblad 1869-1880", in 1906 te Leiden uitgegeven door zijn zoon prof. dr. A.C. Vreede en een eveneens door deze zoon in 1883 te Leiden gepubliceerde "Levensschets van G.W. Vreede, naar zijn eigen handschrift uitgegeven", die slechts loopt tot 1854. Zie over hem mr. H.P.G. Quack, "Professor Vreede" (blz. 194-226 van zijn "Studiën en Schetsen", Amsterdam 1886), dr. H. Brugmans in Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, dl. V (1921), kol. 1074-1077, en dr. GW. Kernkamp, De Utrechtsche Universiteit, 1636-1936, II, p. 117-119 (Utrecht 1936), die van Vreede, Geschiedenis der diplomatie van de Bataafsche Republiek, zegt: ... "lets decousu's, ook daaraan ontbreekt een methodische opzet".
Met inbegrip van een afschrift van een verzoekschrift van Etienne Luzac (1706-1787) aan de Staten van Holland betr. de uitgave van zijn "Nouvelleo extraordinaires de devers endroits"
Noemt zich "de Nederl. Protestant"
47 brieven, benevens een kroniek over het leven van Vreedes oom Von Suden van 1796-1849, totaal
met:
1) brieven van G.W. Vreede aan H.W. Tydeman, 1828-1856 en z.j 108 stukken
2) brieven van C.G. Boonzajer te Gorinchem aan (prof. B.W. Tydeman) over het optreden van G.W. Vreede te Gorinchem,1832, 2 stukken
(De eerste brief is beschadigd), welke beide omslagen aan C.W. Vreede ingezonden werd en door:
Mr. J.W. Tydeman te Amsterdam zond toen aan Vreede te Utrecht terug: "ettelijke brieven van U aan mijn vader", "bij de opruiming zijner papieren uit de schier algemeene vernietiging behouden gebleven"
met twee stukken (1853) betreffende de levensloop van Van Zuylen
Onbekend wie de schrijver is; hij zond in februari 1839 het origineel aan de Secretaris van Staat baron van Doorn van Westcapelle "tijdens de beraadslagingen over de droogmaking van een gedeelte van het Haarlemmer Meer"
Zie de brieven van Van Zuylen van Nyevelt aan Vreede van 21 juli 1851 en volgende, deze inv. no. 31
Dat Jottrand de schrijver is, blijkt, behalve uit het handschrift, uit de achterzijde van blz. B en de aanhef van blz. A ("M. l'avocat Jottrand de Bruxelles nous communique pour le Conservateur les documents ci après"), ook uit zijn brief van 16 mei 1869. het ms. bestaat uit twee reeksen:
1) de blzz. 1-12, 17, 21-26, 28-32, 34-41, 44-50,
2) de blzz. A, B, 8-12 18-19, 24, 29, 31, 37, 38-41
van de eerste reeks ontbreekt de laatste blz. (51)
Het geheel is afgedrukt in: G.G. Vreede, Le Conservateur, Revue de droit international. Deuxième année. Utrecht 1870: "L. Jottrand (ancien membre du Congrès national Belge): Perspective de paix durable" (blz. 67-104)
Hierbij brieven geschreven door Pieter de Groot van 1672-1674
Dit afschrift werd in december 1831 gebruikt door prof. mr. C.J. van Assen te Leiden. -Zie de publicatie van Vreede in Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap, dl. I
Later opschrift: "Medegedeeld door Mr. G.W. Vreede"
Een verzameling papieren van baron De Crassier ligt in het rijksarchief te Luik
Dit is een uitgaande brief, die vermoedelijk niet verzonden is; in de verzameling brieven van W.A. baron Schimmelpenninck van der Oye (1918) op het Algemeen Rijksarchief, komt alleen een brief van Vreede voor uit 1850
Het eerste deel van de brief van 12 juni 18621 is afgeschreven door mr. H.A. van Dijk (ministerie van buitenlandse zaken)
Mr. Adriaan Gerard Vreede, afstammeling van Cornelis Vreede (1791-1858), de vijfde zoon van Pieter Vreede, was gouvernementssecretaris in Buitenzorg en hoofd van het Kantoor van Arbeid in Nederlandsch-Indië. Vóór zijn vertrek naar de Oost in 1907 hield hij zich bezig met een biografie van zijn voorvader Pieter Vreede