Het land van Altena werd in 1590 door Walburga, gravin van Nieuwenaar, verkocht aan de Staten van Holland en West-Friesland. Zij had de heerlijkheid Altena, die na de onthoofding in 1568 van haar eerste man Filips van Montmorency, graaf van Horne, was geconfisqueerd, in 1578 verkregen uit de nalatenschap van haar broer Herman van Nieuwenaar, die de confisquatie succesvol had aangevochten.
'Verspreide charters' 107.
'Verspreide charters' 673.
'Verspreide charters' 451.
'Verspreide charters' 214.
'Verspreide charters' 1060.
'Verspreide charters' 1135*.
'Verspreide charters' 1061.
'Verspreide charters' 670.
Tot de goederen die door de Staten van Holland en West-Friesland werden verworven uit het bezit van de graven van Egmond behoorden het graafschap Egmond (1607) en de heerlijkheid Oud- en Nieuw-Beijerland (1619). Deze goederen waren in handen van Sabina van Egmond, dochter van de in 1568 op bevel van koning Philips II onthoofde Lamoraal I van Egmond. Sabina van Egmond (1562-1614) trouwde in 1595 met George Everhardt, graaf van Solms (1568-1602). Zij kreeg in 1590 recht op de Hollandse bezittingen van haar Spaansgezinde broer Lamoraal II (1565-1617), die ze op zijn beurt had gekregen van hun eveneens Spaansgezinde broer Philips (1558-1590). In 1592 werd Sabina vrouwe van Beijerland. Na haar dood in 1614 werd Beijerland geërfd door haar broer Karel (1567-1620), die het in 1619 verkocht aan Diederick van de Nath, heer van 's-Gravenambacht. De Staten van Holland en West-Friesland keurden deze verkoop niet goed, naastten de heerlijkheden en hielden die vervolgens voor zichzelf.
Deels in het Latijn, deels in het Nederlands en deels in het Frans. Het katern bestaat uit 44 bladzijden, waarvan 38 met tekst.
Aanwinsten van het Algemeen Rijksarchief 1915 I, 5, gemerkt rood 296.
'Verspreide charters' 36.
'Verspreide charters' 514.
'Verspreide charters' 63.
'Verspreide charters' 1004.
'Verspreide charters' 776.
Het ontvangstbewijs is beschadigd.
In het Frans.
'Verspreide charters' 271.
Nr. 10193.
'Verspreide charters' 789.
'Verspreide charters' 35.
'Verspreide charters' 34.
Twee exemplaren.
'Verspreide charters' 159.
'Verspreide charters' 685.
'Verspreide charters' 505.
'Verspreide charters' 22.
'Verspreide charters' 1420.
'Verspreide charters' 33.
Het land van Vianen behoorde tot 1725 niet tot de Republiek, maar was een vrije heerlijkheid binnen het Duitse Rijk. Nadat het geslacht Van Brederode, heer van Vianen sedert 1417, in mannelijke lijn was uitgestorven, kwam de heerlijkheid door huwelijk in handen van de graven van Lippe-Detmold. Op zoek naar geld om een verheffing in de Rijksvorstenstand te betalen, verkocht graaf Simon Hendrik Adolf van Lippe-Detmold de soevereiniteit over het land van Vianen in 1725 aan de Staten van Holland en West-Friesland. Tot het land van Vianen behoorden de stad Vianen, met de polders Bloemendaal, Borgarijen en Autena, en de plaatsen Hei- en Boeicop, Lexmond en Achthoven, Lakerveld, Meerkerk en Blommendaal. Met het Land van Vianen waren verbonden de hoge heerlijkheid Ameide en de heerlijkheid Tienhoven.
Gecancelleerd op 7 september 1772.
De charters waren als pakket genummerd 'Verspreide charters 692'.
Het betreft goederen van Jacob Louis graaf van der Nath, die in 1749 door zijn zoon Leonard, graaf van der Nath, heer van Schagen en Den Engh, en diens zuster Catharina werden verkocht aan de Staten van Holland. Tot de goederen behoren tienden, land en tijnsen in de heerlijkheid Schagen en Den Engh onder Linschoten, het huis te Nesse c.a. in het land van Woerden, de helft van twintig morgen land op Rapijnen en de helft van veertien morgen land gelegen in Diemerbroek. Een deel van de goederen was leenroerig aan respectievelijk het kapittel van Oudmunster te Utrecht (tienden in Schagen en den Engh), de heer van Naaldwijk (een hoeve land in den Engh) en de Staten van Utrecht (de helft de tijnsen en tienden van 12 hoeven land te Linschoten). In 1791 werd dit bezit aangevuld nabij gelegen stukken land.
'Verspreide charters' 385.
'Verspreide charters' 647, 648 en 681.
'Verspreide charters' 678.
'Verspreide charters' 680.
'Verspreide charters' 677 en 'Verspreide charters' 687.
'Verspreide charters' 681.
'Verspreide charters' 689.
'Verspreide charters' 645.
'Verspreide charters' 689.
'Verspreide charters' 688.
'Verspreide charters' 692
'Verspreide charters' 649.
'Verspreide charters' 651.
'Verspreide charters' 662.
'Verspreide charters' 654.
'Verspreide charters' 655.
Deze rubriek bevat stukken betreffende aankopen van onroerend goed en rechten ten behoeve van de domeinen, die zijn vermeld in een 'Lijst van eigendomsoverdrachten' (inv. nr. 41.00).
De stukken zijn aangetroffen in dozen 41 t/m 47. Twee stukken werden in andere dozen gevonden (81.49 en 85.33). Ze zijn op de achterkant met paars potlood voorzien van een letter, die correspondeert met de beginletter van een plaatsnaam. De stukken zijn daarom hier op plaats geordend en daarbinnen chronologisch. Twee charters, betreffende bezit in Schoonhoven en Strijen (inv. nrs. 46.11 en 46.12), zijn vermeld in het 'Register van den brieven ende titelen' en daarom opgenomen in de rubriek 'Register van den brieven ende titelen' ca. 1570. In de dozen 41 t/m 47 werden 31 stukken aangetroffen die niet in deze lijst zijn vermeld. Het betreft, op twee nummers na, stukken die geen duidelijke retroakten zijn en één overdracht van goederen aan anderen dan de Staten van Holland. Hiervan zijn de 25 stukken betreffende Holland opgenomen in de rubriek Onroerende goederen in Holland. De overige zes stukken, betreffende Baarn, Breda en Princenhage, zijn aan het eind van deze rubriek beschreven. Bijna al het onroerend goed ligt in het gewest Holland. Uitzonderingen hierop zijn: Genemuiden (1541), Nijmegen (1753), Utrecht (1535, 1537), Baarn (1640, 1793), Breda (1661) en Princenhage (1589-1616). Alleen de stukken uit de eerste drie plaatsen zijn vermeld in de toegang 41.00.
Dertien van de stukken vermeld in de Lijst van eigendomsoverdrachten zijn niet aangetroffen in de dozen 41 t/m 47. De dertien ontbrekende stukken hebben betrekking op: Coevorden (hof, zomerhuis enz gelegen achter 's lands magazijn, 1652, een hof gelegen bij het kruithuis, 1652 en een hof bij 's lands magazijn, 1652); Sappemeer (landerijen gelegen in Helpman, 1787); Sluis (een stal, huis en afdak, 1752); Venlo (een huis en erf gelegen achter het gasthuis (gereformeerde kerk) en een huis en erf gelegen in de Gasthuisstraat (2x), 1718); Woerden (land met verklaring van een landmeter, 1791).
Deze tabel vormde een beknopte toegang op de stukken die geborgen waren in dozen 41-47, maar is niet geheel volledig en bevat geen persoonsnamen. In de toegang staan dertien stukken vermeld die niet zijn aangetroffen. Op basis van aantekeningen op oude fiches ['voorl. Ingekomen stukken Bondam'] is het aannemelijk dat deze lijst is gemaakt door Bondam.
Aangetroffen in de collectie Verspreide Charters als inv. nr. 1114, met vermelding: charters Grafelijkheidsrekenkamer 297A [3.01.27.07 inv.nr. 5850].
De waarschuwing gedrukt.
Vennep, gelegen nabij Hillegom.
In inv. nr. 41.00 ten onrechte gedateerd op 1529.
Deels in het Frans
Uit charters niet Suys.
Zie rubriek 'Register van den brieven ca. 1570'. Aan te vragen als inv. nr. 46.12.
Zie rubriek 'Register van den brieven ca. 1570'. Aan te vragen als inv. nr. 46.11.