Léonard Pierre Joseph Burggraaf du Bus de Gisignies, geboren Dottignies 28 februari 1780 en overleden Oostmalle, 31 mei 1849, was de zoon van Pierre Ignace Joseph Du Bus, wiens echtgenote tot de familie De Gisignies behoorde. Léonard Pierre Joseph Du Bus de Gisignies huwde in 1802 te Brugge Marie Anne Catherine Bernardine de Deurwaerder (1783-1836) en hertrouwde in 1839 met Marie Antoinette Caroline van der Gracht de Fretin (1779-1864).
Deze genealogische opgaven zijn ontleend aan Baron Isidore De Stein D'Altenstein, La noblesse belge, Annuaire de 1890, II, p.319-322.
1) die officieel door de gouverneur-generaal van Nederlands-Indië aan de Koning zijn gezonden,
2) die door Wappers Melis aan het ministerie van Koloniën zijn overgegeven, ter gedeeltelijke voldoening aan de hem in Nederlands-Indië opgedragen last om de aldaar genomen maatregelen bij het gouvernement in het Moederland te verdedigen, z.j.
Exh. 27 januari 1827 no.13. Buiten gemerkt: "No.57"
Vel 1-27. Niet eigenhandig.
Zie no.88.
In 1827 vertaalde P.P. Roorda van Eysinga het oude Maleise handschrift van Bochari van Djohor, de Kitab Tadjoe Salatin in het Nederlands, onder de titel: "De kroon aller koningen", gedrukt te Batavia ter Landsdrukkerij. Later verschenen Javaanse vertalingen. Zie de Catalogus der Koloniale Bibliotheek van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde van Ned.Indië en het Indisch genootschap door G.P. Rouffaer en W.C. Muller, onder Bochari p. 273 no.71, 's-Gravenhage 1908. (Mededeling van dr. J. Voorhoeve, secretaris der bibliotheek van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde.)
De bijlagen ontbreken gedeeltelijk.
In 1826 te Batavia opgericht door Burggraaf Du Bus de Gisignies als tak van het Genootschap van Waterloo te Brussel onder sanctie van Prins Frederik der Nederlanden; de commissarisgeneraal was voorzitter.
Exh. 22 maart 1826 no.2.
Behorend bij exh. 22 maart 1826 nos.1, 3 en 4.
"B e no.3. Van no.31 tot en met 53".
"Behoort bij 24 April 1829 no.2".
"A no.2".
"A no.3".
Exh. 23 augustus 1824 no.51 van het ministerie voor het Publieke Onderwijs, de Nationale Nijverheid en de Koloniën.
"A no.9".
Aanwezig de staten A-I, evenwel niet volledig.
De naam van de schrijver is onleesbaar.
Gemerkt: B-E.
Alfabetisch gerangschikt naar de residenties. Sommige stukken zijn gericht aan "de Luitenant Gouverneur Generaal van Nederlandsch Indië te Bataviä.
Hierbij een nota van Du Bus de Gisignies z.j.
Dit rapport behoort bij de missive van 1 maart 1829 La H 1 x.
Uit het archief der Algemene Staatssecretarie (inv.no.5705) blijkt, dat de missive van 14 december 1827 La H 4 van de minister van Koloniën aan de Koning handelt over de staat der Indische financiën, naar aanleiding van drie rapporten van de commissaris-generaal van 16 juni 1827 La K 4, L 4, M 4.
"Behoort bij 1 maart 1829 La H 1 x".
Nos. 2-5.
Getekend, maar niet verzonden.
De bijlagen lopen van 1827-1829.
Hierbij een uitvoerig "Rapport over den staat van den landbouw en de daarmede verbondene fabrieken en andere takken van nijverheid, in hoofd baljuwage van Batavia, over het jaar 1829".
De namen der firmanten of handelsagenten zijn moeilijk leesbaar.
Zie no.76.
Nos. 73-74, 86-91, 93-102, 105-106, 108-155.
Nos. 11-154; de nos. 41, 42, 44, 58-67, 73, 93-95, 108-113, 127, 139, 141, 144 ontbreken.
Nos. 1-156; de nos. 6, 18-29 ontbreken.
Nos. 1-154; de nos. 25-29, 31-39, 99, 145 ontbreken.
Nos. 1-118, 120-129. No. 79 is beschadigd.
Nos. 1-104.
Nos. 2-5, 33-73, 84-86, 96-104.
Nos. 29-37.
Dubbel. Begint met 16 december 1828. Nos.1-2. No. 1 wijkt af van dat in no. 363.
Nos. 3-21 en no.22.
Nos. 1-4, 7, 11-13, 15, 19-23.
1825 no.26; 1826 4 en 9 februari; 5 juli; 1827 nos. 1-4, 12-39, 50-60, 70-84, 102-125, 127.
1826 no.10, 1827 nos. 1-3, 9-10, 12-13.
3 exemplaren, in omslag.
Gambier = plantenextract.
Het geheel zijn "Bijlagen, behoorende tot de missive aan den Minister voor de Marine en Koloniën d.d. 30 November 1829 La N 6".
Exh. 28 november 1826 no.29.
La Z 4
Vermoedelijk bijlagen bij een rapport van de commissaris-generaal van Nederlands-Indië aan het ministerie van Marine en Koloniën, exh. 10 juli 1828 no.3.
Merendeels afschriften van geheime stukken.
Geschreven na 3 januari 1828.
La W 3
La X 3
De bijlagen ontbreken.
Het laatste omslag in een portefeuille met opschrift: "Generaal Majoor Bischoff. Geheim".
Gemerkt: "B no.1".
Gemerkt:"B no.2".
Gemerkt: "B no.8".
Met potlood gemerkt: "l A 3".
Gemerkt: "B no.4". Engelhard voltooide zijn memorie voor de Koning op 6 september 1824. Het stuk kreeg het exh. der Staatssecretarie van 2 oktober 1824 no.105 en werd toen naar het departement voor de Nationale Nijverheid en Koloniën om c. en a. gerenvoyeerd, waarna het definitief geborgen werd in het archief der Staatssecretarie onder La P2 geheim van 26 februari 1825.
Gemerkt: "B 9 en 10".
"B no.5".
Gemerkt: "B no.6".
Gemerkt: "A no.20". Deze memorie is niet geadresseerd. Het afschrift draagt het exh. 20 augustus 1827 La X 3 geheim.
Niet getekend.
Zie voor De Linge: inv. nos. 304 en 326.
Soms met minuut-antwoord.
A. v.
Hierbij als bijlage een brief van mr. A.R. Falck uit Londen 24 november 1827 aan mr. G.W.C. Bergh, advocaat te Batavia, in antwoord op diens brief van 20 juli 1827.
Hierbij een brief van Comte C. van der Burch over de ontvangst door Koning Karel X van Frankrijk van de Prins van Oranje, 1827 oktober 6.
Dit zijn bijlagen tot het rapport over de Vorstenlanden van 6 juli 1827.
Zie nos. 76, 339 en 515.
24 bladen, waarschijnlijk niet volledig.
In het Nederlands, niet eigenhandig.
Met kritische aantekeningen.
Het oorspronkelijke stuk is een adres van J. Kruseman, Oost-Indisch ambtenaar met verlof, aan de Koning overleggend een overzicht van de handel en scheepvaart van Java in 1825-1828 en voorts een beschouwing over de waarde van Java voor het moederland. Zie archief Algemeene Staatssecretarie van Koning Willem I, exh. 11 Oktober 1830 no.115.
De brief van 5 januari 1847 handelt over het gedrag van monseigneur Grooff op Java.
Hierbij een lijst van kaarten, plannen enz., die in het archief, zoals het thans berust in het Algemeen Rijksarchief te 's-Gravenhage, niet zijn aangetroffen.
Du Bus schreef op de naamloze nota: "travail de Mr.Sevenhoven, membre du conseil des indes".
Zie R. Reinsma, Uit de aantekeningen van een oud-Indisch ambtenaar (Jhr.Johan Pieter Cornets de Groot van Kraayenburg) in: Bijdragen tot de taal-, land- en volkenkunde, dl.122 (1966), p.233.
De geschreven tekst is uitvoeriger dan de gedrukte.
Deze publicatie omvat het "algemeen verslag, wegens den staat van den landbouw, over het jaar 1829; aan Zijne Excellentie den luitenant generaal, gouverneur generaal over Nederlandsch Indië". Dit rapport van de commissie Baumhauer werd na het vertrek van Du Bus uitgebracht aan Van den Bosch.
a) het rapport van de commissaris-generaal over Nederlands-Indië Burggraaf Du Bus de Gisignies aan de minister van Marine en Koloniën over het stelsel van kolonisatie van 1 mei 1827 La P 3 x;
b) een bundel bijlagen tot het rapport van de commissaris-generaal Du Bus de Gisignies over het stelsel van kolonisatie;
c) het advies van luitenant-generaal Graaf J. van den Bosch aan de minister voor de Marine en Koloniën over het stelsel van kolonisatie van 6 maart 1829.
Ingezonden als bijlage tot de memorie van beantwoording en gedrukt volgens het nader besluit der Tweede Kamer van 23 december 1850.
Uit het eerste huwelijk van Léonard Pierre Joseph Burggraaf Du Bus de Gisignies stamde Bernard Aimé Léonard Burggraaf Du Bus de Gisignies, geboren Doornik 20 juni 1808, overleden Bad Ems 6 juli 1874, dr. in de rechten, senator en directeur van het Koninklijk Museum voor natuurlijke historie te Brussel, schrijver van Esquisses ornithologiques. Zijn schilderijenbezit werd beschreven door Edouard Fetis, Galerie du Vicomte du Bus de Gisignies, Texte explicatif et annotations. Bruxelles 1878.
Met aantekeningen van Du Bus de Gisignies. Derde lid van deze grondwetscommissie was "Du Bus ainé".
Vaak meervoudig aanwezig. Met bijgeschreven aantekeningen.
Van no.6 vijf exemplaren.
Van no.13 drie exemplaren.
Afleveringen 1-2, 10-12 en losse platen.
Zie volgende bladzijde.
Geschreven 39 jaren na het begin van het bewind van Du Bus als commissaris-generaal over Nederlands-Indië, dus c.1865.
Met een prospectus voor het gehele werk, uit te geven door Von Siebold en Melvill van Carnbee. Van de eerste aflevering ontbreekt het titelblad; het is dus niet zeker of deze aflevering behoort bij het derde deel.
Overdruk uit: "Bulletins de l'Académie royale de Belgique", 2me série, t. XXXIV, décembre 1872.
De jongere broer van Bernard Aimé Léonard Burggraaf Du Bus de Gisignies, geheten Albéric Burggraaf Du Bus de Gisignies (18101874), ongetrouwd gebleven, was, evenals zijn broer, Belgisch senator.
Niet bekend of Du Bus reeds in 1863 senator was. Met gedrukte handelingen van de beraadslagingen in Senaat en Kamer van afgevaardigden, o.a. over de haven van Nieuwpoort.
Uit het huwelijk van Bernard Aimé Léonard Burggraaf Du Bus de Gisignies met Pétronille Dorothée Truyts (1801-1886) stamden twee zonen, Bernard Daniël Burggraaf Du Bus de Gisignies (geb.1833), die attaché van legatie en senator was, en Christiaan Bernard Alexander Burggraaf Du Bus de Gisignies (geb. 4 november 1845 te Oostmalle, overl. 3 juli 1883 te Jabbeke), die in 1880 getrouwd was met Ursule Truyts (geb.1850). Hun dochter Godelive werd 19 november 1882 geboren en trouwde in 1913 Graaf Maximilien de Renesse Breidbach, geb. 1867.
Zie ook no.547.
Zie ook no.546.