Van de talrijke goederen, die Jan II van Polanen kreeg door toedoen van Willem van Duvenvoorde
Een uitvoerige beschrijving van de politieke en financieele manipulaties van W. van Duvenvoorde vindt men in J. Cuvelier, Les origines de la fortune de la maison d'Orange-Nassau, 1921
, was het land van Breda het voornaamste. Omtrent het ontstaan is weinig bekend. Van het land van Strijen, dat begrensd werd door de Striene, de Maas, de Donge en het graafschap Rijen, kwam het noordelijke deel, dat den naam Strijen behield, aan Holland; in het zuidelijke, dat aan Brabant bleef, trad in 1125 een heer van Breda op. De grens tusschen beide deelen liep over Oosterhout, dat Brabantsch, en Zevenbergen, dat Hollandsch was, naar Steenbergen en Bergen op Zoom. Omstreeks 1190 droeg Godfried van Schoten de burcht van Breda met zijn daar omheen liggende allodia op aan den hertog van Brabant, die er Godfried mede beleende onder uitbreiding van het gebied met de vennen aan de noordwestzijde tot aan het land van Strijen. Dit land van Breda werd in 1287 tusschen twee zusterszoons gesplitst in het land van Breda en dat van Bergen op Zoom; een gedeelte waarin Steenbergen, Gastel, Oudenbosch, Standaardbuiten, Fijnaart en Heiningen lagen, bleef gemeenschappelijk eigendom van beiden tot 1458. Een omschrijving van hetgeen tot het land van Breda behoorde, geeft de deelingsakte van 1287 evenmin als de akte van 1350, waarbij de hertog van Brabant de heerlijkheid aan Jan II van Polanen verkocht. Eerst van het jaar 1474 is een denombrement bekendNass. Dom. toegang 1.08.11, inv. no. 7938, fol. 38
, waarin wordt opgesomd wat het land omvatte, n.l. de stad Breda met het slot, de stad Steenbergen (d.w.z. sinds 1458, in welk jaar Breda van het gemeenschappelijk gebleven land, Steenbergen met het Kruisland kreeg), voorts Rozendaal, Nispen, Etten, de Haghe (= Princenhage), Terheiden, Zonzeel (het tegenwoordige Langeweg), Oosterhout met het slot (het zogenaamde huis te Strijen), Gilze, Ginneken, Alfen, Baarle, Rijsbergen, Groot en Klein Zundert en Dongen, Hier bezat de heer de hooge heerlijkheid. Verder had hij, zooals het denombrement zegt, een smalheerlijkheid in Groot Zundert, de smalheerlijkheid van het goed Gageldonk benevens een andere smalheerlijkheid met "wat cijnzen en renten in de parochies Rosendaal, Nispen, Woude en de Haghe gelegen". Met het laatste zijn onderdeelen bedoeld van het gecompliceerde goed van Gageldonk-Hambroek, waartoe ook goederen te Sprundel behoordenZie over Gageldonk mr. F. F. X. Cerutti in Jaarboek van den Oudheidkundigen kring "De Ghulden Roos" te Roosendaal, V (1945)
Dat de heerlijkheid Gageldonk-Hambroek en een deel van Zundert in een andere verhouding tot den heer stonden, vindt zijn reden in de omstandigheid, dat zij niet tezamen met het overige land van Breda door den hertog in leen zijn uitgegeven
Zie Kleyn a.w. blz. 67
. Deze had bij de uitgifte een uitzondering gemaakt voor de goederen, die reeds door ministerialen van hem in leen werden gehouden en waarvan de hooge heerlijkheid aan den hertog was verbleven. In PrincenhageZie over Princenhage G. C. A. Juten, De parochiën in het bisdom Breda
had Gageldonk-Hambroek een eigen leenhof en laathof. Het ressort van genoemde hoven vormde dat gedeelte van Hage, dat later Hage onder den Hertog werd genoemd in tegenstelling met Hage-Nassau of PrincenhageOok van Zundert
Zie prof. mr. van der Hoeven a.w. en G. C. A. Juten als boven. Een denombrement van Zundert-hertog van 1440 is te vinden in Nass. Dom. toegang 1.08.11, inv. no. 7938, blz. 112
. was een deel aan den hertog verbleven. Dit was als lage heerlijkheid aan het geslacht Montenaken en vervolgens aan dat van Schoonhoven als leen gegeven. De hooge heerlijkheid van dit leen werd met die van Hage-Hertog, Sprundel-Hertog en het gedeelte van Nispen onder den Hertog in 1388 door Johanna, hertogin van Brabant aan Jan van Polanen verpand en niet meer afgelost. Wat de heerlijkheden zelve met de lage rechtspraak betreft, Gageldonk-Hambroek werd in 1458 door Willem de Bye, Zundert-Hertog in 1464 door Johanna van Schoonhoven aan den heer van Breda verkochtBuiten den laathof van Gageldonk-Hambroek waren er te Princenhage nog twee andere laathoven, nl. van het goed Ten Houte, dat reeds in de 14de eeuw door den heer van Breda in leen werd uitgegeven, en van het goed Burgst, een al omstreeks 1312 vermeld Brabantsch leen. De vrije rijksabdij Thorn bezat laathoven in Gilze en Baarle, terwijl aan de abdij van St. Bavo te Gent een hof te Sombeke behoorde, dat eenige rechten en inkomsten te Rijsbergen en Zundert genoot
Zie G. C. A. Juten, Het hof Sombeke, in Taxandria XXXV, blz. 284
. Thorn behield zijn rechten tot de opheffing van de abdij in 1797, de rechten van St. Bavo werden in 1523 aan den heer van Breda verkochtDongen, Wagenberg en het huis te Strijen maakten aanvankelijk geen deel uit van het land van Breda al werden zij gaandeweg beschouwd als ertoe te behooren. Met Dongen werd Willem van Duvenvoorde, heer van Oosterhout, in 1329 door Willem van Horne en Altena als met een Brabantsch leen beleend. In 1350 verkocht hij het, met veel terrein vergroot, als leen van Oosterhout aan zijn dochter BEATRIJS, vrouw van Roelof van Dalem. Haar zoon werd er in 1357 door Jan van Polanen mede beleend, nadat Willem van Oosterhout, zoon van Willem van Duvenvoorde, afstand had gedaan van door hem gepretendeerde leenheersrechten. De nakomelingen van Roelof en Beatrijs van Dalem bleven in het bezit van Dongen, totdat het in 1500 door de hoofdbank van Breda verbeurdverklaard werd wegens wangedrag bedreven door Joost van Dongen
Ook het archief van de familie van Dalem kwam in het bezit van den heer van Breda, hetgeen de aanwezigheid verklaart van een aantal personalia en stukken betreffende goederen in het land van Altena en elders, die met de verbeurdverklaring niets uitstaande hadden. Dit archief is, als een geheel beschreven, als aanhangsel geplaatst achter de beschrijving van de stukken, aangaande het land van Breda en Steenbergen
. Daarna werd het niet meer in leen uitgegevenIn 1324 verwierf Willem van Duvenvoorde het bij Oosterhout op de Brabantsch-Hollandsche grens gelegen huis te Strijen, terwijl hij in 1349 beleend werd met de hooge heerlijkheid Wagenberg. Wagenberg evenals Zundert en Gageldonk
Hoewel dit op verzoek van graaf Jan van Nassau in 1460 door den hertog met Breda werd vereenigd tot een "onverscheyden leen" (Regentenlijst no. 1817)
. worden bij de latere beleeningen met stad en land van Breda als afzonderlijke leenen ontvangenDe heerlijkheid Breda was souverein behoudens leenhulde aan Brabant en bezat de gebruikelijke regalia. In het geheele land gold het recht van Breda, uitgezonderd binnen de "Palen van de Hoeven van Etten". Deze palen begrensden een gebied, dat oorspronkelijk uit moeren had bestaan en waar recht gesproken werd volgens het Hoevensche charter, door Hendrik van Breda in 1267 bij de uitgifte dier moeren verleend. Breda had de crimineele rechtspraak over de dorpen in het land behalve over Oosterhout en Roozendaal, die vrije heerlijkheden waren. Van vonnissen, gewezen te Breda, bestond reformatie bij den Raad van Brabant. De pretensie van de bank van Santhoven als zou Breda als deel van het land van Rijen onder haar ressort vallen, werd met goed gevolg afgewezen; wel gold dit voor de bovengenoemde gerechten van Zundert-, Hage-, en Sprundel-Hertog en Nispen
Zie Recueil des anciennes coutumes de la Belgique, Brabant, Santhoven blz. 204, 494
Steenbergen
Zie W. Bezemer. Oude rechten van Steenbergen, Werken der Ver. tot uitgave der bronnen van het O. Vad. Recht 1e reeks no 20)
, dat vóór de verdeeling in 1287 deel had uitgemaakt van het land van Breda en daarna bijna twee eeuwen lang gemeenschappelijk bezit van Breda en Bergen op Zoom bleef, werd, ook nadat het in 1458 aan Breda was toegewezen, als een afzonderlijke heerlijkheid beschouwd. Het werd niet gerekend tot hetgeen later (eind 16e, begin 17e eeuw) de baronie van Breda werd genoemd, hoewel het met Breda tot één leen werd ontvangen en het in het denombrement dier heerlijkheid van 1474 als deel daarvan voorkomt. Van vonnissen in civiele zaken was evenals dat bij de dorpen in de baronie het geval was appèl op de Hoofdbank te Breda en halszaken werden door den drossaard van Breda berecht. De benaming baronie voor het land van Breda komt in de middeleeuwen niet voor; de titel luidt voor prins Willem I evenmin baron doch heer al worden in de 15e eeuw de graven van Nassau door den hertog van Brabant baanrotsen genoemd. Prins Willem evenwel wordt door den keizer baanderheer van Breda geheeten en betitelt zichzelf heer en baron van BredaBreda werd door de Nassaus als hun voornaamste bezitting beschouwd
In zijn Apologie (uitgave 1858, blz. 58) zegt de prins, sprekende van de erfenis van René van Chalon: "Quant á la succession de Nassau qu'on appelle communément de Breda pour estre le lieu principal de mes seigneuries et où moi et mes prédecesseurs avons tenu nos chambres de comptes, conceil et principauls enseignemens" etc
. Wellicht mede door zijn gunstige ligging tusschen noord en zuid, was het hun geliefkoosde verblijfplaats, het middelpunt van de administratie en de centrale bewaarplaats van de archieven hunner verspreide bezittingenZie Th. E. van Goor, Beschrijving der stadt en lande van Breda, 1744; Mr. A. G. Kleyn, Geschiedenis van het land en de heeren van Breda tot het tijdstip der afscheiding van Bergen op Zoom, 1861; Prof. mr. H. van der Hoeven, Bijdragen tot de kennis van de geschiedenis van Zundert en Wernhout 1920, waarin op blz. 74 een rapport van mr. C. C. D. Ebell over den oorsprong van Breda; G. C. A. Juten, De oudste heeren van Breda, Taxandria xii en verder Tax. passim; G. C. A. Juten, De Parochiën in het bisdom Breda, 1935. Jhr. dr. Th. van Rheineck Leyssius, De oudste heeren van Stryen, in De Nederlandsche Leeuw 1931, een antwoord hierop van G. C. A. Juten in Taxandria XXXVIII, repliek in De Ned. Leeuw van 1932 en dupliek in Tax. XXXIX
Reg. no. 1652
regest_nummer 1652 1450 December 13
regest_beschrijving Peter Oem en Claus Jansz. van der Byestraten, schepenen in Dongha, oorkonden, dat Lijsbet, natuurlijke dochter van Willem van Dalem, en haar man Cornelijs Venedauw verkocht hebben aan Joes Adriaen Berwoutsz. 1½ sestertie rogge jaarlijks aan erfpacht uit een stuk land, geheeten de Molenvloet, groot 2½ bunder.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 515). Met de zegels der beide schepenen, het eerste zeer, het tweede weinig geschonden. Met transfix dd. 1452 Juli 29 (Reg.No. 1675).
Reg. no. 1652
regest_nummer 1675 1452 Juli 29
regest_beschrijving Jacop Rutgheersz. en Claeus Jansz. van der Byestraten, schepenen in Dongha, oorkonden, dat Joes Ariaen Berwoutsz, verkocht heeft aan Gherijt Cristus 1½ sestertie rogge, vermeld in den brief dd. 1450 December 13, waardoor deze gestoken is (Reg.No. 1652).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 515). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Oud inv. nr. 516
Reg. nos. 1909, 1913 en 2039
regest_nummer 1909 1468 Juli 12
regest_beschrijving Pouwels van Haestrecht, heer van Venloen etc., bevestigt, op verzoek van den abt van Egmond en van Anthonis van Hoichtwou, de begrenzing en uitwatering van de moeren, door den laatste verkocht aan den eerste.
regest_datering
regest_nb Authentiek 16e eeuwsch afschrift (Inv.No. 516).
regest_nummer 1913 1469 Augustus 28
regest_beschrijving Anthonijs, heer van Hoochwoude en Erdswoude, verkoopt aan heer Gherijt van Poelgeest, abt van Egmond, ten behoeve van de abdij 34 brabantsche roeden moer in Venloen tusschen het riool, dat tusschen Brabant en Holland loopt, en den weg van Venloen naar Donge.
regest_datering
regest_nb Authentiek 16e eeuwsch afschrift (Inv.No. 516). Op hetzelfde blad afschrift van de akte dd. 1478 Juli 6 (Reg.No. 2039).
regest_nummer 2039 1478 Juli 6
regest_beschrijving Rechter en heemraden van Screvelduyn oorkonden, dat Aert die Rode getransporteerd heeft aan den abt van Egmond t hond moer in Screvelduyn.
regest_datering
regest_nb Authentiek 16e eeuwsch afschrift (Inv.No. 516). Geschreven op hetzelfde blad als de akte dd. 1468 Augustus 28 (Reg.No. 1913).
Deze stukken bevinden zich in de Coll. v. Nispen, toegang 1.1309, inv no. 56.
Reg. no. 1990
regest_nummer 1990 1475 April 14
regest_beschrijving Roelof van Dalem, heer van Donghen, verpacht aan Gherijt van Dijmerbroeck, zijn zwager, 16 morgen land voor 10 jaar.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 517). Het zegel van den oorkonder verloren.
Reg. no. 2061
regest_nummer 2061 1479 September 10
regest_beschrijving Huyman Peter Loysz. en Lambrecht Peter Oemenz., schepenen van Donghen, oorkonden, dat Cornelijs Lambrecht Winenz. Joes van Dalem, heer van Donghen, het erfelijke gebruik van een weg heeft toegestaan, welke over zijn steeg naar diens wilderden gaat.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 518). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Reg. no. 2300
regest_nummer 2300 1498 Mei 26
regest_beschrijving Huiman Peter Loeysz. en Wouter Jan Koenenz., schepenen in Donghen, oorkonden, dat Joes van Daelem, heer van Donghen, verkocht heeft aan Jan Jan Ghybenz. 1 bunder moer, die behalve een reeds bestaanden uitweg er nog een hebben zal, dien de heer van Donghen belooft aan te leggen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 519). Met de zegels der beide oorkonders in groene was en geschonden. Hieraan vastgehecht de brieven dd. 1500 November 19 en 1506 Februari 9 (Reg. Nos. 2385 en 2468).
Reg. no. 2385
regest_nummer 2385 1500 November 19
regest_beschrijving Huyman Peter Loeysz. en Wouter Jan Loenenz., schepenen van Donghen, oorkonden, dat Ariaen Heinrijck Matheusz. verkocht heeft aan Jan Embrecht Wijnsz. 1 bunder moer met twee uitwegen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 519). Met rest van het zegel van den eersten schepen, dat van den tweeden geschonden, beide in groene was. Met transfix dd. 1506 Februari 9 (Reg.No. 2468). In dorso staat, dat Jan Jacop Heymansz. met deze brieven moer heeft gekocht van Joost van Donghen, welke deze niet leveren kon, waarom de rentmeester van den heer van Breda Jan 66 rijnsche guldens heeft uitbetaald, welke verrekend zijn in de rekening van 1514. De brief is vastgehecht aan dien dd. 1498 Mei 26 (Reg.No. 2300).
Reg. no. 2468
regest_nummer 2468 1506 Februari 9
regest_beschrijving Wouter Jan Loenenz. en Wijllem Jan Meemansz., schepenen in Donghen, oorkonden, dat Jan Embrecht Wijnsz. verkocht heeft aan Jan Jacop Heymansz. het bunder moer, vermeld in den brief dd. 1500 November 19 (Reg.No. 2385), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 519). Met de zegels der beide oorkonders in groene was en geschonden.
Reg. no. 744
regest_nummer 744 1380 September 17
regest_beschrijving Willem, heer van Donghen, verkoopt aan Luytgaert van Goerle, priorin van de nonnen van Premonstreit bij Breda, en het convent 3 hoeven moer te Donghen tegen een cijns van 3 oude grooten jaarlijks.
regest_datering (op Sinte Lambrechts dach).
regest_nb Authentiek afschrift (Inv.No. 520).
Reg. no. 779 en 867
regest_nummer 779 1387 Juli 18
regest_beschrijving Willem van Donghen verkoopt aan Ghertruydt Aernd Aggaerts dochter een hoeve moer te Donghen, waaruit zij hem 10 schellingen jaarlijks zal betalen.
regest_datering
regest_nb Afschrift (Inv.No. 521). In dorso afschrift van de akte dd. 1399 Juli 12 (Reg.No. 867).
regest_nummer 867 1399 Juli 12
regest_beschrijving Willem van Dalem, heer van Donghen, verkoopt aan Peeter Poelman de 10 schellingen jaarlijks, vermeld in den brief dd. 1387 Juli 18, waardoor deze gestoken is (Reg.No. 779).
regest_datering
regest_nb Afschrift geschreven op de achterkant van het afschrift van de akte dd. 1387 Juli 18.
Reg. no. 1001
regest_nummer 1001 1412 December 6
regest_beschrijving Peter Heynmansz. en Gielijs van Caertscot, schepenen in Donghen, oorkonden, dat de schout vanwege Willem van Dalem, heer van Dongha, en ten behoeve van dezen gerechtelijk heeft uitgewonnen 17 loopen rogge jaarlijks aan erfpacht, die Cateline, weduwe van jonge Peter Wibusch, inde uit een huis en erf en uit 1 bunder land aldaar, te aanvaarden na overlijden van Gherijt van Hosenhout, die ze als lijfrente heeft.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 522). De zegels der beide schepenen verloren.
Reg. no. 1238
regest_nummer 1238 1428 Juni 5
regest_beschrijving Jan Lambrechtsz. en Thomaes Claeusz., schepenen in Dongha, oorkonden, dat Jan Lambrecht Tielenz. zoon erkent schuldig te zijn aan Lijsbet heer Willem Witbols dochter, vrouw van Jan Evergheer, 4 loopen rogge jaarlijks aan erfpacht, die zij bij haar huwelijk heeft meegekregen uit een huis en erf aldaar.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 523). Met de zegels der beide schepenen in bruine was, het eerste geschonden.
Reg. no. 1274
regest_nummer 1274 1430 Mei 20
regest_beschrijving Broeder Heinric die Bye, commandeur van der Braken, geeft aan Willem van Dalem, heer van Dongha, zijn tienden aldaar voor 6 jaar voor 18 oude schilden jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 524). Met het zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 1217
regest_nummer 1217 1425 December 5
regest_beschrijving Jan van Hoesenhout en Thomaes Claeusz., schepenen in Dongha, oorkonden, dat Claes, Peter en Thomaes, zoons van Heinric Jansz. van der Voert, hun broeder Heinric 8 loopen rogge jaarlijks hebben bewezen aan erfpacht, die hun vader hem vermaakt had uit een hoeve land.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 525). Met de zegels der beide schepenen in groene was. Met transfix dd. 1436 Maart 3 (Reg.No. 1350).
Reg. no. 1350
regest_nummer 1350 1436 Maart 3
regest_beschrijving Jan van Hoesenhout en Gherijt Jan Haghaertsz., schepenen in Dongha, oorkonden, dat Heinric, natuurlijke zoon van Heinric van der Voert en Lijsbet Jan Hagaerts dochter, verkocht heeft aan Roelof van Dalem, Willemsz. van Dongha, een erfpacht van 8 loopen rogge jaarlijks, vermeld in den brief dd. 1425 December 5 (Reg.No. 1217), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 525). Met de zegels der beide oorkonders in groene was.
Reg. no. 1462
regest_nummer 1462 1442 Januari 24
regest_beschrijving Jan van Hoesenhout en Rycout Engbrechtsz., schepenen in Dongha, oorkonden, dat de erfpacht van 4 loopen rogge jaarlijks, die Heijnric Peter Lonenz. aan zijn dochter Katheline heeft gegeven bij haar huwelijk met Peter Jans Heeren, met behoud van 2 loopen voor zichzelf, na haar dood verstorven zijn op haar zoon Jan, en gevestigd zijn op 5½ loopen zaad land, die Heynric voornoemd verkocht heeft aan Matheeus Alaertsz.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 526). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Reg. no. 1463
regest_nummer 1463 1442 Januari 24
regest_beschrijving Jan van Hoesenhout en Rijcout Engbrechtsz., schepenen in Dongha, oorkonden, dat Heynric Peter Lonenz. naast de 5½ loopen zaad land, die eerst eigendom van hem waren, maar nu van Matheeus Alaertsz., nog een erfpacht van 1 loop rogge jaarlijks van de 2, die hij uit dat land behouden heeft, als onderpand stelt voor de erfpacht van 2 loopen rogge jaarlijks, die Jan Peter Heerenz. geërfd heeft van zijn moeder Kathelyne, dochter van Heinric Peter Lonenz.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 526). Met de zegels der beide schepenen in groene was; het eerste geschonden.
Reg. no. 1782
regest_nummer 1782 1458 Januari 10
regest_beschrijving Rijcout Engbrechtsz. en Peter Oem, schepenen in Dongha, oorkonden, dat Peter Pouwelsz. voor zich en zijn zuster Marye, Gherijt Pouwelsz. voor zich en zijn zuster Mechtelt, Michiel die Druyt voor zijn vrouw Lijsbeth en Heinrijc die Cuper voor zijn vrouw Alijt, en zij allen voor Pouwels en Mathijs Pouwels zoons hebben verkocht aan Roelof van Dalem, heer van Donghen, een erfpacht van 4 loopen rogge jaarlijks uit een stuk land (een heining), groot 5 loopen zaad.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 527). Met het zegel van den tweeden schepen in groene was; dat van den eersten verloren.
Reg. no. 2322
regest_nummer 2322 1499 Mei 5
regest_beschrijving Wouter Jan Loenenz. en Willem Jan Mermansz., schepenen van Donghen, oorkonden, dat Jan Empen Meynartsz. verkocht heeft aan Joes van Dalem, heer van Donghen, 2½ loop rogge jaarlijks aan erfpacht uit een loop zaad land.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 528). Met het zegel van den eersten oorkonder in groene was, dat van den tweeden verloren.
Reg. no. 2326
regest_nummer 2326 1499 Mei 18
regest_beschrijving Wouter Jan Loenenz. en Lambercijs Gherijtsz., schepenen van Donghen, oorkonden, dat Ghoesen Jan Robbenz. erkend heeft schuldig te zijn aan Joes van Dalem, heer van Donghen, 10 loopen rogge jaarlijks aan erfpacht uit 19 loopen zaad 19 roeden weiland naast den Donghendijk.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 529). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Oud inv. nr. 530
Reg. no. 1204
regest_nummer 1204 1424 Mei 3
regest_beschrijving Engelbrecht, graaf van Nassow, heer van de Leck en Breda, oorkondt, dat voor hem en mannen van leen Willem van Daelhem, heer van Donga, beloofd heeft zijn broeder Roeloff jaarlijks te zullen geven uit de heerlijkheid en cijns van Donga een jaargeld, dat door beider vrienden bij arbitrage is vastgesteld en door hem als leenheer bevestigd.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 530). Met geschonden zegel van den oorkonder en die van de leenmannen Dierick van Oesterzele, rentmeester, Aerd Thomasz. van Wijflet, Jan Hubrechtsz. van Ypelair en Peter van Karelscot in groene was.
Dit charter bevindt zich in de Coll. v. Nispen, toegang 1.13.09, inv. no. 54.
Oud inv. nr. 531
Reg. no. 1617
regest_nummer 1617 1449 Mei 22
regest_beschrijving Johan, graaf van Nassou enz., oorkondt, dat voor hem leenmannen Roelof van Dalem, heer van Dongha, heeft verkocht aan Wouter Bauwe van Eyndoven (I. van den Eechove), ridder, heer van Boxtel en Brogel, een rente, groot 50 rijnsche guldens jaarlijks, losbaar met den penning 18 en gevestigd op de heerlijkheid Dongha, van welke rente heer Wouter leenhulde heeft gedaan.
regest_datering
regest_nb 15e eeuwsch afschrift (Inv.No. 531). In dorso: "Dit es de coppie van den vijftich gouden gulden, die Henrick heffende is op Donghen".
Dit stuk bevindt zich in de Coll. v. Nispen; toegang 1.13.09, inv. no. 53.
Reg. no. 357
regest_nummer 357 1343 Juli 5
regest_beschrijving Heerken Marquaert en Melijs Spierinc, schepenen in Sente-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Staesken van Riede heer Willaem van Duvenvoerde beloofd heeft den heer van Donghen in het bezit te doen stellen van 13 morgen land in het land van Altena, eertijds eigendom van Brien van Honswike, zoodra de heer van Hoern in het land van Altena komt, met belofte van schadevergoeding wanneer, deze weigert.
regest_datering (tSaterdaechs na Sente Pieters ende Pouwels dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 532). Met de zegels der beide schepenen in bruine was en geschonden.
Reg. nos. 518 en 519
regest_nummer 518 1355 April 16
regest_beschrijving Willem, hertog van Beyeren, graaf van Hollant enz., uitspraak doende tusschen heer Jan van Erkel eener-, en Willem van Oesterhout en Roelof van Dalem anderzijds, beslist, dat Willem van Oesterhout in het bezit gesteld wordt van alle goederen in Altena, waarop heer Jan van Erkel tot heden beslag heeft gelegd, en dat Roelof van Dalem alle goederen in Holland, Altena en Dalem zal blijven behouden als vóór den oorlog, en bepaalt hetzelfde voor Coene van Ghasperde, zijn zoon Coene en Gherijt Snoeyen zijn "zwager" voor hun goederen in het land van de Leck of elders.
regest_datering (Des Donredages nae Beloken Paschen).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1355 April 19 (Reg.No. 519).
regest_nummer 519 1355 April 19
regest_beschrijving Vicedeken en kapittel van Sint Maria te Breda geven vidimus van den brief dd. 1355 April 16 (Reg.No. 518).
regest_datering (op den iersten Sonnendach na Beloken Paschen).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 533). Het kapittelzegel verloren.
Reg. no. 706
regest_nummer 706 1375 December 13
regest_beschrijving Zegher die Greve, Danieel van der Jacht, Jan Boye en Dideric van Weesel, heemraden in Dalem, oorkonden, dat Aernt van Ghellichem, ten behoeve van de dochter van Dideric Aerntsz. van Ghellichem en Aernt Wisschaerts dochter van Utewijc, afstand heeft gedaan van 11 morgen land op Creytenborch.
regest_datering (des Donredaghes na Onser Vrouwen dach Conceptio).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 534). Het zegel van den eersten heemraad verloren; die der andere drie in groene was, dat van Danieel van der Jacht geschonden.
Reg. no. 788
regest_nummer 788 1388 April 1
regest_beschrijving Claes van der Eem, Gherit Claesz., Dirc die Wols en Jan heer Michielsz., schepenen van Dalem, oorkonden, dat Arnt van Dalem aan Jan, heer van Dalem, heeft overgedragen een weerd in Scimmenoert buitendijks, geheeten de Inlaghe.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 535). Met de zegels der oorkonders in groene was, het laatste geschonden.
Reg. no. 796
regest_nummer 796 1390 Maart 14
regest_beschrijving Claes van der Eem, Gherijt Claesz. Jan, heer Michielsz. en Jan Willemsz., schepenen in Dalem, oorkonden, dat Peter die Hole heeft overgedragen aan Jan, heer van Dalem, 3½ morgen land in Stade.
regest_datering (des Maenendaghes na Sente Gregorijs'dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 536). Met de zegels der eerste twee schepenen en een rest van dat van den vierde in groene was; dat van den derde verloren.
Reg. no. 824
regest_nummer 824 1394 Mei 27
regest_beschrijving Roelof van Dalem Jansz., Zegher die Grave, Jan Willemsz. en Didderic Michielsz., schepenen van Dalem, oorkonden, dat Jan Kanse Aerntsz. van Ghent en Claes Diddericsz. hebben overgedragen aan Jordaen Roelofsz. een hofstede in Dalem in het Oude land.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 537). Met de zegels der vier schepenen in groene was.
Reg. no. 1298
regest_nummer 1298 1432 Januari 8
regest_beschrijving Notaris ….. instrumenteert, dat Willem van Bezoyen voor zijn dochter Catherine en Johan, zoon van Willem van Dongen, beide "wapentuurder", huwelijksvoorwaarden maken, waarbij Johan na overlijden van Willem van Bezoyen en zijn echtgenoote Beatrijs, een molen en de heerlijkheid Bezoyen als Hollandsche leenen, een visscherij, die zij met Jan van der Duyn als leen van het klooster Eemsteyn hebben, en de hofstede in Bezoyen, bewoond door Willem van Bezoyen, als leen van den graaf van Nassouw zal ontvangen.
regest_datering (int dorp van Bezoyen in Willems voerscreven woenachtige huys duysent vierhondert ende tweëndertich der tiender indictiën).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 538).
Reg. no. 327
regest_nummer 327 1341 Maart 1
regest_beschrijving Willem van Duvenvoorde, heer van Oesterhout, beleent Boudewijn van den Poele met het huis en erf te Sente-Gheerdenberghe, dat diens vader eertijds bezat en waarmee nu zijn broeder Willem van den Poele beleend was.
regest_datering (des Donredaechs na Sente Mathijs'dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 539). Het zegel van den oorkonder in groene was verloren.
Reg. no. 636
regest_nummer 636 1365 October 21
regest_beschrijving Jan uutter Spike, Jan die Droghe Bruninxz., Bouden Michielsz. en Aernt Tielmansz., schepenen in Sente-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Florens die Moelnaer als schout jongen Jan Cortrijc en Herman Haec heeft toegepand het huis en erf van Jan van Best uit hoofde van een schuld van 9 pond 15 schellingen, den 3en penning meer.
regest_datering (sDijnxdaechs na Sente Lucas'dach ewangelist).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 540). Met de zegels der schepenen in bruine was, het eerste, tweede en vierde geschonden.
Reg. no. 669
regest_nummer 669 1370 Maart 27
regest_beschrijving Aernt Coman Jansz., Aernt Tielmansz., Jan die Brouwer en Pieter heer Wisschaertsz., schepenen van Sinte-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Bouden van Ghent Pietersz. van Ghiesen en Jan van Best Jansz. hebben overgedragen aan Beatrijs van Dongha, weduwe van Roelof van Dalem, de helft van het huis en erf, eertijds bewoond door Jan van Best, en 3½ pond, die toegepand zijn uit de andere helft.
regest_datering (MCCC neghen ende tsestich des Dijnxdaechs na Onser Vrouwen dach Annunciatio).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 540). Met de zegels der vier oorkonders in bruine was, waarvan de eerste drie geschonden.
Reg. no. 671
regest_nummer 671 1370 April 30
regest_beschrijving Aernt Coman Jansz., Aernt Tielmansz., Jan die Brouwer en Willem van Eemkerc, schepenen in Sinte-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Mechteld van Dronghelen, jonkvrouw Maries dochter, heeft overgedragen aan Beatrijs van Dongha, weduwe van Roelof van Dalem, 1∕4 van een erf naast het huis van Jan van Best.
regest_datering (opten Meye avond).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 541). Met de zegels der vier schepenen in bruine was.
Reg. no. 672
regest_nummer 672 1370 April 30
regest_beschrijving Aernt Coman Jansz., Aernt Tielemansz., Jan die Brouwer en Willem van Eemkerc, schepenen in Sinte-Gheerdenberghe, oorkonden, dat heer Baynier, priester, en Ludeke Stoke aan Beatrijs van Dongha, weduwe van Roelof van Dalem, hebben overgedragen de helft van een erf naast het huis van Jan van Best.
regest_datering (opten Meye avond).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 541). Met de zegels der vier schepenen in bruine was.
Reg. no. 673
regest_nummer 673 1370 Mei 14
regest_beschrijving Jan die Brouwer en Willem van Eemkerc, schepenen in Sente-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Herman Haec en Jonge Jan Cortrijc hebben gegeven aan heer Willem van Oesterhout hun aandeel in een huis en erf aldaar.
regest_datering ('sDinxdaechs na Sente Servaes'dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 542). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Reg. no. 722
regest_nummer 722 1377 Juni 23
regest_beschrijving Aernt Coman Jansz. en Gheraet Jansz., schepenen in Sente-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Jan van Dalem verhuurd heeft aan zijn moeder Beatrijs van Donghen voor haar leven het huis met bijbehooren aldaar, gekomen van Jan van Beste en Angneese Wisschaerts, voor 12 penningen hollandsch jaarlijks.
regest_datering (sDinxsdaghes op Sente Jans avont Babtisten).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 543). Met de zegels der beide schepenen in bruine was.
Reg. no. 764
regest_nummer 764 1385 Maart 29
regest_beschrijving Willem van Driemilen geeft aan zijn moeder Clemeysse het huis op Stantheessen met 12 morgen land, totdat hij haar voldaan zal hebben van het veer en de visscherij.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 545). Het zegel van den oorkonder verloren.
Reg. no. 813
regest_nummer 813 1392 December 7
regest_beschrijving Claus van den Mortere en Jan Drake, schepenen van Antwerpen, oorkonden, dat heer Wouter van der List, ridder, voor zichzelf en voor zijn zuster Lijsbet, weduwe van Aernoud Coninc, en Philips van der Couderborch voor zich en voor zijn zuster Margriet verkocht hebben aan Willem van Berchem heer Willemsz. hun aandeel in het goed van Berchem te Tilborch n.l. 1∕5.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 546). Met resten van de zegels der beide schepenen in groene was.
Reg. no. 814
regest_nummer 814 1393 Mei 17
regest_beschrijving Reynere van den Lare en Gheldolf van der Zennen, schepenen van Antwerpen, oorkonden, dat heer Jan de Stoevere ridder, en zijn zuster, Adelise, en Jan Sanders en zijn zuster Jane, vrouw van Willem van Wezele, genaamd van Sompeken, verkocht hebben aan Willem van Berchem heer Willemsz. hun aandeel in het goed van Berchem te Tilborch.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 546). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Reg. no. 816
regest_nummer 816 1393 Augustus 25
regest_beschrijving Willem de Moelnere en Aernoud van IJmmersele, schepenen van Antwerpen, oorkonden, dat heer Wouter van Lyere, ridder, voor zich zelf, zijn moeder, vrouwe Yde van Berchem, vrouwe van Wezemale, en zijn nicht, Katline van Berchem, dochter van Costijn, ridder, heeft verkocht aan Willem van Berchem, heer Willemsz., hun aandeel n.l. 1∕5 van het goed Berchem te Tilborch.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 546). Het zegel van den eersten oorkonder verloren, dat van den tweede in groene was en geschonden.
Reg. no. 820
regest_nummer 820 1394 Februari 25
regest_beschrijving Lauwereys Aerdians en Jan Bacheleer, schepenen van Antwerpen, oorkonden, dat vrouwe Adelise, weduwe van Colijn van der Tommen, heeft verkocht aan Willem van Berchem heer Willemsz. 1∕4 en 1∕5 van het goed van Berchem te Tilborch.
regest_datering (MCCC neghentich ende drie vive ende twintich daghe in Sporkille).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 546). De zegels der beide schepenen verloren.
Reg. no. 821
regest_nummer 821 1394 Maart 17
regest_beschrijving Claus van Rijthoven en Aernoud van IJmmersele, schepenen van Antwerpen, oorkonden, dat heer Heinric van Ranst, ridder, verkocht heeft aan Willem van Berchem heer Willemsz. 1∕4 van 1∕5 van het goed van Berchem te Tilborch.
regest_datering (MCCC neghentich ende drie).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 546). Met het zegel van den eersten schepen in bruine was, dat van den tweede verloren.
Reg. no. 822
regest_nummer 822 1394 April 4
regest_beschrijving Costijn van Ranst, heer van Mortsele en Edegheem, verkoopt aan Willem van Berchem heer Willemsz. 1∕4 van 1∕5 van het goed van Berchem te Tijlboerch.
regest_datering (MCCCXC ende drie na costume van scrivene int Hof van Camerijc).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 546). Met geschonden zegel van den oorkonder in bruine was.
Reg. no. 846
regest_nummer 846 1395 December 28
regest_beschrijving Heer Willem van Berchghom, ridder, verkoopt aan Willem van Dalem, heer van Dongha, het goed Berchghom te Dongha en Tilborch.
regest_datering (des Dinsdaghes na Kersdach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 546). Met zeer geschonden zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 902
regest_nummer 902 1403 Augustus 16
regest_beschrijving Danyel Roesmont en Wilhelmus Broeder, schepenen in Buscoducis, oorkonden, dat Wilhelmus van Dalem, heer van Dongen, beloofd heeft het klooster St. Clara te Buscoducis te betalen een cijns van 50 nieuwe guldens jaarlijks uit zijn hoeve Lichtenberch te Tijlborch.
regest_datering (in crastino Assumpcionis Beate Marie virginis).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 547). Met de zegels der beide schepenen in groene was. Gecancelleerd.
Reg. nos. 1764 en 1771
regest_nummer 1764 1457 Februari 26
regest_beschrijving Notaris Wilhelmus Stephanusz. instrumenteert, dat Hermannus Heygher Heydrichsz., knaap, eener-, en Rodolphus van Daelhem en Jutta zijn vrouw voor hun dochter Odilia anderzijds, ten overstaan van Johannes, graaf van Nassouwe enz., huwelijksvoorwaarden hebben gemaakt, waarbij Odilia de hoeve Lichtenberg, voor zover zij in Dongen ligt, met 4 bunder land en ¼ van alle wildernis en moeren aldaar meekrijgt.
regest_datering (in castro de Breda in camera scriptorie ibidem …. secundum stilum scribendi in curia leodiensi).
regest_nb a) Geëxtraheerd in duplo uit de registers van den notaris Wilhelmus Stephanusz., berustende bij deken en kapittel van St. Maria te Breda, door den notaris Johannes Gruyter (Inv.No. 548).
regest_nb b) Authentiek afschrift (Inv.No. 280). Het onder b. vermelde afschrift is geschreven op hetzelfde blad als het afschrift a. van het extract-instrument dd. 1457 Augustus 27 (Reg.No. 1771).
regest_nb c) Authentiek afschrift 16e eeuw (Inv.No. 596).
regest_nummer 1771 1447 Augustus 27
regest_beschrijving Notaris Wilhelmus Stephanusz. instrumenteert, dat Rodolphus van Daelhem en Hermannus van Heyger een wijziging maken in de huwelijksvoorwaarden tusschen laatstgenoemde en Odilia van Daelhem (zie Reg.No. 1764) met betrekking tot het vruchtgebruik voor den langstlevende.
regest_datering
regest_nb a) Authentiek extract in duplo uit de registers van Wilhelmus Stephanusz. (Inv.No. 548). Het onder a. vermelde extract is geschreven op hetzelfde blad als het afschrift van het instrument dd. 1457 Februari 26 (Reg.No. 1764).
regest_nb b) Authentiek afschrift (Inv.No. 548).
Reg. no. 1306
regest_nummer 1306 1432 November 13
regest_beschrijving Petrus van Best en Johannes Loenman, schepenen van Buscumducis, oorkonden, dat Johannes, zoon van Wilhelmus van Donghen en van Elizabeth Wyerix, overdraagt aan Wilhelmus, natuurlijken zoon van hem en van Bela van Stramprode, een erfpacht, groot 1½ mud rogge jaarlijks, deel uitmakende van een erfpacht van 8 mud, gaande uit 1/3 van de hoeve, genaamd het goed te Berchem of Lichtenberch te Tilborch, welke Johannes gekocht heeft van Rodolphus van Daelhem Willelmusz. van Donghen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 548). Met geschonden zegel van den eersten schepen in groene was, dat van den tweeden verloren.
Reg. no. 1668
regest_nummer 1668 1452 Maart 23
regest_beschrijving Wilhelmus Dicbier Johannesz. en Amelius van Boechem, schepenen van Buscumducis, oorkonden, dat Wilhelmus, natuurlijke zoon van Johannes van Ghilse, natuurlijken zoon van Willelmus van Dongen, en Elysabeth Wyerics, overdraagt aan Rodolphus van Daelhem, heer van Donghen, ½ mud rogge jaarlijks van de 1½ mud, vermeld in den brief dd. 1432 November 13 (Reg.No. 1306).
regest_datering (anno Domini millesimo quadringentesimo quinquagesimo primo).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 548). Met de zegels der beide schepenen in groene was, het eerste geschonden.
Reg. no. 1669
regest_nummer 1669 1452 Maart 23
regest_beschrijving Wilhelmus Dicbier Johannesz. en Amelius van Boechem, schepenen van Buscumducis, oorkonden, dat Johannes van Ghilse, natuurlijke zoon van Wilhelmus van Dongen en Elysabeth Wyerics, heeft overgedragen aan Rodolophus van Daelhem, heer van Dongen, een erfpacht van 3½ mud rogge jaarlijks uit de hoeve Lichtenberch, die Wilhelmus van Dongen eertijds aan zijn zoon Johannes heeft verkocht ten behoeve van diens moeder Elyzabeth.
regest_datering (Anno Domini millesimo quadringentesimo quinquagesimo primo).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 548). De zegels der beide schepenen verloren.
Reg. no. 2015
regest_nummer 2015 1477 Januari 28
regest_beschrijving Burgemeesters, schepenen en raad van Breda oorkonden, dat Jan van Dongen Jansz., wonende te Dongen in den Ham, heeft getuigd, dat Roelof van Daelham, heer van Donga, en Juette, zijn vrouw, aan hun dochter Odelia, bij haar huwelijk met Harman Heyeren, de hoeve Lichtenberch hebben meegegeven.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 548). Met het stadszegel van Breda in groene was en geschonden.
Reg. no. 999
regest_nummer 999 1412 October 31
regest_beschrijving Arnoldus Heyme en Rodolphus Berwout, schepenen van Buscoducis, oorkonden, dat Sophya van den Steenhuys in erfpacht heeft gegeven aan Nycholaus, zoon van Wilhelmus Mol van Tilborch, zes loopen zaad land te Tilborch geheeten: Aan de Erntborn, behoudens een daarover gaanden weg.
regest_datering (in vigilia Omnium Sanctorum).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 549). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Reg. no. 1037
regest_nummer 1037 1415 Juni 26
regest_beschrijving Jacob van Ele Aert Houtappelsz. en Wijtman Jan Wijtmansz., schepenen van Oesterwijc, oorkonden, dat Wouter Back Maes heeft afgelost aan Fye van den Steenhuse een erfpacht van 1 mud rogge jaarlijks uit het goed de Eerdborne te West-Tilborch.
regest_datering (des Woensdaghes na Sente Jans dagh Baptijst te mijddezomer).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 549). Met de zegels der beide oorkonders in groene was.
Reg. no. 1038
regest_nummer 1038 1415 Juni 26
regest_beschrijving Jacob van Ele Aert Houtappelsz. en Wijtman Jan Wijtmansz., schepenen in Oesterwijc, oorkonden, dat Maes Hadewyghen zijn deel van de erfpacht van 1 mud rogge jaarlijks, die Fye van den Steenhuse gekocht heeft van Wouter Back Maes, heeft afgelost en haar zijn recht van naarschap verkocht heeft.
regest_datering (des Woensdaghs na Sente Jans dagh Baptijst te mijddezomer).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 549). Met resten van de zegels der beide oorkonders in groene was.
Reg. no. 1041
regest_nummer 1041 1415 October 28
regest_beschrijving Jacob van Ele Aert Houtappelsz. en Wijtman Jan Wijtmansz., schepenen in Oesterwijc, oorkonden, dat Gherijt Gheryt Crijllaertsz. heeft ontvangen van Sophye van den Steenhuse een stuk land, groot 6 loopen zaa, met een huis te West-tilborch tegen een erfpacht van 1 mud rogge jaarlijks.
regest_datering (op Sente Symon ende Juden dagh der apostelen).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 549). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Reg. no. 2021
regest_nummer 2021 1477 Juli 1
regest_beschrijving Schepenen van Tilborch en Goerle oorkonden, dat Goeyaert, zoon van Gherit Rosen, 1½ loop zaad land te Tilborch, geheeten Lonen acker, verkocht heeft aan Godeld Jan Claeus' dochter geheeten Goelt van Heyst om het van haar in erfpacht te krijgen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 550). Het gemeen schepenzegel van Tilborch en Goirle verloren.
Reg. no. 1401
regest_nummer 1401 1439 Juni 11
regest_beschrijving Peter Claesz., schout van Vlueten in het gerecht van Willem van Vlueten, oorkondt, dat voor hem en buren Hildegont, weduwe van Splinter uten Hamme, verkocht heeft aan haar zoon Splinter een rente van 1 fransch schild jaarlijks uit 4 morgen land te Vlueten.
regest_datering (op Sinte Odulphus'avont).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 551). Met de zegels van den ambachtsheer Willem van Vlueten, Dirc Hermansz. en Hughe Koerntgen, buren, in groene was, waarvan het eerste geschonden; dat van den schout verloren. Met transfix dd. 1443 November 29 (Reg.No. 1489).
Reg. no. 1489
regest_nummer 1489 1443 November 29
regest_beschrijving Roedolph, bisschop van Utrecht, bevestigt Splinter uten Hamme in het bezit van de rente, vermeld in den brief dd. 1439 Juni 11, waardoor deze gestoken is (Reg.No. 1401).
regest_datering (Utrecht des Vrydages op Sente Andries' avont).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 551). Met geschonden zegel van den bisschop in roode was.
Reg. no. 1531
regest_nummer 1531 1446 September 19
regest_beschrijving Gherijt Martensz., schout van Vlueten in het gerecht van Vrederic uten Hamme, dat deze van den Oudenmunster te Utrecht in pacht heeft, oorkondt, dat Splinter uten Hamme voor hem en buren ¼ van 4 morgen land aldaar heeft verkocht aan Steven van Zulen van Nyevelt benevens de rente, groot 1 fransch schild jaarlijks, die hij uit de 4 morgen had.
regest_datering (des Sonnendaghes na Sinte Lamberts dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 551). Met het zegel van den schout in groene was.
Reg. no. 345
regest_nummer 345 1342 Mei 31
regest_beschrijving Brien van Honswijc, knaap Aernt van Arkel, Otte van Zuoelen, ridders, Hubrecht heer Otten zoon en Hubrecht Woutersz. van Zuoelen, knapen, en gemachtigden, belooven heer Willaem van Donghen, heer Willaem van Duvenvoordes zoon, ridder, hem al de goederen te Woudrichem, die Brien van Honswijc hem verkocht heeft, te zullen vrijwaren.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 552). Met de zegels van de vijf oorkonders in groene was.
Reg. no. 449
regest_nummer 449 1349 Mei 19
regest_beschrijving Heer Robbrecht van Wisschel en Jan van Uppel, zoon van Didderic Borgraaf, belooven heer Willem van Duvenvoerde, heer van Oesterhout, dat zij, zoodra hij hen daartoe aanmaant, voor den heer van Hoerne, heer van het land van Autena, zullen verschijnen en heer Willem de rente, groot 20 pond tournooisch jaarlijks, die zij hem verkocht hebben op Dedelhoven aan de Dyssen, zullen aflossen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 553). Met de zegels der beide oorkonders in bruine was.
Reg. no. 1906
regest_nummer 1906 1468 Maart 10
regest_beschrijving Johannes Steenwech en Godefridus Cleijnael, schepenen in Buscoducis, oorkonden, dat mr. Gerardus Boest heeft verkocht aan Rodolphus van Dalem, heer van Dongen, een cijns van 20 rijnsche guldens jaarlijks uit zijn hoeve te Dijnther en uit zijn goed Wyelshem te Orthen.
regest_datering (feria quinta post Dominicam qua cantatur Invocavit anno Domini millesimo quadringentesimo sexagesimo septimo).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 554). Met de zegels der beide schepenen in groene was, het eerste geschonden.
Reg. nos. 312 en 728
regest_nummer 312 1340 April 10
regest_beschrijving Jan uten Houte oorkondt, dat Jan van Driemilen, oudste zoon van heer Willaem van Dubbelmonde en diens echtgenote Ghodelt, aan hem als leenheer heeft opgedragen ten behoeve van zijn vrouw Clemense, dochter van Willaem van Duvenvoerde, heer van Oesterhout, 50 pond zwarte tournooizen jaarlijks uit de tienden te Driemilen, waarna Clemense er mede beleend wordt voor een lijftocht.
regest_datering (des Maendaghes na Palmen).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1378 Juli 5 (Reg.No. 728).
regest_nummer 728 1378 Juli 5
regest_beschrijving Jan Noey, deken van het kapittel van Sente-Gheerdenberghe, geeft vidimus van den brief dd. 1340 April 10 (Reg.No. 312).
regest_datering (des ander daghes na Sinte Martijns dach translatio).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 555). Met het zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 2048
regest_nummer 2048 -1478
regest_beschrijving De aartsdiaken van Campinia gelast om Wilhelmus Johannesz. van Ghilse te Dongen te bevelen, binnen 7 dagen na deze aanmaning Florentius Tielmannusz., rector van de kerk aldaar, te voldoen van 17 gouden realen jaarlijks over de jaren 1473-77 aan cijns uit zekere erven te Tilborch.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 556).
Reg. no. 464
regest_nummer 464 1350 Februari 20
regest_beschrijving Godefridus Leo genaamd Coviers en Jacobus tSer Vranx, schepenen van Bruxellae, oorkonden, dat heer Wilhelmus van Duvenvoorden, heer van Oesterhout, ridder, ten behoeve van Wilhelmus, zoon van Rodulphus van Dalem, beloofd heeft Theodericus Nachtegale 150 tournooizen te geven, waarvoor hij verbindt zijn huis bij Frigidus Mons naast Godefridus van Mons, behalve een kapel met toegang.
regest_datering (a.D. MCCC quadragesimo nono).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 557). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Reg. no. 596
regest_nummer 596 1360 December 29
regest_beschrijving Otte, heer van Arkel, belooft Roelof van Dalem schadeloos te zullen houden voor zijn borgtocht ten behoeve van Andries en Eminot Ruwiers, lombarden, voor 4000 brugsche schilden.
regest_datering (des anders daghes na Alre kinder dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 558). Het zegel van den oorkonder verloren.
Reg. no. 766
regest_nummer 766 1385 September 18
regest_beschrijving Willem van der Leck belooft Willem van Donghen schadeloos te zullen houden van zijn borgstelling voor 600 oude schilden ten behoeve van Symon Ruvers.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 559). Met het zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 768
regest_nummer 768 1386 Januari 29
regest_beschrijving Jan van Blanckenwerde en Ghijsbrecht Myekaert, schepenen van Ghornichem, oorkonden, dat Coen van Oesterwijc beloofd heeft om Ave, weduwe van Florijs van Dalem, met Paschen e.k. 300 oude schilden te betalen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 560). Met de zegels der beide schepenen in groene was. Met transfix dd. 1387 Maart 28 (Reg.No. 777).
Reg. no. 777
regest_nummer 777 1387 Maart 28
regest_beschrijving Willam Helman en Gherijt van der Haer Sandersz., schepenen in Ghornichem, oorkonden, dat zij Ave, weduwe van Florijs van Dalem, na geconstateerd te hebben, dat er niets was, waaraan zij gepand kon worden ten laste van Coen van Oesterwijc wegens 250 van de 300 schilden, vermeld in de brief dd. 1386 Januari 29 (Reg.No. 768), waardoor deze gestoken is, haar rechten op zijn persoon en goederen reserveeren.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 560). Met het zegel van den eersten oorkonder in groene was, dat van den tweeden verloren.
Reg. no. 815
regest_nummer 815 1393 Juni 11
regest_beschrijving Danel van den Poel en zijn vrouw Janne van Spinoet beloven hun oom, heer van Oesterhout, schadeloos te zullen houden voor zijn borgstelling ten behoeve van heer Arent van Steinvoert.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 561). Met het zegel van Danel van den Poel in groene was, dat van zijn vrouw verloren.
Reg. no. 1709
regest_nummer 1709 1455 Januari 15
regest_beschrijving Rycout Engbrechtsz., Peter Oom, Henrick Petersz. en Wouter Spranger, schepenen in Dongha, oorkonden, dat Ghoeswijn die Coster, Yde zijn vrouw, en hun kinderen beloofd hebben de heerlijkheid Donghen te zullen verlaten binnen 4 dagen, nadat Roelof van Dalim, heer van Donghen, dat eischen zal, met achterlating van alle vee en zaaigewassen tot afdoening van schuld aan dezen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 562). Met de zegels der vier schepenen in groene was.
Reg. no. 1963
regest_nummer 1963 1473 December 1
regest_beschrijving Dirck van Haestrecht, heer van Venloen, erkent schuldig te zijn aan Roeloff van Dalem, heer van Dongaa, 20 rijnsche guldens.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 563). Het zegel van den oorkonder verloren.
Reg. no. 2050
regest_nummer 2050 1479 Februari 19
regest_beschrijving Bartelmeeus Jansz. en Heymbrick Snavel, schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Joris, Marie en Lijsbet, vrouw van Claeus Adriaensz., kinderen van Jan van Ghilse, verklaren ontvangen te hebben van Roelof van Daelhem, heer van Dongen, den achterstal van een erfpacht van 5½ sestertie rogge en een erfcijns van 14½ holl. gulden over de laatste drie jaren.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 564). Het zegel van den eersten schepen verloren, dat van den tweeden in groene was.
Reg. no. 2093
regest_nummer 2093 1483 Januari 21
regest_beschrijving Maximiliaen, hertog van Oistrijck enz., gelast zijn gerechtsbode ten verzoeke van Joes van Daelhem, heer van Donghen, om schepenen en wethouders van den Bosch te bevelen, om de kinderen van Jan van Ghilse, die bij vonnis van den officiaal van Luydic aan Thomas van Goerle, man van hun overleden zuster Lijsbeth, volgens huwelijksvoorwaarden een rente van 14½ holl. gulden en 1½ mud rogge jaarlijks moeten betalen, welke rente deze verkocht heeft aan Roelof van Dalem, vader van den suppliant, te dagvaarden en, na onderzoek van den brief van den officiaal, die zoek geweest, doch nu teruggevonden is, Joes van Dalem in het bezit van de rente te herstellen.
regest_datering (duysent vierhondert twee ende tachtentich na costume ons Hoefs).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 564). Met zegel van Maximiliaen in roode was. Met relaas van den gerechtsbode dd. 1483 Februari 4 (Reg.No. 2095).
Reg. no. 2095
regest_nummer 2095 1483 Februari 4
regest_beschrijving Amerijck Pegghe, gerechtsbode van den hertog van Oistrijck, bericht aan wethouders en schepenen van tsHertogenbossche, dat hij, ingevolge het mandement dd. 1483 Januari 21 (Reg.No. 2093), waaraan dit relaas is vastgehecht, Jorijs en Mary van Ghilse en Claes Ariaensz. als man van Lijsbeth van Gilse, allen te Oesterhout woonachtig, gedagvaard heeft om te tsHertoghenbosch te verschijnen, ten verzoeke van Joes van Daelem, heer van Donghen.
regest_datering (in den jare XIIIIc ende LXXXII nae costume van scriven tsHoofs van Brabant).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 564). Met opgedrukt zegel van den bode in roode was en geschonden. Het relaas is losgeraakt van het mandement.
Reg. no. 785
regest_nummer 785 1387 November 25
regest_beschrijving Willem van Dalem, heer van Donghen, en Sophye van Zalmen, zijn vrouw, verklaren schuldig te zijn aan hun moeder, Beatrijs van Donghen, 16 pond jaarlijks als lijfrente uit de heerlijkheid Donghen.
regest_datering (op Sinte Katherinen dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 565). Met de zegels van Willem van Dalem en Jan van Polanen in bruine was en geschonden.
Reg. no. 929
regest_nummer 929 1406 Februari 17
regest_beschrijving Willem van Dalem, heer van Dongha, belooft Jan van Coudenberge Floreysz. 300 fransche kronen te betalen met Pinksteren e.k. wegens een borgtocht van 200 dergelijke kronen ten behoeve van Jan Pusken.
regest_datering (dusent vierhondert ende vive seventhien dage in Februari nae sede ende costume des Hoifs van Cameric).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 566). Met rest van het zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 928
regest_nummer 928 1406 Februari 17
regest_beschrijving Egidius de Cliever en Franco de Pape, schepenen van Bruxellae, oorkonden, dat Wilhelmus Rodolpusz. van Dalem, heer van Dongha, schuldig is aan Johannes van Frigidus Mons Florenciusz. 300 fransche kronen.
regest_datering (a.D. millesimo quadringentesimo quinto).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 566). Met de zegels der beide schepenen in groene was. Met transfix dd. 1406 Februari 18 (Reg.No. 930).
Reg. no. 930
regest_nummer 930 1406 Februari 18
regest_beschrijving Egidius de Cliever en Franco de Pape, schepenen van Bruxellae, oorkonden, dat Johannes van Frigidus Mons een bevestiging heeft gekregen van amman en schepenen van den brief dd. 1406 Februari 17 (Reg.No. 928), waardoor deze gestoken is.
regest_datering (a.D. millesimo quadringentesimo quinto).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 566). Met de zegels van beide schepenen in groene was.
Reg. no. 938
regest_nummer 938 1407 Februari 18
regest_beschrijving Johannes van den Heetvelde, ridder, Walramus de Monte, Johannes Esselen en Johannes de Frigido Monte geheeten Rolibuc, schepenen van Bruxellae, oorkonden, dat voor de 300 fransche kronen, die Wilhelmus Rodolphusz. van Dalem, heer van Donga, schuldig was aan Johannes van Frigidus Mons Florenciusz., aan dezen bij vonnis ten verkoop zijn toegewezen de volgende goederen: 26 bedden, wollen kleeden om drie kamers mee te voorzien, 20 metalen kannen, 3 groote pannen, 6 ijzeren potten, 6 dozijn groote en 6 dozijn kleine tinnen schotels, 4 dozijn peluws, 26 dekens, 8 stoelen (zitbanken), 8 paarden, 24 stuks hoornvee, 200 schapen, 26 varkens, 36 zijden spek, 2 dozijn zilveren schalen, 2 mannen- en 4 vrouwenmantels met bont, 2 vrouwentoga's met baai gevoerd, 8 ijzeren pantsers, 4 dozijn zilveren bekers en een schuldbekentenis van Henricus van Ranst vanwege zijn zuster Machtildis, welke goederen hij vervolgens verkocht heeft aan Wilhelmus van Hertewijc.
regest_datering (a.D. millesimo quadringentesimo sexto).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 566). Met overblijfsels van het zegel van den amman van Brussel, Walterus van den Heetvelde; die van de eerste twee schepenen verloren, die van de laatste twee weinig geschonden, alle in groene was.
Reg. no. 939
regest_nummer 939 1407 Februari 19
regest_beschrijving Walramus de Monte en Johannes Esselen, schepenen van Bruxellae, oorkonden, dat Wilhelmus Hertewijc Henricusz. heeft overgegeven aan Johannes van Frigidus Mons Florenciusz. onderstaande goederen, als in Reg.No. 938.
regest_datering (a.D. millesimo quadringentesimo sexto).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 566). Met de zegels der beide oorkonders in groene was, weinig geschonden.
Reg. no. 1378
regest_nummer 1378 1438 Juli 14
regest_beschrijving Henricus de Calstris en Theodericus van Langrode, schepenen van Lovanium, oorkonden, dat Radulphus van Daelhem, zoon van heer Willem van Donghen, erkent schuldig te zijn aan Radulphus en Walterus van Wisschel en Wilhelmus van Ghestele 1000 pond toursche grooten.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 567). Met het zegel van Henricus van Calsteren in groene was, dat van Theodericus van Langrode verloren.
Reg. no. 571
regest_nummer 571 1358 October 24
regest_beschrijving Jan die Vos van Eemkerke en Robbe Jansz., schepenen in Sente-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Heyne Lappe erkent ontvangen te hebben van Roelof van Dalem 4 pond voor een stuk land in den Gawech.
regest_datering (des Woensdaechs na Sente Lucas'dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 568). De zegels der oorkonders verloren.
Reg. no. 575
regest_nummer 575 1359 Januari 8
regest_beschrijving Johan van Endenich en Hughe van Loenreslote verklaren ontvangen te hebben van Roelof van Dalem 12½ brugsch schild in mindering van de 25, die hij hun schuldig was in verband met de gevangenschap van den proost van Zuutfeen.
regest_datering (des Dinxdaghes na Dertienden dach van Kersavont).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 569). Met resten van de zegels der beide oorkondeers in groene was.
Reg. no. 588
regest_nummer 588 1360 April 12
regest_beschrijving Jonaes van der Elst en Aernoud van den Neste, schepenen in Breda, oorkonden, dat heer Willem, heer van Oosterhout, verklaard heeft ontvangen te hebben van Roelof van Dalem 350 brugsche schilden.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 570). Met de zegels der beide schepenen in groene was, weinig geschonden.
Reg. no. 606
regest_nummer 606 1361 September 15
regest_beschrijving Ghijsbrecht die Scoen verklaart ontvangen te hebben van de vrouw van Roelof van Dalem 2 pond grooten in mindering van de 8 pond, die zij en Roelofs erfgenamen hem schuldig zijn.
regest_datering (des ander daghes nae des Heylich Cruys' dach Exaltatio).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 571). Met het zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 609
regest_nummer 609 1362 Januari 3
regest_beschrijving Jan Aernt Wisscaertsz., Ghisebrecht Neyse en Jan die Jonghe, schepenen van Woudrichem, oorkonden, dat Ghisebrecht Scoen verklaard heeft ontvangen te hebben 100 schilden, die Rolof van Dalem hem schuldig was.
regest_datering (des Manendaghes na Jaers dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 571). Met de zegels der oorkonders in groene was; het tweede geschonden.
Reg. no. 819
regest_nummer 819 vóór 1394
regest_beschrijving Broeder Hector Volkard verklaart in het bijzijn van Claus van den Boegarde en heer Jan Bastijns, monniken van Sint Bernard, ontvangen te hebben van Roeloef van Dalem 50 vlaamsche mottoenen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 572). Met het zegel van den oorkonder in bruine was.
Reg. no. 1311
regest_nummer 1311 1433 April 4
regest_beschrijving Jan van Hoesenhout en Jan Lambrechtsz., schepenen van Dongha, oorkonden, dat Willem van Dalem, heer van Dongha, erkent schuldig te zijn aan zijn zuster Beatrijs een lijfrente van 100 gulden en 7 sestertiën rogge jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 573). Met de zegels van Willem van Dongen en de beide schepenen in groene was en geschonden. Gecancelleerd.
Reg. no. 1386
regest_nummer 1386 1438 December 2
regest_beschrijving Notaris Petrus Gerardusz. de Fine alias Block instrumenteert, dat Johanna, gravin van Nassouw, bij afwezigheid van graaf Engelbertus, en haar zoon Johannes Rolandus en Johannes van Donga, knapen, hebben gekwiteerd voor de legaten, hun door hun vader Wilhelmus van Donga vermaakt.
regest_datering (in aula domus dicte Valkenberge site circa plateam municipis vulgariter dictam die Caterstraet opidi de Breda).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 574). Met signatuur van den notaris.
Reg. no. 1450
Reg. no. 1450
regest_nummer 1450 1441 Maart 18
regest_beschrijving Notaris Arnoldus Langhe instrumenteert, dat Cornelis Venedau en zijn vrouw Elizabeth, natuurlijke dochter van Wilhelmus van Donghen, zich voldaan hebben verklaard van wat hun door Rodolphus en Johannes van Donghen bij hun huwelijk was toegezegd.
regest_datering (in domo inhabitationis Johannis filii Johannis de Meer sita in foro opidi de Breda a.D. millesimo quadringentesimo quadragesimo primo indictione quarta).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 575). Met signatuur van den notaris.
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 575).
regest_nb c) Afschrift (Inv.No. 515).
regest_nb Op hetzelfde blad als afschrift c. afschrift van de akten dd. 1440 September 17 en 1452 December 18 (Reg. Nos. 1436 en 1681), benevens vertaling in het Hollandsch van de boven beschreven akte.
Reg. no. 1845
regest_nummer 1845 1462 Januari 12
regest_beschrijving Lijsbeth Cluetinx verklaart ontvangen te hebben van heer Rolof van Dalem, heer van Donghen, 10 nobels als termijn van haar lijfrente.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 576). Met geschonden opgedrukt zegel in bruine was van de oorkondster.
Reg. no. 2018
regest_nummer 2018 1477 Mei 26
regest_beschrijving Gerijt Cristus verklaart ontvangen te hebben van heer Floris, persoon te Dongen, 17 rijnsche guldens, die Roloff van Dongen hem nog schuldig was van een schepenbrief, sprekende van 50 rijnsche guldens en 6 viertel rogge eens.
regest_datering (des Maendages in de Phinxter heylegedage).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 577).
Reg. no. 2034
regest_nummer 2034 1478 Juni 5
regest_beschrijving Roelof van Daelhem Jansz. verklaart voor zich en voor zijn moeder Margriet ontvangen te hebben van zijn oom Roelof van Daelhem, heer van Dongaa, 250 gulden.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 578). Het opgedrukte zegel van Jacop van der Elst verloren.
Reg. no. 2089
regest_nummer 2089 1482 October 25
regest_beschrijving Jacop van den Wijngaerde erkent ontvangen te hebben van Joes van Donghen de twee laatst verschenen termijnen van de 2½ nobel jaarlijks, die hij heeft uit diens goederen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 579). Met geschonden opgedrukt zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 2083
regest_nummer 2083 1481 October 9
regest_beschrijving Jacop van den Wijngaerde verklaart ontvangen te hebben van Joes van Donghen twee termijnen van de rente, groot 2½ nobel jaarlijks, die hij uit diens goederen heeft.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 579). Met opgedrukt zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 2127
regest_nummer 2127 1484 October 14
regest_beschrijving Jan van Wisschel verklaart ontvangen te hebben van Joes van Dalem, heer van Donga, de helft van een jaarlijkschen cijns van 7½ engelsche nobel, die op Sint Jan l.l. vervallen is.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 580). Met opgedrukt zegel van Claeus van Eycke, pastoor van Wasbeeck en vicecureit van Oesterhout, in groene was.
Reg. no. 365
regest_nummer 365 1343 December 15
regest_beschrijving Jan van Wijfvliet, heer van Blairsvelt, en Lodewijc, heer van Diepenbeke, arbiters op verzoek van abt en convent van Tongherloe en heer Willem van Duvenvoirde, heer van Oesterhout, bepalen, dat het klooster aan heer Willem de tienden van de 15 hoeven moer te Busoyen, die hij in erfpacht heeft van den graaf van Hollant, in erfpacht zal geven voor 5 pond zwarte tournooizen jaarlijks, waarvoor het klooster jaarlijks voor den graaf en voor heer Willem een zielmis doen zal; voorts zal heer Willem de gift en het patronaat van de kerk te Donghen erfelijk behouden, waarover het klooster hem een brief zal geven; alles wat broeder Jan van Oesterhout binnen Oesterhout geërfd heeft heeft of erven zal van zijn ouders, broeders of zusters, zal aan zijn erfgenamen komen, maar wat het klooster in Hertele, Zonsele of de Vucht verkregen heeft, zal het ongestoord behouden met kwijtschelding van de daarop rustende lasten.
regest_datering ('sManendaechs na Sente Lossiën dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 581). Met het zegel van Jan van Wijfvliet in bruine was, die van Lodewijc van Diepenbeke en van het klooster verloren, dat van Willem van Duvenvoirde in groene, en dat van den abt Wouter in bruine was, geschonden.
Reg. no. 1233
regest_nummer 1233 1427 Juli 17
regest_beschrijving Roelof en Jan van Dongen en Wouter van Wisschel oorkonden, dat Jan Cuckelbergh, cureit, beloofd heeft, dat hij de kerk van Dongen houden zal op de voorwaarden, waarop Willem van Dalem, heer van Dongen, hem die gegeven heeft, en haar zal teruggeven, wanneer deze er schade bij lijdt.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 582). Met opgedrukt zegel van Jan van Cuckelbergh, die tevens verklaart de akte eigenhandig geschreven te hebben.
Reg. no. 771
regest_nummer 771 1386 October 25
regest_beschrijving De officiaal van Leodium, gehoord de aanklacht van Johannes Moerkini van Gravia, procurator van het Hof, tegen Wilhelmus van Donghen, heer van Donghen, inhoudende, dat deze achtereenvolgens gehuwd is geweest met Badeloga, dochter van Johannes Bye en Elisabet, dochter van Wericus de Jonghe, die elkaar in den vierden graad verwant waren, beslist, dat de aangeklaagde kerkelijk gestraft zal worden volgens zijn uitspraak.
regest_datering (Leodii).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 583). Het officialaatszegel verloren.
Reg. no. 776, in duplo
regest_nummer 776 1386 December 11
regest_beschrijving De officiaal van Leodium, gezien de aanklacht van zijn procurator, Johannes Moerkini van Gravia tegen Wilhelmus van Dalem, heer van Donghen, inhoudende, dat deze met Sophia van Salmen gehuwd zou zijn, terwijl zijn huwelijk met Elisabet, dochter van Wericus de Jonghe, niet ontbonden was, en de verdediging van den beklaagde, inhoudende, dat Elisabet zijn wettige vrouw niet heeft kunnen zijn, daar te voren Badeloga, dochter van Johannes Bye, die Elisabet in den 4en graad bestond, zijn vrouw was, beslist, dat Wilhelmus van Donghen schuldig is en kerkelijk gestraft zal worden volgens zijn uitspraak.
regest_datering (Leodii).
regest_nb Oorspr. in duplo (Inv.No. 583). Het officialaatszegel verloren.
Reg. no. 888
regest_nummer 888 1401 April 15
regest_beschrijving Het convent van Sint Clara te Bruesele geeft heer Adaem van Waspijc en heer Willem Zueternijt volmacht om na overleg met Willem van Donga hun goederen in Hollant te beheeren.
regest_datering (des Vridages na Quasimodo).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 584). Het conventszegel verloren.
Reg. no. 954
regest_nummer 954 1408 Augustus 29
regest_beschrijving Heinric van Eyke Petersz. belooft Willem van Dalem, heer van Dongha, niets meer tegen hem of zijn land te ondernemen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 585). Met de zegels van den oorkonder, heer Jan, heer van Dalem, ridder, Robbrecht van Wisschel en Peter Oem in groene was.
Reg. no. 1066
regest_nummer 1066 1418 Februari 13
regest_beschrijving Jordanus, bisschop van Albanum, pauselijk poenitentiarius, vergunt Wilhelmus van Dongha en zijn vrouw Sophia een biechtvader te kiezen, die hun absolutie mag verleenen van hun zonden, tenzij deze zoodanig zijn, dat tusschenkomst van den pauselijken stoel noodig is, en hun gedurende 5 jaar zoo dikwijls het noodig is, een heilzame boetedoening zal opleggen, terwijl hij beloften van een pelgrimstocht en van onthouding, wanneer zij die gedaan hebben en niet kunnen nakomen door over zee te gaan, mag veranderen in andere vrome werken, uitgezonderd evenwel de beloften, gedaan aan Petrus en Paulus en aan Jacobus, apostels.
regest_datering (Constantie Idibus Februarii pontificatus domini Martini pape V anno primo).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 586). Met rest van het zegel van den oorkonder in gele was.
Reg. no. 623
regest_nummer 623 1363 November 29
regest_beschrijving Ghysebrecht van Hoekelem, knaap, maakt huwelijksvoorwaarden met Bele, dochter van Roelof van Dalem.
regest_datering (op Sinte Andries'avont des apostels).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 587). Met de zegels van Ghysebrecht, Otte, ridder, en Heynric van Hoekelem, knaap, in groene was, dat van Jan, heer van Hoekelem, ridder, verloren.
Reg. no. 1241
regest_nummer 1241 1428 September 18
regest_beschrijving De officiaal van Leodium wettigt het huwelijk van Jutta van Dyemerbroeck van Vloten en Rodolphus van Dungha, ridder, met bevel het binnen 14 dagen kerkelijk te doen voltrekken.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 588). Het officialaatszegel verloren.
Reg. no. 926
regest_nummer 926 1405 September 28
regest_beschrijving Notaris Wilhelmus Witbol instrumenteert, dat Johannes van Woudenberch, knaap, en zijn vrouw Ermzont, dochter van Wilhelmus van Donga, verklaard hebben, door dezen voldaan te zijn van alles, wat aan Ermzont bij huwelijksvoorwaarden was toegezegd.
regest_datering (in Donga in communi platea).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 590). Met signatuur van den notaris.
Reg. no. 857
regest_nummer 857 1397 Mei 28
regest_beschrijving Arnoldus, kardinaal-priester van Sancta Susanna, draagt Johannes, elect van Leodium op, naar aanleiding van een verzoek van Johannes, Florentius, Johannes en Rodolphus, natuurlijke zoons van Willelmus van Dalem, om niettegenstaande hun geboorte tot de wijdingen toegelaten te worden en tot het verkrijgen van beneficiën, een onderzoek in te stellen naar hun omstandigheden en levenwijze, en bij gunstige uitkomst dispensatie te geven op voorwaarde, dat, wanneer zij een beneficie krijgen, zij zich zullen laten wijden en persoonlijk zullen resideeren.
regest_datering (Rome apud Sanctum Petrum V kalendis Junii pontificatus domini Bonifatii pape IX anno octavo).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 591). Met rest van het zegel van den oorkonder in roode was.
Reg. no. 935
regest_nummer 935 1406 September 24
regest_beschrijving Heinricus, bisschop van Sydon, vicaris van den elect van Leodium, verleent Rodolphus van Dalem Wilhelmusz. van Donghen de tonsuur.
regest_datering (in Monte Sancte Gertrudis).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 592). Met geschonden zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 772
regest_nummer 772 1386 October 29
regest_beschrijving Jan Maddijn Alaerdsz., Cleys Oem Jan Maleghijsz., Willem Boomgaert Willemsz. en Jacob Ysereel heer Tielman Oemsz., schepenen van Dordrecht, oorkonden, dat Jan van Brakel heer Ricoudsz. voor zijn dochter Margriete huwelijksvoorwaarden heeft gemaakt met Jan van Dalem Florensz.
regest_datering (des Manendaghes na Sinte Symon ende Juden dach der apostelen).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 593). Met de zegels van de vier schepenen in bruine was, het tweede geschonden.
Reg. no. 2094
regest_nummer 2094 1483 Januari 24
regest_beschrijving De stad Antwerpen verzoekt schout en schepenen van Oesterhout om in het proces, dat te Antwerpen hangende is tusschen Joes van Dalem, heer van Dongen, en Jan Mathijssens, de door den eerste met name genoemde personen te Oesterhout te verhooren en aan brenger dezes daarvan een certificaat mee te geven.
regest_datering (anno LXXXII na scriven sHoofs van Camerijcke).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 594).
Reg. no. 2333
regest_nummer 2333 1499 Augustus 14
regest_beschrijving Heer Jan van Dyemen, ridder, en Heynbric Snavel Henricxz., Gielis Jan Ghijsselsz., Pauwels Henricxz. van Ghilse, Adriaen Heyn Oemenz. en Ascentius Jansz., schepenen van Oesterhout, leggen, op verzoek van Jacop van Wijngaerden, baljuw van Suythollant, ten behoeve van de stad Dordrecht, getuigenis af aangaande de ontvoering van Peterken Peter Vrancken dochter door Jan Michielsz. en Jan Joes van Dongens bastaardzoon naar het huis van Roel te Bysoeyen.
regest_datering (nae scriven des Hoefs van Luydick).
regest_nb Gelijktijdig afschrift (Inv.No. 595).
Reg. no. 1764
Reg. no. 1690
regest_nummer 1690 1453 October 13
regest_beschrijving De notaris….. instrumenteert, dat Gerijt, heer van Assendelft, raad van den hertog van Bourgongiën, en zijn vrouw, Beatrijs van Dongen, elkaar bij codicil hun roerende goederen vermaken.
regest_datering
regest_nb Extract (Inv.No. 597).
Reg. nos. 2060 en 2062
regest_nummer 2060 1479 Juli 17
regest_beschrijving Philips Ruychrock van de Werve, raad van de hertogin van Oestrijck, verzoekt zijn schoonzoon Jan van Dalem van Dongen, tijdelijk verblijf houdende in den Hage, om ingesloten brief aan den stadhouder te overhandigen, waarin hij dezen verzoekt zijn huis in den Hage te beschermen, daar hij niet heeft deelgenomen aan partijtwisten, en deelt hem mee, dat hij voornemens is in Brabant te gaan wonen, als de toestand blijft, zooals hij is.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 598).
regest_nummer 2062 1479 November 23
regest_beschrijving Phillips Ruychrock van de Werve schrijft aan zijn schoonzoon, Jan van Dalem, heer van de Zwaluwe, kastelein van Schoenhoven, dat het hem genoegen doet, dat hij den stadhouder geholpen heeft, het Hof, dat door de Kabeljauwen belegerd was, te ontzetten en zijn (Ruychrocks) huis beschermd heeft, doch hoopt, dat hij zich niet bij een der beide partijen zal aansluiten.
regest_datering (Inden Hage).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 598).
Reg. no. 2069
regest_nummer 2069 1480 Juni 6
regest_beschrijving Cornelis die Bruyne, schepen van den Hage, verklaart als gemachtigde ontvangen te hebben van Willem van Dalem, erfgenaam van Jan van Dalem, ten behoeve van Marye, dochter van Philips Ruychrock van den Werve, weduwe van Jan van Dalem, de hier vermelde kleederen en kleinoodiën.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 599).
Reg. no. 1569
regest_nummer 1569 1447 October 3
regest_beschrijving De officiaal van den aartsdiaken van Trajectum gelast Johannes Tyerloet, hem voorgedragen als rector van de kapelanie van de H.M. Maria in de kerk te Cattendijck door de patroons Wilhelmus van Heenvliet en Cattendijck, heer van Stavenesse, en Jacobus van Heenvliet en Cattendijck, broeders, tweemaal af te kondigen en hen, die in verzet willen komen, op te roepen voor den deken van Zuitbevelandia.
regest_datering (feria tercia post festum Sancti Remigii).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 600). Met rest van het officialaatszegel in groene was.
Dirk van de Merwede, die een bastaardzoon Nicolaas had, stierf in 1459
Reg. no. 1891
regest_nummer 1891 1465 Juni 11
regest_beschrijving Notaris Nycolaus Jungelinx instrumenteert, dat de bedezetters van den hertog te Tilborch Petrus van Wisschel, schout aldaar, hebben gemachtigd voor hen op te treden in hun proces met de bedezetters van Hukelem en Enschit voor den Raad van Brabant.
regest_datering (in villa de Tilborch in domo Johannis dicti Berijsz. sita inibi in loco dicto Aen den Hovel).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 602). Met signatuur van den notaris.
De stukken, onder dit hoofd bijeengebracht, vormen tot 1558 het archief van den kastelein en eerst daarna een heerlijkheidsarchief. Het kasteleinschap, waaraan de lage en de middelbare rechtspraak was verbonden, alsmede de benoeming van den schout, werd door graaf Willem III in 1323 aan Willem van Duvenvoorde gegeven als een recht leen en door dezen als een onversterfelijk leen aan Jan van Polanen. Bij het verdrag, in 1421 gesloten tusschen Jacoba van Beieren als vrouwe, haar zwager Philips als ruwaard van Brabant en het land van Brabant zelf eener-, en Jan van Beieren voor Holland anderzijds, werd aan graaf Engelbrecht van Nassau opgedragen de stad van wege Holland, en het slot van wege Brabant te bewaren, waarvoor hij van de Staten van Brabant een jaargeld ontving. Toen Philips de Goede het bestuur over Brabant en Holland in één hand vereenigde, ontsloeg hij, op aandringen van zijn Raad in Holland en eenige steden, die zoowel het slot als de stad voor Holland wilden hebben, graaf Engelbrecht van zijn verplichtingen jegens Brabant, liet hem in 1444 slot en stad beide ontruimen en stelde Bauduin n'Oignies, gouverneur van Rijsel, aan als kastelein. Na diens vrijwilligen afstand en op diens verzoek werd in 1452 met graaf Jan wederom een Nassau aangesteld, maar slechts voor het leven, terwijl bij de verzoening tusschen hertog Philips en graaf Jan in 1456, uitdrukkelijk werd bepaald, dat het burggraafschap aan den hertog bleef. Weliswaar werden ook daarna geregeld de Nassaus met het kasteleinschap bekleed, doch de bevoegdheden waren evenmin als de erfelijkheid meer onaantastbaar. Engelbrecht II kreeg van de "appendances" "tant qu' il nous plaira", hetgeen zeggen wilde, dat Karel de Stoute zich bij Engelbrechts aanstelling in 1475 de voornaamste, n.l. de beschikking over het schoutambt, voorbehield. Dit alles veranderde, toen 5 Mei 1558 de prins van Oranje het pandheerschap kocht van Splinter van Hargen, heer van Oosterwijk, aan wien Philips II het in Januari van hetzelfde jaar verkocht had. Een proces over de aflosbaarheid van de pandschap, in 1668 ontstaan tusschen Willem III en de Staten van Holland, eindigde in 1672 met de beleening van Willem III
Reg. nos. 219 en 269
regest_nummer 219 1330 Maart 15
regest_beschrijving Willaem, graaf van Henegouwen, Hollant enz., belooft heer Jan van Polanen, ridder, bij kinderloos overlijden van diens broeder, heer Willaem van Duvenvoirde, den burg te Sente-Ghertruidenberghe met het gerecht van de stad en 1∕3 van de boeten en tot onderhoud van den burg 100 pond hollandsch jaarlijks, zooals heer Willaem nu heeft, voorts de volgende leengoederen: de ambachten van Almonde, dubbelmonde, Twintechhoeven en Waspic, 25 pond hollandsch jaarlijks aan tienden te Hasaerdswoude, 8 hoeven moer te Noetdorp met de tienden en 28 morgen land, geheeten het Gheerland, die heer Willaem van Boudijn van den Poele heeft gekocht.
regest_datering (tote Valenchine do wi voeren tote Garnaten waert des Donresdaghes voir Midvasten int jaer Ons Heren dusent driehondert neghen ende twintich).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1336 April 30 (Reg.No. 269).
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris II, blz. 480, waar niet gesproken wordt van 100 pond holl. jaarlijks ter bewaring van den burcht, maar inplaats daarvan van de verplichting den burcht altijd open en gereed te hebben voor de grafelijke familie.
regest_nummer 269 1336 April
regest_beschrijving Hughe, abt van Egmont, geeft vidimus van den brief dd. 1330 Maart 15 (Reg.No. 219).
regest_datering (op den Meyenavont).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 603). Het zegel van den oorkonder verloren.
Reg. nos. 401 en 417
regest_nummer 417 1347 Maart 25
regest_beschrijving Willem van Duvenvoerde, heer van Oesterhout, gezien den brief van keizerin Margriet dd. 1346 Augustus 10 (Reg.No. 401), hierin opgenomen, geeft heer Jan van Polanen, heer van de Leck, het burggraafschap van Sente-Gheerdenberghe met 200 pond tournooisch jaarlijks, het schoutambt, het recht schout en schepenen aan te stellen en 1∕3 van de boeten, alles volgens de brieven, die hijzelf daarvan heeft, behoudens, dat hij het als een recht leen had, terwijl heer Jan het als een onversterfelijk leen zal bezitten; voorts de heerlijkheid van Almonde en Dubbelmonde.
regest_datering (oppe den Palmsondach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 604). Met geschonden zegel van Willem van Duvenvoerde, rest van dat van Hartbaren van Ryede, heer van Pendrecht, en die van Gheraert van Poelgeest, ridder, en Gyelijs van Wendelnesse, knaap, geschonden, alle in groene was.
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris II, bl. 732.
In de berekening wordt opgesomd, wat Jan van Polanen aan graaf Willem en hertog Albrecht heeft geleend, onkosten wegens dienstreizen en verliezen aan inkomsten tijdens den oorlog, wegens het niet teruggeven van in beslag genomen goederen daarna, tot 1360
Reg. no. 546
regest_nummer 546 1356 December 5
regest_beschrijving Hertog Willem van Beyeren, graaf van Holland enz., verzoent zich met den heer van Bredae op voorwaarde, dat hij behoudt 1e het moer boven Stanthazen tot de Brabantsche grens, waarover de heer van Oesterhout eertijds een geschil had met de stad Sinte-Gheerdenberghe, 2e alle moeren in Zuutholland behalve die, waarvan de heer van Bredae kan bewijzen, dat zij den heer van Oesterhout toebehoorden, uitgezonderd het veen, dat de graaf aan Gherit van Nederveen heeft gegeven of aan anderen heeft verkocht, 3e het huis te Sinte-Gheerdenberghe met de daaraan verbonden wedde, benevens de heerlijkheid hoog of laag, die de heer van Bredae over de stad bezat, 4e de heerlijkheid van de Leck, totdat bewezen zal zijn, of heer Henric van de Leck haar als erfleen, dan wel als een recht leen bezat, in welk eerste geval den heer van Bredae van de som gelds, die hij betalen moet, zooveel in mindering gebracht zal worden, als hij daarvoor aan 's graven oom betaald heeft, terwijl hij in het tweede geval met de heerlijkheid beleend zal worden; de heer van Bredae zal waarborgen dat het huis te Oesterhout, vereenigd met dat van Geertruidenberg aan de Grafelijkheid zal blijven, op welke voorwaarden de graaf hem beleent met alle goederen, die hij had.
regest_datering (in den Haghe op Sinte Nyclaes' avond).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 605). Met het zegel van hertog Willem van Beieren in groene was, weinig geschonden.
regest_nb b) Gelijktijdig afschrift op perkament (Inv.No. 55).
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris III, bl. 11.
Reg. nos. 155 en 1062
regest_nummer 155 1323 Augustus 24
regest_beschrijving Willaem, graaf van Henegouwen, Hollant enz., geeft Willem van Duvenvoerde, zijn kamerling, en diens nakomelingen het schoutambt van Sente-Gheerdenberghe met de boeten van 2 en 10 schelling en 1∕3 van de boeten daarboven, voorts de steenen, die hij te Sint-Gheertrudenberghe heeft laten maken voor den bouw van een burcht aldaar, waaraan Willem van Duvenvoerde binnen 2 jaar 1000 pond tournooizen ten koste zal leggen, terwijl hijzelf zal betalen, wat er meer noodig zal zijn.
regest_datering (in die Haghe oppe Sente Bartelmeuwes' daghe).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1417 Juli 8 (Reg.No. 1062).
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris II, bl. 322.
regest_nummer 1062 1417 Juli 8
regest_beschrijving Deken en kapittel van St. Marie in Breda geven vidimus van den brief dd. 1323 Augustus 24 (Reg.No. 155).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 606). Het kapittelzegel verloren.
Reg. nos. 379 en 1111
regest_nummer 379 1344 September 28
regest_beschrijving Willem, graaf van Henegouwen, Hollant enz., beleent zijn raad, heer Jan van Pollanen, ridder, heer van de Leck, met den burcht van Sente-Gheertruidenberghe om daar burchzaat van te zijn met 100 pond hollandsch jaarlijks als wedde, gevestigd op het broek tusschen den burcht en den weg naar Oesterhout, eertijds eigendom van Gherrit van Wieldrecht, met het gerecht, de bevoegdheid om schout en schepenen aan te stellen, de boeten tot 10 schellingen hollandsch en 1∕3 van die daarboven, alles als vermeld in den brief, dien heer Willem van Duvenvoorde hiervan heeft.
regest_datering (des Dinxdaechs voir Bamisse).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1420 Juni (Reg.No. 1111).
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris II, bl. 686.
regest_nummer 1111 1420 Juni 15
regest_beschrijving Deken en kapittel van Sente Marie te Breda geven vidimus van den brief dd. 1344 September 28 (Reg.No. 379).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 607). Met het kapittelzegel in groene was.
Minuut, reg. no. 1119
regest_nummer 1119 1421 Maart 6
regest_beschrijving Engelbrecht, graaf van Nassow etc., neemt de stad Sinte-Geertrudenberge van hertog Johan van Beyeren in bewaring, zooals overeengekomen is in den brief dd. 1421 Maart 6 (Reg.No. 1118), belooft de stad Dordrecht en het land van Suythollant gedurende het bestand in het genot van hun privileges ten opzichte van Sint-Geertrudenberge te laten, voorzoover ze niet het slot aldaar, het land van Breda en de heerlijkheid Oosterhout raken, en stelt Herman van den Loo aan als zijn plaatsvervanger.
regest_datering (opten sessten dach van Merte des Donredaighs na Halfvasten int jair ons Heren MCCC (twentich na gewoente des Hoifs van Camerick).
regest_nb Minuut (Inv.No. 608).
Reg. no. 1118
regest_nummer 1118 1421 Maart 6
regest_beschrijving Johan, hertog in Beyeren, zoon van Henegouwen, Hollant, Zeelant etc., oorkondt, dat in het bestand, dat hij gesloten heeft met zijn nicht van Brabant, den graaf van Sijmpoul en het land van Brabant, de bepaling is opgenomen, dat graaf Engelbrecht van Nassouwen, heer van de Leck en Breda, de stad Sinte-Geerdenberge van zijnentwege zal houden en haar 14 dagen voor het einde van het bestand aan hem zal overleveren, en mocht de stad binnen dien termijn worden aangevallen, dan zal de hertog haar helpen verdedigen.
regest_datering (MCCCC ende twintich nae den loop van onsen Hove des Donredages nae den Sonnendach Letare Jherusalem die was sesse dage in Merte).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 608). Met zegel van den hertog met contrazegel in roode was.
Reg. no. 1246
regest_nummer 1246 1429 Februari 28
regest_beschrijving Jan, heer van Rotselair, Vorsselair en Rethy, drost van Brabant, verklaart, dat een deel van de edelen en steden van Brabant eertijds met den jonker van Nassow zijn overeengekomen, dat hij het slot van Sinte-Geertruidenberge zou bewaren voor 1100 kronen jaarlijks.
regest_datering (dusent CCCC acht ende twintich na gewoenten des Hoifs van Camerick).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 609). Met opgedrukt zegel in roode was en geschonden.
Reg. nos. 1381, 1390-1393 en 1399
regest_nummer 1381 1438 September 15
regest_beschrijving De Raad voor Hollant en Zeelant bericht Engelbrecht, graaf van Nassouwe, heer van Breda, dat de hertog, ingevolge het verzoek van de steden van Hollant tot regeling van de paalscheiding, den Raad heeft gelast om Sinte Geertrudenberge en andere sloten op de grens in bewaring te nemen, verzoekt hem een dag te noemen voor de overdracht en zijn mogelijke bezwaren aan brenger dezes mede te geven.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 610).
regest_nummer 1390 1439 Maart 31
regest_beschrijving Kanselier en raden van den hertog van Bourgondie en een aantal leden van den Raad van Hollant besluiten in diens bijzijn, naar aanleiding van het antwoord, gegeven door den jonkheer van Nassou opden eisch om de stad Sinte-Geertrudenberge etc. aan den hertog als graaf van Hollant over te geven, benevens allerlei leenen en moeren in Zuyt-Hollant, die aan den hertog verstorven zouden zijn, dat de jonker van Nassou gedagvaard zal worden op 8 Juni a.s. om de stad over te leveren, waarna hij de desbetreffende brieven zal terugkrijgen, dat hij inzage van de registers zal krijgen over bedoelde leenen en moeren, en van zijn kant een afgevaardigde van den hertog copieën zal laten nemen van zijn brieven te Breda, en zich 8 Juni ook op dit punt verantwoorden, hetgeen de jonker van Nassou heeft aangenomen, onder protest evenwel, dat hij, wat zijn leenen aangaat, alleen te recht kan staan voor den graaf en leenmannen van Hollant.
regest_datering (In den hage duysent vierhondert acht ende dertich na den loip tsHoifs van Hollant).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1439 Juni 13 (Reg.No. 1402).
regest_nummer 1391 1439 April 9
regest_beschrijving De graaf van Nassau schrijft aan ridderschap en geestelijkheid van Holland (afzonderlijk), het met de andere van de drie Staten daarheen te leiden, dat, wanneer hij 8 Juni e.k. de stad Sente-Gertrudenberge, die hij bij het bestand tusschen Hollant en Brabant ten behoeve van Hollant in bewaring heeft genomen, ingevolge bevel van den hertog teruggeeft, hij tegelijk het slot, dat hij op dezelfde manier ten behoeve van Brabant heeft bezet en met veel moeite en kosten heeft gehouden zonder van de hem toegezegde som gelds veel gebeurd te hebben, aan Brabant kan overdragen en dan tevens voldaan wordt van hetgeen men hem schuldig is.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 610).
regest_nummer 1392 1439 April 10
regest_beschrijving (De graaf van Nassau) schrijft aan de steden Antwerpen Loeven, Brussel en den Bosch ieder afzonderlijk, dat Raad en steden van Hollant er bij den hertog op aangedrongen hebben om de stad Sinte-Gertrudenberge weer onder Hollant te brengen en ook het slot schijnen te willen hebben, waarom hij aanraadt om, voordat de hertog weer in Brabant komt, een dagvaart te houden om uit de stukken, waarbij hij ook de zijne zal voegen, zekerheid aangaande het slot te krijgen, dat zonder de stad niet te verdedigen zou zijn.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 610).
regest_nummer 1393 1439 April 12
regest_beschrijving De Raad van Brabant antwoordt Engelbrecht, graaf van Nassow en Vyanden, heer van de Leck en Breda, op zijn schrijven over het slot te Sinte-Gertrudenberge, dat zij niets kunnen doen zonder speciaal bevel van den hertog maar dat zij hem gaarne ter wille zullen zijn.
regest_datering (Bruessel).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 610). Met sluitzegel in roode was.
regest_nummer 1399 1439 Mei 30
regest_beschrijving De Raad van den hertog van Bourgongiën voor Hollant etc. willigt het verzoek van Engelbrecht, graaf van Nassow en Vyanden, heer van de Leck en Breda, in om uitstel van de overdracht van Sinte Geertrudenberge en de behandeling van een leenkwestie, vastgesteld op 8 Juni, alleen voor zoover het de overdracht betreft, daar de zaak Riederkerck, waarin Jacop Willemsz. en Henric Faes naar den Hage gedagvaard zijn om zich tegenover heer Roelant van Uutkercke te verantwoorden, niet buiten partijen om uitgesteld kan worden.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 610).
Reg. no. 1402
regest_nummer 1402 1439 Juni 13
regest_beschrijving Deken en kapittel van Sente Marie te Breda geven vidimus van de akte dd. 1439 Maart 31 (Reg.No. 1390).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 610). Met geschonden kapittelzegel in groene was.
Reg. no. 1498
regest_nummer 1498 1444 September 29
regest_beschrijving Isabel, hertogin van Bourgoengiën, Brabant enz., ontbiedt Jan, graaf van Nassouwen en Vyanden, in den Hage om te verklaren, waarom hij stad en slot van Sinte Geertruydenberge nog niet heeft ontruimd in strijd met zijn belofte aan den hertog.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 611). Met geschonden sluitzegel van de hertogin van Bourgondië in roode was.
regest_nb De dateering berust op de vermelding van dezen oproep in de akte dd. 1445 Februari 18 (Reg.No. 1502).
Reg. no. 1408
regest_nummer 1408 1439 September 15
regest_beschrijving De raden van den hertog van Bourgoingne voor Hollant en Zeelant verzoeken Engelbrecht, graaf van Nassouwe, heer van Breda, slot en stad van Sinte-Geertrudenberge te willen ontruimen en een dag te bepalen voor de overneming ter voldoening aan het bevel van den hertog om Hollant de grenzen te geven, die het rechtens heeft.
regest_datering
regest_nb Gelijktijdig afschrift (Inv.No. 612).
Reg. no. 1502
regest_nummer 1502 1445 Februari 18
regest_beschrijving Phelippe, hertog van Bourgoingne, Brabant etc., ontslaat Jehan, graaf van Nassou, drossaard van Brabant, van alle verplichtingen, die hij en vóór hem zijn vader tegenover de Staten van Brabant op zich genomen hebben ten opzichte van de bewaring van stad en slot van Sainte Gertruut, thans door den hertog aan Bauduin Doignies, ridder, gouverneur van Lille, ter bewaring gegeven.
regest_datering (Brouxelles l'an de grâce mil quatrecens quarante et quatre).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 612). Met stuk van het zegel met contrazegel van hertog Philips in roode was.
Reg. no. 1667
regest_nummer 1667 1452 Februari 16
regest_beschrijving Philippe, hertog van Bourgoingne etc., benoemt, na vrijwilligen afstand en op verzoek van Bauduin Doignies, gouverneur van Lille, Jehan, graaf van Nassow, heer van Breda etc., tot kapitein en kastelein van Mont Sainte Gertrud voor het leven, met verlof zich door een stadhouder te doen vervangen, en omschrijft zijn bevoegdheid, waaronder behoort het aanstellen en afzetten van personen, belast met de rechtspraak en het verzetten van de wet.
regest_datering (Brouxelles mil quatrecens cinquante-ung).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 613). Met geheim zegel van den oorkonder in roode was en geschonden, gebruikt, omdat het groote zegel niet aanwezig was. In dorso van het oorspr. de mededeeling, dat de graaf van Nassau 11 Mei den eed heeft afgelegd.
regest_nb b) Afschrift 15e eeuw (Inv.No. 623).
Reg. no. 1727
regest_nummer 1727 1455 December 1
regest_beschrijving Johan, graaf van Nassaou, Vyanden en Dyetze, heer van Breda, drossaard van Brabant, committeert mr. Jan van Gronsfelt, Wouter Storm en Goessen van Rome om met de commissarissen van den hertog van Bourgongiën en Brabant, graaf van Hollant etc., alle tusschen hen bestaande geschillen bij minnelijke schikking te beëindigen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 614). Met zegel van graaf Jan van Nassau in roode waas.
Reg. no. 1738
regest_nummer 1738 1456 Mei 29
regest_beschrijving Philips, hertog van Bourgoengiën enz., beëndigt alle geschillen, die er tusschen hem en zijn kamerling Jan, graaf van Nassou, heer van Breda, en beider voorouders bestonden, waarbij o.a. alle wederzijdsche schuldvorderingen worden vernietigd, de heer van Breda de moeren van Stanthesen en andere in Zuythollant behoudt, en het burggraafschap van St. Geertruydenberge aan den hertog blijft, waarna de hertog den graaf een lijftocht geeft, groot 300 klinkaarts jaarlijks, uit de stad van der Goude.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 614). Het zegel van den oorkonder verloren. Aan het oorspr. is vastgehecht een ordonnantie van commissarissen van de Financiën voor den rentmeester van Gouda tot uitbetaling van de lijfrente dd. 1456 November 29, en in dorso van de akte is een afschrift van de ordonnantie geschreven.
regest_nb b) Authentiek afschrift (Inv.No. 717). Op het omslag van het afschrift b. staat: "De moeren in Stanthasen ende in Zuythollant miten ambachtsheerlickheden in Zuythollant ende die goeden onder de dijckaige van Wyvekeen ende Tysselenswairt".
Zonder regestnummer, zie notabene van reg. no. 1738
Reg. no. 1983
regest_nummer 1983 1475 Februari 9
regest_beschrijving Charles, hertog van Bourgoingne etc., benoemt Engelbrecht, graaf van Nassouw en Vyanden, heer van Breda, tot kapitein en gouverneur van Mont Sainte Ghertrud in plaats van wijlen Jehan, graaf van Nassouw, en omschrijft zijn bevoegdheid, waarbij hij zich de beschikking over het schoutambt voorbehoudt.
regest_datering (en notre siège devant Nuysz mil quatrecens soixante quatorze).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 615). Het zegel van den oorkonder verloren. In dorso de mededeeling, dat graaf Engelbert 4 Maart den eed heeft afgelegd.
De prins betaalde de pandschap met overneming van twee obligaties ten laste van het rentambt Noord-Holland en ten behoeve van de abdij Rijnsburg en Jacob, heer van Wijngaerden, welke laatste zijn rechten had. overgedragen aan Splinter van Hargen
Reg. no. 3472
regest_nummer 3472 1567 December 13
regest_beschrijving Elburch van Langeraeck, prelaterse en vrouwe van Reynsburch, en Splinter van Harghen, heer van Oosterwijck, rentmeester-generaal van het klooster, verklaren ontvangen te hebben van Johan van den Berge, rentmeester van Oosterhout, de over 10 jaar verschenen rente, groot 62 pond 10 schellingen jaarlijks, n.l. 50 voor het klooster en 12 pond 10 schellingen voor Splinter van Harghen, hem aangekomen van Jacob, heer van Wijngaerden.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 616).
Reg. no. 3354
regest_nummer 3354 1558 Januari 29
regest_beschrijving Philips, koning van Castilliën enz., geeft aan heer Splinter van Harghen, ridder, heer van Oosterwijck, in pandschap de hooge heerlijkheid en domeinen van St.-Geertruydenberge n.l. het schoutambt, het secretarisschap, het bodeambt benevens dat van de Mede, het recht van de landpoorters, den tol te Randenoort, de gruit, den cijns, het Lindonck en het Burchveldt, behoudens de regalia, voor 7000 pond, losbaar na 6 jaar.
regest_datering (in onser stadt van Brusele 1557).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 616). Met zegel met contrazegel van den oorkonder in roode was. Aan den voet het interinement van hoofden, tresorier-generaal en gecommitteerden van de Domeinen en Financiën dd. 1558 Maart 31 en dat van de Rekenkamer in den Haag dd. 1558 October 12, terwijl hieraan is vastgehecht de kwitantie voor de 7000 pond dd. 1559 Januari 6.
Reg. no. 3480
regest_nummer 3480 1568 Juli 23
regest_beschrijving De secretaris van Sint-Geertruydenberge geeft akte, dat Peeter van Quaderebbe, ridder, heer van Berchem, Hoogenhuyse etc., sequester-superintendent van de goederen van den prins van Oranje, en sinds afdoening van de sequestratie gouvernier dier goederen, in tegenwoordigheid van heer Jacob Tseraerts, ridder, drossaard 's lands van Breda, mrs. Jan Hovelmans, Willem de Vos en Michiel Piggen, raadslieden, de regeering van die stad bevolen heeft, den koning van Spanje te erkennen als heer en den eed af te leggen, hetgeen zij gedaan heeft, waarop hij de stad in bezit heeft genomen.
regest_datering (opt stadthuys van St. Geertruydenberge).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 617).
Reg. no. 61
regest_nummer 61 1290 December 11
regest_beschrijving Florens, graaf van Hollant, doet uitspraak in de twist tusschen de stad Sente-Geerdenberghe en de ambachtsheeren van Suethollant en bepaalt, dat de poorters van de stad de rechten behouden zullen, die ze hebben; dat een eigen man, die zich aldaar vestigt, na jaar en dag vrij poorter zal zijn, en dat poorters van andere steden na St. Bamis e.k. terecht zullen staan in de plaats, waar zij misdaan zullen hebben.
regest_datering (Manendaghe vor Sente Luciëndaghe).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 618). Met zegel van den oorkonder in bruine was met contrazegel.
regest_nb Gedrukt bij v.d. Bergh II, No. 753.
Reg. no. 267
regest_nummer 267 1335 December 3
regest_beschrijving Willem, graaf van Heynegouwen, Hollant enz., beveelt heer Willem van Duvenvorde, heer van Oesterhout, en schepenen en raadslieden van Sente-Geertrudenberghe, de vleeschhouwers te doen staan in de hal, die hij daar heeft laten maken, evenals de wantsnijders, die laken en al degene, die andere waren des Maandags ter markt brengen, en hen aan den rentmeester van Zuithollant een huur te doen betalen zooals in andere steden.
regest_datering (Berghen in Heynnegouwen Sonnedaghes na Sente Andres' dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 619). Met geschonden zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 398
regest_nummer 398 1346 Mei 12
regest_beschrijving Margriete, keizerin, gravin van Heynnegouwen, Hollant enz., geeft de stad Sente-Ghertrudenberghe verlof om haar gemeente, geheeten de Meede, in erfcijns uit te geven om met de opbrengst de stad te versterken, hetgeen zij doen zullen na goedkeuring door heer Willem van Duvenvorde, heer van Oesterhout, en Gillis van Windelsnisse.
regest_datering (in die Haghe).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 620). Met rest van het zegel van de keizerin in roode was.
regest_nb Gedrukt in Bronnen voor het Oud-Vad. Recht 3e Reeks IX, bl. 365.
Reg. no. 488
regest_nummer 488 1352 Augustus 19
regest_beschrijving Hertog Willem van Beyeren, graaf van Holland enz., belooft heer Philips van Polanen, ridder, burchzaat van het huis te Sinte-Gheerdenberghe, nu hij dat huis overgegeven heeft, voor hem en zijn gezellen vrijen aftocht met behoud van al hun goederen in Holland, die zij vóór den oorlog bezaten, en betaling van schulden, waarop heer Philips bewijzen kan recht te hebben tot 2800 oude schilden toe.
regest_datering (tot Sinte-Ghertrudenberghe des Zondaeghs na Onser Vrouwen dach Assumptio).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 621). Met de zegels van den graaf, de heeren van Arkel, Waterland, en Ammersoye, baanrotsen, in groene was, weinig geschonden; dat van den heer van Egmond verloren; de zegels van Jan, heer van Culenburch en de Lec, Zweder, burggraaf van Montfoort, Gherit van Emskerke, Jan van Bloemenstein, Willem van der Wateringhe, ridders, in groene was, alle min of meer geschonden; dat van Florens van Borsel heer Claisz., ridder, verloren; de zegels van Willem van Hoorne, Daniel van de Merwede, Jan van der Noordelose, baljuw van Zuid-Holland, knapen, in groene was; resten van de zegels van Delft, Haarlem en Leiden in bruine, groene en bruine was, die van Dordrecht en Geertruidenberg verloren.
Reg. nos. 1573, 1576 en 1577
regest_nummer 1573 1447 October 24
regest_beschrijving Johan [van Nassau] verzoekt den Raad van Brabant het bij den hertog of den Grooten Raad daarheen te leiden, dat Jan van Ringelberch, die onder zijn vader en vervolgens onder hemzelf kastelein is geweest van het slot van Sente-Gertrudenberge, ontslagen wordt van de vervolging, tegen hem ingesteld door genoemde stad wegens diefstal van materiaal, daar graaf Engelbrecht bij het verdrag tusschen Hollant en Brabant de stad van wege Hollant, doch het slot van wege Brabant in bewaring kreeg, zoodat, al is op aandringen van Hollant de stad door hem aan den graaf teruggegeven, zaken, het slot betreffende, door Brabant behandeld moeten worden.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 622).
regest_nummer 1576 1447 November 6
regest_beschrijving Johan graaf van Nassouw, Dietz en Vyanden, heer van Breda, drossaard van Brabant enz., bericht schout, burgemeesters, schepenen en raad van Sente Gertrudenberge, dat hij Janne van Ringelberge, onderkastelein, gedagvaard voor schout en schepenen wegens het afbreken van hout, steen en lood van het slot tot eigen gebruik, verboden heeft voor hen te verschijnen in afwachting van de bevelen van den hertog van Brabant, aan wien hij afgevaardigden heeft gezonden.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 622). Met geschonden opgedrukt zegel in roode was onder papieren ruit.
regest_nummer 1577 1447 December 5
regest_beschrijving Johan, graaf van Nassouw, schrijft aan stadhouder en raden van den hertog voor Hollant, naar aanleiding van de beslaglegging op de goederen van Jan Rijngelberch, geschied volgens eisch van den schout van Sinte-Gheertruydenberghe, Henrick van Haerlem, wegens vervreemding van goederen, behoorende tot het slot aldaar, ten tijde dat hij zijn vaders en vervolgens zijn eigen stadhouder van het kasteleinschap was, dat, daar het slot aan Brabant toebehoort, deze zaak alleen voor den hertog en den Grooten Raad gebracht kan worden, van wiens schrijven aan schout en schepenen van den Berghe hij copie insluit, met verzoek het beslag op te heffen en met eenige beschuldigingen van bedrag en afpersing tegen den schout.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 622).
Reg. nos. 1667 en 1672
regest_nummer 1672 1452 April 17
regest_beschrijving Het Hof van Holland, uitspraak doende tusschen Henrick van Haarlem, schout van Sente-Geertruydenberge, en Willem Sceyf, stadhouder van den jonker van Nassouwen van het kapitein- en kasteleinschap aldaar, wegens het afzetten van den eerste door den laatste, handhaaft den schout in zijn functie, totdathij daaruit met meer recht, hetzij door den jonker, hetzij langs anderen weg, gezet zal worden.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 623).
Reg. no. 1875
regest_nummer 1875 1464 April 6
regest_beschrijving Johan, graaf van Nassouw, oorkondt, dat de prior van de Karthuizers bij Sinte-Geertrudenberge en de bedezetters van Oisterhout hun geschil over de bede, op te brengen aan den hertog van Brabant, hebben beëindigd door te bepalen, dat het aandeel van het klooster een rijder jaarlijks zal bedragen.
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift van 1548 (Inv.No. 624).
Reg. nos. 30, 263 en 1901
regest_nummer 30 1275 Januari 22
regest_beschrijving Florencius, graaf van Hollandia, geeft, wegens slijtage van den ouden, een nieuwen privilegebrief aan de stad Mons Sancte Gertrudis, waarin hij dien van zijn overgrootvader, graaf Wilhelmus, bevestigt.
regest_datering (ad Alberti Montem feria tercia ante Conversionem Beati Pauli a. D. millesimo ducentesimo septuagesimoquarto).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1335 Juli 1 (Reg.No. 263).
regest_nb Gedrukt bij v.d. Bergh II, No. 284.
regest_nummer 263 1335 Juli 1
regest_beschrijving Wilhelmus, graaf van Hannonia, Hollandia enz., vidimeert en bevestigt den privilegebrief dd. 1275 Januari 22 (Reg.No. 30).
regest_datering (Sabbato post festum Beatorum Petri et Pauli apostolorum).
regest_nb a) Gevidimeerd in den brief dd. 1467 Juli 2 (Reg.No. 1901).
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 714).
regest_nummer 1901 1467 Juli 2
regest_beschrijving Prior en convent van het klooster van Beata Maria van de orde der Karthuizers bij Mons Sancte Gheertrudis geven, op verzoek van kastelein en burgemeesters, vidimus van den brief dd. 1335 Juli 1 (Reg.No. 263).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 625). Met geschonden conventszegel in groene was.
Reg. no. 2151
regest_nummer 2151 1486 Juni 19
regest_beschrijving Gecommitteerden van de domeinen en financiën van den Roomsch koning, graaf van Hollant enz., gezien de overeenkomst, onlangs gesloten tusschen dezen en den graaf van Nassou, waarbij zekere domeinen, behoorende tot het kasteleinschap van Sente-Geertruydenberge, waaronder het klerkambacht, voor den koning gereserveerd werden, verpachten dat ambacht voor 10 jaar, ingaande 1 Mei l.l., aan Ghijsbrecht Pant, priester, voor 10 pond vlaamsch jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 626).
Reg. no. 3401
regest_nummer 3401 1563 Juni 8
regest_beschrijving Adriaen Michielsz. Cock, tollenaar op de Mede, verdedigt zich bij den Raad van den prins van Orangiën tegen de klachten, over hem ingebracht door onderzaten van den prins, over het eischen van tol voor het vee, dat zij te Drimmelen weiden, met verwijzing naar de ordonnantie van den koning en met mededeeling, dat hij de zaak ter afdoening naar de Rekenkamer in 's Gravenhage zal doorzenden.
regest_datering (opte Mede).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 629).
Reg. no. 3476
regest_nummer 3476 1568 Maart 20
regest_beschrijving Het Hof van Holland vraagt aan burgemeesters en wethouders van Sinte-Geertruydenberge binnen 14 dagen te berichten, of zij zich bij het stellen van de wet gehouden hebben aan de ordonnantie, hun bij schrijven van 30 Juni 1567 toegezonden, inhoudende, dat niemand aangesteld mag worden, die suspect is, wat betreft de religie.
regest_datering (in den Hage 1567).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 630). Aan den voet staat, dat de brief den 1en April 1567 stilo curie Hollandie aan de stadsregeering is overgeleverd.
Reg. nos. 2947, 2948 en 2966
regest_nummer 2947 -1537
regest_beschrijving Kastelein en schout van Sinte-Gertruydenberge verzoeken den graaf van Nassouwen om tusschenkomst in hun geschil met den baljuw van Zuythollandt over de berechting van Dirck Braem, gedetineerde, welke beweert, dat zijn zaak door den baljuw en niet door den graaf berecht behoort te worden.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 631).
regest_nummer 2948 -1537
regest_beschrijving De huisvrouw van den secretaris van Drymelen, Dirck Braem, verzoekt den graaf van Nassau, markgraaf van Senetten, heer van Breda etc., er bij de stad van den Berge op aan te dringen, dat zij Dirck Braem, gevangen genomen wegens een zaak, vallende onder schout en heemraad te Drymelen, in vrijheid stelt onder een door den graaf te bepalen cautie, opdat hij terecht kan staan voor den raad van den graaf, of anders hem laat overbrengen naar de gevangenis te Breda.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 631).
regest_nummer 2966 1538 vóór October 25
regest_beschrijving Dirck Braem, koster en klerk van Drijmmelen, verzoekt heer Renatus, prins van Arangen, graaf van Nassauen, heer van Breda, Diest etc., nu hij in appèl bij het Hof van Holland in het gelijk is gesteld tegenover de stad Sinte-Gertrudenberch, om teruggave van zijn register, waarvan zij, zonder daartoe gerechtigd te zijn, inzage wilde hebben, waarop het door schout en heemraden van Drijmelen naar wijlen 's prinsen vader als ambachtsheer van Drijmelen is gebracht.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 631). In margine gunstige beschikking dd. 1538 October 25.
Reg. no. 3364
regest_nummer 3364 1559 April
regest_beschrijving Florijs Henricsz., poorter te Sinte-Geertrudenberghe, door den schout aldaar gevangen gezet wegens het gebruiken van land op de aan den prins toebehoorende Cluendaert, welk land hem door de pachtheffers daarvan gerechtelijk was ontwonnen, en uit de gevangenis ontslagen wegens de verweesdheid van zijn kinderen, verzoekt den raad van den prins van Orang om de jurisdictie van ten Berghe te gebruiken.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 632). In margine beschikking dd. 1559 Mei 3, inhoudende, dat het advies van den schout gevraagd zal worden. In dorso staat: "Raect eenichsints het schoutampt tot St-Geertruydenberch".
Reg. no. 2527
regest_nummer 2527 1510 November 6
regest_beschrijving Ariaen Zeghersz., rechter, Ghijsbrecht Henrixsz., Willem Jansz., Peter Aertsz., Jacop Berisz., Cornelis Jansz., Claes Meeusz. en Cornelis Ariaensz., heemraden van Raemsdonck, oorkonden, dat de ingelanden van den Nieuwen polder het onderhoud van den dijk verdeeld hebben, met omschrijving van het stuk, te onderhouden door broeder Tielman, prior, en convent van de Karthuizers bij Sinte-Gertrudenberghe.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 635). Het zegel van Ariaen Zeghers verloren.
Reg. no. 2769
regest_nummer 2769 1529 Juni 10
regest_beschrijving Adriaen Adriaensz., rechter, Ariaen Ghijsbertsz., Ariaen Meusz., Peter Jansz., Ariaen Jansz., Mathijs Wyten, Cornelis Ariaensz. en Gerit van Bommel Geritsz., heemraden van Raemsdonck, oorkonden, dat de ingelanden van het Rijsbroeck zijn overeengekomen, iedere 2 jaar 3 gezworenen te kiezen, waarvan een uit het convent te Raemsdonc, een uit Raemsdonc, en de derde uit Oosterhout of Gijls, die op kosten van de ingelanden alle wegen en watergangen zullen laten maken en iedere twee jaar rekening aan de ingelanden zullen doen.
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift op perkament (Inv.No. 636).
Reg. no. 3449
regest_nummer 3449 1566 Mei vóór den 11
regest_beschrijving Burgemeesters en regeerders van Sinte-Geertruydenberge verzoeken den prins van Oraigniën, toestemming te geven tot het halen van aarde op schafrecht uit zijn landen buitendijks tot reparatie van den dijk van de Coepoort naar Steelhoven, hetgeen zijn rentmeester te Oisterhout, Jan van den Berghe, verboden heeft in strijd met een ordonnantie van den koning van Spanje.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 637). In margine beschiking van M. Piggen dd. 1566 Mei 11, volgens welke het advies van den rentmeester gevraagd zal worden.
Oud inv.nr. 640. Daarna Hingman 7554. Nu toegang 1.08.11. inv.nr. 4164. Maar ontbreekt [bij inventarisatie 1994-1996]
Reg. no. 2020
regest_nummer 2020 1477 Juni 28
regest_beschrijving Jan Zael, door tusschenkomst van graaf Engelbrecht van Nassouw door de hertogin van Bourgoendiën aangesteld als kapitein en schout van Sente-Geertrudenberge, belooft den graaf van Nassouw onder eede niemand te zullen aanstellen of afzetten zonder zijn toestemming.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 642). Met zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 2051
regest_nummer 2051 1479 Maart 22
regest_beschrijving Engelbrecht, kastelein en kapitein van Sinte-Geertrudenberge, geeft het klerkambt aldaar aan Aernt van Nyerop.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 643).
Reg. no. 2509
regest_nummer 2509 -1509
regest_beschrijving Henrick, graaf van Nassou, Vianden en Dietz, heer van Breda, Diest en Grimbergen, kastelein van Sinte-Gertrudenberghe, stelt Jan van der Dussen aan tot schout aldaar.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 644).
Reg. no. 2794
regest_nummer 2794 c 1530
regest_beschrijving Jan Dudijn verzoekt den heer van Breda hem te handhaven in het kasteleinschap van Sinte-Geertruyenberge, totdat hij zich voor den raad te Breda heeft kunnen verdedigen tegen de beschuldiging van den nieuw aangestelden kastelein Thoemaes Buekelere en totdat hij het door hem bij zijn aanstelling gestorte bedrag in geld terugontvangen heeft.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 645).
Reg. no. 2915
regest_nummer 2915 c 1535
regest_beschrijving Jehan en Godscalck van Oudtheusden verzoeken den graaf van Nassou, markgraaf van Senette, uit naam van hun tante Juliane Bueckelaer, weduwe van Dirck Jan Soncken, erfgename van Thomas Bueckelaer, de 400 pond vlaamsch terug te geven, die deze den graaf heeft geleend op het kasteleinschap van Sint-Geertruydenberghe en die niet zijn terug gegeven bij het ontslag van Florijs van Colster, die het ambt ten behoeve van Thomas Buechelaer vervulde.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 646).
Reg. nos. 3366 en 3396
regest_nummer 3366 1559 September 29
regest_beschrijving De Raad en Rekenkamer te Breda van den prins van Orangiën, graaf van Nassou, heer en baron van Breda, Sinte Geertruydenberge etc., verpacht aan Huybrecht Cornelisz. het bodeambt van de Mede voor 3 jaar tegen 7 carolusguldens jaarlijks, waarvoor deze den eed zal afleggen in handen van den schout van Sinte-Geertruydenberge.
regest_datering (in der camere van der Rekeningen voorsz.).
regest_nb Authentiek afschrift (Inv.No. 647).
regest_nummer 3396 1562?
regest_beschrijving Hubrecht Cornelisz., bode van de Made, verzoekt den prins van Oraengen, heer van Sinte-Gertrudenberghe, zijn pacht van het bodeambt, die met Bamis a.s. afloopt, met 10 of 12 jaar te verlengen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 647). Het stuk is beschadigd.
Reg. no. 3439
regest_nummer 3439 1565
regest_beschrijving Anthonis Joosz., ontslagen schout van Sinte-Geertruydenberge, verzoekt den prins van Oraignen kwijtschelding van 180 carolusguldens, die hij nog schuldig is aan pacht van het schoutambt, dat hij vervuld heeft gedurende de jaren 1559-1562.
regest_datering
regest_nb a) Oorspr. op papier (Inv.No. 648). In margine van het oorspr. beschikking dd. 1565 Februari 1 van den griffier Vogelsanck, waarbij hem de helft wordt kwijtgescholden.
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 648).
Reg. nos. 3398 en 3440
regest_nummer 3398 1563 Februari 4
regest_beschrijving Wilhelm, prins van Oraengiën etc., baron en heer van Breda etc. en van Sint-Geertruydenberge, stelt Jan Schoeff aan tot schout van stad, land en heerlijkheid van Sinte-Gertruydenberge in plaats van den ontslagen Anthuenis Joosten Anthuenisz. en beveelt zijn Raad en Rekenkamer te Breda hem, wanneer hij hun den eed zal hebben afgelegd, in het bezit van het ambt te stellen.
regest_datering (Breda Ludicx stijl).
regest_nb Authentiek gelijktijdig afschrift (Inv.No. 649). In dorso van het oorspr. stond, dat Jan Schoyff den 5en Februari den eed heeft afgelegd.
regest_nummer 3440 c 1565
regest_beschrijving Johan Schooff, sinds '63 schout van Sinte-Geertruydenberge, verzoekt den prins van Oraengiën Gillis van Meer, door hem aangesteld tot zijn stadhouder, niettegenstaande de bezwaren van schepenen, als zoodanig volmacht te geven.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 649).
Reg. no. 3467
regest_nummer 3467 1567 October 23
regest_beschrijving Jan Cornelisz. en Cornelis Heys, burgemeesters van Sinte-Geertruydenberge, verzoeken den prins van Oraengnen, om Ambrosius Rosendaels, die gedurende 3 maanden het schoutambt heeft waargenomen wegens vertrek van jonker Johan Schoyff, definitief aan te stellen, of hem bij verpachting de voorkeur te geven op een redelijke pacht, liever dan het aan den meestbiedende te geven.
regest_datering (Sinte Geertruydenberge).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 650).
Zie ook Inv. no. 699
Reg. no. 162
regest_nummer 162 1324 April 25
regest_beschrijving Schepenen, raad en gemeene poort van Sente-Gheertrudenberghe geven Willem van Duvenvoerde, kamerling van den graaf van Heynegouwen enz., het land ten Oosten van Steenlo, voorzoover het binnen de stadsvrijheid ligt.
regest_datering (oppe Sente Marcus' dach ewangeliste).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 651). Met het stadszegel in bruine was met contrazegel.
regest_nb b) Gevidimeerd in den brief dd. 1388 Juli 6 (Reg.No. 792).
Reg. no. 612
regest_nummer 612 1362 Mei 3
regest_beschrijving Claes Bile, Jan uutter Spike, Bouden Mechielsz., Aernt Tyelmansz., Woutgheer van der Voirne en Gheraet Jansz., schepenen in Sente-Gheerdenberghe, oorkonden, dat heer Ghizebrecht Tyeke, deken van het kapittel aldaar, vermaakt aan zijn zoon Reynaer, wiens moeder Katelyne Hannekens dochter is, 4 pond hollandsch jaarlijks uit een huis en erf aan de heerstraat, een stuk land op de Lindonck aan de Donga, geheeten de Gheer, en een stuk daaraan grenzend, met de bepaling, dat dit alles bij kinderloos overlijden van Reynaer aan het kapittel komt om jaargetijde mede te doen voor de ouders van den deken, en wanneer hij kinderen heeft, zal hetzelfde gebeuren na overlijden dier kinderen.
regest_datering (des Dinxdaechs na Meydach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 652). De zegels van de schepenen verloren. In dorso staat, dat Wouter Wesel de 4 pond heeft gekocht, waarvoor het kapittel de koorgezellen 4 pond heeft bewezen uit een ander huis, en dat de brief is afgelost.
In dorso van de erfpachtbrief: "solvit Willem Goessen"
Reg. nos. 778, 1108, 1986, 2041, 2058, 2098, 2129, 2310, 2472, 2554, 2687, 2688, 2727 en 3430
regest_nummer 778 1387 Juli 3
regest_beschrijving Deken en kapittel van Sinte Geertruydenberghe oorkonden, dat Henrick van Hushoven, kannunnik, verkocht heeft aan den scholaster, Claes Hillen, 9 hond land tusschen den steenweg en de Dongha.
regest_datering (op Sinte Thomas'dach translatio).
regest_nb Afschrift van een afschrift in Inv.No. 653, fol. 3 vo.
regest_nummer 1108 1420 April 16
regest_beschrijving Goidschalck Bannick Jansz. en Gerijt Vrederick Geritsz., schepenen van Sinte-Geerdenberghe, oorkonden, dat Henrick Goidschalck heeft gegeven aan Aerntnoldus Wischaert 2 morgen land achter den burcht tusschen de Dongha en de Lindonck.
regest_datering (des Dinxdaechs int jaergedinghe zestien daghe in Aprille).
regest_nb Authentiek afschrift in Inv.No. 653 fol. 1.
regest_nummer 1986 1475 Februari 21
regest_beschrijving Jan Matheusz. en Pieter Gielisz., schepenen in Sinte-Geertruydesberghe, oorkonden, dat Claes Bouden Bollensz., priester, verkocht heeft aan Jan de Cuyper Jansz. 2 morgen land achter de burch tusschen de Dongha en de Lindonck, die hem, na weigering door den verkooper, door den schout zijn overgedragen.
regest_datering (duysent vierhondert vier ende tseventich).
regest_nb Authentiek afschrift in katern Inv.No. 653, fol. I.
regest_nummer 2041 1478 Augustus 21
regest_beschrijving Aeriaen Brievoncx Jansz. en Jan Weert Petersz., schepenen van Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat Adriaen van Beyeren Ariaensz., heeft gehuurd van deken en kapittel en van de priorin van de bagijnen aldaar een stuk land tusschen de Gasthuissteeg en de Donga.
regest_datering
regest_nb Afschrift in katern Inv.No. 653, fol. 5.
regest_nummer 2058 1479 Juni 8
regest_beschrijving Jan Weert Pietersz. en Jan Adriaensz., schepenen in Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat Jan van den Poel Jansz. verkocht heeft aan Wouter Heys Matheusz. de helft van een stuk land tusschen de Dongha en de Lindonck, die hem, na weigering door den verkooper, door den schout zijn overgedragen.
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift in de katern Inv.No. 653, fol. I vo.
regest_nummer 2098 1483 April 4
regest_beschrijving Deken en kapittel van de stad Mons Sancte Gertrudis en Goedelt, weduwe van Johannes Lieck, beëindigen hun geschil over zekere stukken land over de Donga in dier voege, dat Goedelt het land van het kapittel krijgt benevens de aanspraken van het kapittel op andere stukken land, grenzende aan diegene, die Johannes Cuyper van het kapittel gehuurd heeft, waarvoor zij jaarlijks 6 arnoldusguldens aan het kapittel zal betalen met de voorwaarde, dat beide partijen gelijk zullen staan tegenover boeten, partijen op te leggen door den schout, Johannes Beys.
regest_datering (in camera Johannis Baldewini multoris).
regest_nb Extract uit een afschrift in katern Inv.No. 653, fol. 4.
regest_nummer 2129 1484 December
regest_beschrijving Jan Mathijsz., Peter Thijsselen Hoeck en Thijs Berck, schepenen van St.-Geertrudenberg, oorkonden, dat deken en kapittel aldaar aan Peter Jansz. van Lieck een stuk land hebben gegeven met hun land tusschen de Gasthuissteeg en de Dongha, dat Jan de Cuyper nu in huur heeft tegen 6 gulden jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Extract uit een afschrift van 1514 in katern Inv.No. 653, fol. 4 vo.
regest_nummer 2310 1499 Februari 5
regest_beschrijving Cornelis Aertsz. en Cornelis Waerts Petersz., schepenen in Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat Gijsbrecht Cant, priester en kanunnik aldaar, in erfcijns heeft gegeven aan Jacop Moyert Adriaensz. 10 hond land bij den schulpendijk tusschen den Steenwech en grenzende aan de Dongha; de cijns te vererven op deken en kapittel.
regest_datering (duysent vierhondert acht ende negentich).
regest_nb Afschrift van een afschrift in Inv.No. 653, fol. 3 vo.
regest_nummer 2554 1512 Mei 6
regest_beschrijving Cornelis Thonisz. en Cornelis Jan Peetersz., schepenen in Sinte-Geertrudenberch, oorkonden, dat de burgemeesters hebben gegeven aan het klooster Sinte-Catherynendal een weg, 2 roeden breed, gaande van den Steelhoofschen dijk tot de diepe Donga.
regest_datering
regest_nb Afschrift in katern Inv.No. 653, fol. 7 vo.
regest_nummer 2687 1521 Mei 7
regest_beschrijving Huybrecht Jansz. en Anthonis Adriaensz., schepenen van Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat aan Aert Jansz., molenaar, bij schepenvonnis is toegewezen de helft van een stuk land tusschen de Dongha en de Lindonck, dat Cornelis Mathijs Heysz. hem verkocht heeft, docht weigerde over te dragen.
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift in katern Inv.No. 653, fol. 2.
regest_nummer 2688 1521 Mei 7
regest_beschrijving Huybrecht Jansz. en Anthonis Adriaensz., schepenen van Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat Adriaen Mathijs Heysz., priester, kannunnik van de kerk aldaar, heeft getransporteerd aan Aert Jansz., molenaar, de helft van een stuk land tusschen de Dongha en de Lindonck.
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift in katern Inv.No. 653, fol. 2.
regest_nummer 2727 1524
regest_beschrijving Burgemeesters, schepenen en raad van Sinte-Geertruydenberghe oorkonden, dat zij met Aert Jansz., molenaar, zijn overeengekomen, dat hij de stad 20 stuivers jaarlijks betalen zal voor zijn grintland bij de Coepoort en de Borchwerf, dat aan de aanwassen van de Dongha grenst, waartegenover de stad eenige verplichtingen op zich neemt.
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift in katern Inv.No. 653, fol. 2 vo.
regest_nummer 3430 1565 Januari vóór den 11en
regest_beschrijving Erasmus de Vrome, prior van de Carthuizers bij Sinte-Geertruydenberge, verzoekt den prins van Oranje hun een weiland, genaamd het Lindonck, voor 7 à 8 jaar te verpachten, daar het door zijn ligging rondom in het water geschikt is voor het weiden van hengsten.
regest_datering
regest_nb Gelijktijdig afschrift in duplo, waarvan één authentiek en bestemd voor den rentmeester (Inv.No. 653).
regest_nb Aan den voet van het oorspr. stond de beschikking, waarbij de weide op 11 Januari 1565 voor 6 jaar verpacht werd.
In dorso: De ceel van den Vogel voir mijn joncker.
Reg. no. 1826
regest_nummer 1826 1460 Augustus 7
regest_beschrijving Peter Boel Petersz. en Aert Cloet Henricsz., schepenen in Sinte Gheertrudenberghe, oorkonden, dat Leonaert Danelsz. geheeten Leonaert Snellen zwager verkocht heeft aan Jan, graaf van Nassouwe, 50 roeden leem op het Stuvensant en hem twee wegen, die hij noodig heeft om de Bergsche moeren te gebruiken voor zijn steenbakkerij, verhuurd heeft.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 655). Met de zegels der oorkonders in groene was.
Reg. no. 1852
regest_nummer 1852 1463 Januari 16
regest_beschrijving Peter Boel Petersz. en Aeriaen Diericsz., schepenen in Sinte-Gheertrudenberghe, oorkonden, dat Leonaert Danelsz. geheeten Snellen zwager verkocht heeft aan Johan, graaf van Nassouwe, heer van Breda etc., 44½ roede leem op het Stuvesant met recht van vervoer over Leonaerts erf.
regest_datering (dusent vierhondert twee ende tsesticht op Sinte Anthonis'avont).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 655). Met geschonden zegels der oorkonders in groene was.
Reg. no. 3323
regest_nummer 3323 1555 vóór Paschen = 14 April
regest_beschrijving Adam en Jacob Petersz., Anthonus Dingemans, als man van IJefken Peters dochter, erfgenamen van Peter Jacopsz., molenaar, verkoopen aan den prins van Oraingen de helft van een wind- en rosmolen met woning op de Made, waarvan de prins de andere helft reeds bezit.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 656). Hieraan vastgehecht een kwitantie voor de koopsom van 1555 Mei 21.
Reg. nos. 2806 en 2807
regest_nummer 2806 1531 Maart 24
regest_beschrijving Heynric, graaf van Nassou enz., heer van Breda enz., geeft Pieter Jacop Molenaersz., schout, en Adriaen Willem Claesz., wonende op de Mee bij Sinte-Geertruydenberghe, vergunning om op de gemeente van de Mee een korenmolen met een rosmolen met woning te bouwen, welke door den rentmeester van Oesterhout verpacht zal worden en van welks opbrengst de graaf de eene, en de beide anderen de andere helft zullen ontvangen, terwijl het den bewoners van het land van Breda vrij zal staan, daar te laten malen, wanneer de verpachting van de molens te Oesterhout en Terhey afgeloopen zal zijn.
regest_datering (Breda).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1531 Mei 4 (Reg.No. 2807).
regest_nummer 2807 1531 Mei 4
regest_beschrijving Aert Heynricxz., Jan Pieter Heynricxz. zoon, Aert heer Pietersz. en Damaes Phillipsz., schepenen in Dordrecht, geven vidimus van den brief dd. 1531 Maart 24 (Reg.No. 2806).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 656). Met de zegels der oorkonders in groene was, waarvan het derde geschonden.