Van de talrijke goederen, die Jan II van Polanen kreeg door toedoen van Willem van Duvenvoorde
Een uitvoerige beschrijving van de politieke en financieele manipulaties van W. van Duvenvoorde vindt men in J. Cuvelier, Les origines de la fortune de la maison d'Orange-Nassau, 1921
, was het land van Breda het voornaamste. Omtrent het ontstaan is weinig bekend. Van het land van Strijen, dat begrensd werd door de Striene, de Maas, de Donge en het graafschap Rijen, kwam het noordelijke deel, dat den naam Strijen behield, aan Holland; in het zuidelijke, dat aan Brabant bleef, trad in 1125 een heer van Breda op. De grens tusschen beide deelen liep over Oosterhout, dat Brabantsch, en Zevenbergen, dat Hollandsch was, naar Steenbergen en Bergen op Zoom. Omstreeks 1190 droeg Godfried van Schoten de burcht van Breda met zijn daar omheen liggende allodia op aan den hertog van Brabant, die er Godfried mede beleende onder uitbreiding van het gebied met de vennen aan de noordwestzijde tot aan het land van Strijen. Dit land van Breda werd in 1287 tusschen twee zusterszoons gesplitst in het land van Breda en dat van Bergen op Zoom; een gedeelte waarin Steenbergen, Gastel, Oudenbosch, Standaardbuiten, Fijnaart en Heiningen lagen, bleef gemeenschappelijk eigendom van beiden tot 1458. Een omschrijving van hetgeen tot het land van Breda behoorde, geeft de deelingsakte van 1287 evenmin als de akte van 1350, waarbij de hertog van Brabant de heerlijkheid aan Jan II van Polanen verkocht. Eerst van het jaar 1474 is een denombrement bekendNass. Dom. toegang 1.08.11, inv. no. 7938, fol. 38
, waarin wordt opgesomd wat het land omvatte, n.l. de stad Breda met het slot, de stad Steenbergen (d.w.z. sinds 1458, in welk jaar Breda van het gemeenschappelijk gebleven land, Steenbergen met het Kruisland kreeg), voorts Rozendaal, Nispen, Etten, de Haghe (= Princenhage), Terheiden, Zonzeel (het tegenwoordige Langeweg), Oosterhout met het slot (het zogenaamde huis te Strijen), Gilze, Ginneken, Alfen, Baarle, Rijsbergen, Groot en Klein Zundert en Dongen, Hier bezat de heer de hooge heerlijkheid. Verder had hij, zooals het denombrement zegt, een smalheerlijkheid in Groot Zundert, de smalheerlijkheid van het goed Gageldonk benevens een andere smalheerlijkheid met "wat cijnzen en renten in de parochies Rosendaal, Nispen, Woude en de Haghe gelegen". Met het laatste zijn onderdeelen bedoeld van het gecompliceerde goed van Gageldonk-Hambroek, waartoe ook goederen te Sprundel behoordenZie over Gageldonk mr. F. F. X. Cerutti in Jaarboek van den Oudheidkundigen kring "De Ghulden Roos" te Roosendaal, V (1945)
Dat de heerlijkheid Gageldonk-Hambroek en een deel van Zundert in een andere verhouding tot den heer stonden, vindt zijn reden in de omstandigheid, dat zij niet tezamen met het overige land van Breda door den hertog in leen zijn uitgegeven
Zie Kleyn a.w. blz. 67
. Deze had bij de uitgifte een uitzondering gemaakt voor de goederen, die reeds door ministerialen van hem in leen werden gehouden en waarvan de hooge heerlijkheid aan den hertog was verbleven. In PrincenhageZie over Princenhage G. C. A. Juten, De parochiën in het bisdom Breda
had Gageldonk-Hambroek een eigen leenhof en laathof. Het ressort van genoemde hoven vormde dat gedeelte van Hage, dat later Hage onder den Hertog werd genoemd in tegenstelling met Hage-Nassau of PrincenhageOok van Zundert
Zie prof. mr. van der Hoeven a.w. en G. C. A. Juten als boven. Een denombrement van Zundert-hertog van 1440 is te vinden in Nass. Dom. toegang 1.08.11, inv. no. 7938, blz. 112
. was een deel aan den hertog verbleven. Dit was als lage heerlijkheid aan het geslacht Montenaken en vervolgens aan dat van Schoonhoven als leen gegeven. De hooge heerlijkheid van dit leen werd met die van Hage-Hertog, Sprundel-Hertog en het gedeelte van Nispen onder den Hertog in 1388 door Johanna, hertogin van Brabant aan Jan van Polanen verpand en niet meer afgelost. Wat de heerlijkheden zelve met de lage rechtspraak betreft, Gageldonk-Hambroek werd in 1458 door Willem de Bye, Zundert-Hertog in 1464 door Johanna van Schoonhoven aan den heer van Breda verkochtBuiten den laathof van Gageldonk-Hambroek waren er te Princenhage nog twee andere laathoven, nl. van het goed Ten Houte, dat reeds in de 14de eeuw door den heer van Breda in leen werd uitgegeven, en van het goed Burgst, een al omstreeks 1312 vermeld Brabantsch leen. De vrije rijksabdij Thorn bezat laathoven in Gilze en Baarle, terwijl aan de abdij van St. Bavo te Gent een hof te Sombeke behoorde, dat eenige rechten en inkomsten te Rijsbergen en Zundert genoot
Zie G. C. A. Juten, Het hof Sombeke, in Taxandria XXXV, blz. 284
. Thorn behield zijn rechten tot de opheffing van de abdij in 1797, de rechten van St. Bavo werden in 1523 aan den heer van Breda verkochtDongen, Wagenberg en het huis te Strijen maakten aanvankelijk geen deel uit van het land van Breda al werden zij gaandeweg beschouwd als ertoe te behooren. Met Dongen werd Willem van Duvenvoorde, heer van Oosterhout, in 1329 door Willem van Horne en Altena als met een Brabantsch leen beleend. In 1350 verkocht hij het, met veel terrein vergroot, als leen van Oosterhout aan zijn dochter BEATRIJS, vrouw van Roelof van Dalem. Haar zoon werd er in 1357 door Jan van Polanen mede beleend, nadat Willem van Oosterhout, zoon van Willem van Duvenvoorde, afstand had gedaan van door hem gepretendeerde leenheersrechten. De nakomelingen van Roelof en Beatrijs van Dalem bleven in het bezit van Dongen, totdat het in 1500 door de hoofdbank van Breda verbeurdverklaard werd wegens wangedrag bedreven door Joost van Dongen
Ook het archief van de familie van Dalem kwam in het bezit van den heer van Breda, hetgeen de aanwezigheid verklaart van een aantal personalia en stukken betreffende goederen in het land van Altena en elders, die met de verbeurdverklaring niets uitstaande hadden. Dit archief is, als een geheel beschreven, als aanhangsel geplaatst achter de beschrijving van de stukken, aangaande het land van Breda en Steenbergen
. Daarna werd het niet meer in leen uitgegevenIn 1324 verwierf Willem van Duvenvoorde het bij Oosterhout op de Brabantsch-Hollandsche grens gelegen huis te Strijen, terwijl hij in 1349 beleend werd met de hooge heerlijkheid Wagenberg. Wagenberg evenals Zundert en Gageldonk
Hoewel dit op verzoek van graaf Jan van Nassau in 1460 door den hertog met Breda werd vereenigd tot een "onverscheyden leen" (Regentenlijst no. 1817)
. worden bij de latere beleeningen met stad en land van Breda als afzonderlijke leenen ontvangenDe heerlijkheid Breda was souverein behoudens leenhulde aan Brabant en bezat de gebruikelijke regalia. In het geheele land gold het recht van Breda, uitgezonderd binnen de "Palen van de Hoeven van Etten". Deze palen begrensden een gebied, dat oorspronkelijk uit moeren had bestaan en waar recht gesproken werd volgens het Hoevensche charter, door Hendrik van Breda in 1267 bij de uitgifte dier moeren verleend. Breda had de crimineele rechtspraak over de dorpen in het land behalve over Oosterhout en Roozendaal, die vrije heerlijkheden waren. Van vonnissen, gewezen te Breda, bestond reformatie bij den Raad van Brabant. De pretensie van de bank van Santhoven als zou Breda als deel van het land van Rijen onder haar ressort vallen, werd met goed gevolg afgewezen; wel gold dit voor de bovengenoemde gerechten van Zundert-, Hage-, en Sprundel-Hertog en Nispen
Zie Recueil des anciennes coutumes de la Belgique, Brabant, Santhoven blz. 204, 494
Steenbergen
Zie W. Bezemer. Oude rechten van Steenbergen, Werken der Ver. tot uitgave der bronnen van het O. Vad. Recht 1e reeks no 20)
, dat vóór de verdeeling in 1287 deel had uitgemaakt van het land van Breda en daarna bijna twee eeuwen lang gemeenschappelijk bezit van Breda en Bergen op Zoom bleef, werd, ook nadat het in 1458 aan Breda was toegewezen, als een afzonderlijke heerlijkheid beschouwd. Het werd niet gerekend tot hetgeen later (eind 16e, begin 17e eeuw) de baronie van Breda werd genoemd, hoewel het met Breda tot één leen werd ontvangen en het in het denombrement dier heerlijkheid van 1474 als deel daarvan voorkomt. Van vonnissen in civiele zaken was evenals dat bij de dorpen in de baronie het geval was appèl op de Hoofdbank te Breda en halszaken werden door den drossaard van Breda berecht. De benaming baronie voor het land van Breda komt in de middeleeuwen niet voor; de titel luidt voor prins Willem I evenmin baron doch heer al worden in de 15e eeuw de graven van Nassau door den hertog van Brabant baanrotsen genoemd. Prins Willem evenwel wordt door den keizer baanderheer van Breda geheeten en betitelt zichzelf heer en baron van BredaBreda werd door de Nassaus als hun voornaamste bezitting beschouwd
In zijn Apologie (uitgave 1858, blz. 58) zegt de prins, sprekende van de erfenis van René van Chalon: "Quant á la succession de Nassau qu'on appelle communément de Breda pour estre le lieu principal de mes seigneuries et où moi et mes prédecesseurs avons tenu nos chambres de comptes, conceil et principauls enseignemens" etc
. Wellicht mede door zijn gunstige ligging tusschen noord en zuid, was het hun geliefkoosde verblijfplaats, het middelpunt van de administratie en de centrale bewaarplaats van de archieven hunner verspreide bezittingenZie Th. E. van Goor, Beschrijving der stadt en lande van Breda, 1744; Mr. A. G. Kleyn, Geschiedenis van het land en de heeren van Breda tot het tijdstip der afscheiding van Bergen op Zoom, 1861; Prof. mr. H. van der Hoeven, Bijdragen tot de kennis van de geschiedenis van Zundert en Wernhout 1920, waarin op blz. 74 een rapport van mr. C. C. D. Ebell over den oorsprong van Breda; G. C. A. Juten, De oudste heeren van Breda, Taxandria xii en verder Tax. passim; G. C. A. Juten, De Parochiën in het bisdom Breda, 1935. Jhr. dr. Th. van Rheineck Leyssius, De oudste heeren van Stryen, in De Nederlandsche Leeuw 1931, een antwoord hierop van G. C. A. Juten in Taxandria XXXVIII, repliek in De Ned. Leeuw van 1932 en dupliek in Tax. XXXIX
Reg. no. 2300
regest_nummer 2300 1498 Mei 26
regest_beschrijving Huiman Peter Loeysz. en Wouter Jan Koenenz., schepenen in Donghen, oorkonden, dat Joes van Daelem, heer van Donghen, verkocht heeft aan Jan Jan Ghybenz. 1 bunder moer, die behalve een reeds bestaanden uitweg er nog een hebben zal, dien de heer van Donghen belooft aan te leggen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 519). Met de zegels der beide oorkonders in groene was en geschonden. Hieraan vastgehecht de brieven dd. 1500 November 19 en 1506 Februari 9 (Reg. Nos. 2385 en 2468).
Reg. no. 2385
regest_nummer 2385 1500 November 19
regest_beschrijving Huyman Peter Loeysz. en Wouter Jan Loenenz., schepenen van Donghen, oorkonden, dat Ariaen Heinrijck Matheusz. verkocht heeft aan Jan Embrecht Wijnsz. 1 bunder moer met twee uitwegen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 519). Met rest van het zegel van den eersten schepen, dat van den tweeden geschonden, beide in groene was. Met transfix dd. 1506 Februari 9 (Reg.No. 2468). In dorso staat, dat Jan Jacop Heymansz. met deze brieven moer heeft gekocht van Joost van Donghen, welke deze niet leveren kon, waarom de rentmeester van den heer van Breda Jan 66 rijnsche guldens heeft uitbetaald, welke verrekend zijn in de rekening van 1514. De brief is vastgehecht aan dien dd. 1498 Mei 26 (Reg.No. 2300).
Reg. no. 2468
regest_nummer 2468 1506 Februari 9
regest_beschrijving Wouter Jan Loenenz. en Wijllem Jan Meemansz., schepenen in Donghen, oorkonden, dat Jan Embrecht Wijnsz. verkocht heeft aan Jan Jacop Heymansz. het bunder moer, vermeld in den brief dd. 1500 November 19 (Reg.No. 2385), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 519). Met de zegels der beide oorkonders in groene was en geschonden.
Reg. no. 744
regest_nummer 744 1380 September 17
regest_beschrijving Willem, heer van Donghen, verkoopt aan Luytgaert van Goerle, priorin van de nonnen van Premonstreit bij Breda, en het convent 3 hoeven moer te Donghen tegen een cijns van 3 oude grooten jaarlijks.
regest_datering (op Sinte Lambrechts dach).
regest_nb Authentiek afschrift (Inv.No. 520).
Reg. no. 779 en 867
regest_nummer 779 1387 Juli 18
regest_beschrijving Willem van Donghen verkoopt aan Ghertruydt Aernd Aggaerts dochter een hoeve moer te Donghen, waaruit zij hem 10 schellingen jaarlijks zal betalen.
regest_datering
regest_nb Afschrift (Inv.No. 521). In dorso afschrift van de akte dd. 1399 Juli 12 (Reg.No. 867).
regest_nummer 867 1399 Juli 12
regest_beschrijving Willem van Dalem, heer van Donghen, verkoopt aan Peeter Poelman de 10 schellingen jaarlijks, vermeld in den brief dd. 1387 Juli 18, waardoor deze gestoken is (Reg.No. 779).
regest_datering
regest_nb Afschrift geschreven op de achterkant van het afschrift van de akte dd. 1387 Juli 18.
Reg. no. 1001
regest_nummer 1001 1412 December 6
regest_beschrijving Peter Heynmansz. en Gielijs van Caertscot, schepenen in Donghen, oorkonden, dat de schout vanwege Willem van Dalem, heer van Dongha, en ten behoeve van dezen gerechtelijk heeft uitgewonnen 17 loopen rogge jaarlijks aan erfpacht, die Cateline, weduwe van jonge Peter Wibusch, inde uit een huis en erf en uit 1 bunder land aldaar, te aanvaarden na overlijden van Gherijt van Hosenhout, die ze als lijfrente heeft.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 522). De zegels der beide schepenen verloren.
Reg. no. 1238
regest_nummer 1238 1428 Juni 5
regest_beschrijving Jan Lambrechtsz. en Thomaes Claeusz., schepenen in Dongha, oorkonden, dat Jan Lambrecht Tielenz. zoon erkent schuldig te zijn aan Lijsbet heer Willem Witbols dochter, vrouw van Jan Evergheer, 4 loopen rogge jaarlijks aan erfpacht, die zij bij haar huwelijk heeft meegekregen uit een huis en erf aldaar.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 523). Met de zegels der beide schepenen in bruine was, het eerste geschonden.
Reg. no. 1274
regest_nummer 1274 1430 Mei 20
regest_beschrijving Broeder Heinric die Bye, commandeur van der Braken, geeft aan Willem van Dalem, heer van Dongha, zijn tienden aldaar voor 6 jaar voor 18 oude schilden jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 524). Met het zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 1217
regest_nummer 1217 1425 December 5
regest_beschrijving Jan van Hoesenhout en Thomaes Claeusz., schepenen in Dongha, oorkonden, dat Claes, Peter en Thomaes, zoons van Heinric Jansz. van der Voert, hun broeder Heinric 8 loopen rogge jaarlijks hebben bewezen aan erfpacht, die hun vader hem vermaakt had uit een hoeve land.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 525). Met de zegels der beide schepenen in groene was. Met transfix dd. 1436 Maart 3 (Reg.No. 1350).
Reg. no. 1350
regest_nummer 1350 1436 Maart 3
regest_beschrijving Jan van Hoesenhout en Gherijt Jan Haghaertsz., schepenen in Dongha, oorkonden, dat Heinric, natuurlijke zoon van Heinric van der Voert en Lijsbet Jan Hagaerts dochter, verkocht heeft aan Roelof van Dalem, Willemsz. van Dongha, een erfpacht van 8 loopen rogge jaarlijks, vermeld in den brief dd. 1425 December 5 (Reg.No. 1217), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 525). Met de zegels der beide oorkonders in groene was.
Reg. no. 1462
regest_nummer 1462 1442 Januari 24
regest_beschrijving Jan van Hoesenhout en Rycout Engbrechtsz., schepenen in Dongha, oorkonden, dat de erfpacht van 4 loopen rogge jaarlijks, die Heijnric Peter Lonenz. aan zijn dochter Katheline heeft gegeven bij haar huwelijk met Peter Jans Heeren, met behoud van 2 loopen voor zichzelf, na haar dood verstorven zijn op haar zoon Jan, en gevestigd zijn op 5½ loopen zaad land, die Heynric voornoemd verkocht heeft aan Matheeus Alaertsz.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 526). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Reg. no. 1463
regest_nummer 1463 1442 Januari 24
regest_beschrijving Jan van Hoesenhout en Rijcout Engbrechtsz., schepenen in Dongha, oorkonden, dat Heynric Peter Lonenz. naast de 5½ loopen zaad land, die eerst eigendom van hem waren, maar nu van Matheeus Alaertsz., nog een erfpacht van 1 loop rogge jaarlijks van de 2, die hij uit dat land behouden heeft, als onderpand stelt voor de erfpacht van 2 loopen rogge jaarlijks, die Jan Peter Heerenz. geërfd heeft van zijn moeder Kathelyne, dochter van Heinric Peter Lonenz.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 526). Met de zegels der beide schepenen in groene was; het eerste geschonden.
Reg. no. 1782
regest_nummer 1782 1458 Januari 10
regest_beschrijving Rijcout Engbrechtsz. en Peter Oem, schepenen in Dongha, oorkonden, dat Peter Pouwelsz. voor zich en zijn zuster Marye, Gherijt Pouwelsz. voor zich en zijn zuster Mechtelt, Michiel die Druyt voor zijn vrouw Lijsbeth en Heinrijc die Cuper voor zijn vrouw Alijt, en zij allen voor Pouwels en Mathijs Pouwels zoons hebben verkocht aan Roelof van Dalem, heer van Donghen, een erfpacht van 4 loopen rogge jaarlijks uit een stuk land (een heining), groot 5 loopen zaad.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 527). Met het zegel van den tweeden schepen in groene was; dat van den eersten verloren.
Reg. no. 2322
regest_nummer 2322 1499 Mei 5
regest_beschrijving Wouter Jan Loenenz. en Willem Jan Mermansz., schepenen van Donghen, oorkonden, dat Jan Empen Meynartsz. verkocht heeft aan Joes van Dalem, heer van Donghen, 2½ loop rogge jaarlijks aan erfpacht uit een loop zaad land.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 528). Met het zegel van den eersten oorkonder in groene was, dat van den tweeden verloren.
Reg. no. 2326
regest_nummer 2326 1499 Mei 18
regest_beschrijving Wouter Jan Loenenz. en Lambercijs Gherijtsz., schepenen van Donghen, oorkonden, dat Ghoesen Jan Robbenz. erkend heeft schuldig te zijn aan Joes van Dalem, heer van Donghen, 10 loopen rogge jaarlijks aan erfpacht uit 19 loopen zaad 19 roeden weiland naast den Donghendijk.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 529). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Oud inv. nr. 530
Reg. no. 1204
regest_nummer 1204 1424 Mei 3
regest_beschrijving Engelbrecht, graaf van Nassow, heer van de Leck en Breda, oorkondt, dat voor hem en mannen van leen Willem van Daelhem, heer van Donga, beloofd heeft zijn broeder Roeloff jaarlijks te zullen geven uit de heerlijkheid en cijns van Donga een jaargeld, dat door beider vrienden bij arbitrage is vastgesteld en door hem als leenheer bevestigd.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 530). Met geschonden zegel van den oorkonder en die van de leenmannen Dierick van Oesterzele, rentmeester, Aerd Thomasz. van Wijflet, Jan Hubrechtsz. van Ypelair en Peter van Karelscot in groene was.
Dit charter bevindt zich in de Coll. v. Nispen, toegang 1.13.09, inv. no. 54.
Oud inv. nr. 531
Reg. no. 1617
regest_nummer 1617 1449 Mei 22
regest_beschrijving Johan, graaf van Nassou enz., oorkondt, dat voor hem leenmannen Roelof van Dalem, heer van Dongha, heeft verkocht aan Wouter Bauwe van Eyndoven (I. van den Eechove), ridder, heer van Boxtel en Brogel, een rente, groot 50 rijnsche guldens jaarlijks, losbaar met den penning 18 en gevestigd op de heerlijkheid Dongha, van welke rente heer Wouter leenhulde heeft gedaan.
regest_datering
regest_nb 15e eeuwsch afschrift (Inv.No. 531). In dorso: "Dit es de coppie van den vijftich gouden gulden, die Henrick heffende is op Donghen".
Dit stuk bevindt zich in de Coll. v. Nispen; toegang 1.13.09, inv. no. 53.
Reg. no. 357
regest_nummer 357 1343 Juli 5
regest_beschrijving Heerken Marquaert en Melijs Spierinc, schepenen in Sente-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Staesken van Riede heer Willaem van Duvenvoerde beloofd heeft den heer van Donghen in het bezit te doen stellen van 13 morgen land in het land van Altena, eertijds eigendom van Brien van Honswike, zoodra de heer van Hoern in het land van Altena komt, met belofte van schadevergoeding wanneer, deze weigert.
regest_datering (tSaterdaechs na Sente Pieters ende Pouwels dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 532). Met de zegels der beide schepenen in bruine was en geschonden.
Reg. nos. 518 en 519
regest_nummer 518 1355 April 16
regest_beschrijving Willem, hertog van Beyeren, graaf van Hollant enz., uitspraak doende tusschen heer Jan van Erkel eener-, en Willem van Oesterhout en Roelof van Dalem anderzijds, beslist, dat Willem van Oesterhout in het bezit gesteld wordt van alle goederen in Altena, waarop heer Jan van Erkel tot heden beslag heeft gelegd, en dat Roelof van Dalem alle goederen in Holland, Altena en Dalem zal blijven behouden als vóór den oorlog, en bepaalt hetzelfde voor Coene van Ghasperde, zijn zoon Coene en Gherijt Snoeyen zijn "zwager" voor hun goederen in het land van de Leck of elders.
regest_datering (Des Donredages nae Beloken Paschen).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1355 April 19 (Reg.No. 519).
regest_nummer 519 1355 April 19
regest_beschrijving Vicedeken en kapittel van Sint Maria te Breda geven vidimus van den brief dd. 1355 April 16 (Reg.No. 518).
regest_datering (op den iersten Sonnendach na Beloken Paschen).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 533). Het kapittelzegel verloren.
Reg. no. 706
regest_nummer 706 1375 December 13
regest_beschrijving Zegher die Greve, Danieel van der Jacht, Jan Boye en Dideric van Weesel, heemraden in Dalem, oorkonden, dat Aernt van Ghellichem, ten behoeve van de dochter van Dideric Aerntsz. van Ghellichem en Aernt Wisschaerts dochter van Utewijc, afstand heeft gedaan van 11 morgen land op Creytenborch.
regest_datering (des Donredaghes na Onser Vrouwen dach Conceptio).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 534). Het zegel van den eersten heemraad verloren; die der andere drie in groene was, dat van Danieel van der Jacht geschonden.
Reg. no. 788
regest_nummer 788 1388 April 1
regest_beschrijving Claes van der Eem, Gherit Claesz., Dirc die Wols en Jan heer Michielsz., schepenen van Dalem, oorkonden, dat Arnt van Dalem aan Jan, heer van Dalem, heeft overgedragen een weerd in Scimmenoert buitendijks, geheeten de Inlaghe.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 535). Met de zegels der oorkonders in groene was, het laatste geschonden.
Reg. no. 796
regest_nummer 796 1390 Maart 14
regest_beschrijving Claes van der Eem, Gherijt Claesz. Jan, heer Michielsz. en Jan Willemsz., schepenen in Dalem, oorkonden, dat Peter die Hole heeft overgedragen aan Jan, heer van Dalem, 3½ morgen land in Stade.
regest_datering (des Maenendaghes na Sente Gregorijs'dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 536). Met de zegels der eerste twee schepenen en een rest van dat van den vierde in groene was; dat van den derde verloren.
Reg. no. 824
regest_nummer 824 1394 Mei 27
regest_beschrijving Roelof van Dalem Jansz., Zegher die Grave, Jan Willemsz. en Didderic Michielsz., schepenen van Dalem, oorkonden, dat Jan Kanse Aerntsz. van Ghent en Claes Diddericsz. hebben overgedragen aan Jordaen Roelofsz. een hofstede in Dalem in het Oude land.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 537). Met de zegels der vier schepenen in groene was.
Reg. no. 1298
regest_nummer 1298 1432 Januari 8
regest_beschrijving Notaris ….. instrumenteert, dat Willem van Bezoyen voor zijn dochter Catherine en Johan, zoon van Willem van Dongen, beide "wapentuurder", huwelijksvoorwaarden maken, waarbij Johan na overlijden van Willem van Bezoyen en zijn echtgenoote Beatrijs, een molen en de heerlijkheid Bezoyen als Hollandsche leenen, een visscherij, die zij met Jan van der Duyn als leen van het klooster Eemsteyn hebben, en de hofstede in Bezoyen, bewoond door Willem van Bezoyen, als leen van den graaf van Nassouw zal ontvangen.
regest_datering (int dorp van Bezoyen in Willems voerscreven woenachtige huys duysent vierhondert ende tweëndertich der tiender indictiën).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 538).
Reg. no. 327
regest_nummer 327 1341 Maart 1
regest_beschrijving Willem van Duvenvoorde, heer van Oesterhout, beleent Boudewijn van den Poele met het huis en erf te Sente-Gheerdenberghe, dat diens vader eertijds bezat en waarmee nu zijn broeder Willem van den Poele beleend was.
regest_datering (des Donredaechs na Sente Mathijs'dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 539). Het zegel van den oorkonder in groene was verloren.
Reg. no. 636
regest_nummer 636 1365 October 21
regest_beschrijving Jan uutter Spike, Jan die Droghe Bruninxz., Bouden Michielsz. en Aernt Tielmansz., schepenen in Sente-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Florens die Moelnaer als schout jongen Jan Cortrijc en Herman Haec heeft toegepand het huis en erf van Jan van Best uit hoofde van een schuld van 9 pond 15 schellingen, den 3en penning meer.
regest_datering (sDijnxdaechs na Sente Lucas'dach ewangelist).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 540). Met de zegels der schepenen in bruine was, het eerste, tweede en vierde geschonden.
Reg. no. 669
regest_nummer 669 1370 Maart 27
regest_beschrijving Aernt Coman Jansz., Aernt Tielmansz., Jan die Brouwer en Pieter heer Wisschaertsz., schepenen van Sinte-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Bouden van Ghent Pietersz. van Ghiesen en Jan van Best Jansz. hebben overgedragen aan Beatrijs van Dongha, weduwe van Roelof van Dalem, de helft van het huis en erf, eertijds bewoond door Jan van Best, en 3½ pond, die toegepand zijn uit de andere helft.
regest_datering (MCCC neghen ende tsestich des Dijnxdaechs na Onser Vrouwen dach Annunciatio).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 540). Met de zegels der vier oorkonders in bruine was, waarvan de eerste drie geschonden.
Reg. no. 671
regest_nummer 671 1370 April 30
regest_beschrijving Aernt Coman Jansz., Aernt Tielmansz., Jan die Brouwer en Willem van Eemkerc, schepenen in Sinte-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Mechteld van Dronghelen, jonkvrouw Maries dochter, heeft overgedragen aan Beatrijs van Dongha, weduwe van Roelof van Dalem, 1∕4 van een erf naast het huis van Jan van Best.
regest_datering (opten Meye avond).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 541). Met de zegels der vier schepenen in bruine was.
Reg. no. 672
regest_nummer 672 1370 April 30
regest_beschrijving Aernt Coman Jansz., Aernt Tielemansz., Jan die Brouwer en Willem van Eemkerc, schepenen in Sinte-Gheerdenberghe, oorkonden, dat heer Baynier, priester, en Ludeke Stoke aan Beatrijs van Dongha, weduwe van Roelof van Dalem, hebben overgedragen de helft van een erf naast het huis van Jan van Best.
regest_datering (opten Meye avond).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 541). Met de zegels der vier schepenen in bruine was.
Reg. no. 673
regest_nummer 673 1370 Mei 14
regest_beschrijving Jan die Brouwer en Willem van Eemkerc, schepenen in Sente-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Herman Haec en Jonge Jan Cortrijc hebben gegeven aan heer Willem van Oesterhout hun aandeel in een huis en erf aldaar.
regest_datering ('sDinxdaechs na Sente Servaes'dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 542). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Reg. no. 722
regest_nummer 722 1377 Juni 23
regest_beschrijving Aernt Coman Jansz. en Gheraet Jansz., schepenen in Sente-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Jan van Dalem verhuurd heeft aan zijn moeder Beatrijs van Donghen voor haar leven het huis met bijbehooren aldaar, gekomen van Jan van Beste en Angneese Wisschaerts, voor 12 penningen hollandsch jaarlijks.
regest_datering (sDinxsdaghes op Sente Jans avont Babtisten).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 543). Met de zegels der beide schepenen in bruine was.
Reg. no. 764
regest_nummer 764 1385 Maart 29
regest_beschrijving Willem van Driemilen geeft aan zijn moeder Clemeysse het huis op Stantheessen met 12 morgen land, totdat hij haar voldaan zal hebben van het veer en de visscherij.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 545). Het zegel van den oorkonder verloren.
Reg. no. 813
regest_nummer 813 1392 December 7
regest_beschrijving Claus van den Mortere en Jan Drake, schepenen van Antwerpen, oorkonden, dat heer Wouter van der List, ridder, voor zichzelf en voor zijn zuster Lijsbet, weduwe van Aernoud Coninc, en Philips van der Couderborch voor zich en voor zijn zuster Margriet verkocht hebben aan Willem van Berchem heer Willemsz. hun aandeel in het goed van Berchem te Tilborch n.l. 1∕5.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 546). Met resten van de zegels der beide schepenen in groene was.
Reg. no. 814
regest_nummer 814 1393 Mei 17
regest_beschrijving Reynere van den Lare en Gheldolf van der Zennen, schepenen van Antwerpen, oorkonden, dat heer Jan de Stoevere ridder, en zijn zuster, Adelise, en Jan Sanders en zijn zuster Jane, vrouw van Willem van Wezele, genaamd van Sompeken, verkocht hebben aan Willem van Berchem heer Willemsz. hun aandeel in het goed van Berchem te Tilborch.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 546). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Reg. no. 816
regest_nummer 816 1393 Augustus 25
regest_beschrijving Willem de Moelnere en Aernoud van IJmmersele, schepenen van Antwerpen, oorkonden, dat heer Wouter van Lyere, ridder, voor zich zelf, zijn moeder, vrouwe Yde van Berchem, vrouwe van Wezemale, en zijn nicht, Katline van Berchem, dochter van Costijn, ridder, heeft verkocht aan Willem van Berchem, heer Willemsz., hun aandeel n.l. 1∕5 van het goed Berchem te Tilborch.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 546). Het zegel van den eersten oorkonder verloren, dat van den tweede in groene was en geschonden.
Reg. no. 820
regest_nummer 820 1394 Februari 25
regest_beschrijving Lauwereys Aerdians en Jan Bacheleer, schepenen van Antwerpen, oorkonden, dat vrouwe Adelise, weduwe van Colijn van der Tommen, heeft verkocht aan Willem van Berchem heer Willemsz. 1∕4 en 1∕5 van het goed van Berchem te Tilborch.
regest_datering (MCCC neghentich ende drie vive ende twintich daghe in Sporkille).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 546). De zegels der beide schepenen verloren.
Reg. no. 821
regest_nummer 821 1394 Maart 17
regest_beschrijving Claus van Rijthoven en Aernoud van IJmmersele, schepenen van Antwerpen, oorkonden, dat heer Heinric van Ranst, ridder, verkocht heeft aan Willem van Berchem heer Willemsz. 1∕4 van 1∕5 van het goed van Berchem te Tilborch.
regest_datering (MCCC neghentich ende drie).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 546). Met het zegel van den eersten schepen in bruine was, dat van den tweede verloren.
Reg. no. 822
regest_nummer 822 1394 April 4
regest_beschrijving Costijn van Ranst, heer van Mortsele en Edegheem, verkoopt aan Willem van Berchem heer Willemsz. 1∕4 van 1∕5 van het goed van Berchem te Tijlboerch.
regest_datering (MCCCXC ende drie na costume van scrivene int Hof van Camerijc).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 546). Met geschonden zegel van den oorkonder in bruine was.
Reg. no. 846
regest_nummer 846 1395 December 28
regest_beschrijving Heer Willem van Berchghom, ridder, verkoopt aan Willem van Dalem, heer van Dongha, het goed Berchghom te Dongha en Tilborch.
regest_datering (des Dinsdaghes na Kersdach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 546). Met zeer geschonden zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 902
regest_nummer 902 1403 Augustus 16
regest_beschrijving Danyel Roesmont en Wilhelmus Broeder, schepenen in Buscoducis, oorkonden, dat Wilhelmus van Dalem, heer van Dongen, beloofd heeft het klooster St. Clara te Buscoducis te betalen een cijns van 50 nieuwe guldens jaarlijks uit zijn hoeve Lichtenberch te Tijlborch.
regest_datering (in crastino Assumpcionis Beate Marie virginis).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 547). Met de zegels der beide schepenen in groene was. Gecancelleerd.
Reg. nos. 1764 en 1771
regest_nummer 1764 1457 Februari 26
regest_beschrijving Notaris Wilhelmus Stephanusz. instrumenteert, dat Hermannus Heygher Heydrichsz., knaap, eener-, en Rodolphus van Daelhem en Jutta zijn vrouw voor hun dochter Odilia anderzijds, ten overstaan van Johannes, graaf van Nassouwe enz., huwelijksvoorwaarden hebben gemaakt, waarbij Odilia de hoeve Lichtenberg, voor zover zij in Dongen ligt, met 4 bunder land en ¼ van alle wildernis en moeren aldaar meekrijgt.
regest_datering (in castro de Breda in camera scriptorie ibidem …. secundum stilum scribendi in curia leodiensi).
regest_nb a) Geëxtraheerd in duplo uit de registers van den notaris Wilhelmus Stephanusz., berustende bij deken en kapittel van St. Maria te Breda, door den notaris Johannes Gruyter (Inv.No. 548).
regest_nb b) Authentiek afschrift (Inv.No. 280). Het onder b. vermelde afschrift is geschreven op hetzelfde blad als het afschrift a. van het extract-instrument dd. 1457 Augustus 27 (Reg.No. 1771).
regest_nb c) Authentiek afschrift 16e eeuw (Inv.No. 596).
regest_nummer 1771 1447 Augustus 27
regest_beschrijving Notaris Wilhelmus Stephanusz. instrumenteert, dat Rodolphus van Daelhem en Hermannus van Heyger een wijziging maken in de huwelijksvoorwaarden tusschen laatstgenoemde en Odilia van Daelhem (zie Reg.No. 1764) met betrekking tot het vruchtgebruik voor den langstlevende.
regest_datering
regest_nb a) Authentiek extract in duplo uit de registers van Wilhelmus Stephanusz. (Inv.No. 548). Het onder a. vermelde extract is geschreven op hetzelfde blad als het afschrift van het instrument dd. 1457 Februari 26 (Reg.No. 1764).
regest_nb b) Authentiek afschrift (Inv.No. 548).
Reg. no. 1306
regest_nummer 1306 1432 November 13
regest_beschrijving Petrus van Best en Johannes Loenman, schepenen van Buscumducis, oorkonden, dat Johannes, zoon van Wilhelmus van Donghen en van Elizabeth Wyerix, overdraagt aan Wilhelmus, natuurlijken zoon van hem en van Bela van Stramprode, een erfpacht, groot 1½ mud rogge jaarlijks, deel uitmakende van een erfpacht van 8 mud, gaande uit 1/3 van de hoeve, genaamd het goed te Berchem of Lichtenberch te Tilborch, welke Johannes gekocht heeft van Rodolphus van Daelhem Willelmusz. van Donghen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 548). Met geschonden zegel van den eersten schepen in groene was, dat van den tweeden verloren.
Reg. no. 1668
regest_nummer 1668 1452 Maart 23
regest_beschrijving Wilhelmus Dicbier Johannesz. en Amelius van Boechem, schepenen van Buscumducis, oorkonden, dat Wilhelmus, natuurlijke zoon van Johannes van Ghilse, natuurlijken zoon van Willelmus van Dongen, en Elysabeth Wyerics, overdraagt aan Rodolphus van Daelhem, heer van Donghen, ½ mud rogge jaarlijks van de 1½ mud, vermeld in den brief dd. 1432 November 13 (Reg.No. 1306).
regest_datering (anno Domini millesimo quadringentesimo quinquagesimo primo).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 548). Met de zegels der beide schepenen in groene was, het eerste geschonden.
Reg. no. 1669
regest_nummer 1669 1452 Maart 23
regest_beschrijving Wilhelmus Dicbier Johannesz. en Amelius van Boechem, schepenen van Buscumducis, oorkonden, dat Johannes van Ghilse, natuurlijke zoon van Wilhelmus van Dongen en Elysabeth Wyerics, heeft overgedragen aan Rodolophus van Daelhem, heer van Dongen, een erfpacht van 3½ mud rogge jaarlijks uit de hoeve Lichtenberch, die Wilhelmus van Dongen eertijds aan zijn zoon Johannes heeft verkocht ten behoeve van diens moeder Elyzabeth.
regest_datering (Anno Domini millesimo quadringentesimo quinquagesimo primo).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 548). De zegels der beide schepenen verloren.
Reg. no. 2015
regest_nummer 2015 1477 Januari 28
regest_beschrijving Burgemeesters, schepenen en raad van Breda oorkonden, dat Jan van Dongen Jansz., wonende te Dongen in den Ham, heeft getuigd, dat Roelof van Daelham, heer van Donga, en Juette, zijn vrouw, aan hun dochter Odelia, bij haar huwelijk met Harman Heyeren, de hoeve Lichtenberch hebben meegegeven.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 548). Met het stadszegel van Breda in groene was en geschonden.
Reg. no. 999
regest_nummer 999 1412 October 31
regest_beschrijving Arnoldus Heyme en Rodolphus Berwout, schepenen van Buscoducis, oorkonden, dat Sophya van den Steenhuys in erfpacht heeft gegeven aan Nycholaus, zoon van Wilhelmus Mol van Tilborch, zes loopen zaad land te Tilborch geheeten: Aan de Erntborn, behoudens een daarover gaanden weg.
regest_datering (in vigilia Omnium Sanctorum).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 549). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Reg. no. 1037
regest_nummer 1037 1415 Juni 26
regest_beschrijving Jacob van Ele Aert Houtappelsz. en Wijtman Jan Wijtmansz., schepenen van Oesterwijc, oorkonden, dat Wouter Back Maes heeft afgelost aan Fye van den Steenhuse een erfpacht van 1 mud rogge jaarlijks uit het goed de Eerdborne te West-Tilborch.
regest_datering (des Woensdaghes na Sente Jans dagh Baptijst te mijddezomer).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 549). Met de zegels der beide oorkonders in groene was.
Reg. no. 1038
regest_nummer 1038 1415 Juni 26
regest_beschrijving Jacob van Ele Aert Houtappelsz. en Wijtman Jan Wijtmansz., schepenen in Oesterwijc, oorkonden, dat Maes Hadewyghen zijn deel van de erfpacht van 1 mud rogge jaarlijks, die Fye van den Steenhuse gekocht heeft van Wouter Back Maes, heeft afgelost en haar zijn recht van naarschap verkocht heeft.
regest_datering (des Woensdaghs na Sente Jans dagh Baptijst te mijddezomer).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 549). Met resten van de zegels der beide oorkonders in groene was.
Reg. no. 1041
regest_nummer 1041 1415 October 28
regest_beschrijving Jacob van Ele Aert Houtappelsz. en Wijtman Jan Wijtmansz., schepenen in Oesterwijc, oorkonden, dat Gherijt Gheryt Crijllaertsz. heeft ontvangen van Sophye van den Steenhuse een stuk land, groot 6 loopen zaa, met een huis te West-tilborch tegen een erfpacht van 1 mud rogge jaarlijks.
regest_datering (op Sente Symon ende Juden dagh der apostelen).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 549). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Reg. no. 2021
regest_nummer 2021 1477 Juli 1
regest_beschrijving Schepenen van Tilborch en Goerle oorkonden, dat Goeyaert, zoon van Gherit Rosen, 1½ loop zaad land te Tilborch, geheeten Lonen acker, verkocht heeft aan Godeld Jan Claeus' dochter geheeten Goelt van Heyst om het van haar in erfpacht te krijgen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 550). Het gemeen schepenzegel van Tilborch en Goirle verloren.
Reg. no. 1401
regest_nummer 1401 1439 Juni 11
regest_beschrijving Peter Claesz., schout van Vlueten in het gerecht van Willem van Vlueten, oorkondt, dat voor hem en buren Hildegont, weduwe van Splinter uten Hamme, verkocht heeft aan haar zoon Splinter een rente van 1 fransch schild jaarlijks uit 4 morgen land te Vlueten.
regest_datering (op Sinte Odulphus'avont).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 551). Met de zegels van den ambachtsheer Willem van Vlueten, Dirc Hermansz. en Hughe Koerntgen, buren, in groene was, waarvan het eerste geschonden; dat van den schout verloren. Met transfix dd. 1443 November 29 (Reg.No. 1489).
Reg. no. 1489
regest_nummer 1489 1443 November 29
regest_beschrijving Roedolph, bisschop van Utrecht, bevestigt Splinter uten Hamme in het bezit van de rente, vermeld in den brief dd. 1439 Juni 11, waardoor deze gestoken is (Reg.No. 1401).
regest_datering (Utrecht des Vrydages op Sente Andries' avont).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 551). Met geschonden zegel van den bisschop in roode was.
Reg. no. 1531
regest_nummer 1531 1446 September 19
regest_beschrijving Gherijt Martensz., schout van Vlueten in het gerecht van Vrederic uten Hamme, dat deze van den Oudenmunster te Utrecht in pacht heeft, oorkondt, dat Splinter uten Hamme voor hem en buren ¼ van 4 morgen land aldaar heeft verkocht aan Steven van Zulen van Nyevelt benevens de rente, groot 1 fransch schild jaarlijks, die hij uit de 4 morgen had.
regest_datering (des Sonnendaghes na Sinte Lamberts dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 551). Met het zegel van den schout in groene was.
Reg. no. 345
regest_nummer 345 1342 Mei 31
regest_beschrijving Brien van Honswijc, knaap Aernt van Arkel, Otte van Zuoelen, ridders, Hubrecht heer Otten zoon en Hubrecht Woutersz. van Zuoelen, knapen, en gemachtigden, belooven heer Willaem van Donghen, heer Willaem van Duvenvoordes zoon, ridder, hem al de goederen te Woudrichem, die Brien van Honswijc hem verkocht heeft, te zullen vrijwaren.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 552). Met de zegels van de vijf oorkonders in groene was.
Reg. no. 449
regest_nummer 449 1349 Mei 19
regest_beschrijving Heer Robbrecht van Wisschel en Jan van Uppel, zoon van Didderic Borgraaf, belooven heer Willem van Duvenvoerde, heer van Oesterhout, dat zij, zoodra hij hen daartoe aanmaant, voor den heer van Hoerne, heer van het land van Autena, zullen verschijnen en heer Willem de rente, groot 20 pond tournooisch jaarlijks, die zij hem verkocht hebben op Dedelhoven aan de Dyssen, zullen aflossen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 553). Met de zegels der beide oorkonders in bruine was.
Reg. no. 1906
regest_nummer 1906 1468 Maart 10
regest_beschrijving Johannes Steenwech en Godefridus Cleijnael, schepenen in Buscoducis, oorkonden, dat mr. Gerardus Boest heeft verkocht aan Rodolphus van Dalem, heer van Dongen, een cijns van 20 rijnsche guldens jaarlijks uit zijn hoeve te Dijnther en uit zijn goed Wyelshem te Orthen.
regest_datering (feria quinta post Dominicam qua cantatur Invocavit anno Domini millesimo quadringentesimo sexagesimo septimo).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 554). Met de zegels der beide schepenen in groene was, het eerste geschonden.
Reg. nos. 312 en 728
regest_nummer 312 1340 April 10
regest_beschrijving Jan uten Houte oorkondt, dat Jan van Driemilen, oudste zoon van heer Willaem van Dubbelmonde en diens echtgenote Ghodelt, aan hem als leenheer heeft opgedragen ten behoeve van zijn vrouw Clemense, dochter van Willaem van Duvenvoerde, heer van Oesterhout, 50 pond zwarte tournooizen jaarlijks uit de tienden te Driemilen, waarna Clemense er mede beleend wordt voor een lijftocht.
regest_datering (des Maendaghes na Palmen).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1378 Juli 5 (Reg.No. 728).
regest_nummer 728 1378 Juli 5
regest_beschrijving Jan Noey, deken van het kapittel van Sente-Gheerdenberghe, geeft vidimus van den brief dd. 1340 April 10 (Reg.No. 312).
regest_datering (des ander daghes na Sinte Martijns dach translatio).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 555). Met het zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 2048
regest_nummer 2048 -1478
regest_beschrijving De aartsdiaken van Campinia gelast om Wilhelmus Johannesz. van Ghilse te Dongen te bevelen, binnen 7 dagen na deze aanmaning Florentius Tielmannusz., rector van de kerk aldaar, te voldoen van 17 gouden realen jaarlijks over de jaren 1473-77 aan cijns uit zekere erven te Tilborch.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 556).
Reg. no. 464
regest_nummer 464 1350 Februari 20
regest_beschrijving Godefridus Leo genaamd Coviers en Jacobus tSer Vranx, schepenen van Bruxellae, oorkonden, dat heer Wilhelmus van Duvenvoorden, heer van Oesterhout, ridder, ten behoeve van Wilhelmus, zoon van Rodulphus van Dalem, beloofd heeft Theodericus Nachtegale 150 tournooizen te geven, waarvoor hij verbindt zijn huis bij Frigidus Mons naast Godefridus van Mons, behalve een kapel met toegang.
regest_datering (a.D. MCCC quadragesimo nono).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 557). Met de zegels der beide schepenen in groene was.
Reg. no. 596
regest_nummer 596 1360 December 29
regest_beschrijving Otte, heer van Arkel, belooft Roelof van Dalem schadeloos te zullen houden voor zijn borgtocht ten behoeve van Andries en Eminot Ruwiers, lombarden, voor 4000 brugsche schilden.
regest_datering (des anders daghes na Alre kinder dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 558). Het zegel van den oorkonder verloren.
Reg. no. 766
regest_nummer 766 1385 September 18
regest_beschrijving Willem van der Leck belooft Willem van Donghen schadeloos te zullen houden van zijn borgstelling voor 600 oude schilden ten behoeve van Symon Ruvers.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 559). Met het zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 768
regest_nummer 768 1386 Januari 29
regest_beschrijving Jan van Blanckenwerde en Ghijsbrecht Myekaert, schepenen van Ghornichem, oorkonden, dat Coen van Oesterwijc beloofd heeft om Ave, weduwe van Florijs van Dalem, met Paschen e.k. 300 oude schilden te betalen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 560). Met de zegels der beide schepenen in groene was. Met transfix dd. 1387 Maart 28 (Reg.No. 777).
Reg. no. 777
regest_nummer 777 1387 Maart 28
regest_beschrijving Willam Helman en Gherijt van der Haer Sandersz., schepenen in Ghornichem, oorkonden, dat zij Ave, weduwe van Florijs van Dalem, na geconstateerd te hebben, dat er niets was, waaraan zij gepand kon worden ten laste van Coen van Oesterwijc wegens 250 van de 300 schilden, vermeld in de brief dd. 1386 Januari 29 (Reg.No. 768), waardoor deze gestoken is, haar rechten op zijn persoon en goederen reserveeren.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 560). Met het zegel van den eersten oorkonder in groene was, dat van den tweeden verloren.
Reg. no. 815
regest_nummer 815 1393 Juni 11
regest_beschrijving Danel van den Poel en zijn vrouw Janne van Spinoet beloven hun oom, heer van Oesterhout, schadeloos te zullen houden voor zijn borgstelling ten behoeve van heer Arent van Steinvoert.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 561). Met het zegel van Danel van den Poel in groene was, dat van zijn vrouw verloren.
Reg. no. 1709
regest_nummer 1709 1455 Januari 15
regest_beschrijving Rycout Engbrechtsz., Peter Oom, Henrick Petersz. en Wouter Spranger, schepenen in Dongha, oorkonden, dat Ghoeswijn die Coster, Yde zijn vrouw, en hun kinderen beloofd hebben de heerlijkheid Donghen te zullen verlaten binnen 4 dagen, nadat Roelof van Dalim, heer van Donghen, dat eischen zal, met achterlating van alle vee en zaaigewassen tot afdoening van schuld aan dezen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 562). Met de zegels der vier schepenen in groene was.
Reg. no. 1963
regest_nummer 1963 1473 December 1
regest_beschrijving Dirck van Haestrecht, heer van Venloen, erkent schuldig te zijn aan Roeloff van Dalem, heer van Dongaa, 20 rijnsche guldens.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 563). Het zegel van den oorkonder verloren.
Reg. no. 2050
regest_nummer 2050 1479 Februari 19
regest_beschrijving Bartelmeeus Jansz. en Heymbrick Snavel, schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Joris, Marie en Lijsbet, vrouw van Claeus Adriaensz., kinderen van Jan van Ghilse, verklaren ontvangen te hebben van Roelof van Daelhem, heer van Dongen, den achterstal van een erfpacht van 5½ sestertie rogge en een erfcijns van 14½ holl. gulden over de laatste drie jaren.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 564). Het zegel van den eersten schepen verloren, dat van den tweeden in groene was.
Reg. no. 2093
regest_nummer 2093 1483 Januari 21
regest_beschrijving Maximiliaen, hertog van Oistrijck enz., gelast zijn gerechtsbode ten verzoeke van Joes van Daelhem, heer van Donghen, om schepenen en wethouders van den Bosch te bevelen, om de kinderen van Jan van Ghilse, die bij vonnis van den officiaal van Luydic aan Thomas van Goerle, man van hun overleden zuster Lijsbeth, volgens huwelijksvoorwaarden een rente van 14½ holl. gulden en 1½ mud rogge jaarlijks moeten betalen, welke rente deze verkocht heeft aan Roelof van Dalem, vader van den suppliant, te dagvaarden en, na onderzoek van den brief van den officiaal, die zoek geweest, doch nu teruggevonden is, Joes van Dalem in het bezit van de rente te herstellen.
regest_datering (duysent vierhondert twee ende tachtentich na costume ons Hoefs).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 564). Met zegel van Maximiliaen in roode was. Met relaas van den gerechtsbode dd. 1483 Februari 4 (Reg.No. 2095).
Reg. no. 2095
regest_nummer 2095 1483 Februari 4
regest_beschrijving Amerijck Pegghe, gerechtsbode van den hertog van Oistrijck, bericht aan wethouders en schepenen van tsHertogenbossche, dat hij, ingevolge het mandement dd. 1483 Januari 21 (Reg.No. 2093), waaraan dit relaas is vastgehecht, Jorijs en Mary van Ghilse en Claes Ariaensz. als man van Lijsbeth van Gilse, allen te Oesterhout woonachtig, gedagvaard heeft om te tsHertoghenbosch te verschijnen, ten verzoeke van Joes van Daelem, heer van Donghen.
regest_datering (in den jare XIIIIc ende LXXXII nae costume van scriven tsHoofs van Brabant).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 564). Met opgedrukt zegel van den bode in roode was en geschonden. Het relaas is losgeraakt van het mandement.
Reg. no. 785
regest_nummer 785 1387 November 25
regest_beschrijving Willem van Dalem, heer van Donghen, en Sophye van Zalmen, zijn vrouw, verklaren schuldig te zijn aan hun moeder, Beatrijs van Donghen, 16 pond jaarlijks als lijfrente uit de heerlijkheid Donghen.
regest_datering (op Sinte Katherinen dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 565). Met de zegels van Willem van Dalem en Jan van Polanen in bruine was en geschonden.
Reg. no. 929
regest_nummer 929 1406 Februari 17
regest_beschrijving Willem van Dalem, heer van Dongha, belooft Jan van Coudenberge Floreysz. 300 fransche kronen te betalen met Pinksteren e.k. wegens een borgtocht van 200 dergelijke kronen ten behoeve van Jan Pusken.
regest_datering (dusent vierhondert ende vive seventhien dage in Februari nae sede ende costume des Hoifs van Cameric).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 566). Met rest van het zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 928
regest_nummer 928 1406 Februari 17
regest_beschrijving Egidius de Cliever en Franco de Pape, schepenen van Bruxellae, oorkonden, dat Wilhelmus Rodolpusz. van Dalem, heer van Dongha, schuldig is aan Johannes van Frigidus Mons Florenciusz. 300 fransche kronen.
regest_datering (a.D. millesimo quadringentesimo quinto).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 566). Met de zegels der beide schepenen in groene was. Met transfix dd. 1406 Februari 18 (Reg.No. 930).
Reg. no. 930
regest_nummer 930 1406 Februari 18
regest_beschrijving Egidius de Cliever en Franco de Pape, schepenen van Bruxellae, oorkonden, dat Johannes van Frigidus Mons een bevestiging heeft gekregen van amman en schepenen van den brief dd. 1406 Februari 17 (Reg.No. 928), waardoor deze gestoken is.
regest_datering (a.D. millesimo quadringentesimo quinto).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 566). Met de zegels van beide schepenen in groene was.
Reg. no. 938
regest_nummer 938 1407 Februari 18
regest_beschrijving Johannes van den Heetvelde, ridder, Walramus de Monte, Johannes Esselen en Johannes de Frigido Monte geheeten Rolibuc, schepenen van Bruxellae, oorkonden, dat voor de 300 fransche kronen, die Wilhelmus Rodolphusz. van Dalem, heer van Donga, schuldig was aan Johannes van Frigidus Mons Florenciusz., aan dezen bij vonnis ten verkoop zijn toegewezen de volgende goederen: 26 bedden, wollen kleeden om drie kamers mee te voorzien, 20 metalen kannen, 3 groote pannen, 6 ijzeren potten, 6 dozijn groote en 6 dozijn kleine tinnen schotels, 4 dozijn peluws, 26 dekens, 8 stoelen (zitbanken), 8 paarden, 24 stuks hoornvee, 200 schapen, 26 varkens, 36 zijden spek, 2 dozijn zilveren schalen, 2 mannen- en 4 vrouwenmantels met bont, 2 vrouwentoga's met baai gevoerd, 8 ijzeren pantsers, 4 dozijn zilveren bekers en een schuldbekentenis van Henricus van Ranst vanwege zijn zuster Machtildis, welke goederen hij vervolgens verkocht heeft aan Wilhelmus van Hertewijc.
regest_datering (a.D. millesimo quadringentesimo sexto).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 566). Met overblijfsels van het zegel van den amman van Brussel, Walterus van den Heetvelde; die van de eerste twee schepenen verloren, die van de laatste twee weinig geschonden, alle in groene was.
Reg. no. 939
regest_nummer 939 1407 Februari 19
regest_beschrijving Walramus de Monte en Johannes Esselen, schepenen van Bruxellae, oorkonden, dat Wilhelmus Hertewijc Henricusz. heeft overgegeven aan Johannes van Frigidus Mons Florenciusz. onderstaande goederen, als in Reg.No. 938.
regest_datering (a.D. millesimo quadringentesimo sexto).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 566). Met de zegels der beide oorkonders in groene was, weinig geschonden.
Reg. no. 1378
regest_nummer 1378 1438 Juli 14
regest_beschrijving Henricus de Calstris en Theodericus van Langrode, schepenen van Lovanium, oorkonden, dat Radulphus van Daelhem, zoon van heer Willem van Donghen, erkent schuldig te zijn aan Radulphus en Walterus van Wisschel en Wilhelmus van Ghestele 1000 pond toursche grooten.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 567). Met het zegel van Henricus van Calsteren in groene was, dat van Theodericus van Langrode verloren.
Reg. no. 571
regest_nummer 571 1358 October 24
regest_beschrijving Jan die Vos van Eemkerke en Robbe Jansz., schepenen in Sente-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Heyne Lappe erkent ontvangen te hebben van Roelof van Dalem 4 pond voor een stuk land in den Gawech.
regest_datering (des Woensdaechs na Sente Lucas'dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 568). De zegels der oorkonders verloren.
Reg. no. 575
regest_nummer 575 1359 Januari 8
regest_beschrijving Johan van Endenich en Hughe van Loenreslote verklaren ontvangen te hebben van Roelof van Dalem 12½ brugsch schild in mindering van de 25, die hij hun schuldig was in verband met de gevangenschap van den proost van Zuutfeen.
regest_datering (des Dinxdaghes na Dertienden dach van Kersavont).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 569). Met resten van de zegels der beide oorkondeers in groene was.
Reg. no. 588
regest_nummer 588 1360 April 12
regest_beschrijving Jonaes van der Elst en Aernoud van den Neste, schepenen in Breda, oorkonden, dat heer Willem, heer van Oosterhout, verklaard heeft ontvangen te hebben van Roelof van Dalem 350 brugsche schilden.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 570). Met de zegels der beide schepenen in groene was, weinig geschonden.
Reg. no. 606
regest_nummer 606 1361 September 15
regest_beschrijving Ghijsbrecht die Scoen verklaart ontvangen te hebben van de vrouw van Roelof van Dalem 2 pond grooten in mindering van de 8 pond, die zij en Roelofs erfgenamen hem schuldig zijn.
regest_datering (des ander daghes nae des Heylich Cruys' dach Exaltatio).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 571). Met het zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 609
regest_nummer 609 1362 Januari 3
regest_beschrijving Jan Aernt Wisscaertsz., Ghisebrecht Neyse en Jan die Jonghe, schepenen van Woudrichem, oorkonden, dat Ghisebrecht Scoen verklaard heeft ontvangen te hebben 100 schilden, die Rolof van Dalem hem schuldig was.
regest_datering (des Manendaghes na Jaers dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 571). Met de zegels der oorkonders in groene was; het tweede geschonden.
Reg. no. 819
regest_nummer 819 vóór 1394
regest_beschrijving Broeder Hector Volkard verklaart in het bijzijn van Claus van den Boegarde en heer Jan Bastijns, monniken van Sint Bernard, ontvangen te hebben van Roeloef van Dalem 50 vlaamsche mottoenen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 572). Met het zegel van den oorkonder in bruine was.
Reg. no. 1311
regest_nummer 1311 1433 April 4
regest_beschrijving Jan van Hoesenhout en Jan Lambrechtsz., schepenen van Dongha, oorkonden, dat Willem van Dalem, heer van Dongha, erkent schuldig te zijn aan zijn zuster Beatrijs een lijfrente van 100 gulden en 7 sestertiën rogge jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 573). Met de zegels van Willem van Dongen en de beide schepenen in groene was en geschonden. Gecancelleerd.
Reg. no. 1386
regest_nummer 1386 1438 December 2
regest_beschrijving Notaris Petrus Gerardusz. de Fine alias Block instrumenteert, dat Johanna, gravin van Nassouw, bij afwezigheid van graaf Engelbertus, en haar zoon Johannes Rolandus en Johannes van Donga, knapen, hebben gekwiteerd voor de legaten, hun door hun vader Wilhelmus van Donga vermaakt.
regest_datering (in aula domus dicte Valkenberge site circa plateam municipis vulgariter dictam die Caterstraet opidi de Breda).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 574). Met signatuur van den notaris.
Reg. no. 1450
Reg. no. 1450
regest_nummer 1450 1441 Maart 18
regest_beschrijving Notaris Arnoldus Langhe instrumenteert, dat Cornelis Venedau en zijn vrouw Elizabeth, natuurlijke dochter van Wilhelmus van Donghen, zich voldaan hebben verklaard van wat hun door Rodolphus en Johannes van Donghen bij hun huwelijk was toegezegd.
regest_datering (in domo inhabitationis Johannis filii Johannis de Meer sita in foro opidi de Breda a.D. millesimo quadringentesimo quadragesimo primo indictione quarta).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 575). Met signatuur van den notaris.
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 575).
regest_nb c) Afschrift (Inv.No. 515).
regest_nb Op hetzelfde blad als afschrift c. afschrift van de akten dd. 1440 September 17 en 1452 December 18 (Reg. Nos. 1436 en 1681), benevens vertaling in het Hollandsch van de boven beschreven akte.
Reg. no. 1845
regest_nummer 1845 1462 Januari 12
regest_beschrijving Lijsbeth Cluetinx verklaart ontvangen te hebben van heer Rolof van Dalem, heer van Donghen, 10 nobels als termijn van haar lijfrente.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 576). Met geschonden opgedrukt zegel in bruine was van de oorkondster.
Reg. no. 2018
regest_nummer 2018 1477 Mei 26
regest_beschrijving Gerijt Cristus verklaart ontvangen te hebben van heer Floris, persoon te Dongen, 17 rijnsche guldens, die Roloff van Dongen hem nog schuldig was van een schepenbrief, sprekende van 50 rijnsche guldens en 6 viertel rogge eens.
regest_datering (des Maendages in de Phinxter heylegedage).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 577).
Reg. no. 2034
regest_nummer 2034 1478 Juni 5
regest_beschrijving Roelof van Daelhem Jansz. verklaart voor zich en voor zijn moeder Margriet ontvangen te hebben van zijn oom Roelof van Daelhem, heer van Dongaa, 250 gulden.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 578). Het opgedrukte zegel van Jacop van der Elst verloren.
Reg. no. 2089
regest_nummer 2089 1482 October 25
regest_beschrijving Jacop van den Wijngaerde erkent ontvangen te hebben van Joes van Donghen de twee laatst verschenen termijnen van de 2½ nobel jaarlijks, die hij heeft uit diens goederen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 579). Met geschonden opgedrukt zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 2083
regest_nummer 2083 1481 October 9
regest_beschrijving Jacop van den Wijngaerde verklaart ontvangen te hebben van Joes van Donghen twee termijnen van de rente, groot 2½ nobel jaarlijks, die hij uit diens goederen heeft.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 579). Met opgedrukt zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 2127
regest_nummer 2127 1484 October 14
regest_beschrijving Jan van Wisschel verklaart ontvangen te hebben van Joes van Dalem, heer van Donga, de helft van een jaarlijkschen cijns van 7½ engelsche nobel, die op Sint Jan l.l. vervallen is.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 580). Met opgedrukt zegel van Claeus van Eycke, pastoor van Wasbeeck en vicecureit van Oesterhout, in groene was.
Reg. no. 365
regest_nummer 365 1343 December 15
regest_beschrijving Jan van Wijfvliet, heer van Blairsvelt, en Lodewijc, heer van Diepenbeke, arbiters op verzoek van abt en convent van Tongherloe en heer Willem van Duvenvoirde, heer van Oesterhout, bepalen, dat het klooster aan heer Willem de tienden van de 15 hoeven moer te Busoyen, die hij in erfpacht heeft van den graaf van Hollant, in erfpacht zal geven voor 5 pond zwarte tournooizen jaarlijks, waarvoor het klooster jaarlijks voor den graaf en voor heer Willem een zielmis doen zal; voorts zal heer Willem de gift en het patronaat van de kerk te Donghen erfelijk behouden, waarover het klooster hem een brief zal geven; alles wat broeder Jan van Oesterhout binnen Oesterhout geërfd heeft heeft of erven zal van zijn ouders, broeders of zusters, zal aan zijn erfgenamen komen, maar wat het klooster in Hertele, Zonsele of de Vucht verkregen heeft, zal het ongestoord behouden met kwijtschelding van de daarop rustende lasten.
regest_datering ('sManendaechs na Sente Lossiën dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 581). Met het zegel van Jan van Wijfvliet in bruine was, die van Lodewijc van Diepenbeke en van het klooster verloren, dat van Willem van Duvenvoirde in groene, en dat van den abt Wouter in bruine was, geschonden.
Reg. no. 1233
regest_nummer 1233 1427 Juli 17
regest_beschrijving Roelof en Jan van Dongen en Wouter van Wisschel oorkonden, dat Jan Cuckelbergh, cureit, beloofd heeft, dat hij de kerk van Dongen houden zal op de voorwaarden, waarop Willem van Dalem, heer van Dongen, hem die gegeven heeft, en haar zal teruggeven, wanneer deze er schade bij lijdt.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 582). Met opgedrukt zegel van Jan van Cuckelbergh, die tevens verklaart de akte eigenhandig geschreven te hebben.
Reg. no. 771
regest_nummer 771 1386 October 25
regest_beschrijving De officiaal van Leodium, gehoord de aanklacht van Johannes Moerkini van Gravia, procurator van het Hof, tegen Wilhelmus van Donghen, heer van Donghen, inhoudende, dat deze achtereenvolgens gehuwd is geweest met Badeloga, dochter van Johannes Bye en Elisabet, dochter van Wericus de Jonghe, die elkaar in den vierden graad verwant waren, beslist, dat de aangeklaagde kerkelijk gestraft zal worden volgens zijn uitspraak.
regest_datering (Leodii).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 583). Het officialaatszegel verloren.
Reg. no. 776, in duplo
regest_nummer 776 1386 December 11
regest_beschrijving De officiaal van Leodium, gezien de aanklacht van zijn procurator, Johannes Moerkini van Gravia tegen Wilhelmus van Dalem, heer van Donghen, inhoudende, dat deze met Sophia van Salmen gehuwd zou zijn, terwijl zijn huwelijk met Elisabet, dochter van Wericus de Jonghe, niet ontbonden was, en de verdediging van den beklaagde, inhoudende, dat Elisabet zijn wettige vrouw niet heeft kunnen zijn, daar te voren Badeloga, dochter van Johannes Bye, die Elisabet in den 4en graad bestond, zijn vrouw was, beslist, dat Wilhelmus van Donghen schuldig is en kerkelijk gestraft zal worden volgens zijn uitspraak.
regest_datering (Leodii).
regest_nb Oorspr. in duplo (Inv.No. 583). Het officialaatszegel verloren.
Reg. no. 888
regest_nummer 888 1401 April 15
regest_beschrijving Het convent van Sint Clara te Bruesele geeft heer Adaem van Waspijc en heer Willem Zueternijt volmacht om na overleg met Willem van Donga hun goederen in Hollant te beheeren.
regest_datering (des Vridages na Quasimodo).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 584). Het conventszegel verloren.
Reg. no. 954
regest_nummer 954 1408 Augustus 29
regest_beschrijving Heinric van Eyke Petersz. belooft Willem van Dalem, heer van Dongha, niets meer tegen hem of zijn land te ondernemen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 585). Met de zegels van den oorkonder, heer Jan, heer van Dalem, ridder, Robbrecht van Wisschel en Peter Oem in groene was.
Reg. no. 1066
regest_nummer 1066 1418 Februari 13
regest_beschrijving Jordanus, bisschop van Albanum, pauselijk poenitentiarius, vergunt Wilhelmus van Dongha en zijn vrouw Sophia een biechtvader te kiezen, die hun absolutie mag verleenen van hun zonden, tenzij deze zoodanig zijn, dat tusschenkomst van den pauselijken stoel noodig is, en hun gedurende 5 jaar zoo dikwijls het noodig is, een heilzame boetedoening zal opleggen, terwijl hij beloften van een pelgrimstocht en van onthouding, wanneer zij die gedaan hebben en niet kunnen nakomen door over zee te gaan, mag veranderen in andere vrome werken, uitgezonderd evenwel de beloften, gedaan aan Petrus en Paulus en aan Jacobus, apostels.
regest_datering (Constantie Idibus Februarii pontificatus domini Martini pape V anno primo).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 586). Met rest van het zegel van den oorkonder in gele was.
Reg. no. 623
regest_nummer 623 1363 November 29
regest_beschrijving Ghysebrecht van Hoekelem, knaap, maakt huwelijksvoorwaarden met Bele, dochter van Roelof van Dalem.
regest_datering (op Sinte Andries'avont des apostels).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 587). Met de zegels van Ghysebrecht, Otte, ridder, en Heynric van Hoekelem, knaap, in groene was, dat van Jan, heer van Hoekelem, ridder, verloren.
Reg. no. 1241
regest_nummer 1241 1428 September 18
regest_beschrijving De officiaal van Leodium wettigt het huwelijk van Jutta van Dyemerbroeck van Vloten en Rodolphus van Dungha, ridder, met bevel het binnen 14 dagen kerkelijk te doen voltrekken.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 588). Het officialaatszegel verloren.
Reg. no. 926
regest_nummer 926 1405 September 28
regest_beschrijving Notaris Wilhelmus Witbol instrumenteert, dat Johannes van Woudenberch, knaap, en zijn vrouw Ermzont, dochter van Wilhelmus van Donga, verklaard hebben, door dezen voldaan te zijn van alles, wat aan Ermzont bij huwelijksvoorwaarden was toegezegd.
regest_datering (in Donga in communi platea).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 590). Met signatuur van den notaris.
Reg. no. 857
regest_nummer 857 1397 Mei 28
regest_beschrijving Arnoldus, kardinaal-priester van Sancta Susanna, draagt Johannes, elect van Leodium op, naar aanleiding van een verzoek van Johannes, Florentius, Johannes en Rodolphus, natuurlijke zoons van Willelmus van Dalem, om niettegenstaande hun geboorte tot de wijdingen toegelaten te worden en tot het verkrijgen van beneficiën, een onderzoek in te stellen naar hun omstandigheden en levenwijze, en bij gunstige uitkomst dispensatie te geven op voorwaarde, dat, wanneer zij een beneficie krijgen, zij zich zullen laten wijden en persoonlijk zullen resideeren.
regest_datering (Rome apud Sanctum Petrum V kalendis Junii pontificatus domini Bonifatii pape IX anno octavo).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 591). Met rest van het zegel van den oorkonder in roode was.
Reg. no. 935
regest_nummer 935 1406 September 24
regest_beschrijving Heinricus, bisschop van Sydon, vicaris van den elect van Leodium, verleent Rodolphus van Dalem Wilhelmusz. van Donghen de tonsuur.
regest_datering (in Monte Sancte Gertrudis).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 592). Met geschonden zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 772
regest_nummer 772 1386 October 29
regest_beschrijving Jan Maddijn Alaerdsz., Cleys Oem Jan Maleghijsz., Willem Boomgaert Willemsz. en Jacob Ysereel heer Tielman Oemsz., schepenen van Dordrecht, oorkonden, dat Jan van Brakel heer Ricoudsz. voor zijn dochter Margriete huwelijksvoorwaarden heeft gemaakt met Jan van Dalem Florensz.
regest_datering (des Manendaghes na Sinte Symon ende Juden dach der apostelen).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 593). Met de zegels van de vier schepenen in bruine was, het tweede geschonden.
Reg. no. 2094
regest_nummer 2094 1483 Januari 24
regest_beschrijving De stad Antwerpen verzoekt schout en schepenen van Oesterhout om in het proces, dat te Antwerpen hangende is tusschen Joes van Dalem, heer van Dongen, en Jan Mathijssens, de door den eerste met name genoemde personen te Oesterhout te verhooren en aan brenger dezes daarvan een certificaat mee te geven.
regest_datering (anno LXXXII na scriven sHoofs van Camerijcke).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 594).
Reg. no. 2333
regest_nummer 2333 1499 Augustus 14
regest_beschrijving Heer Jan van Dyemen, ridder, en Heynbric Snavel Henricxz., Gielis Jan Ghijsselsz., Pauwels Henricxz. van Ghilse, Adriaen Heyn Oemenz. en Ascentius Jansz., schepenen van Oesterhout, leggen, op verzoek van Jacop van Wijngaerden, baljuw van Suythollant, ten behoeve van de stad Dordrecht, getuigenis af aangaande de ontvoering van Peterken Peter Vrancken dochter door Jan Michielsz. en Jan Joes van Dongens bastaardzoon naar het huis van Roel te Bysoeyen.
regest_datering (nae scriven des Hoefs van Luydick).
regest_nb Gelijktijdig afschrift (Inv.No. 595).
Reg. no. 1764
Reg. no. 1690
regest_nummer 1690 1453 October 13
regest_beschrijving De notaris….. instrumenteert, dat Gerijt, heer van Assendelft, raad van den hertog van Bourgongiën, en zijn vrouw, Beatrijs van Dongen, elkaar bij codicil hun roerende goederen vermaken.
regest_datering
regest_nb Extract (Inv.No. 597).
Reg. nos. 2060 en 2062
regest_nummer 2060 1479 Juli 17
regest_beschrijving Philips Ruychrock van de Werve, raad van de hertogin van Oestrijck, verzoekt zijn schoonzoon Jan van Dalem van Dongen, tijdelijk verblijf houdende in den Hage, om ingesloten brief aan den stadhouder te overhandigen, waarin hij dezen verzoekt zijn huis in den Hage te beschermen, daar hij niet heeft deelgenomen aan partijtwisten, en deelt hem mee, dat hij voornemens is in Brabant te gaan wonen, als de toestand blijft, zooals hij is.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 598).
regest_nummer 2062 1479 November 23
regest_beschrijving Phillips Ruychrock van de Werve schrijft aan zijn schoonzoon, Jan van Dalem, heer van de Zwaluwe, kastelein van Schoenhoven, dat het hem genoegen doet, dat hij den stadhouder geholpen heeft, het Hof, dat door de Kabeljauwen belegerd was, te ontzetten en zijn (Ruychrocks) huis beschermd heeft, doch hoopt, dat hij zich niet bij een der beide partijen zal aansluiten.
regest_datering (Inden Hage).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 598).
Reg. no. 2069
regest_nummer 2069 1480 Juni 6
regest_beschrijving Cornelis die Bruyne, schepen van den Hage, verklaart als gemachtigde ontvangen te hebben van Willem van Dalem, erfgenaam van Jan van Dalem, ten behoeve van Marye, dochter van Philips Ruychrock van den Werve, weduwe van Jan van Dalem, de hier vermelde kleederen en kleinoodiën.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 599).
Reg. no. 1569
regest_nummer 1569 1447 October 3
regest_beschrijving De officiaal van den aartsdiaken van Trajectum gelast Johannes Tyerloet, hem voorgedragen als rector van de kapelanie van de H.M. Maria in de kerk te Cattendijck door de patroons Wilhelmus van Heenvliet en Cattendijck, heer van Stavenesse, en Jacobus van Heenvliet en Cattendijck, broeders, tweemaal af te kondigen en hen, die in verzet willen komen, op te roepen voor den deken van Zuitbevelandia.
regest_datering (feria tercia post festum Sancti Remigii).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 600). Met rest van het officialaatszegel in groene was.
Dirk van de Merwede, die een bastaardzoon Nicolaas had, stierf in 1459
Reg. no. 1891
regest_nummer 1891 1465 Juni 11
regest_beschrijving Notaris Nycolaus Jungelinx instrumenteert, dat de bedezetters van den hertog te Tilborch Petrus van Wisschel, schout aldaar, hebben gemachtigd voor hen op te treden in hun proces met de bedezetters van Hukelem en Enschit voor den Raad van Brabant.
regest_datering (in villa de Tilborch in domo Johannis dicti Berijsz. sita inibi in loco dicto Aen den Hovel).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 602). Met signatuur van den notaris.
De stukken, onder dit hoofd bijeengebracht, vormen tot 1558 het archief van den kastelein en eerst daarna een heerlijkheidsarchief. Het kasteleinschap, waaraan de lage en de middelbare rechtspraak was verbonden, alsmede de benoeming van den schout, werd door graaf Willem III in 1323 aan Willem van Duvenvoorde gegeven als een recht leen en door dezen als een onversterfelijk leen aan Jan van Polanen. Bij het verdrag, in 1421 gesloten tusschen Jacoba van Beieren als vrouwe, haar zwager Philips als ruwaard van Brabant en het land van Brabant zelf eener-, en Jan van Beieren voor Holland anderzijds, werd aan graaf Engelbrecht van Nassau opgedragen de stad van wege Holland, en het slot van wege Brabant te bewaren, waarvoor hij van de Staten van Brabant een jaargeld ontving. Toen Philips de Goede het bestuur over Brabant en Holland in één hand vereenigde, ontsloeg hij, op aandringen van zijn Raad in Holland en eenige steden, die zoowel het slot als de stad voor Holland wilden hebben, graaf Engelbrecht van zijn verplichtingen jegens Brabant, liet hem in 1444 slot en stad beide ontruimen en stelde Bauduin n'Oignies, gouverneur van Rijsel, aan als kastelein. Na diens vrijwilligen afstand en op diens verzoek werd in 1452 met graaf Jan wederom een Nassau aangesteld, maar slechts voor het leven, terwijl bij de verzoening tusschen hertog Philips en graaf Jan in 1456, uitdrukkelijk werd bepaald, dat het burggraafschap aan den hertog bleef. Weliswaar werden ook daarna geregeld de Nassaus met het kasteleinschap bekleed, doch de bevoegdheden waren evenmin als de erfelijkheid meer onaantastbaar. Engelbrecht II kreeg van de "appendances" "tant qu' il nous plaira", hetgeen zeggen wilde, dat Karel de Stoute zich bij Engelbrechts aanstelling in 1475 de voornaamste, n.l. de beschikking over het schoutambt, voorbehield. Dit alles veranderde, toen 5 Mei 1558 de prins van Oranje het pandheerschap kocht van Splinter van Hargen, heer van Oosterwijk, aan wien Philips II het in Januari van hetzelfde jaar verkocht had. Een proces over de aflosbaarheid van de pandschap, in 1668 ontstaan tusschen Willem III en de Staten van Holland, eindigde in 1672 met de beleening van Willem III
Reg. nos. 219 en 269
regest_nummer 219 1330 Maart 15
regest_beschrijving Willaem, graaf van Henegouwen, Hollant enz., belooft heer Jan van Polanen, ridder, bij kinderloos overlijden van diens broeder, heer Willaem van Duvenvoirde, den burg te Sente-Ghertruidenberghe met het gerecht van de stad en 1∕3 van de boeten en tot onderhoud van den burg 100 pond hollandsch jaarlijks, zooals heer Willaem nu heeft, voorts de volgende leengoederen: de ambachten van Almonde, dubbelmonde, Twintechhoeven en Waspic, 25 pond hollandsch jaarlijks aan tienden te Hasaerdswoude, 8 hoeven moer te Noetdorp met de tienden en 28 morgen land, geheeten het Gheerland, die heer Willaem van Boudijn van den Poele heeft gekocht.
regest_datering (tote Valenchine do wi voeren tote Garnaten waert des Donresdaghes voir Midvasten int jaer Ons Heren dusent driehondert neghen ende twintich).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1336 April 30 (Reg.No. 269).
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris II, blz. 480, waar niet gesproken wordt van 100 pond holl. jaarlijks ter bewaring van den burcht, maar inplaats daarvan van de verplichting den burcht altijd open en gereed te hebben voor de grafelijke familie.
regest_nummer 269 1336 April
regest_beschrijving Hughe, abt van Egmont, geeft vidimus van den brief dd. 1330 Maart 15 (Reg.No. 219).
regest_datering (op den Meyenavont).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 603). Het zegel van den oorkonder verloren.
Reg. nos. 401 en 417
regest_nummer 417 1347 Maart 25
regest_beschrijving Willem van Duvenvoerde, heer van Oesterhout, gezien den brief van keizerin Margriet dd. 1346 Augustus 10 (Reg.No. 401), hierin opgenomen, geeft heer Jan van Polanen, heer van de Leck, het burggraafschap van Sente-Gheerdenberghe met 200 pond tournooisch jaarlijks, het schoutambt, het recht schout en schepenen aan te stellen en 1∕3 van de boeten, alles volgens de brieven, die hijzelf daarvan heeft, behoudens, dat hij het als een recht leen had, terwijl heer Jan het als een onversterfelijk leen zal bezitten; voorts de heerlijkheid van Almonde en Dubbelmonde.
regest_datering (oppe den Palmsondach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 604). Met geschonden zegel van Willem van Duvenvoerde, rest van dat van Hartbaren van Ryede, heer van Pendrecht, en die van Gheraert van Poelgeest, ridder, en Gyelijs van Wendelnesse, knaap, geschonden, alle in groene was.
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris II, bl. 732.
In de berekening wordt opgesomd, wat Jan van Polanen aan graaf Willem en hertog Albrecht heeft geleend, onkosten wegens dienstreizen en verliezen aan inkomsten tijdens den oorlog, wegens het niet teruggeven van in beslag genomen goederen daarna, tot 1360
Reg. no. 546
regest_nummer 546 1356 December 5
regest_beschrijving Hertog Willem van Beyeren, graaf van Holland enz., verzoent zich met den heer van Bredae op voorwaarde, dat hij behoudt 1e het moer boven Stanthazen tot de Brabantsche grens, waarover de heer van Oesterhout eertijds een geschil had met de stad Sinte-Gheerdenberghe, 2e alle moeren in Zuutholland behalve die, waarvan de heer van Bredae kan bewijzen, dat zij den heer van Oesterhout toebehoorden, uitgezonderd het veen, dat de graaf aan Gherit van Nederveen heeft gegeven of aan anderen heeft verkocht, 3e het huis te Sinte-Gheerdenberghe met de daaraan verbonden wedde, benevens de heerlijkheid hoog of laag, die de heer van Bredae over de stad bezat, 4e de heerlijkheid van de Leck, totdat bewezen zal zijn, of heer Henric van de Leck haar als erfleen, dan wel als een recht leen bezat, in welk eerste geval den heer van Bredae van de som gelds, die hij betalen moet, zooveel in mindering gebracht zal worden, als hij daarvoor aan 's graven oom betaald heeft, terwijl hij in het tweede geval met de heerlijkheid beleend zal worden; de heer van Bredae zal waarborgen dat het huis te Oesterhout, vereenigd met dat van Geertruidenberg aan de Grafelijkheid zal blijven, op welke voorwaarden de graaf hem beleent met alle goederen, die hij had.
regest_datering (in den Haghe op Sinte Nyclaes' avond).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 605). Met het zegel van hertog Willem van Beieren in groene was, weinig geschonden.
regest_nb b) Gelijktijdig afschrift op perkament (Inv.No. 55).
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris III, bl. 11.
Reg. nos. 155 en 1062
regest_nummer 155 1323 Augustus 24
regest_beschrijving Willaem, graaf van Henegouwen, Hollant enz., geeft Willem van Duvenvoerde, zijn kamerling, en diens nakomelingen het schoutambt van Sente-Gheerdenberghe met de boeten van 2 en 10 schelling en 1∕3 van de boeten daarboven, voorts de steenen, die hij te Sint-Gheertrudenberghe heeft laten maken voor den bouw van een burcht aldaar, waaraan Willem van Duvenvoerde binnen 2 jaar 1000 pond tournooizen ten koste zal leggen, terwijl hijzelf zal betalen, wat er meer noodig zal zijn.
regest_datering (in die Haghe oppe Sente Bartelmeuwes' daghe).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1417 Juli 8 (Reg.No. 1062).
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris II, bl. 322.
regest_nummer 1062 1417 Juli 8
regest_beschrijving Deken en kapittel van St. Marie in Breda geven vidimus van den brief dd. 1323 Augustus 24 (Reg.No. 155).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 606). Het kapittelzegel verloren.
Reg. nos. 379 en 1111
regest_nummer 379 1344 September 28
regest_beschrijving Willem, graaf van Henegouwen, Hollant enz., beleent zijn raad, heer Jan van Pollanen, ridder, heer van de Leck, met den burcht van Sente-Gheertruidenberghe om daar burchzaat van te zijn met 100 pond hollandsch jaarlijks als wedde, gevestigd op het broek tusschen den burcht en den weg naar Oesterhout, eertijds eigendom van Gherrit van Wieldrecht, met het gerecht, de bevoegdheid om schout en schepenen aan te stellen, de boeten tot 10 schellingen hollandsch en 1∕3 van die daarboven, alles als vermeld in den brief, dien heer Willem van Duvenvoorde hiervan heeft.
regest_datering (des Dinxdaechs voir Bamisse).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1420 Juni (Reg.No. 1111).
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris II, bl. 686.
regest_nummer 1111 1420 Juni 15
regest_beschrijving Deken en kapittel van Sente Marie te Breda geven vidimus van den brief dd. 1344 September 28 (Reg.No. 379).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 607). Met het kapittelzegel in groene was.
Minuut, reg. no. 1119
regest_nummer 1119 1421 Maart 6
regest_beschrijving Engelbrecht, graaf van Nassow etc., neemt de stad Sinte-Geertrudenberge van hertog Johan van Beyeren in bewaring, zooals overeengekomen is in den brief dd. 1421 Maart 6 (Reg.No. 1118), belooft de stad Dordrecht en het land van Suythollant gedurende het bestand in het genot van hun privileges ten opzichte van Sint-Geertrudenberge te laten, voorzoover ze niet het slot aldaar, het land van Breda en de heerlijkheid Oosterhout raken, en stelt Herman van den Loo aan als zijn plaatsvervanger.
regest_datering (opten sessten dach van Merte des Donredaighs na Halfvasten int jair ons Heren MCCC (twentich na gewoente des Hoifs van Camerick).
regest_nb Minuut (Inv.No. 608).
Reg. no. 1118
regest_nummer 1118 1421 Maart 6
regest_beschrijving Johan, hertog in Beyeren, zoon van Henegouwen, Hollant, Zeelant etc., oorkondt, dat in het bestand, dat hij gesloten heeft met zijn nicht van Brabant, den graaf van Sijmpoul en het land van Brabant, de bepaling is opgenomen, dat graaf Engelbrecht van Nassouwen, heer van de Leck en Breda, de stad Sinte-Geerdenberge van zijnentwege zal houden en haar 14 dagen voor het einde van het bestand aan hem zal overleveren, en mocht de stad binnen dien termijn worden aangevallen, dan zal de hertog haar helpen verdedigen.
regest_datering (MCCCC ende twintich nae den loop van onsen Hove des Donredages nae den Sonnendach Letare Jherusalem die was sesse dage in Merte).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 608). Met zegel van den hertog met contrazegel in roode was.
Reg. no. 1246
regest_nummer 1246 1429 Februari 28
regest_beschrijving Jan, heer van Rotselair, Vorsselair en Rethy, drost van Brabant, verklaart, dat een deel van de edelen en steden van Brabant eertijds met den jonker van Nassow zijn overeengekomen, dat hij het slot van Sinte-Geertruidenberge zou bewaren voor 1100 kronen jaarlijks.
regest_datering (dusent CCCC acht ende twintich na gewoenten des Hoifs van Camerick).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 609). Met opgedrukt zegel in roode was en geschonden.
Reg. nos. 1381, 1390-1393 en 1399
regest_nummer 1381 1438 September 15
regest_beschrijving De Raad voor Hollant en Zeelant bericht Engelbrecht, graaf van Nassouwe, heer van Breda, dat de hertog, ingevolge het verzoek van de steden van Hollant tot regeling van de paalscheiding, den Raad heeft gelast om Sinte Geertrudenberge en andere sloten op de grens in bewaring te nemen, verzoekt hem een dag te noemen voor de overdracht en zijn mogelijke bezwaren aan brenger dezes mede te geven.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 610).
regest_nummer 1390 1439 Maart 31
regest_beschrijving Kanselier en raden van den hertog van Bourgondie en een aantal leden van den Raad van Hollant besluiten in diens bijzijn, naar aanleiding van het antwoord, gegeven door den jonkheer van Nassou opden eisch om de stad Sinte-Geertrudenberge etc. aan den hertog als graaf van Hollant over te geven, benevens allerlei leenen en moeren in Zuyt-Hollant, die aan den hertog verstorven zouden zijn, dat de jonker van Nassou gedagvaard zal worden op 8 Juni a.s. om de stad over te leveren, waarna hij de desbetreffende brieven zal terugkrijgen, dat hij inzage van de registers zal krijgen over bedoelde leenen en moeren, en van zijn kant een afgevaardigde van den hertog copieën zal laten nemen van zijn brieven te Breda, en zich 8 Juni ook op dit punt verantwoorden, hetgeen de jonker van Nassou heeft aangenomen, onder protest evenwel, dat hij, wat zijn leenen aangaat, alleen te recht kan staan voor den graaf en leenmannen van Hollant.
regest_datering (In den hage duysent vierhondert acht ende dertich na den loip tsHoifs van Hollant).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1439 Juni 13 (Reg.No. 1402).
regest_nummer 1391 1439 April 9
regest_beschrijving De graaf van Nassau schrijft aan ridderschap en geestelijkheid van Holland (afzonderlijk), het met de andere van de drie Staten daarheen te leiden, dat, wanneer hij 8 Juni e.k. de stad Sente-Gertrudenberge, die hij bij het bestand tusschen Hollant en Brabant ten behoeve van Hollant in bewaring heeft genomen, ingevolge bevel van den hertog teruggeeft, hij tegelijk het slot, dat hij op dezelfde manier ten behoeve van Brabant heeft bezet en met veel moeite en kosten heeft gehouden zonder van de hem toegezegde som gelds veel gebeurd te hebben, aan Brabant kan overdragen en dan tevens voldaan wordt van hetgeen men hem schuldig is.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 610).
regest_nummer 1392 1439 April 10
regest_beschrijving (De graaf van Nassau) schrijft aan de steden Antwerpen Loeven, Brussel en den Bosch ieder afzonderlijk, dat Raad en steden van Hollant er bij den hertog op aangedrongen hebben om de stad Sinte-Gertrudenberge weer onder Hollant te brengen en ook het slot schijnen te willen hebben, waarom hij aanraadt om, voordat de hertog weer in Brabant komt, een dagvaart te houden om uit de stukken, waarbij hij ook de zijne zal voegen, zekerheid aangaande het slot te krijgen, dat zonder de stad niet te verdedigen zou zijn.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 610).
regest_nummer 1393 1439 April 12
regest_beschrijving De Raad van Brabant antwoordt Engelbrecht, graaf van Nassow en Vyanden, heer van de Leck en Breda, op zijn schrijven over het slot te Sinte-Gertrudenberge, dat zij niets kunnen doen zonder speciaal bevel van den hertog maar dat zij hem gaarne ter wille zullen zijn.
regest_datering (Bruessel).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 610). Met sluitzegel in roode was.
regest_nummer 1399 1439 Mei 30
regest_beschrijving De Raad van den hertog van Bourgongiën voor Hollant etc. willigt het verzoek van Engelbrecht, graaf van Nassow en Vyanden, heer van de Leck en Breda, in om uitstel van de overdracht van Sinte Geertrudenberge en de behandeling van een leenkwestie, vastgesteld op 8 Juni, alleen voor zoover het de overdracht betreft, daar de zaak Riederkerck, waarin Jacop Willemsz. en Henric Faes naar den Hage gedagvaard zijn om zich tegenover heer Roelant van Uutkercke te verantwoorden, niet buiten partijen om uitgesteld kan worden.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 610).
Reg. no. 1402
regest_nummer 1402 1439 Juni 13
regest_beschrijving Deken en kapittel van Sente Marie te Breda geven vidimus van de akte dd. 1439 Maart 31 (Reg.No. 1390).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 610). Met geschonden kapittelzegel in groene was.
Reg. no. 1498
regest_nummer 1498 1444 September 29
regest_beschrijving Isabel, hertogin van Bourgoengiën, Brabant enz., ontbiedt Jan, graaf van Nassouwen en Vyanden, in den Hage om te verklaren, waarom hij stad en slot van Sinte Geertruydenberge nog niet heeft ontruimd in strijd met zijn belofte aan den hertog.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 611). Met geschonden sluitzegel van de hertogin van Bourgondië in roode was.
regest_nb De dateering berust op de vermelding van dezen oproep in de akte dd. 1445 Februari 18 (Reg.No. 1502).
Reg. no. 1408
regest_nummer 1408 1439 September 15
regest_beschrijving De raden van den hertog van Bourgoingne voor Hollant en Zeelant verzoeken Engelbrecht, graaf van Nassouwe, heer van Breda, slot en stad van Sinte-Geertrudenberge te willen ontruimen en een dag te bepalen voor de overneming ter voldoening aan het bevel van den hertog om Hollant de grenzen te geven, die het rechtens heeft.
regest_datering
regest_nb Gelijktijdig afschrift (Inv.No. 612).
Reg. no. 1502
regest_nummer 1502 1445 Februari 18
regest_beschrijving Phelippe, hertog van Bourgoingne, Brabant etc., ontslaat Jehan, graaf van Nassou, drossaard van Brabant, van alle verplichtingen, die hij en vóór hem zijn vader tegenover de Staten van Brabant op zich genomen hebben ten opzichte van de bewaring van stad en slot van Sainte Gertruut, thans door den hertog aan Bauduin Doignies, ridder, gouverneur van Lille, ter bewaring gegeven.
regest_datering (Brouxelles l'an de grâce mil quatrecens quarante et quatre).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 612). Met stuk van het zegel met contrazegel van hertog Philips in roode was.
Reg. no. 1667
regest_nummer 1667 1452 Februari 16
regest_beschrijving Philippe, hertog van Bourgoingne etc., benoemt, na vrijwilligen afstand en op verzoek van Bauduin Doignies, gouverneur van Lille, Jehan, graaf van Nassow, heer van Breda etc., tot kapitein en kastelein van Mont Sainte Gertrud voor het leven, met verlof zich door een stadhouder te doen vervangen, en omschrijft zijn bevoegdheid, waaronder behoort het aanstellen en afzetten van personen, belast met de rechtspraak en het verzetten van de wet.
regest_datering (Brouxelles mil quatrecens cinquante-ung).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 613). Met geheim zegel van den oorkonder in roode was en geschonden, gebruikt, omdat het groote zegel niet aanwezig was. In dorso van het oorspr. de mededeeling, dat de graaf van Nassau 11 Mei den eed heeft afgelegd.
regest_nb b) Afschrift 15e eeuw (Inv.No. 623).
Reg. no. 1727
regest_nummer 1727 1455 December 1
regest_beschrijving Johan, graaf van Nassaou, Vyanden en Dyetze, heer van Breda, drossaard van Brabant, committeert mr. Jan van Gronsfelt, Wouter Storm en Goessen van Rome om met de commissarissen van den hertog van Bourgongiën en Brabant, graaf van Hollant etc., alle tusschen hen bestaande geschillen bij minnelijke schikking te beëindigen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 614). Met zegel van graaf Jan van Nassau in roode waas.
Reg. no. 1738
regest_nummer 1738 1456 Mei 29
regest_beschrijving Philips, hertog van Bourgoengiën enz., beëndigt alle geschillen, die er tusschen hem en zijn kamerling Jan, graaf van Nassou, heer van Breda, en beider voorouders bestonden, waarbij o.a. alle wederzijdsche schuldvorderingen worden vernietigd, de heer van Breda de moeren van Stanthesen en andere in Zuythollant behoudt, en het burggraafschap van St. Geertruydenberge aan den hertog blijft, waarna de hertog den graaf een lijftocht geeft, groot 300 klinkaarts jaarlijks, uit de stad van der Goude.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 614). Het zegel van den oorkonder verloren. Aan het oorspr. is vastgehecht een ordonnantie van commissarissen van de Financiën voor den rentmeester van Gouda tot uitbetaling van de lijfrente dd. 1456 November 29, en in dorso van de akte is een afschrift van de ordonnantie geschreven.
regest_nb b) Authentiek afschrift (Inv.No. 717). Op het omslag van het afschrift b. staat: "De moeren in Stanthasen ende in Zuythollant miten ambachtsheerlickheden in Zuythollant ende die goeden onder de dijckaige van Wyvekeen ende Tysselenswairt".
Zonder regestnummer, zie notabene van reg. no. 1738
Reg. no. 1983
regest_nummer 1983 1475 Februari 9
regest_beschrijving Charles, hertog van Bourgoingne etc., benoemt Engelbrecht, graaf van Nassouw en Vyanden, heer van Breda, tot kapitein en gouverneur van Mont Sainte Ghertrud in plaats van wijlen Jehan, graaf van Nassouw, en omschrijft zijn bevoegdheid, waarbij hij zich de beschikking over het schoutambt voorbehoudt.
regest_datering (en notre siège devant Nuysz mil quatrecens soixante quatorze).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 615). Het zegel van den oorkonder verloren. In dorso de mededeeling, dat graaf Engelbert 4 Maart den eed heeft afgelegd.
De prins betaalde de pandschap met overneming van twee obligaties ten laste van het rentambt Noord-Holland en ten behoeve van de abdij Rijnsburg en Jacob, heer van Wijngaerden, welke laatste zijn rechten had. overgedragen aan Splinter van Hargen
Reg. no. 3472
regest_nummer 3472 1567 December 13
regest_beschrijving Elburch van Langeraeck, prelaterse en vrouwe van Reynsburch, en Splinter van Harghen, heer van Oosterwijck, rentmeester-generaal van het klooster, verklaren ontvangen te hebben van Johan van den Berge, rentmeester van Oosterhout, de over 10 jaar verschenen rente, groot 62 pond 10 schellingen jaarlijks, n.l. 50 voor het klooster en 12 pond 10 schellingen voor Splinter van Harghen, hem aangekomen van Jacob, heer van Wijngaerden.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 616).
Reg. no. 3354
regest_nummer 3354 1558 Januari 29
regest_beschrijving Philips, koning van Castilliën enz., geeft aan heer Splinter van Harghen, ridder, heer van Oosterwijck, in pandschap de hooge heerlijkheid en domeinen van St.-Geertruydenberge n.l. het schoutambt, het secretarisschap, het bodeambt benevens dat van de Mede, het recht van de landpoorters, den tol te Randenoort, de gruit, den cijns, het Lindonck en het Burchveldt, behoudens de regalia, voor 7000 pond, losbaar na 6 jaar.
regest_datering (in onser stadt van Brusele 1557).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 616). Met zegel met contrazegel van den oorkonder in roode was. Aan den voet het interinement van hoofden, tresorier-generaal en gecommitteerden van de Domeinen en Financiën dd. 1558 Maart 31 en dat van de Rekenkamer in den Haag dd. 1558 October 12, terwijl hieraan is vastgehecht de kwitantie voor de 7000 pond dd. 1559 Januari 6.
Reg. no. 3480
regest_nummer 3480 1568 Juli 23
regest_beschrijving De secretaris van Sint-Geertruydenberge geeft akte, dat Peeter van Quaderebbe, ridder, heer van Berchem, Hoogenhuyse etc., sequester-superintendent van de goederen van den prins van Oranje, en sinds afdoening van de sequestratie gouvernier dier goederen, in tegenwoordigheid van heer Jacob Tseraerts, ridder, drossaard 's lands van Breda, mrs. Jan Hovelmans, Willem de Vos en Michiel Piggen, raadslieden, de regeering van die stad bevolen heeft, den koning van Spanje te erkennen als heer en den eed af te leggen, hetgeen zij gedaan heeft, waarop hij de stad in bezit heeft genomen.
regest_datering (opt stadthuys van St. Geertruydenberge).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 617).
Reg. no. 61
regest_nummer 61 1290 December 11
regest_beschrijving Florens, graaf van Hollant, doet uitspraak in de twist tusschen de stad Sente-Geerdenberghe en de ambachtsheeren van Suethollant en bepaalt, dat de poorters van de stad de rechten behouden zullen, die ze hebben; dat een eigen man, die zich aldaar vestigt, na jaar en dag vrij poorter zal zijn, en dat poorters van andere steden na St. Bamis e.k. terecht zullen staan in de plaats, waar zij misdaan zullen hebben.
regest_datering (Manendaghe vor Sente Luciëndaghe).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 618). Met zegel van den oorkonder in bruine was met contrazegel.
regest_nb Gedrukt bij v.d. Bergh II, No. 753.
Reg. no. 267
regest_nummer 267 1335 December 3
regest_beschrijving Willem, graaf van Heynegouwen, Hollant enz., beveelt heer Willem van Duvenvorde, heer van Oesterhout, en schepenen en raadslieden van Sente-Geertrudenberghe, de vleeschhouwers te doen staan in de hal, die hij daar heeft laten maken, evenals de wantsnijders, die laken en al degene, die andere waren des Maandags ter markt brengen, en hen aan den rentmeester van Zuithollant een huur te doen betalen zooals in andere steden.
regest_datering (Berghen in Heynnegouwen Sonnedaghes na Sente Andres' dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 619). Met geschonden zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 398
regest_nummer 398 1346 Mei 12
regest_beschrijving Margriete, keizerin, gravin van Heynnegouwen, Hollant enz., geeft de stad Sente-Ghertrudenberghe verlof om haar gemeente, geheeten de Meede, in erfcijns uit te geven om met de opbrengst de stad te versterken, hetgeen zij doen zullen na goedkeuring door heer Willem van Duvenvorde, heer van Oesterhout, en Gillis van Windelsnisse.
regest_datering (in die Haghe).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 620). Met rest van het zegel van de keizerin in roode was.
regest_nb Gedrukt in Bronnen voor het Oud-Vad. Recht 3e Reeks IX, bl. 365.
Reg. no. 488
regest_nummer 488 1352 Augustus 19
regest_beschrijving Hertog Willem van Beyeren, graaf van Holland enz., belooft heer Philips van Polanen, ridder, burchzaat van het huis te Sinte-Gheerdenberghe, nu hij dat huis overgegeven heeft, voor hem en zijn gezellen vrijen aftocht met behoud van al hun goederen in Holland, die zij vóór den oorlog bezaten, en betaling van schulden, waarop heer Philips bewijzen kan recht te hebben tot 2800 oude schilden toe.
regest_datering (tot Sinte-Ghertrudenberghe des Zondaeghs na Onser Vrouwen dach Assumptio).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 621). Met de zegels van den graaf, de heeren van Arkel, Waterland, en Ammersoye, baanrotsen, in groene was, weinig geschonden; dat van den heer van Egmond verloren; de zegels van Jan, heer van Culenburch en de Lec, Zweder, burggraaf van Montfoort, Gherit van Emskerke, Jan van Bloemenstein, Willem van der Wateringhe, ridders, in groene was, alle min of meer geschonden; dat van Florens van Borsel heer Claisz., ridder, verloren; de zegels van Willem van Hoorne, Daniel van de Merwede, Jan van der Noordelose, baljuw van Zuid-Holland, knapen, in groene was; resten van de zegels van Delft, Haarlem en Leiden in bruine, groene en bruine was, die van Dordrecht en Geertruidenberg verloren.
Reg. nos. 1573, 1576 en 1577
regest_nummer 1573 1447 October 24
regest_beschrijving Johan [van Nassau] verzoekt den Raad van Brabant het bij den hertog of den Grooten Raad daarheen te leiden, dat Jan van Ringelberch, die onder zijn vader en vervolgens onder hemzelf kastelein is geweest van het slot van Sente-Gertrudenberge, ontslagen wordt van de vervolging, tegen hem ingesteld door genoemde stad wegens diefstal van materiaal, daar graaf Engelbrecht bij het verdrag tusschen Hollant en Brabant de stad van wege Hollant, doch het slot van wege Brabant in bewaring kreeg, zoodat, al is op aandringen van Hollant de stad door hem aan den graaf teruggegeven, zaken, het slot betreffende, door Brabant behandeld moeten worden.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 622).
regest_nummer 1576 1447 November 6
regest_beschrijving Johan graaf van Nassouw, Dietz en Vyanden, heer van Breda, drossaard van Brabant enz., bericht schout, burgemeesters, schepenen en raad van Sente Gertrudenberge, dat hij Janne van Ringelberge, onderkastelein, gedagvaard voor schout en schepenen wegens het afbreken van hout, steen en lood van het slot tot eigen gebruik, verboden heeft voor hen te verschijnen in afwachting van de bevelen van den hertog van Brabant, aan wien hij afgevaardigden heeft gezonden.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 622). Met geschonden opgedrukt zegel in roode was onder papieren ruit.
regest_nummer 1577 1447 December 5
regest_beschrijving Johan, graaf van Nassouw, schrijft aan stadhouder en raden van den hertog voor Hollant, naar aanleiding van de beslaglegging op de goederen van Jan Rijngelberch, geschied volgens eisch van den schout van Sinte-Gheertruydenberghe, Henrick van Haerlem, wegens vervreemding van goederen, behoorende tot het slot aldaar, ten tijde dat hij zijn vaders en vervolgens zijn eigen stadhouder van het kasteleinschap was, dat, daar het slot aan Brabant toebehoort, deze zaak alleen voor den hertog en den Grooten Raad gebracht kan worden, van wiens schrijven aan schout en schepenen van den Berghe hij copie insluit, met verzoek het beslag op te heffen en met eenige beschuldigingen van bedrag en afpersing tegen den schout.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 622).
Reg. nos. 1667 en 1672
regest_nummer 1672 1452 April 17
regest_beschrijving Het Hof van Holland, uitspraak doende tusschen Henrick van Haarlem, schout van Sente-Geertruydenberge, en Willem Sceyf, stadhouder van den jonker van Nassouwen van het kapitein- en kasteleinschap aldaar, wegens het afzetten van den eerste door den laatste, handhaaft den schout in zijn functie, totdathij daaruit met meer recht, hetzij door den jonker, hetzij langs anderen weg, gezet zal worden.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 623).
Reg. no. 1875
regest_nummer 1875 1464 April 6
regest_beschrijving Johan, graaf van Nassouw, oorkondt, dat de prior van de Karthuizers bij Sinte-Geertrudenberge en de bedezetters van Oisterhout hun geschil over de bede, op te brengen aan den hertog van Brabant, hebben beëindigd door te bepalen, dat het aandeel van het klooster een rijder jaarlijks zal bedragen.
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift van 1548 (Inv.No. 624).
Reg. nos. 30, 263 en 1901
regest_nummer 30 1275 Januari 22
regest_beschrijving Florencius, graaf van Hollandia, geeft, wegens slijtage van den ouden, een nieuwen privilegebrief aan de stad Mons Sancte Gertrudis, waarin hij dien van zijn overgrootvader, graaf Wilhelmus, bevestigt.
regest_datering (ad Alberti Montem feria tercia ante Conversionem Beati Pauli a. D. millesimo ducentesimo septuagesimoquarto).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1335 Juli 1 (Reg.No. 263).
regest_nb Gedrukt bij v.d. Bergh II, No. 284.
regest_nummer 263 1335 Juli 1
regest_beschrijving Wilhelmus, graaf van Hannonia, Hollandia enz., vidimeert en bevestigt den privilegebrief dd. 1275 Januari 22 (Reg.No. 30).
regest_datering (Sabbato post festum Beatorum Petri et Pauli apostolorum).
regest_nb a) Gevidimeerd in den brief dd. 1467 Juli 2 (Reg.No. 1901).
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 714).
regest_nummer 1901 1467 Juli 2
regest_beschrijving Prior en convent van het klooster van Beata Maria van de orde der Karthuizers bij Mons Sancte Gheertrudis geven, op verzoek van kastelein en burgemeesters, vidimus van den brief dd. 1335 Juli 1 (Reg.No. 263).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 625). Met geschonden conventszegel in groene was.
Reg. no. 2151
regest_nummer 2151 1486 Juni 19
regest_beschrijving Gecommitteerden van de domeinen en financiën van den Roomsch koning, graaf van Hollant enz., gezien de overeenkomst, onlangs gesloten tusschen dezen en den graaf van Nassou, waarbij zekere domeinen, behoorende tot het kasteleinschap van Sente-Geertruydenberge, waaronder het klerkambacht, voor den koning gereserveerd werden, verpachten dat ambacht voor 10 jaar, ingaande 1 Mei l.l., aan Ghijsbrecht Pant, priester, voor 10 pond vlaamsch jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 626).
Reg. no. 3401
regest_nummer 3401 1563 Juni 8
regest_beschrijving Adriaen Michielsz. Cock, tollenaar op de Mede, verdedigt zich bij den Raad van den prins van Orangiën tegen de klachten, over hem ingebracht door onderzaten van den prins, over het eischen van tol voor het vee, dat zij te Drimmelen weiden, met verwijzing naar de ordonnantie van den koning en met mededeeling, dat hij de zaak ter afdoening naar de Rekenkamer in 's Gravenhage zal doorzenden.
regest_datering (opte Mede).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 629).
Reg. no. 3476
regest_nummer 3476 1568 Maart 20
regest_beschrijving Het Hof van Holland vraagt aan burgemeesters en wethouders van Sinte-Geertruydenberge binnen 14 dagen te berichten, of zij zich bij het stellen van de wet gehouden hebben aan de ordonnantie, hun bij schrijven van 30 Juni 1567 toegezonden, inhoudende, dat niemand aangesteld mag worden, die suspect is, wat betreft de religie.
regest_datering (in den Hage 1567).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 630). Aan den voet staat, dat de brief den 1en April 1567 stilo curie Hollandie aan de stadsregeering is overgeleverd.
Reg. nos. 2947, 2948 en 2966
regest_nummer 2947 -1537
regest_beschrijving Kastelein en schout van Sinte-Gertruydenberge verzoeken den graaf van Nassouwen om tusschenkomst in hun geschil met den baljuw van Zuythollandt over de berechting van Dirck Braem, gedetineerde, welke beweert, dat zijn zaak door den baljuw en niet door den graaf berecht behoort te worden.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 631).
regest_nummer 2948 -1537
regest_beschrijving De huisvrouw van den secretaris van Drymelen, Dirck Braem, verzoekt den graaf van Nassau, markgraaf van Senetten, heer van Breda etc., er bij de stad van den Berge op aan te dringen, dat zij Dirck Braem, gevangen genomen wegens een zaak, vallende onder schout en heemraad te Drymelen, in vrijheid stelt onder een door den graaf te bepalen cautie, opdat hij terecht kan staan voor den raad van den graaf, of anders hem laat overbrengen naar de gevangenis te Breda.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 631).
regest_nummer 2966 1538 vóór October 25
regest_beschrijving Dirck Braem, koster en klerk van Drijmmelen, verzoekt heer Renatus, prins van Arangen, graaf van Nassauen, heer van Breda, Diest etc., nu hij in appèl bij het Hof van Holland in het gelijk is gesteld tegenover de stad Sinte-Gertrudenberch, om teruggave van zijn register, waarvan zij, zonder daartoe gerechtigd te zijn, inzage wilde hebben, waarop het door schout en heemraden van Drijmelen naar wijlen 's prinsen vader als ambachtsheer van Drijmelen is gebracht.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 631). In margine gunstige beschikking dd. 1538 October 25.
Reg. no. 3364
regest_nummer 3364 1559 April
regest_beschrijving Florijs Henricsz., poorter te Sinte-Geertrudenberghe, door den schout aldaar gevangen gezet wegens het gebruiken van land op de aan den prins toebehoorende Cluendaert, welk land hem door de pachtheffers daarvan gerechtelijk was ontwonnen, en uit de gevangenis ontslagen wegens de verweesdheid van zijn kinderen, verzoekt den raad van den prins van Orang om de jurisdictie van ten Berghe te gebruiken.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 632). In margine beschikking dd. 1559 Mei 3, inhoudende, dat het advies van den schout gevraagd zal worden. In dorso staat: "Raect eenichsints het schoutampt tot St-Geertruydenberch".
Reg. no. 2527
regest_nummer 2527 1510 November 6
regest_beschrijving Ariaen Zeghersz., rechter, Ghijsbrecht Henrixsz., Willem Jansz., Peter Aertsz., Jacop Berisz., Cornelis Jansz., Claes Meeusz. en Cornelis Ariaensz., heemraden van Raemsdonck, oorkonden, dat de ingelanden van den Nieuwen polder het onderhoud van den dijk verdeeld hebben, met omschrijving van het stuk, te onderhouden door broeder Tielman, prior, en convent van de Karthuizers bij Sinte-Gertrudenberghe.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 635). Het zegel van Ariaen Zeghers verloren.
Reg. no. 2769
regest_nummer 2769 1529 Juni 10
regest_beschrijving Adriaen Adriaensz., rechter, Ariaen Ghijsbertsz., Ariaen Meusz., Peter Jansz., Ariaen Jansz., Mathijs Wyten, Cornelis Ariaensz. en Gerit van Bommel Geritsz., heemraden van Raemsdonck, oorkonden, dat de ingelanden van het Rijsbroeck zijn overeengekomen, iedere 2 jaar 3 gezworenen te kiezen, waarvan een uit het convent te Raemsdonc, een uit Raemsdonc, en de derde uit Oosterhout of Gijls, die op kosten van de ingelanden alle wegen en watergangen zullen laten maken en iedere twee jaar rekening aan de ingelanden zullen doen.
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift op perkament (Inv.No. 636).
Reg. no. 3449
regest_nummer 3449 1566 Mei vóór den 11
regest_beschrijving Burgemeesters en regeerders van Sinte-Geertruydenberge verzoeken den prins van Oraigniën, toestemming te geven tot het halen van aarde op schafrecht uit zijn landen buitendijks tot reparatie van den dijk van de Coepoort naar Steelhoven, hetgeen zijn rentmeester te Oisterhout, Jan van den Berghe, verboden heeft in strijd met een ordonnantie van den koning van Spanje.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 637). In margine beschiking van M. Piggen dd. 1566 Mei 11, volgens welke het advies van den rentmeester gevraagd zal worden.
Oud inv.nr. 640. Daarna Hingman 7554. Nu toegang 1.08.11. inv.nr. 4164. Maar ontbreekt [bij inventarisatie 1994-1996]
Reg. no. 2020
regest_nummer 2020 1477 Juni 28
regest_beschrijving Jan Zael, door tusschenkomst van graaf Engelbrecht van Nassouw door de hertogin van Bourgoendiën aangesteld als kapitein en schout van Sente-Geertrudenberge, belooft den graaf van Nassouw onder eede niemand te zullen aanstellen of afzetten zonder zijn toestemming.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 642). Met zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 2051
regest_nummer 2051 1479 Maart 22
regest_beschrijving Engelbrecht, kastelein en kapitein van Sinte-Geertrudenberge, geeft het klerkambt aldaar aan Aernt van Nyerop.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 643).
Reg. no. 2509
regest_nummer 2509 -1509
regest_beschrijving Henrick, graaf van Nassou, Vianden en Dietz, heer van Breda, Diest en Grimbergen, kastelein van Sinte-Gertrudenberghe, stelt Jan van der Dussen aan tot schout aldaar.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 644).
Reg. no. 2794
regest_nummer 2794 c 1530
regest_beschrijving Jan Dudijn verzoekt den heer van Breda hem te handhaven in het kasteleinschap van Sinte-Geertruyenberge, totdat hij zich voor den raad te Breda heeft kunnen verdedigen tegen de beschuldiging van den nieuw aangestelden kastelein Thoemaes Buekelere en totdat hij het door hem bij zijn aanstelling gestorte bedrag in geld terugontvangen heeft.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 645).
Reg. no. 2915
regest_nummer 2915 c 1535
regest_beschrijving Jehan en Godscalck van Oudtheusden verzoeken den graaf van Nassou, markgraaf van Senette, uit naam van hun tante Juliane Bueckelaer, weduwe van Dirck Jan Soncken, erfgename van Thomas Bueckelaer, de 400 pond vlaamsch terug te geven, die deze den graaf heeft geleend op het kasteleinschap van Sint-Geertruydenberghe en die niet zijn terug gegeven bij het ontslag van Florijs van Colster, die het ambt ten behoeve van Thomas Buechelaer vervulde.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 646).
Reg. nos. 3366 en 3396
regest_nummer 3366 1559 September 29
regest_beschrijving De Raad en Rekenkamer te Breda van den prins van Orangiën, graaf van Nassou, heer en baron van Breda, Sinte Geertruydenberge etc., verpacht aan Huybrecht Cornelisz. het bodeambt van de Mede voor 3 jaar tegen 7 carolusguldens jaarlijks, waarvoor deze den eed zal afleggen in handen van den schout van Sinte-Geertruydenberge.
regest_datering (in der camere van der Rekeningen voorsz.).
regest_nb Authentiek afschrift (Inv.No. 647).
regest_nummer 3396 1562?
regest_beschrijving Hubrecht Cornelisz., bode van de Made, verzoekt den prins van Oraengen, heer van Sinte-Gertrudenberghe, zijn pacht van het bodeambt, die met Bamis a.s. afloopt, met 10 of 12 jaar te verlengen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 647). Het stuk is beschadigd.
Reg. no. 3439
regest_nummer 3439 1565
regest_beschrijving Anthonis Joosz., ontslagen schout van Sinte-Geertruydenberge, verzoekt den prins van Oraignen kwijtschelding van 180 carolusguldens, die hij nog schuldig is aan pacht van het schoutambt, dat hij vervuld heeft gedurende de jaren 1559-1562.
regest_datering
regest_nb a) Oorspr. op papier (Inv.No. 648). In margine van het oorspr. beschikking dd. 1565 Februari 1 van den griffier Vogelsanck, waarbij hem de helft wordt kwijtgescholden.
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 648).
Reg. nos. 3398 en 3440
regest_nummer 3398 1563 Februari 4
regest_beschrijving Wilhelm, prins van Oraengiën etc., baron en heer van Breda etc. en van Sint-Geertruydenberge, stelt Jan Schoeff aan tot schout van stad, land en heerlijkheid van Sinte-Gertruydenberge in plaats van den ontslagen Anthuenis Joosten Anthuenisz. en beveelt zijn Raad en Rekenkamer te Breda hem, wanneer hij hun den eed zal hebben afgelegd, in het bezit van het ambt te stellen.
regest_datering (Breda Ludicx stijl).
regest_nb Authentiek gelijktijdig afschrift (Inv.No. 649). In dorso van het oorspr. stond, dat Jan Schoyff den 5en Februari den eed heeft afgelegd.
regest_nummer 3440 c 1565
regest_beschrijving Johan Schooff, sinds '63 schout van Sinte-Geertruydenberge, verzoekt den prins van Oraengiën Gillis van Meer, door hem aangesteld tot zijn stadhouder, niettegenstaande de bezwaren van schepenen, als zoodanig volmacht te geven.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 649).
Reg. no. 3467
regest_nummer 3467 1567 October 23
regest_beschrijving Jan Cornelisz. en Cornelis Heys, burgemeesters van Sinte-Geertruydenberge, verzoeken den prins van Oraengnen, om Ambrosius Rosendaels, die gedurende 3 maanden het schoutambt heeft waargenomen wegens vertrek van jonker Johan Schoyff, definitief aan te stellen, of hem bij verpachting de voorkeur te geven op een redelijke pacht, liever dan het aan den meestbiedende te geven.
regest_datering (Sinte Geertruydenberge).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 650).
Zie ook Inv. no. 699
Reg. no. 162
regest_nummer 162 1324 April 25
regest_beschrijving Schepenen, raad en gemeene poort van Sente-Gheertrudenberghe geven Willem van Duvenvoerde, kamerling van den graaf van Heynegouwen enz., het land ten Oosten van Steenlo, voorzoover het binnen de stadsvrijheid ligt.
regest_datering (oppe Sente Marcus' dach ewangeliste).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 651). Met het stadszegel in bruine was met contrazegel.
regest_nb b) Gevidimeerd in den brief dd. 1388 Juli 6 (Reg.No. 792).
Reg. no. 612
regest_nummer 612 1362 Mei 3
regest_beschrijving Claes Bile, Jan uutter Spike, Bouden Mechielsz., Aernt Tyelmansz., Woutgheer van der Voirne en Gheraet Jansz., schepenen in Sente-Gheerdenberghe, oorkonden, dat heer Ghizebrecht Tyeke, deken van het kapittel aldaar, vermaakt aan zijn zoon Reynaer, wiens moeder Katelyne Hannekens dochter is, 4 pond hollandsch jaarlijks uit een huis en erf aan de heerstraat, een stuk land op de Lindonck aan de Donga, geheeten de Gheer, en een stuk daaraan grenzend, met de bepaling, dat dit alles bij kinderloos overlijden van Reynaer aan het kapittel komt om jaargetijde mede te doen voor de ouders van den deken, en wanneer hij kinderen heeft, zal hetzelfde gebeuren na overlijden dier kinderen.
regest_datering (des Dinxdaechs na Meydach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 652). De zegels van de schepenen verloren. In dorso staat, dat Wouter Wesel de 4 pond heeft gekocht, waarvoor het kapittel de koorgezellen 4 pond heeft bewezen uit een ander huis, en dat de brief is afgelost.
In dorso van de erfpachtbrief: "solvit Willem Goessen"
Reg. nos. 778, 1108, 1986, 2041, 2058, 2098, 2129, 2310, 2472, 2554, 2687, 2688, 2727 en 3430
regest_nummer 778 1387 Juli 3
regest_beschrijving Deken en kapittel van Sinte Geertruydenberghe oorkonden, dat Henrick van Hushoven, kannunnik, verkocht heeft aan den scholaster, Claes Hillen, 9 hond land tusschen den steenweg en de Dongha.
regest_datering (op Sinte Thomas'dach translatio).
regest_nb Afschrift van een afschrift in Inv.No. 653, fol. 3 vo.
regest_nummer 1108 1420 April 16
regest_beschrijving Goidschalck Bannick Jansz. en Gerijt Vrederick Geritsz., schepenen van Sinte-Geerdenberghe, oorkonden, dat Henrick Goidschalck heeft gegeven aan Aerntnoldus Wischaert 2 morgen land achter den burcht tusschen de Dongha en de Lindonck.
regest_datering (des Dinxdaechs int jaergedinghe zestien daghe in Aprille).
regest_nb Authentiek afschrift in Inv.No. 653 fol. 1.
regest_nummer 1986 1475 Februari 21
regest_beschrijving Jan Matheusz. en Pieter Gielisz., schepenen in Sinte-Geertruydesberghe, oorkonden, dat Claes Bouden Bollensz., priester, verkocht heeft aan Jan de Cuyper Jansz. 2 morgen land achter de burch tusschen de Dongha en de Lindonck, die hem, na weigering door den verkooper, door den schout zijn overgedragen.
regest_datering (duysent vierhondert vier ende tseventich).
regest_nb Authentiek afschrift in katern Inv.No. 653, fol. I.
regest_nummer 2041 1478 Augustus 21
regest_beschrijving Aeriaen Brievoncx Jansz. en Jan Weert Petersz., schepenen van Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat Adriaen van Beyeren Ariaensz., heeft gehuurd van deken en kapittel en van de priorin van de bagijnen aldaar een stuk land tusschen de Gasthuissteeg en de Donga.
regest_datering
regest_nb Afschrift in katern Inv.No. 653, fol. 5.
regest_nummer 2058 1479 Juni 8
regest_beschrijving Jan Weert Pietersz. en Jan Adriaensz., schepenen in Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat Jan van den Poel Jansz. verkocht heeft aan Wouter Heys Matheusz. de helft van een stuk land tusschen de Dongha en de Lindonck, die hem, na weigering door den verkooper, door den schout zijn overgedragen.
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift in de katern Inv.No. 653, fol. I vo.
regest_nummer 2098 1483 April 4
regest_beschrijving Deken en kapittel van de stad Mons Sancte Gertrudis en Goedelt, weduwe van Johannes Lieck, beëindigen hun geschil over zekere stukken land over de Donga in dier voege, dat Goedelt het land van het kapittel krijgt benevens de aanspraken van het kapittel op andere stukken land, grenzende aan diegene, die Johannes Cuyper van het kapittel gehuurd heeft, waarvoor zij jaarlijks 6 arnoldusguldens aan het kapittel zal betalen met de voorwaarde, dat beide partijen gelijk zullen staan tegenover boeten, partijen op te leggen door den schout, Johannes Beys.
regest_datering (in camera Johannis Baldewini multoris).
regest_nb Extract uit een afschrift in katern Inv.No. 653, fol. 4.
regest_nummer 2129 1484 December
regest_beschrijving Jan Mathijsz., Peter Thijsselen Hoeck en Thijs Berck, schepenen van St.-Geertrudenberg, oorkonden, dat deken en kapittel aldaar aan Peter Jansz. van Lieck een stuk land hebben gegeven met hun land tusschen de Gasthuissteeg en de Dongha, dat Jan de Cuyper nu in huur heeft tegen 6 gulden jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Extract uit een afschrift van 1514 in katern Inv.No. 653, fol. 4 vo.
regest_nummer 2310 1499 Februari 5
regest_beschrijving Cornelis Aertsz. en Cornelis Waerts Petersz., schepenen in Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat Gijsbrecht Cant, priester en kanunnik aldaar, in erfcijns heeft gegeven aan Jacop Moyert Adriaensz. 10 hond land bij den schulpendijk tusschen den Steenwech en grenzende aan de Dongha; de cijns te vererven op deken en kapittel.
regest_datering (duysent vierhondert acht ende negentich).
regest_nb Afschrift van een afschrift in Inv.No. 653, fol. 3 vo.
regest_nummer 2554 1512 Mei 6
regest_beschrijving Cornelis Thonisz. en Cornelis Jan Peetersz., schepenen in Sinte-Geertrudenberch, oorkonden, dat de burgemeesters hebben gegeven aan het klooster Sinte-Catherynendal een weg, 2 roeden breed, gaande van den Steelhoofschen dijk tot de diepe Donga.
regest_datering
regest_nb Afschrift in katern Inv.No. 653, fol. 7 vo.
regest_nummer 2687 1521 Mei 7
regest_beschrijving Huybrecht Jansz. en Anthonis Adriaensz., schepenen van Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat aan Aert Jansz., molenaar, bij schepenvonnis is toegewezen de helft van een stuk land tusschen de Dongha en de Lindonck, dat Cornelis Mathijs Heysz. hem verkocht heeft, docht weigerde over te dragen.
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift in katern Inv.No. 653, fol. 2.
regest_nummer 2688 1521 Mei 7
regest_beschrijving Huybrecht Jansz. en Anthonis Adriaensz., schepenen van Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat Adriaen Mathijs Heysz., priester, kannunnik van de kerk aldaar, heeft getransporteerd aan Aert Jansz., molenaar, de helft van een stuk land tusschen de Dongha en de Lindonck.
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift in katern Inv.No. 653, fol. 2.
regest_nummer 2727 1524
regest_beschrijving Burgemeesters, schepenen en raad van Sinte-Geertruydenberghe oorkonden, dat zij met Aert Jansz., molenaar, zijn overeengekomen, dat hij de stad 20 stuivers jaarlijks betalen zal voor zijn grintland bij de Coepoort en de Borchwerf, dat aan de aanwassen van de Dongha grenst, waartegenover de stad eenige verplichtingen op zich neemt.
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift in katern Inv.No. 653, fol. 2 vo.
regest_nummer 3430 1565 Januari vóór den 11en
regest_beschrijving Erasmus de Vrome, prior van de Carthuizers bij Sinte-Geertruydenberge, verzoekt den prins van Oranje hun een weiland, genaamd het Lindonck, voor 7 à 8 jaar te verpachten, daar het door zijn ligging rondom in het water geschikt is voor het weiden van hengsten.
regest_datering
regest_nb Gelijktijdig afschrift in duplo, waarvan één authentiek en bestemd voor den rentmeester (Inv.No. 653).
regest_nb Aan den voet van het oorspr. stond de beschikking, waarbij de weide op 11 Januari 1565 voor 6 jaar verpacht werd.
In dorso: De ceel van den Vogel voir mijn joncker.
Reg. no. 1826
regest_nummer 1826 1460 Augustus 7
regest_beschrijving Peter Boel Petersz. en Aert Cloet Henricsz., schepenen in Sinte Gheertrudenberghe, oorkonden, dat Leonaert Danelsz. geheeten Leonaert Snellen zwager verkocht heeft aan Jan, graaf van Nassouwe, 50 roeden leem op het Stuvensant en hem twee wegen, die hij noodig heeft om de Bergsche moeren te gebruiken voor zijn steenbakkerij, verhuurd heeft.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 655). Met de zegels der oorkonders in groene was.
Reg. no. 1852
regest_nummer 1852 1463 Januari 16
regest_beschrijving Peter Boel Petersz. en Aeriaen Diericsz., schepenen in Sinte-Gheertrudenberghe, oorkonden, dat Leonaert Danelsz. geheeten Snellen zwager verkocht heeft aan Johan, graaf van Nassouwe, heer van Breda etc., 44½ roede leem op het Stuvesant met recht van vervoer over Leonaerts erf.
regest_datering (dusent vierhondert twee ende tsesticht op Sinte Anthonis'avont).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 655). Met geschonden zegels der oorkonders in groene was.
Reg. no. 3323
regest_nummer 3323 1555 vóór Paschen = 14 April
regest_beschrijving Adam en Jacob Petersz., Anthonus Dingemans, als man van IJefken Peters dochter, erfgenamen van Peter Jacopsz., molenaar, verkoopen aan den prins van Oraingen de helft van een wind- en rosmolen met woning op de Made, waarvan de prins de andere helft reeds bezit.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 656). Hieraan vastgehecht een kwitantie voor de koopsom van 1555 Mei 21.
Reg. nos. 2806 en 2807
regest_nummer 2806 1531 Maart 24
regest_beschrijving Heynric, graaf van Nassou enz., heer van Breda enz., geeft Pieter Jacop Molenaersz., schout, en Adriaen Willem Claesz., wonende op de Mee bij Sinte-Geertruydenberghe, vergunning om op de gemeente van de Mee een korenmolen met een rosmolen met woning te bouwen, welke door den rentmeester van Oesterhout verpacht zal worden en van welks opbrengst de graaf de eene, en de beide anderen de andere helft zullen ontvangen, terwijl het den bewoners van het land van Breda vrij zal staan, daar te laten malen, wanneer de verpachting van de molens te Oesterhout en Terhey afgeloopen zal zijn.
regest_datering (Breda).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1531 Mei 4 (Reg.No. 2807).
regest_nummer 2807 1531 Mei 4
regest_beschrijving Aert Heynricxz., Jan Pieter Heynricxz. zoon, Aert heer Pietersz. en Damaes Phillipsz., schepenen in Dordrecht, geven vidimus van den brief dd. 1531 Maart 24 (Reg.No. 2806).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 656). Met de zegels der oorkonders in groene was, waarvan het derde geschonden.
Reg. no. 3310
regest_nummer 3310 1554 Juni 20
regest_beschrijving Het Hof van Hollandt doet uitspraak ten gunste van de erfgenamen van Pieter Jacobsz., in leven bode van de Made, in het proces over de oprichting van een windmolen op de vrijheid van de Made zonder vergunning van den keizer als heer van den wind en de malerij in Holland.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 656). Het zegel van justitie verloren.
Reg. nos. 3420, 3424, en 3427
regest_nummer 3420 1564 September 20
regest_beschrijving Cornelis Heys en Ambrosius Rosendaels, taxateurs van den 10en penning, verklaren ontvangen te hebben van Gerit Adriaensz. 3 carolusguldens voor den 10en penning van een stuk land, dat hij in huur heeft van den prins van Orangiën, over het jaar 1561.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 658).
regest_nummer 3424 1564
regest_beschrijving G. Erkelens, collecteur van den 10en penning over het jaar 1564, verklaart ontvangen te hebben van Hubrecht Cornelisz., eveneens collecteur, 3 rijnsche guldens 14 stuivers voor den 10en penning van het Burchveldt, dat hij in huur heeft voor genoemd jaar.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 658).
regest_nummer 3427 1564?
regest_beschrijving A. Rosendaels en Cornelis Heys verklaren ontvangen te hebben van Jan Mathijsz. van Oosterhout 7 pond 4 schellingen wegens den 10en penning van een weiland, dat hij in huur had van den prins van Oraengiën in het jaar 1561.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 658).
Reg. no. 3497
Het stuk is afkomstig uit de Coll. Cuypers van Velthoven
regest_nummer 3497 1571 September 15
regest_beschrijving Jehan van den Berghe schrijft aan commissarissen van den koning, gecommitteerd tot het geschil tusschen de heerlijkheid Oisterhoudt eener-, en de Karthuizers anderzijds over de situatie van de Haersloot en het weer land, geheeten de Wildonck, om aan brenger dezes een verbaal e.a. stukken mede te geven ten behoeve van den Raad en Rekenkamer te Breda.
regest_datering (Oisterhoudt).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 659).
Reg. no. 1804
regest_nummer 1804 1459 Februari 20
regest_beschrijving Aert Cloet Henricsz. en Ariaen Jan Brievoncsz., schepenen in Sinte Gheertrudenberghe, oorkonden, dat Wouter die Sprengher aan Claes Jan Engbrechtsz. heeft gegeven 3 rijnsche guldens jaarlijks uit 2 morgen land op de Plucmade.
regest_datering (dusent vierhondert achte ende vijftich des Dinxdaghes voir Sinte Mathijs'dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 661). De zegels van de schepenen verloren. In dorso staat, dat Eewoudt Jan Peeter Gheerijtsz. 1/3 van de rente heeft verkocht aan Jacop Noy, priester.
Reg. nos. 1862, 2001 en 3311
regest_nummer 1862 1463 Juli 30
regest_beschrijving Johan, graaf van Nassou etc., schrijft (aan zijn rentmeester?), dat hij met het kapittel van Sinte-Gheertruydenberg tot een schikking is gekomen aangaande de tienden te Drimmelen en dat hij die wederom moet laten innen door het kapittel, zooals het dat gewoon was.
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift (Inv.No. 662).
regest_nummer 2001 1476 Maart 29
regest_beschrijving Burgemeesters, schepenen en raad van Sinte-Gheertruydenberge oorkonden, dat verschillende personen onder eede verklaard hebben, dat vóór de overstrooming van Zuythollant de processie van deken en kapittel in de Kruisdagen ging naar de Sint Joestkapel te Stanthasen, waar een persoon een van de kruisvanen nam en daarmede naar Drimmelen ging tot het land, geheeten de Queldam, zoover als de tienden van het kapittel zich uitstrekten en vervolgens naar een stuk land, geheeten de Helle, waar hij de kruisvaan weer aan de processie overgaf, en dat niemand anders dan het kapittel ooit aanspraak heeft gemaakt op de tienden van Stanthasen, waarna Willem van Nispen, oud 68 jaar, nog verklaart geholpen te hebben bij het innen der tienden vóór de overstrooming.
regest_datering (duysent vierhondert vive ende tseventich).
regest_nb Authentiek afschrift (Inv.No. 662).
regest_nummer 3311 1554 Juni 27
regest_beschrijving Burgemeesters, schepenen en raad van Sinte-Gertrudenberge verklaren, dat deken en kapittel steeds in het ongestoorde bezit zijn geweest van de tienden aldaar en in het ambacht Stanthasen.
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift (Inv.No. 662).
Reg. no. 341
regest_nummer 341 1342 Januari 26
regest_beschrijving Willem, graaf van Heynegouwen, Hollant enz., beleent, na opdracht door Coene van Gasperde, Phylips Nachtegale met een rente, groot 10 pond hollandsch jaarlijks, uit de gruit te Sente-Gheertrudenberghe.
regest_datering (dusent driehondert ende een ende viertich des Saterdaechs na Sente Pauwels' dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 664). Met geschonden zegel van den oorkonder in bruine was. Met transfix dd. 1355 Maart 21 (Reg.No. 516).
Reg. no. 516
regest_nummer 516 1355 Maart 21
regest_beschrijving Willem, hertog van Beyeren, graaf van Holland enz., beleent Philips Nachtegale met de rente, groot 10 pond hollandsch jaarlijks, vermeld in den brief dd. 1342 Januari 26 (Reg.No. 341), waardoor deze gestoken is.
regest_datering (tot Sinte-Gheerdenberghe des Saterdaghes na Sinte Gheerden dach a.D. MoCCCo vier ende vijftich).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 664)). Met geschonden zegel van den oorkonder in bruin was.
Reg. nos. 1578
regest_nummer 1578 1447 December 12
regest_beschrijving Jan, graaf van Nassouw enz., verklaart ontvangen te hebben van de stad Sinte-Gheertruydenberg 15 pond hollandsch aan verschenen renten.
regest_datering (op Sinte Luciën avont).
regest_nb Minuut (Inv.No. 665). Met minuut van dergelijke ongedateerde kwitantie.
Reg. no. 2268
regest_nummer 2268 1496 Juni 15
regest_beschrijving Engelbert, graaf van Nassau en Vianden, heer van Breda, kapitein en kastelein van Sinte-Gertruydenberge, geeft deze stad verlof om renten te verkoopen voor een bedrag van 200 pond ter aflossing van een aantal renten, door haar verkocht voor de reductie van de munt.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 666). Het zegel van graaf Engelbrecht verloren.
In Mei 1573 werd Geertruidenberg door de Geuzen genomen. Het eerste viel daarbij het door Willem van Duvenvoorde gestichte klooster der Karthuizers, dat buiten de stad lag, in hun handen, welks bewoners naar het binnen de stadsmuren gelegen klooster St.-Catherinadal vluchtten. In dezelfde maand nog moest ook dit klooster ontruimd worden; de zusters vluchtten naar 's-Hertogenbosch, de Karthuizers waarschijnlijk aanvankelijk naar Breda
Zie de Inleiding bij den Inventaris van het kloosterarchief door Mr. G. Breesnee in het Verslag omtrent 's Rijks Oude Archieven, 1927
. Over de goederen van beide kloosters zoowel als over die van het kapittel der St.Geertruiskerk kreeg de prins van Oranje als heer van de stad de beschikking. Bij resolutie van 1582 Juni 27 eischten de Staten van Holland de goederen van het Karthuizerklooster voor zich op, terwijl de prins aan de zusters van St.-Catherinadal op haar verzoek, waarbij zij zich op de Pacificatie van Gent beriepen, in 1579 de inkomsten uit de goederen, buiten Geertruidenberg gelegen, afstond voor haar alimentatie. Als bewijs van het geringe voordeel, dat deze goederen, tenminste in de eerste jaren, opleverden, moge dienen, dat de rentmeester in 1579 in nogal onheusche bewoordingen (zie reg. no. 3515) aan de Rekenkamer ontslag vroeg, voor zoover de geestelijke goederen betrof, aangezien de opbrengst niet opwoog tegen de lasten, aan het innen verbonden. Het gebouw der Karthuizers werd geslecht en van de afbraak naast of op een gedeelte van het terrein van St.Catherinadal het Prinsenhof gebouwdHierin alleen enkele ontvangsten uit goederen van fugitieven en ontvangsten en uitgaven van de Karthuizers. De rentmeester kreeg zijn commissie van den prins van Oranje den 7en September 1573 te Dordrecht
Reg. no. 3499
regest_nummer 3499 c 1573?
regest_beschrijving Jacop Wouter Thielenz., kanunnik te Sint-Geertruydenberghe, verzoekt den raadsheeren van den prins van Aurangen nogmaals hem behulpzaam te willen zijn tot verkrijging van de inkomsten van zijn prove, nu hun brief en die van schout, burgemeesters en schepen aldaar aan deken en kapittel zonder uitwerking zijn gebleven.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 669).
Aangezien het weinige, dat over dit klooster in de literatuur vermeld wordt, niet juist is
H. v. Rijn, Oudheden en gestichten, 1726, en B. C. H. Römer, Overzigt van de kloosters en abdijen in Holland en Zeeland, 1854, vermelden niet meer dan het bestaan; L. H. C. Schutjes, Kerkelijke geschiedenis van het bisdom 's-Hertogenbosch, 1870, IIIe deel blz. 656, noemt ønder aanhaling van J. A. Coppens, Nieuwe beschrijving van het bisdom van 's-Hertogenbosch, 1843, III blz. 236, 1484 als stichtingsjaar. Coppens baseert dit op de mededeeling van G. Coeverincx in Pars II, bl. 389 van diens Analecta, in 1907 uitgegeven door het Provinciaal Genootschap van K. en W. in Noord-Brabant, dat de bisschop van Luik den 10en September van dat jaar aan het klooster toestond om den overste van het klooster Vredenburg bij Breda als visitator te nemen en later zelf een visitator en confessor te kiezen.
Inmiddels schreef P. Dalm van Heel een artikel over dit klooster in Taxandria XLIV
., mogen hier enkele mededeelingen volgen, welke voornamelijk ontleend zijn aan het Cartularium (oud inv. no. 670, sinds 1996, 1.08.11 inv.nr. 4062). Het klooster is kort vóór of in het jaar 1321 gesticht; in dat jaar getuigden eenige personen voor schepenen, dat de zusters van de derde orde van St. Franciscus met alle recht in het huis gekomen waren, dat zij toen in de Koestraat bewoonden; een marginale aanteekening vermeldt, dat dit haar eerste huis was. Van de ligging tusschen Koestraat en Venedauwstraat en de uitbreiding van het kloostererf en gebouwencomplex, krijgt men een duidelijke voorstelling, doordat alle akten, die hierop betrekking hebben, in het Cartularium bijeen zijn geplaatst. Volgens de inhoudstafel, had in het cartularium ook moeten staan de akte van afscheiding van het klooster van het kapittel en de akte, waarbij het werd toegestaan, een eigen visitator te kiezen, beide van 1484; zij komen hierin evenwel niet voor. Een testament van 1431 (fol. ccxxv) noemt, met wellicht weinig uitzonderingen, de in dat jaar in het klooster verblijf houdende zusters, terwijl voorin een naamlijst voorkomt van het jaar 1561. Ondermoeder was in de laatste jaren van zijn bestaan Barbara Jans dochter van Nassau, vermoedelijk een achterkleindochter van Jan van Nassau, kastelein van Heusden, bastaard van graaf Jan IV. Hoewel het klooster van den aanvang af tot de 3e orde van de Franciscanen behoorde, werd het niet alleen in den volksmond maar ook wel in officieele akten een begijnhof genoemdHet cartularium bevat uitsluitend akten van vermogensrechtelijken aard over de jaren 1321-1571. De afschriften op de eerste 87 bladzijden zijn geauthentiseerd door den secretaris van Geertruidenberg. Waarschijnlijk is het cartularium gemaakt op bevel van de stad, ingevolge de resolutie van de Staten van Holland van 23 Augustus 1572, volgens welke de steden de geestelijke goederen in bewaarder hand moesten nemen en beheeren, totdat er nader op beschikt zou worden. Voorin vindt men een inhoudstafel en een lijst van oversten en zusters, die bestemd geweest schijnen te zijn voor eenzelfde register als dit, dat in het jaar 1561 gemaakt werd. Daarna volgt de akte van 1576 (Reg. no. 3502), houdende de onder eede afgelegde verklaring van den gewezen zaakgelastigde van het klooster, welke pachten en renten sinds 1528 hij tot 1572 had geïnd, en vervolgens een lijst van personen, die renten en andere jaarlijksche inkomsten aan het klooster te betalen hadden; ten slotte achterin taxaties van de weilanden voor den 10en penning in de jaren 1561 en 1564 en op de laatste bladzijde een aanteekening, dat op 24 Mei 1573 de Karthuizers een toevlucht in het klooster kwamen zoeken, daar de Geuzen het hunne bezet hadden. Een aantal akten, vermeld aan het einde van de inhoudstafel, heeft waarschijnlijk in het register van 1561 gestaan doch komt in dit register niet voor; zij hadden dan ook geen betrekking op bezit of inkomsten.
Reg. nos. 150, 759, 868, 889, 1101, 1168, 1237, 1280, 1296, 1327, 1354, 1388, 1449, 1507, 1510, 1523, 1539, 1560, 1630, 1731, 1763, 1827, 1867, 1894, 1897, 1898, 1905, 1907, 1933, 1945, 1946, 1955, 1962, 1968, 1974, 2131, 2146, 2189, 2197, 2213, 2214, 2224, 2225, 2228, 2235, 2297, 2304, 2312, 2346, 2353, 2366, 2379, 2384, 2409, 2417-2421, 2423-2425, 2428-2430, 2432, 2433, 2435, 2436, 2440, 2445, 2453-2455, 2466, 2471, 2472, 2474, 2511, 2518, 2557, 2574, 2587, 2613, 2614, 2622, 2623, 2627, 2632, 2633, 2652, 2656, 2664, 2695, 2699, 2702, 2703, 2706, 2721, 2736, 2738, 2748-2751, 2756, 2762, 2765, 2767, 2768, 2882, 2892, 2895, 2896, 2907, 2945, 2950, 2991, 3015, 3017, 3018, 3028, 3065, 3069, 3092, 3094, 3108, 3120, 3126, 3144, 3147, 3154, 3156, 3168, 3169, 3171, 3175, 3177, 3192, 3214, 3236, 3246, 3248, 3262, 3285, 3299, 3316, 3317, 3321, 3325, 3329, 3334, 3336, 3342, 3363, 3380, 3389, 3390, 3393, 3404, 3433, 3436, 3448, 3453, 3463, 3464, 3466, 3468, 3469, 3496, 3502)
regest_nummer 150 1321 November 24
regest_beschrijving Gheraert Bortel, Wouter Pietersz., Jan Nycote en Jan die Cocke, schepenen in Sinte-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Jan Maste Pieter Mastenz., Ghibe Clop, Wylim Norendijn, Jan Colensz., Arnt van Toevin en Gheraert die Backer verklaard hebben, dat de jonkvrouwen van de 3e orde met alle recht in het huis met erf gekomen zijn, dat zij bewonen in de Coestraet bij Cole Vinken.
regest_datering (oppe Sente Katherynen avonde).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXXXVII. In margine staat: "Dit is het eerste huyse gheweest van het clooster".
regest_nummer 759 1383 Augustus 25
regest_beschrijving Jan die Brouwer en Jan Menghelen, schepenen in Sinte-Gheerdenberghe, oorkonden, dat oude Jan Paedse aan het convent van de begijnen 1 pond hollandsch jaarlijks heeft gegeven uit zijn huis.
regest_datering (sDinxdaechs na Sinte Bertholmeeus' dach).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. II.
regest_nummer 868 1399 Augustus 12
regest_beschrijving Jan Menghelen en Bouden Boudensz., schepenen van Sinte-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Willem van Eemkercke als kerkmeester heeft overgedragen aan Gheile, dochter van Cosmus Bloemendale, begijn, 10 schellingen hollandsch jaarlijks uit een huis in de Coestraet.
regest_datering (sDinsdaeges na Sinte Lauwerens dach).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. I.
regest_nummer 889 1401 November 8
regest_beschrijving Michiel Boudensz. en Jacob Buysse, schepenen van Sinte-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Maes Suecken heeft overgedragen aan Willem den Britter een pond hollandsch jaarlijks uit een huis in de Coestraat.
regest_datering (sDinxdaghes na Sinte Lenaerts dach).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XIX.
regest_nummer 1101 1420 Februari 13
regest_beschrijving Jacob Noeye en Dierick Jansz., schepenen in Sinte Geerdenberghe, oorkonden, dat Huybrecht Matheus Stormsz. heeft overgedragen aan Cleis Philpsz. 4 achtendeel rogge jaarlijks als erfpacht van 2 morgen land op de Hoghe Made.
regest_datering (duysent vierhondert ende negentien).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670 fol. LXXX. In margine staat: Dit is van Cleys Milden.
regest_nummer 1168 1422 Mei 19
regest_beschrijving Aernt Moelener Jansz. en Jacob Nooy, schepenen in Sinte-Geerdenberghe, oorkonden, dat Ocker Wijtman Pouwelsz. dochter heeft overgedragen aan Mergriet Jan Beyntels dochter een kamer met erf in de Ghijsbrecht Venendaus straat.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670 fol. CXCVI.
regest_nummer 1237 1428 Maart 3
regest_beschrijving Jacop Nooy en Gherijt Vrederic Gherijtsz., schepenen van Sinte Geerdenberghe, oorkonden, dat Godelt Peters dochter van Dryemylen verkocht heeft aan de "meesterse" van het begijnhof aldaar haar huis, staande op het erf van het convent in de Coestraet.
regest_datering (duysent vierhondert zeven ende twintich des Woensdaghes na Sinte Matheeus' dach apostoli).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXXXVI.
regest_nummer 1280 1430 November 14
regest_beschrijving Mathijs Petersz. en Aernt Molener Jansz., schepenen in Sinte Geerdenberghe, oorkonden, dat Huygheman Kersmaker heeft overgedragen aan het kapittel aldaar 20 schellingen hollandsch jaarlijks als erfcijns uit zijn huis op het oosteinde van de kerk, uit welk huis het begijnhof reeds 2 pond hollandsch jaarlijks bezit.
regest_datering (sDinxdaechs na Sinte Mertens dach in den Winter).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. VII.
regest_nummer 1296 1431 Juli 26
regest_beschrijving Arnoldus Vooghdt, notaries, instrumenteert, dat Mechtildis, dochter van Petrus Buys, begijn en profeste zuster in het begijnhof en klooster te Mons Sancte Gertrudis, haar testament maakt, waarbij zij o.a. aan het klooster vermaakt een deel van een stuk land benevens de helft van een vierendeel land in het Breede Weer buiten de muren van de stad, bij de kapel van St. Judocus in Stantheesen, behoudens een lijftocht uit die landen voor haar moeder, Beatrix van der Graft.
regest_datering (in camera bassa domus quondam domicelle Guedele de Driemylen et pronunc spectantis ad priorissam et conventum prefatos).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXXV.
regest_nummer 1327 1434 Juni 22
regest_beschrijving Gheraert Proeyt Lambrechtsz. en Godevaert Aert Andriesz., schepenen in Sinte-Geerdenberghe, oorkonden, dat Jan Blijeck heeft overgedragen aan jonkvrouw Ariaen heer Jan Scrivers dochter, begijn, 4 achtendeel rogge jaarlijks als erfcijns uit 1 morgen land op de Hooghe Made.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXXXII.
regest_nummer 1354 1436 Juni 12
regest_beschrijving Godevaert Aernt Andriesz. en Peter Boel Petersz., schepenen in Sinte-Geerdenberghe, oorkonden, dat Symon Godevaertsz. heeft overgedragen aan Ghijs Gorijsz. een huis in de Coestraet tusschen Venedaus straat en het begijnhof.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXXXVIII. In dorso van het oorspr. stond: "Dit is den brief van onsen brouhuys".
regest_nummer 1388 1439 Maart 17
regest_beschrijving Peter Boel Petersz. en Peter van Steenvliet Petersz., schepenen in Sinte-Geerdenberge, oorkonden, dat Wouter de Smid en Bouden Tielmansz., zijn zwager, hebben overgedragen aan Willem Tielenz. 8 achtstedeelen rogge jaarlijks als erfpacht uit 8 morgen land op de Hoghe Made en vervolgens Bouden Tielmansz. nog 2 achtstedeelen uit 4 hond land, in de genoemde 8 morgen gelegen.
regest_datering (duysent vierhondert achte ende dertich sDinxdages op Sinte Geertruden dach).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXXVI. In dorso van het oorspr. stond: "Dits den brief van X achtendeel daer wij die VIII af hebben".
regest_nummer 1449 1441 Januari 31
regest_beschrijving Willem die Wijlde Jansz. en Willem Tyelmansz., schepenen in Sinte Geerdenberghe, oorkonden, dat Aryaen Braet heeft overgedragen aan jonkvrouw Beatrijs Dirc Dircsz. weduwe, begijn, 1 morgen land, waarna zij dien aan Aryaen Braet teruggaf tegen een erfpacht van 4 achtendeel rogge jaarlijks.
regest_datering (duysent vierhondert ende veertich des Dinxdaechs voer onser Vrouwen dach Purificacio).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXXXIII. In dorso van het oorspr. stond: "Dese brief houdt vier achtendeel mer die twee achtendeel coemen aen Neel Neffven die heeft hij ghecoeft van die Mildingher in den Hage".
regest_nummer 1507 1445 Augustus 3
regest_beschrijving Willem Goesensz. en Ghijsbrecht Aertsz., schepenen in Sinte-Geerdenberghe, oorkonden, dat Peter van Steevliet heeft overgedragen aan het begijnhof aldaar een erf aan Ghijsbrecht Venedaus straat.
regest_datering (des Dinxdaechs na Sinte Peters dach ingaande Oest).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXCVIII.
regest_nummer 1510 1445 November 10
regest_beschrijving Schepenen, raad en stad van Sinte-Geerdenberghe dragen met toestemming van den heer en ten behoeve van de stadsommuring over aan Willem Goosensz. ½ morgen 14 roeden land aan den Witten weg.
regest_datering (op Sinte Mertens avont).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXXIII. In margine staat: "het Hoefken".
regest_nummer 1523 1446 Juli 3
regest_beschrijving Jan Bernagii en Jan van Buyten, schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Lijsbet Peter Ansemsz. weduwe verkocht heeft aan Ghijsbrecht Stevensz. 1 halster rogge jaarlijks erfpacht uit 3 loopen zaad land met huis.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXIV. In dorso van het oorspr. stond: "hy hout van twee viertelen mer die een is ghelost".
regest_nummer 1539 1446 November 29
regest_beschrijving Gherijt Proeyt Lambrechtsz. en Ariaen Petersz., schepenen van Sinte Geerdenberghe, oorkonden, dat Jan Poeyman heeft overgedragen aan Alijt Willem Godevaerts weduwe, begijn, 1 bunder land in het vierendeel van Breda, waarna zij het land aan Jan Poeyman heeft teruggegeven tegen een erfpacht van 6 achtendeel rogge jaarlijks.
regest_datering (des Dinxdaechs op Sinte Andries' avont).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXXXIV. In dorso van het oorspr. stond: "Hieraf heffen wy die III op Heyn Rondeels".
regest_nummer 1560 1447 Augustus 8
regest_beschrijving Bouden Scaert Pouwelsz. en Bouden Tielmansz., schepenen in Sinte-Geerdenberghe, oorkonden, dat Jan Aerntsz., heeft overgedragen aan jonkvrouw Katelijn Cleys Gheritsz. dochter, de begijn, 2 achtendeel rogge jaarlijks als erfpacht uit 3½ hond land op de Hooghe Made.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXXIX.
regest_nummer 1630 1450 Maart 8
regest_beschrijving Peter Boel Petersz. en Peter Weert Jansz., schepenen in Sinte-Geerdenberge, oorkonden, dat Steyndelt Peter Jansz. weduwe heeft overgedragen aan zuster Ariaen, heer Jan Screvers dochter, als priorin van het begijnhof aldaar een zak rogge jaarlijks als erfpacht uit 8 hond land op de Hoghe Made, te aanvaarden na overlijden van Heyl Canten, Steyndelts moeder, die de pacht bezit als lijftocht.
regest_datering (dusent vierhondert negen ende veertich).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXXVIII.
regest_nummer 1731 1456 Januari 10
regest_beschrijving Claes Willemsz., rechter in het ambacht van tsGrevenmoer, en heemraden oorkonden, dat Steven Blancaert Gherijtsz. ½ viertel land heeft overgedragen aan Peeter Oomen van Donghen, die het hem ten gebruike gegeven heeft tegen een erfpacht, groot 15 loopen rogge jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXLIX.
regest_nummer 1763 1457 Februari 3
regest_beschrijving Prior en convent van de Regulieren van Eemsteyn in Zwijndrecht geven de begijnen te Sente Geertrudenberghe een erfje aan Ghijsbrecht Venedaus straat in het erf der begijnen.
regest_datering (op S. Blasius'dach).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXCVII.
regest_nummer 1827 1460 Augustus 10
regest_beschrijving Lambrecht Stevensz. en Aert Joesz. (I. Jansz.), schepenen van Oesterhout, oorkonden, dat Marie, weduwe van Denijs Jansz., Marie, weduwe van Claes Adriaensz., en voogden van de kinderen van Denijs, alle goederen, die Daem Jansz. heeft geërfd van zijn moeder Yde en Jan zijn vader, in erfpacht hebben genomen n.l. 11 viertel rogge jaarlijks uit een hofstede aan den Hovel en 1½ bunder land.
regest_datering
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1534 Mei 7 (Reg.No. 2882). Door het oorspr. was gestoken het oorspr. van den brief dd. 1466 October 5 (Reg.No. 1898).
regest_nummer 1867 1463 November 29
regest_beschrijving Peter Boel Petersz. en Adriaen Diericxsz., schepenen van Sinte Geertrudenberghe, oorkonden, dat Jan Boet aan Jacob, Jan Jacobsz. dochter, een erfcijns heeft gegeven van 11 gulden jaarlijks uit een huis met 4 morgen en 1½ hont land in de Made, waarvan 6 gulden losbaar met den penning 16 binnen 10 jaar.
regest_datering (des Dinxdaeghes voir Sinte Barbaren dach).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XXXV. In dorso van het oorspr. stond, dat de 6 gld. afgelost zijn.
regest_nummer 1894 1465 Juli 14
regest_beschrijving Jan die Voecht, rechter in Muulkerc, en heemraden oorkonden, dat Peter Jansz. heeft overgedragen aan Mergriet Jans, weduwe van Gesel, 3½ hond land, waarna zij hem 18 hond land, waaronder de 3½ bovengenoemde, in erfpacht heeft gegeven voor 6½ schild 14 stuivers.
regest_datering (des Sonnendages na Sijnte Margrieten dach).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXXIV. Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1551 Juli 30 (Reg.No. 3248).
regest_nummer 1897 1466 Mei 10
regest_beschrijving Peter Boel Petersz. en Willem Aertsz., schepenen in Sinte-Gheertrudenberghe, oorkonden, dat Peter Godevaert Lemmensz. aan Willem Pijns 2 morgen en 3½ hond land bij den Gallicdijk heeft gegeven tegen een erfcijns van 11 gulden jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XIII. In dorso van het oorspr. stond, dat 1510 December 12 drie gulden van den cijns afgelost zijn.
regest_nummer 1898 1466 October 5
regest_beschrijving Godscalc Jansz. en Jan van der Spout, schepenen van Oesterhout, oorkonden, dat Daem Jansz. verkocht heeft aan Cornelis Adriaensz. van der Herstraten 11 viertel rogge erfpacht jaarlijks, vermeld in den brief dd. 1460 Augustus 10 (Reg.No. 1827), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1534 Mei 7 (Reg.No. 2882).
regest_nummer 1905 1468 Maart 1
regest_beschrijving Willem Aertsz. en Peeter Gheritsz., schepenen in Sinte-Gheertrudenberghe, oorkonden, dat Machtelt Pouwels dochter als priorin van het convent van de derde orde aldaar aan Adriaen Peeter Gherijtsz. een erf in heer Boudens straatje in erfcijns heeft gegeven tegen 3 stuivers jaarlijks.
regest_datering (dusent vierhondert seven ende tsestich des Dinxdages na Sinte Mathijs'dach).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. VI.
regest_nummer 1907 1468 Mei 8
regest_beschrijving Jan die Voecht, rechter in Munsterkerck, en heemraden oorkonden, dat Jan Noey, schout te Sinte-Gheertruutdenberch heeft gekocht van Aert Jansz. de beterschap van zijn huis en hofstede, waarna hij het hem heeft teruggegeven tegen 2 schilden jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXII. Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1553 October 15 (Reg.No. 3299).
regest_nummer 1933 1470 Mei 1
regest_beschrijving Willem Aertsz. en Pieter Gheretsz., schepenen van Sinte-Ghertruydenberghe, oorkonden, dat Pieter Goedevert Lammensz., de boogmaker, in erfcijns heeft gegeven aan Cornelis van Heerstrate 2 morgen land in de Leechmae, tegen een erfcijns van 4 rijnsche guldens jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XIV.
regest_nummer 1945 1472 Januari 28
regest_beschrijving Adriaen Brievonck Jansz. en Jan Matheusz., schepenen in Sinte Gheertrudenberghe, oorkonden, dat Ariaen van Beyeren Ariaensz. heeft overgedragen aan zuster Mechtelt Pauwel Wigghersz. dochter als priorin van het Begijnhof aldaar, een huis in Ghijsbrecht Venedauws straat.
regest_datering (dusent vierhondert een ende tseventich des Dinxdaechs opten achtentwintichsten dach in Januario).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXXXVII.
regest_nummer 1946 1472 Januari 28
regest_beschrijving Ariaen Brievonck Jansz. en Jan Matheeusz., schepenen in Sinte-Ghertrudenberghe, oorkonden, dat Mechtelt Pouwels Wighersz. dochter als priorin van het Begijnhof aldaar aan Jan Roelofsz. in erfcijns heeft gegeven een erf in de Coestraat tegen 27 schellingen hollandsch jaarlijks.
regest_datering (dusent vierhondert een ende tseventich des Dinxsdaechs opten achtentwintichsten dach in Januario).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. III.
regest_nummer 1955 1473 Juni 27
regest_beschrijving Gherijt van Wijck Joostenz., rechter in het ambacht van Munsterkerck, en heemraden oorkonden, dat Aert Jansz. van Jan Noye Jacobsz. in erfcijns heeft genomen 14 hond land, geheeten Coudenborch, tegen 7 schilden jaarlijks, losbaar met den penning 14.
regest_datering (des Sonnendaechs na Sinte Jans dach in den somer).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXIII. Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1553 October 15 (Reg.No. 3299).
regest_nummer 1962 1473 October 24
regest_beschrijving Adriaen Brievonck Jansz., Jan Matheusz., Peter Ghielisz. en Adriaen Moyaert Adriaensz., schepenen van Sinte-Gheertrudenberghe, oorkonden, dat de erfgenamen van Jan Mathijsz. zijn nalatenschap hebben verdeeld, waarbij aan Feys, zuster van de derde orde aldaar, is toegewezen een weer land in Stanthazen, na haar dood te versterven op haar broeders Mathijs en Adriaen, die beloven haar jaarlijks 6 viertel rogge te zullen betalen, binnen 7 jaar te vestigen op een onderpand.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXIV. In margine staat: "Dit is van den Hoeck, ghecomen van suster Feys".
regest_nummer 1968 1474 Maart 22
regest_beschrijving Adriaen Jansz. en Peter Gielijsz., schepenen in Sinte-Ghertrudenberghe, oorkonden, dat Jan Zeewaertsz. heeft gegeven aan Jan Matheeusz. 10 stuivers jaarlijks uit zijn huis en 1 morgen land, gelegen in het vierendeel van Oosterhout.
regest_datering (dusent vierhondert drie ende tseventich des Dinxsdaechs opten twee ende twintichsten dach in Meert).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XXXIII.
regest_nummer 1974 1474 Augustus 2
regest_beschrijving Jan Matheusz. en Ariaen Gottaert Jansz., schepenen van Sinte-Ghertrudenberghe, oorkonden, dat Meeus van Aken Meeusz. en zijn zoon Gezelijs voor zichzelf en voor zijn broeder Jacob hebben overgedragen aan Gheront Martijnsz. een huis aan de Ghijsbrecht Venedaus straat in de Coestraat.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXCIX.
regest_nummer 2131 1485 Maart 16
regest_beschrijving Aert Ghijsbrecht Stevensz. en Joes Willemsz., schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Thonis Neel Herstratenz. en verdere kinderen of kleinkinderen van Neel Herstraten de nalatenschap van hun ouders hebben verdeeld.
regest_datering (nae scryven des Hoofs van Luydick).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1534 Mei 7 (Reg.No. 2882).
regest_nummer 2146 1486 Februari 21
regest_beschrijving Lambrecht Jansz. en Heinrijck Petersz., schepenen in Sinte-Ghertrudenberge, oorkonden, dat Willem Gheritsz. van Oerlle heeft overgedragen aan Matheus Jansz., visscher, 16 achtstedeelen rogge jaarlijks als erfpacht uit 3 morgen land op de Made.
regest_datering (dusent vierhondert vive ende tachtentich des Dinxsdaechs opten een ende twintichsten dach in Februario).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXXV. In margine staat: "Dit is van suster Oda Huybrechts dochter".
regest_nummer 2189 1490 Juni 29
regest_beschrijving Jacop Ghijsbrechtsz. en Adriaen Aertsz., schepenen in Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat Willem Willemsz. heeft overgedragen aan Pieter Heynricxsz. 1½ morgen land in de Leechmade buitensdijks.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCVI. In margine staat: "Dit is comen van suster Beatrix Peeters ouders. Dit heeft Mathijs Jansz. in hueringhen".
regest_nummer 2197 1491 Februari 25
regest_beschrijving Claes Boudensz., rechter van het ambacht Stanthasen, en heemraden oorkonden, dat Ariaen Sprenger Ariaensz. heeft overgedragen aan Domaes Jansz. 10 gulden jaarlijks uit 2 morgen land in Vinckendijk aldaar, losbaar met 75 rijnsche guldens.
regest_datering (dusent vierhondert ende tneghentich des anderen daechs na Sinte Mathijs' dach in Sul).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXIV. In dorso van het oorspr. stond: "In Stanthasen Ariaen Sprangen X gulden, hierop zijn bedeelt die susteren van St.-Gertrudenberch…."
regest_nummer 2213 1492 Februari 23
regest_beschrijving Faes Claesz., stedehouder van den heer van Nassauwen in het ambacht van Drymylen, en heemraden oorkonden, dat Domis Jan Dircxz. heeft overgedragen aan het convent van Sinte Kathelinendael ten Berch en Jacob Jacobsz. 4 morgen land aan de N.W. zijde van de Kerckvaert tegen een erfcijns van 6 rijnsche guldens jaarlijks.
regest_datering (des Saterdaechs nae Vastelavont).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXII. In dorso van het oorspr. stond, dat hiervan 3 gulden gelost zijn en dat Domaes Peyman en zijn zuster Anna daarvan het geld ontvangen hebben. In margine staat: "Dit is van suster Anthonia Thomas' dochter". Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1535 Juni 28 (Reg.No. 2907).
regest_nummer 2214 1492 Maart 7
regest_beschrijving Joes Willem Jansz. en Gielijs Jan Ghyselsz., schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Thonijs Neel Heerstratenz. verklaard heeft schuldig te zijn aan de kinderen van Adriaen Neel Herstratenz. een erfcijns, groot 5 gulden jaarlijks, uit 2 bunder land te Steloe.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXI.
regest_nummer 2224 1493 Februari 26
regest_beschrijving Wouter van Beyeren Adriaensz. en Michiel Jan Vinkenz., schepenen in Sinte-Gertruydenberge, oorkonden, dat Willem Willemsz. heeft overgedragen aan Jan Molener 4½ morgen 1½ hond land in de Leechmade tegen een erfcijns van 5 rijnsgulden jaarlijks, losbaar met den penning 15.
regest_datering (duysent vierhondert twee ende tnegentich).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XLVII. Door het oorspr. was gestoken het oorspr. van den brief dd. 1516 November 25 (Reg.No. 2622).
regest_nummer 2225 1493 April 15
regest_beschrijving Jacop Heymansz. en Servaes Goidscalcxz., schepenen van de abdis van Thoren in den ouden Hof te Ghilse, oorkonden, dat Daem Joesz., de wever, verklaard heeft schuldig te zijn aan Janne Ruelen Meeusz. 6 gulden jaarlijks aan erfcijns uit een loop zaad land met huis bij den Luyen Hoeck.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XCIX. In margine staat: "Dit is van suster Anna Andries' dochter". Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1527 Juli 26 (Reg.No. 2756).
regest_nummer 2228 1493 Augustus 6
regest_beschrijving Wouter van Beyeren Adriaensz. en Domaes Jansz., schepenen van Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat Claesken en Truytken, kinderen van Jan Roey, hebben overgedragen aan zuster Adriaen van Waspijck Adriaens dochter als procuratrix van het zusterklooster aldaar, een huis in de Coestraat.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XLXXXIV. In margine staat: "Dit is het patershuys".
regest_nummer 2235 1493 December 25
regest_beschrijving Wouter van Beyeren Adriaensz. en Peter Diercxz., schepenen in Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat Godevaert Aertsz. heeft gegeven aan Doman Jansz. 20 stuivers jaarlijkschen erfcijns uit een huis op de Made.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XXXIX. In margine staat: "Thomas Jan Diericksz. jaerghetyde ende Anthonia Thoemaes' vader".
regest_nummer 2297 1498 Februari 27
regest_beschrijving Cornelis Aertsz. en Jan Molener Willemsz., schepenen in Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat Hubrecht Matheeusz. en Korstijn Korstiaens dochter hebben overgedragen aan Jacob Ghijsbrechtsz. een huis in de Coestraat en een erf.
regest_datering (dusent vierhondert zeven ende tnegentich).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXXXV. In margine staat: "Dit is het erve daer paters poerte op staet, gecomen van Jacop Coppen Ghijsbrechtsz".
regest_nummer 2304 1498 Augustus 28
regest_beschrijving Aernt van Ammerroey, rechter van den heer van Nassou in het ambacht van Stanthasen, en heemreden oorkonden, dat Mariken Hubrechts dochter heeft overgedragen aan Anthonis van den Meerberch de helft van 2 morgen land in Vinckendijck tegen een erfcijns van 3 gulden jaarlijks, losbaar met den penning 20.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXI. In margine staat: "Dit is van Jan Domaesz. Keyser".
regest_nummer 2312 1499 Februari 25
regest_beschrijving Gielis Jan Ghyselsz. en Adriaen Heyn Oemenz., schepenen van Oesterhout, oorkonden, dat Aert Aertsz. van Boemel verkocht heeft aan Dirck van Uuytwijck een erfcijns, groot 1 rijnschen gulden, uit 4 loopen zaad land, met zijn huis ten Hout voor op de Hoevel.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXV. In margine staat: "Dit is van suster Mechtelt Diericx dochter".
regest_nummer 2346 1499 September 28
regest_beschrijving Aernt van Ammerroey, rechter in het ambacht van Stanthasen van den graaf van Nassau, en heemraden oorkonden, dat zuster Adriaen van Waspijck, Adriaens dochter, procuratrix van Sinte-Katherynendale te den Berge, heeft overgedragen aan Adriaen Adriaen Gheeritsz. 1 morgen land in Vinckendijck tegen een erfcijns van 5 gulden jaarlijks, losbaar met den penning 20.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LX.
regest_nummer 2353 1499 December 17
regest_beschrijving Jacob Ghijsbrechtsz. en Wouter van Beyeren Adriaensz., schepenen van Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat Aert Engelbrechtsz. aan Adriaen Aertsz. 1 rijnsgulden jaarlijks heeft gegeven als erfcijns uit 1 morgen land in de Pluckmade.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XXXVII. Boven het oorspr. stond, dat hierop 10 stuivers gelost zijn. In margine staat: "Dit is den brieff van Hase Wil Heijns jaerghetyde".
regest_nummer 2366 1500 Mei 31
regest_beschrijving Peter Adriaensz., rechter in het ambacht van Screvelduyn, en heemraden oorkonden, dat Jan Mathijsz. de oude heeft overgedragen aan zuster Aeriaen als procuratrix van het zusterhuis te Sinte-Gheertruydenberge 1 morgen moer, waarna het klooster dien aan Wijt Symonsz. heeft gegeven tegen 2½ schild jaarlijks, losbaar met den penning 14.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXLI.
regest_nummer 2379 1500 September 4
regest_beschrijving Jan van Dyemen, ridder, en Pauwels Henricxz. van Ghilse, schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Jan Vassenz. verklaard heeft schuldig te zijn aan de zusters van Sinte-Kathelynendale te Sinte-Gheertrudenberge 4 gulden jaarlijks aan erfcijns uit 6 loopen zaad land.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CII.
regest_nummer 2384 1500 October 27
regest_beschrijving Jacob Ghijsbrechtsz. en Hubrecht Jansz., schepenen in Sinte-Geertrudenberge, oorkonden, dat Adriaen van Beyeren Adriaensz. heeft overgedragen aan zuster Adriaen van Waspijck Adriaens dochter als procuratrix van het klooster van de 3de orde aldaar, een stuk griend buiten de Coepoort.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXXV.
regest_nummer 2409 1502 Januari 6
regest_beschrijving Gielis Jan Ghyselsz. en Cornelis van Drongelen, schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Henrick Woutersz. verklaard heeft schuldig te zijn aan het klooster van Sente-Kathelynendale te Sente-Gheertruydenberge 8 loopen rogge jaarlijks aan erfpacht.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXII.
regest_nummer 2417 1502 November 8
regest_beschrijving Lambrecht Jan Vinckenz. en Hubrecht Jansz., schepenen in Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat Jan die Laet Jansz. heeft overgedragen aan zuster Adriaen van Waspijck Adriaens dochter, procuratrix van het convent van de derde orde aldaar, een zak rogge jaarlijks als erfpacht uit zijn huis en land op de Made.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXXXV.
regest_nummer 2418 1502 December 16
regest_beschrijving Gielis Jan Ghyselsz. en Adriaen Heyn Oemenz, schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Katelijn, vrouw van Peter Voigd, heeft verklaard schuldig te zijn aan het klooster van Sente-Kathelynendale te Sente-Gheertruydenberge 1 viertel rogge jaarlijks erfpacht uit 3 loopen zaad land.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXVIII.
regest_nummer 2419 1502 December 18
regest_beschrijving Pauwels Henricxz. van Ghilse en Cornelis van Drongelen, schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Willem Claeusz. van Bavel verklaard heeft schuldig te zijn aan het klooster van Sente-Kathelynendale te Sente-Ghertruydenberge 5 viertel rogge jaarlijks erfpacht uit 14 loopen zaad land met huis op den Espeler.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXVII.
regest_nummer 2420 1502 December 24
regest_beschrijving Jan van der Spout en Cornelis van Drongelen, schepenen van Oesterhout, oorkonden, dat Peter Claeus Heymansz. verklaard heeft schuldig te zijn aan het klooster van Sente-Kathelynendale te Sente-Geertrudenberge 8 loopen rogge jaarlijks erfpacht uit 5 loopen zaad land achter den rosmolen.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CVI.
regest_nummer 2421 1502 December 24
regest_beschrijving Heymbrick Snavel Henricxz. en Cornelis van Drongelen, schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Cornelis Peter Lammensz. verklaard heeft schuldig te zijn aan het klooster van Sente-Kathelynendale te Sente-Gheertruydenberge een viertel rogge erfpacht jaarlijks uit 3½ loop zaad land.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CVII.
regest_nummer 2423 1503 Januari 8
regest_beschrijving Pauwels Henricxz. en Adriaen Heyn Oemenz., schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Cornelis Jansz. van der Veken verklaard heeft schuldig te zijn aan het klooster van Sente-Kathelynendale te Sente-Gheertruydenberge 1 viertel rogge jaarlijks erfpacht uit 1 bunder weiland.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXIII.
regest_nummer 2424 1503 Januari 8
regest_beschrijving Gielis Jan Ghyselsz. en Cornelis van Drongelen Aertsz., schepenen van Oesterhout, oorkonden, dat Cornelis Peter Dierixcz. te Dorst verklaard heeft schuldig te zijn aan het klooster van Sente-Kathelynendale te Sente-Gheertrudenberge 1 sester rogge jaarlijks erfpacht uit 8 à 9 loopen zaad land te Dorst.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXI.
regest_nummer 2425 1503 Januari 31
regest_beschrijving Lambrecht Jan Vinckenz. en Hubrecht Jansz., schepenen in Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat Lijsbeth Jan Willem Rondeels' weduwe en haar kinderen hebben overgedragen aan zuster Adriaen van Waspijck Adriaens dochter, procuratrix van het convent van de derde orde aldaar, een zak rogge jaarlijks als erfpacht uit 1/5 van 2 morgen land in de Pluckmade.
regest_datering (dusent vijfhondert ende twee).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXXXVI.
regest_nummer 2428 1503 April 3
regest_beschrijving Gielis Jan Ghyselsz. en Jan van der Spout, schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Cor Pieter Huyg Diericxz. verklaard heeft schuldig te zijn aan het klooster van Sente-Kathelynendale te Sente-Gheertruydenberge 6 loopen rogge jaarlijks erfpacht uit 3 loopen zaad land ten Hout.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXI.
regest_nummer 2429 1503 April 3
regest_beschrijving Gielis Jan Ghyselsz. en Jan van der Spout, schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Peter Alaertsz., Neel Petersz. en Joes Peter Boeysz. verklaard hebben schuldig te zijn aan het klooster van Sente-Kathelynendale te Sente-Gheertruydenberge 2 viertel rogge jaarlijks erfpacht uit 2 bunder weiland te Steloe.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXX.
regest_nummer 2430 1503 April 12
regest_beschrijving Gielis Jan Ghyselsz. en Cornelis van Drongelen, schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Vas Jan Vassenz. verklaard heeft schuldig te zijn aan het klooster van Sente-Kathelynendale te Sente-Geertruydenberge 1 sester rogge jaarlijks erfpacht uit 1 bunder land met boomgaard.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CV.
regest_nummer 2432 1503 Mei 8
regest_beschrijving Peter Willemsz., rechter in Stanthazen, en heemraden oorkonden, dat Michiel die Mildt Jansz. heeft overgedragen aan zuster Adriana van Waspijck Adriaens dochter, ten behoeve van het klooster Sinte-Kathelynendale te den Berge, het land, dat hij van zijn ouders heeft geërfd en dat grenst aan land van het klooster.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXXIV. In margine staat: "Dit is van den Langhen Camp".
regest_nummer 2433 1503 Juni 13
regest_beschrijving Jacob Ghijsbrechtsz. en Claes Jansz. van Baers(?), schepenen in Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat zuster Adriaen van Waspijck Adriaens dochter, procuratrix van het klooster van de derde orde aldaar, bij vonnis beslag heeft gelegd op 8 morgen land op de Hooghe Made, toebehoorende aan Heyn Nerincs wegens het niet betalen van de erfpacht, groot 8 achtendeel rogge jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXXVII.
regest_nummer 2435 1503 September 6
regest_beschrijving Adriaen Heyn Omenz. en Cornelis van Drongelen, schepenen van Oesterhout, oorkonden, dat Herman Gherijtsz., priester, verklaard heeft schuldig te zijn aan het klooster van Sente-Kathelynendale te Sente-Gheertrudenberge 1 viertel rogge jaarlijks als erfpacht uit 1 bunder weiland.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CIV.
regest_nummer 2436 1503 September 6
regest_beschrijving Adriaen Heyn Omenz. en Cornelis van Drongelen, schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Jan Claeus Ruelenz. verklaart heeft schuldig te zijn aan de zusters van Sinte-Katelynendale te Sente-Gheertruydenberghe 10 loopen rogge jaarlijks als erfpacht uit ½ bunder land met huis.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CIII.
regest_nummer 2440 1503 December 5
regest_beschrijving Lambrecht Jan Vinckenz. en Hubrecht Jansz., schepenen in Sinte Geertrudenberghe, oorkonden, dat de schout van 's heeren wege aan mr. Godevaert Aertsz. bij vonnis gegeven heeft den cijns, groot 1 rijnschen gulden jaarlijks, die Jan die Keyser hem verkocht heeft uit zijn huis in de Coestraet, doch niet betaald heeft.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. IV.
regest_nb Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1524 Maart 1 (Reg.No. 2721).
regest_nummer 2445 1504 Februari 1
regest_beschrijving Jacop Ghijsbrechtsz. en Hubrecht Jansz., schepenen in Sinte-Geertrudenberge, oorkonden, dat Lambrecht Heinrixsz. verkocht heeft aan Peter Henrixsz. 2 morgen land min ½ hont in de Langhe Maten in het ambacht van Stanthazen.
regest_datering (dusent vijfhondert ende drie).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCV. In margine staat: "Ghelegen bij die Stantwaert achtter Huyb Verheij-landt".
regest_nummer 2453 1504 Augustus 6
regest_beschrijving Claes Boudensz. en Hubrecht Jansz., schepenen in Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat Jan Matheeusz. heeft overgedragen aan zuster Adriaen van Waspijck Adriaens dochter, ten behoeve van het zusterhuis aldaar, een stuk land buiten de Coepoort.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXXXVI.
regest_nummer 2454 1504 September 11
regest_beschrijving Adriaen Heyn Omenz. en Jan van der Spout, schepenen van Oesterhout, oorkonden, dat Jan Meeus Kieboomsz. verklaard heeft schuldig te zijn aan het klooster van Sente-Kathelynendale te Sente-Gheertruydenberge 10 loopen rogge jaarlijks erfpacht uit 10 loopen zaad weiland.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XCIX.
regest_nummer 2455 1504 December 3
regest_beschrijving Claes Boudensz. en Hubrecht Jansz., schepenen in Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat de schout van 's heeren wege mr. Govert Aertsz. in het bezit heeft gesteld van 10 hond land, door hem gekocht van Ghijsbrecht Pigghen.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCVII. In margine staat: "Dit heeft Cornelis Ghyben in hueringhen".
regest_nummer 2466 1506 Januari 28
regest_beschrijving Adriaen Claes Harstenz., rechter in het ambacht van tsGrevenmoer, en heemraden oorkonden, dat Pieter van Doren verklaard heeft schuldig te zijn aan Heynrijck Heynsz. 150 gulden tegen een rente van 10 gulden jaarlijks wegens den koop van een hofstede.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXLVI.
regest_nummer 2471 1506 Augustus 25
regest_beschrijving Jacob Ghijsbrechtsz. en Cornelis Aertsz., schepenen in Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat mr. Govert Aertsz. en Adriaen Aertsz., burgemeesters, met goedvinden van het gerecht, hebben overdragen aan het klooster van Sinte-Katherynendale aldaar een stuk land bij Venedaus toren tegen een erfcijns van 20 stuivers jaarlijks, losbaar met den penning 20.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXC. In margine staat: "Dit is van den lande achter 't cloester tegen die Doelen. Dese XX st. zijn gelost als blijckt int navolgende kladt".
regest_nummer 2472 1506 Augustus 25
regest_beschrijving Jacob Ghijsbrechtsz. en Cornelis Aertsz., schepenen in Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat mr. Govert Aertsz. en Adriaen Aertsz., burgemeesters, hebben overgedragen aan zuster Adriaen van Waspijck Adriaens dochter ten behoeve van het klooster van Sinte-Kathelynendale aldaar een stuk land, geheeten de Donga, buiten de Coepoort, tegen een erfcijns van 5 schellingen Hollandsch jaarlijks.
regest_datering
regest_nb a) Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXXXVII.
regest_nb b) Afschrift in Inv.No. 653, fol. 7.
regest_nummer 2474 1506 December 20
regest_beschrijving Cornelijs Aertsz. en Michiel Segersz., schepenen op de Zwalu onder den heer van Nassou, oorkonden, dat Heyn Aertsz. verkocht heeft en overgedragen aan Zeeb Segers kinderen een sester rogge jaarlijks uit 1 bunder land in de Oude Bancken.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XVII. In margine staat: "Dit is van suster Maria Zeeben".
regest_nummer 2511 1510 Januari 15
regest_beschrijving Peter Gheritsz. van Myerssel en Dirck Adriaensz. van der Kerck, schepenen in Sinte-Gheertrudenberge, oorkonden, dat Willem Petersz. heeft overgedragen aan broeder Franciscus Jansz. als pater van het klooster van Sinte-Katherynendale aldaar een erf buiten de Coepoort.
regest_datering (dusent vijfhondert ende neghen).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXXXIV. In margine staat: "Dit lant leyt teghenover het Sieckhuys".
regest_nummer 2518 1510 Maart 5
regest_beschrijving Floris Dircxs. en Hubrecht Jansz., schepenen van Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat Jan Gheritsz. de olieslager aan Cornelis Adriaen Gielisz. heeft overgedragen 3 gulden jaarlijks als erfcijns uit zijn huis in de Veenstraat.
regest_datering (dusent vijfhondert ende neghen).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. VIII. In margine staat: "Dit is van suster Anthonia Thomaes' dochter".
regest_nummer 2557 1512 October 9
regest_beschrijving Cornelis Thonijsz. en Jan Thomasz., schepenen in Sinte-Gheertruydenberghe, oorkonden, dat Peter Willemsz. en Floris Diricksz., burgemeesters, hebben verklaard, dat het klooster van Sinte-Katherynendale aldaar heeft afgelost 20 stuivers jaarlijks aan erfcijns van het land bij Venedaus toren.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXCI.
regest_nummer 2574 1513 September 13
regest_beschrijving Cornelis Thonisz. en Jan Thomasz., schepenen van Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat Thonis Everdeysz. aan Elisabeth Jan die Brouwers dochter als procuratrix van het convent van Sinte-Katherinendale een schild jaarlijks heeft gegeven uit 1/5 van een huis met 2 morgen land op de Made.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XXXVI.
regest_nummer 2587 1514
regest_beschrijving Hubrecht Jansz. en Cornelis Thonisz., schepenen in Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat pater Franciscus voor het klooster van Sinte-Kathelynendale aldaar, Cornelis Aert Govertsz., Henrick Grootaert en Fransken en Ghijs, kinderen van Mariken, zijn overeengekomen, dat de oostaanwas van het tweede weer in de Poselaer, van de Vliet tot de Donga, aan het klooster zal blijven, waarvoor de anderen zullen krijgen het aandeel van het klooster in den Brandt, in de Lange Maten en de Dobbel Maten.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXXXIII. In margine staat: "Dit is van den aanwas aan den Dullaert".
regest_nummer 2613 1516 Juni 13
regest_beschrijving Ariaen Zeghersz., rechter in het ambacht van Raemsdonck, en heemraden oorkonden, dat Ariaen Andriesz. heeft gegeven aan Jan Henricxsz. 2 gaarden land, waarop deze het land wederom aan Ariaen Andriesz. heeft gegeven tegen 2 rijnsche guldens jaarlijks, losbaar met den penning 14.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXCI. In margine staat: "Dit is van suster Neesken Thomas' dochter". Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1548 April 23 (Reg.No. 3168).
regest_nummer 2614 1516 Juli 15
regest_beschrijving Burgemeesters, schepenen en raad van de stad Breda oorkonden, dat Adriana Jan Mathijsz. dochter, weduwe van Cornelis Jansz., heeft gegeven aan het klooster van Sinte-Kathelynendale, genaamd het Begijnhof, te Sinte-Geertrudenberghe, als medegave voor haar nicht Anna Andries Willemsz. dochter en voor haar jaargetijde en dat van haar man, 1 weer land in Stanthazen en haar zwager Adriaen Jan Henricxz. gemachtigd heeft tot de overdracht voor schepenen van Stanthazen.
regest_datering
regest_nb Geïnsereerd in den brief dd. 1516 November 25 (Reg.No. 2623).
regest_nummer 2622 1516 November 25
regest_beschrijving Cornelis Thonisz. en Willem Jan Adriaensz., schepenen in Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat Mariken, huisvrouw van mr. Tiberius, heeft overgedragen aan zuster Elizabet Brouwers, procuratrix van het klooster Sinte-Kathelynendale, 10 gulden jaarlijks uit 4½ morgen 1½ hond land, waarvan de helft aan het klooster toebehoort, zoodat het nog slechts 5 gld. jaarlijks heeft te innen, op voorwaarden, vermeld in den brief dd. 1493 Februari 26 (Reg.No. 2224), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XLVII.
regest_nummer 2623 1516 November 25
regest_beschrijving Jacop Ariaensz. Molenaer, stedehouder in het ambacht van Stanthazen van den heer van Nassouwen, en heemraden gezien den brief dd. 1516 Juli 15 (Reg.No. 2614), hierin opgenomen, oorkonden, dat Adriana Jan Mathijsz. dochter, weduwe van Cornelis Jansz., heeft overgedragen aan pater Francisci, ten behoeve van het klooster van Sinte-Kathelynendale van de 3e orde van St. Franciscus, genaamd het Begijnhof, te Sinte-Geertrudenberghe, 1 weer land, vermeld in bovengenoemden brief.
regest_datering (op Sinte Kathelynen dach).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXII. In margine staat: "Dit lant is ghenaempt den Hoeck".
regest_nummer 2627 1517 Maart 19
regest_beschrijving Jacop Molenaer Ariaensz., stadhouder in Stanthazen, en heemraden oorkonden, dat Gheryt Jacopsz. Wijtganc heeft overgedragen aan pater Francisci, ten behoeve van het klooster te Sinte-Geertrudenberghe, 1 vierendeel land in de groote Seggen.
regest_datering (dusent vijfhondert ende sestien nae den scryven tsHof van Hollant).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXXI.
regest_nummer 2632 1517 Juni 5
regest_beschrijving Peter Willemsz., rechter in Stanthazen van den heer van Nassouw, en heemraden oorkonden, dat Cornelis Jansz., molenaar, Pieter Dierixz., Peter Jacobsz. en Peterken Heynricks dochter hebben overgedragen aan pater Franciscus ten behoeve van het klooster van Sinte-Katelynendale, genoemd het Begijnhof, te Sinte-Geertrudenberge 2 morgen land in de groote Seggen.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXVII.
regest_nummer 2633 1517 Juni 10
regest_beschrijving Adriaen Zeghersz., rechter in het ambacht van Groot Waspijck, en heemraden oorkonden, dat Ariaen Berthoutsz. heeft beloofd Jacop Cornelisz. 28 gld. te betalen tegen 20 stuivers jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXXVI. In dorso van het oorspr. stond: "Daer heeft Willem Anssen eenen gulden aff ghelost".
regest_nummer 2652 1518 Augustus 3
regest_beschrijving Willem Jan Adriaensz. en Adriaen Peter Dierixz., schepenen in Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat Joost Jansz. heeft overgedragen aan de zusters van Sinte-Katelynendale zijn aandeel in een stuk land buiten den uitersten windmolen.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCIII. In margine staat: "Dit is den Hooghen Brandt. Ghecomen van suster Oda Hubrechts dochter".
regest_nummer 2656 1518 December 7
regest_beschrijving Hubrecht Jansz. en Anthonis Adriaensz., schepenen in Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat Buyen Stevensz. aan de zusters van Sinte-Kathelynendale aldaar een erfcijns van 10 stuivers jaarlijks uit zijn huis in de Coestraat heeft overgedragen, losbaar met den penning 15.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. X. De brief is doorgehaald. In margine staat, dat de brief 19 September 1601 vervangen is door een andere ten laste van Sebastiaan Ghijsbrechtsz.
regest_nummer 2664 1519 Maart 1
regest_beschrijving Mathijs Jan Mathijsz. en Hubrecht Jansz., schepenen in Sinte Geertrudenberge, oorkonden, dat Stijnken Jans dochter van Dordrecht heeft overgedragen aan pater Francisci, ten behoeve van de zusters van Sinte-Kathelynendale aldaar, haar aandeel in 4 morgen land buiten den uitersten windmolen.
regest_datering (duysent vijfhondert ende achtiene nae scryven sHoofs van Hollant).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCII. In margine staat: "Dit is in den Hooghen Brant. Ghecomen van suster Oda Hubrechts dochter".
regest_nummer 2695 1521
regest_beschrijving Henrick Jacopsz., schout van Stanthazen, en heemraden oorkonden, dat Jacop Willemsz. heeft overgedragen aan broeder Niclaus Boelen, als pater van de zusters van Sinte-Katelynendale te Sinte-Geertruydenberge, ¼ van een kamp land in den Twiveler gelegen.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXXII.
regest_nummer 2699 1522 Februari 14
regest_beschrijving Nicolaus Palm Johannesz. van Wach verkoopt ten overstaan van Lambertus Bogart en Johannes van Roveschot, schepenen van Buscumducis, aan het zusterhuis van de derde orde van St. Franciscus te Mons Sancte Geertrudis een rente van 4 rijnsche gulden jaarlijks uit een huis te Buscumducis bij de markt, geheeten het Gulden Hooft, losbaar met 75 dergelijke guldens.
regest_datering (anno millesimo quingentesimo vicesimo primo).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLII.
regest_nummer 2702 1522 Mei 6
regest_beschrijving Cornelis Thonisz. en Cornelis Jan Peetersz., schepenen in Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat de burgemeesters aldaar hebben overgedragen aan broeder Niclaes Boelen, als pater van Sinte Kathelynendale, een weg, breed ongeveer 2 roeden, liggende in land van het klooster buiten de Coepoort.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXL.
regest_nummer 2703 1522 Juni 12
regest_beschrijving Henrick van (lees: Jan?) Grootaertsz., rechter in het ambacht van Stanthasen van den heer van Nassou, en heemraden oorkonden, dat heer Wouter Ariaensz., Peeter Aertsz., Gielis Florisz., Huybrecht Ariaensz., Symon Peetersz. Broeren, Thonis Everdeysz., Evaert Thoenisz., Jan Peetersz. en Peeter Godevaertsz. hebben overgedragen aan Jacob Schildtmans twee stukken land in den Poselaer, welke zij vervolgens heeft overgedragen aan het klooster van Sinte-Katherynendale te Sinte-Gheertrudenberge.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXVIII. In margine staat: "Jennekens landt. Dit stuxken lants heeft die stadt ghecocht ende daervan den wech afgemaekt".
regest_nummer 2706 1522 December 9
regest_beschrijving Cornelis Jan Petersz. en Adriaen Peeter Mathijsz., schepenen in Sinte-Gheertruydenberge, oorkonden, dat Peter Geritsz. die Laet heeft overgedragen aan Maryken Zeeb Zegers dochter een erfcijns van 4 gulden jaarlijks uit ½ bunder land op Stuiverzand in het vierendeel van Steenbergen, losbaar met den penning 16.
regest_datering (des Dinxsdach nae Onser Vrouwen dach Conceptio).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XLI. Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1527 Maart 26 (Reg.No. 2749).
regest_nummer 2721 1524 Maart 1
regest_beschrijving Hubrecht Jansz. en Henrick Aertsz., schepenen in Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat Margriet Govaerts dochter heeft overgedragen aan broeder Niclaes Boelen, als pater van Sinte-Katelynendaele, 1 rijnsche gulden jaarlijks, vermeld in den brief dd. 1503 December 5 (Reg.No. 2440), waardoor deze gestoken is.
regest_datering (duysent vijfhondert dryeëntwintich nae scryven sHoofs van Hollant).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. IV.
regest_nummer 2736 1526 April 6
regest_beschrijving Jan Scalcken, rechter van de Dussen, en heemraden oorkonden, dat Frederick van Herleer, ambachtsheer van Muylkerck, heeft overgedragen aan Jan die Keyser Domasz. 4 morgen land in het ambacht van Muynsterkerck, twee erven aldaar voor de kerk van der Dussen, en 2 morgen, te Muylkerck in de hoeve van heer Adriaen van Herleer gelegen, waarna Jan die Keyser alles aan Frederick van Herleer voor 8 rijnsche guldens in erfpacht heeft gegeven, losbaar met den penning 14.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLIV.
regest_nummer 2738 1526 Mei 8
regest_beschrijving Henrick Grootaert Jansz., stedehouder in het ambacht Stanthazen van den heer van Nassou, en heemraden oorkonden, dat Jacop Jacopsz. die Roy heeft overgedragen aan zuster Lijsbeth Brouwers, als procuratrix van Sinte-Kathelynendale te Sinte-Geertruydenberghe, een stuk land in den Poselaer.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXX. In margine staat: "Den seven hont".
regest_nummer 2748 1527 Februari 19
regest_beschrijving Hubrecht Jansz. en Reyn Herbertsz., schepenen in Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat Aert Meeusz. verkocht heeft aan broeder Claes Boelen, als pater van Sinte-Kathelynendale aldaar, een stukje land bij den wijngaard achter de Lange Maten.
regest_datering (duyst vijfhondert sessentwintich nae scryven 'sHoofs van Hollant).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXI. In margine staat: "Dit stuxken lants leyt achter die twee mergen lants in Stanthasen daer die brief af staet op die letter D opt kladt" (zie de akte dd. 1504 Febr. 1) (Reg.No. 2466).
regest_nummer 2749 1527 Maart 26
regest_beschrijving Hubrecht Jansz. en Reyn Herbersz., schepenen in Sinte-Geertruydenberge, oorkonden, dat Peeter Gheeritsz. die Laet, heeft overgedragen aan broeder Niclaes Boelen, pater van Sinte Kathelynendale, ten behoeve van zuster Maryken Zeeb Zegers dochter en de conventualen, de 4 gulden jaarlijks, vermeld in den brief dd. 1522 December 9 (Reg.No. 2706), waardoor deze gestoken is, doch niet losbaar.
regest_datering (duyst vijfhondert sessentwintich).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XLI.
regest_nummer 2750 1527 April 4
regest_beschrijving Henrick Grootaert Jansz., stedehouder in het ambacht van Stanthazen van den heer van Nassouw, en heemraden oorkonden, dat Gherit Jacopsz. Wijtganc heeft overgedragen aan pater Niclaes Boelen ten behoeve van het klooster van Sinte-Kathelynendale te Sinte-Geertruydenberge ½ morgen land op de Zantwaert en dat daarna beide partijen een scheiding gemaakt hebben tusschen elks aandeel in 3 morgen land in de Lange Maten met behoud van uitweg beiderzijds.
regest_datering (duyst vijfhondert sessenttwintich nae scryven 's Hoofs van Hollant).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCV. In margine staat: "Den brief van het land staat boven die letter D (zie Reg.No. 2466). Ghecomen van suster Beatrix Peeters ouders".
regest_nummer 2751 1527 April 5
regest_beschrijving Ariaen Ariaensz., rechter in het ambacht Groot Waspijck, en heemraden oorkonden, dat Peter Thonisz. en Jan Thonijsz. die Wyner hebben overgedragen aan Willem Ancelmusz. een hofstede tegen een erfcijns van 18 stuivers jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXXVII. In margine staat: "Adriaen Jan Staesz. heeft deze rente bij testamente den convente ghemaekt, obiit 1567". Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1567 Augustus 14 (Reg.No. 3464).
regest_nummer 2756 1527 Juli 26
regest_beschrijving Gielis van (lees: Jan) Ghyselsz. en Willem Jacob Heymansz., schepenen van de abdis van Thoren in den ouden Hof te Gilze, oorkonden, dat Anna Peter Willemsz. dochter, huisvrouw van Godscalck Godscalcxz., heeft verkocht aan het begijnhof te Sinte-Gheertruydenberge den erfcijns, vermeld in den brief dd. 1493 April 15 (Reg.No. 2225), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XCIX.
regest_nummer 2762 1528 Augustus 31
regest_beschrijving Jan Jacop Heymansz. en Henrick Adriaen Omenz., schepenen in Oesterhout, oorkonden, dat Margriet, weduwe van Jan Peter Willemsz. zoon Groot, verkocht heeft aan Cornelis van Drongelen als rentmeester van het begijnhof te Sijnte-Gheertruydenberge 20 stuivers jaarlijks erfcijns uit haar hofstede met 6 lopen zaad land.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CI.
regest_nummer 2765 1529 Januari 9
regest_beschrijving Jan Dudijn Jansz., rechter in het ambacht van Cleyn Waspijck, en heemraden oorkonden, dat Jan Embrechtsz. heeft overgedragen aan Peter Huymansz. 2 gaarden land, waarna deze ze aan Jan Embrechtsz. heeft teruggegeven tegen 5½ lichte gulden jaarlijks, losbaar met den penning 15.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXXVIII. In dorso van het oorspr. stond: "Margriet Jan Embrechtsz. weduwe heeft ghelost die helft van desen brief. Item Henrick Jacopsz. heeft ghelost zijn vierendeel van den brief". Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1567 October 29 (Reg.No. 3468).
regest_nummer 2767 1529 Maart 16
regest_beschrijving Hubrecht Jansz. en Cornelis Jan Peetersz., schepenen van Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat Adriaen Korstiaensz. heeft gegeven aan Jan Keyser Thomaesz. een erfcijns van 16 gulden jaarlijks uit zijn huis met 2½ bunder land in de Middelmade, losbaar met den penning 15.
regest_datering (duyst vijfhondert ende achtentwintich).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XXXIV. In margine staat: "Dit is van Anthonia Thomaes' dochter".
regest_nummer 2768 1529 April 6
regest_beschrijving Hubrecht Jansz. en Godscalc Godscalcxsz., schepenen in Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat Jacob Ariaensz. en de kinderen van Ceel Jan Vincken hebben overgedragen aan Vas Lammensz. een huis in de Coestraat achter het begijnhof.
regest_datering (des Dinxdaechs nae Beloeken Paessen).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXXXIX.
regest_nummer 2882 1534 Mei 7
regest_beschrijving Lambrecht Henricksz. en Bartholomeeus Pauwelsz., schepenen in Oesterhout, geven vidimus vazn de brieven dd. 1460 Augustus 10, 1466 October 5 en 1485 Maart 16 (Reg. Nos. 1827, 1898 en 2131).
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CVIII. In margine staat: "Dit is van suster Jacoba Adriaens dochter Herstraten".
regest_nummer 2892 1535 April 13
regest_beschrijving Henrick Jansz. en Cornelis van Galen Ottenz., schepenen in Sinte-Gertruydenberghe, oorkonden, dat Lambrecht Fassenz. heeft overgedragen aan heer Anthonis als prior van Sinte-Kathelynendale aldaar een huis achter het begijnhof in het Venedaustraatje.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXCIV.
regest_nummer 2895 1535 April 27
regest_beschrijving Henrick Jansz. en Cornelis van Galen Ottenz., schepenen van Sinte-Gertruydenberghe, oorkonden, dat Andries Zebrechtsz. heeft overgedragen aan heer Anthonis als prior van Sinte-Kathelynendale aldaar een huis in de Coestraet achter het klooster.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXCII.
regest_nummer 2896 1535 Mei 4
regest_beschrijving Henrick Jansz. en Mathijs Thonisz., schepenen van Sinte-Gertruydenberghe, oorkonden, dat Ariaen Geritsz. heeft overgedragen aan heer Anthonis als pater van Sinte-Kathelynendale aldaar een huis in de Coestraet in het Venedaustraatje.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXCV.
regest_nummer 2907 1535 Juni 28
regest_beschrijving Peter Jacopsz., rechter van den heer van Nassouw in het ambacht Drijmmelen, en heemraden oorkonden, dat Michiel Ariaensz. Verhey heeft overgedragen aan heer Anthonis van Sinte-Kathelynendale 30 stuivers jaarlijks, vermeld in den brief dd. 1492 Februari 23 (Reg.No. 2213), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXIII.
regest_nummer 2945 1537 November 20
regest_beschrijving Henrick Jansz. en Peter van Blocklant Diersxz., schepenen van Sinte-Gertruydenberghe, oorkonden, dat Wouter Moyaert Jacopsz. aan Anthonis, prior van het convent van Sinte-Kathelynendale, een erfcijns van 3 rijnsguldens jaarlijks uit zijn huis heeft gegeven, losbaar met den penning 16.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XII. De brief is doorgehaaid. In margine staat hetzelfde als bij den brief dd. 1541 Maart 15 (Reg.No. 3017).
regest_nummer 2950 1538 Mei 8
regest_beschrijving Adriaen Peter Dierixz. en Henrick Jansz., schepenen in Sinte-Gertruydenberghe, oorkonden, dat Peter Henrixz. heeft overgedragen aan heer Anthonis, als prior van het klooster van Sinte-Kathelynendale aldaar, zijn huis in het Venedaustraatje.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXCIII. In margine staat: "Dit is die scuer ende huysken teghenover het brouhuys".
regest_nummer 2991 1539 October 28
regest_beschrijving Henrick Aertsz. en Wouter Mathijsz., schepenen in Sinte-Gertruydenberghe, oorkonden, dat Merten Adriaen Philipsz. voor zijn moedeer Aenken heeft overgedragen aan Cornelis Woutersz. 2 carolusguldens erfcijns uit haar huis met 1½ bunder land op de Made, losbaar met den penning 14.
regest_datering (op Sinte Symon ende Juden dach).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XLIII. In margine staat: "Dese renten sijn van suster Maria Jansdochter". Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1554 December 12 (Reg.No. 3317).
regest_nummer 3015 1541 Februari 1
regest_beschrijving Henrick Jansz. en Pieter van Blocklandt, schepenen in Sinte-Gertruydenberghe, oorkonden, dat Jan Verstromp heeft overgedragen aan het convent van Sinte-Kathelynendale aldaar 2 carolusguldens jaarlijks uit zijn huis met 1 morgen land in de Pluckmade, losbaar met den penning 14.
regest_datering (XVc veertich den yersten Februarii stilo curie Hollandie).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XLVI.
regest_nummer 3017 1541 Maart 15
regest_beschrijving Henrick Jansz. en Peter van Blocklandt, schepenen in Sinte-Gertruydenberghe, oorkonden, dat Wouter Jacopsz. Moyaert aan het convent van Sinte-Kathelynendale aldaar 2 carolusguldens jaarlijks uit zijn huis bij de Vismerckt heeft gegeven, losbaar met den penning 16.
regest_datering (XVc veertich stilo curie Hollandie).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XI. De brief is doorgehaald. In margine is den 2en April 1607 geschreven, dat de brief afgelost is door Cornelis Elincx aan den rentmeester Dirck Symonsz. van Teylinghen. Hooger staat: "Dit is van Jan Domaesz. Keyser".
regest_nummer 3018 1541 April 26
regest_beschrijving Henrick Jansz. en Cornelis van Galen, schepenen in Sinte-Gertruydenberge, oorkonden, dat Merten Adriaen Philipsz. heeft overgedragen aan Cornelis Woutersz. 5 gulden erfcijns uit zijn huis met 14 hond land op de Made, losbaar met den penning 14.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XLIII.
regest_nb Door het oorspr. waren gestoken de brieven dd. 1554 December 12 en 1555 Juni 28 (Reg. Nos. 3316 en 3325).
regest_nummer 3028 1541 October 24
regest_beschrijving Pieter Jansz., rechter in het ambacht van Raemsdonck, en heemraden oorkonden, dat Dominicus Hermansz. heeft gegeven aan Jan Matthijsz. een hofstede aldaar, waarna deze haar wederom aan Dominicus Hermansz. heeft gegeven tegen 6½ lichte gulden jaarlijks, losbaar met den penning 15.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXX.
regest_nb Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1542 September 30 (Reg.No. 3065).
regest_nummer 3065 1542 September 30
regest_beschrijving Pieter Jansz., rechter in het ambacht van Raemsdonck, en heemraden oorkonden, dat Jan Mathijs Wytensz. heeft gegeven aan Wilm Bernaertsz. weeskinderen de rente, vermeld in den brief dd. 1541 October 24 (Reg.No. 3028), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXXI. Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1546 Februari 4 (Reg.No. 3120).
regest_nummer 3069 1542 December 10
regest_beschrijving Melssoer Diricksz., rechter in het ambacht van Muynsterkerck aan de Dussen, en heemraden oorkonden, dat Cornelis Gheritsz. heeft overgedragen aan Wouter Mathijsz. te Sinte-Ghertruydenberch 11 hond land in genoemd ambacht, waarna hij het heeft teruggekregen tegen 3½ rijnsche gulden jaarlijks, losbaar met den penning 14.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXX. Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1548 Augustus 15 (Reg.No. 3175).
regest_nummer 3092 1543 December 26
regest_beschrijving Willem IJbrechtsz., rechter in het ambacht van Muylkerck aan de Dussen, en heemraden oorkonden, dat Jan Gherit Zegersz. heeft overgedragen aan het zusterklooster te Sijnte-Ghertrudenberch 1 morgen land in Muylkerck, waarna het klooster het hem tegen 6½ rijnsche gulden jaarlijks in erfpacht heeft gegeven, losbaar met 70 dergelijken guldens.
regest_datering (den lesten Korsheylich dach nae stylo curie Hollandie).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLX.
regest_nummer 3094 1544 Januari 7
regest_beschrijving Melssoer Diricksz., rechter in het ambacht van Muynsterkerck aan de Dussen, en heemraden oorkonden, dat Michgiel Gherit, heemraad, heeft overgedragen aan het zusterklooster te Sinte-Ghertruydenberge 8 hond land in Muynsterkerck, waarna hij het heeft teruggekregen tegen 3 rijnsche guldens 5 stuivers jaarlijks, losbaar met 50 dergelijke guldens.
regest_datering (vijftienhondert ende drieënveertich nae stilo curie Hollandie).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXIX.
regest_nummer 3108 1545 Januari 10
regest_beschrijving Melssoer Diericksz., rechter in het ambacht van Muynsterkerck aan de Dussen, en heemraden oorkonden, dat Melssoer voornoemd heeft overgedragen aan het zusterklooster te Sijnte-Ghertruydenberge 10 hond land in Muynsterkerck, waarna hij het heeft teruggekregen tegen 3 rijnsche guldens jaarlijks, losbaar met 50 dergelijke guldens.
regest_datering (vijftienhondert ende vier ende veertich stylo curie Hollandie).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXVIII.
regest_nummer 3120 1546 Februari 4
regest_beschrijving Peter Jansz., rechter in het ambacht van Raemsdonck, en heemraden oorkonden, dat Joost Willem Bernaertsz. heeft overgedragen aan het klooster van Sinte-Katherynendale te Sinte-Gheertruydenberghe de rente, vermeld in den brief dd. 1542 September 30 (Reg.No. 3065), waardoor deze gestoken is.
regest_datering (stilo Luydix).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXXI.
regest_nummer 3126 1546 September 14
regest_beschrijving Henrick Jansz. en Adriaen Reynenz., schepenen in Sinte-Gertruydenberghe, oorkonden, dat Jan Peter Jan Nelenz. aan de zusters van Sinte-Katelynendale aldaar 5 schellingen vlaamsch jaarlijks uit een morgen land op den Ryacker heeft gegeven, losbaar met den penning 14.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XXXVIII.
regest_nummer 3144 1547 Juli 26
regest_beschrijving Jan Wilmsz. Gruter en Jan Cornelisz., schepenen in Sinte-Gertruydenberge, oorkonden, dat Jacob Aertsz., timmerman, aan Neelken Gerit Dirx dochter 25 stuivers erfcijns uit zijn huis in de Koestraat heeft overgedragen, losbaar met den penning 14.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. V. In margine staat: "Dit is van suster Truytken Anthuenis' dochter".
regest_nummer 3147 1547 September 22
regest_beschrijving Willem Ybrechtsz. van Overstege, rechter in het ambacht van Muynsterkerck aan de Dussen, en heemraden oorkonden, dat Ariaen Petersz. heeft overgedragen aan Wouter Mathijsz. te Sinte-Ghertruydenberch de helft van 2 morgen land met huis in genoemd ambacht, waarna hij het land heeft teruggekregen tegen 6½ rijnsche gulden 3 stuivers jaarlijks, losbaar met 100 dergelijke guldens.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXXI. Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1548 Augustus 15 (Reg.No. 3175).
regest_nummer 3154 1548 Januari 13
regest_beschrijving Melssoer Diericksz., stadhouder in het ambacht van Muynsterkerck, en heemraden oorkonden, dat Elizabeth Dircs weduwe heeft overgedragen aan het klooster van Sinte-Kathelynendaele te Sijnte-Gheertruydenberghe 1 morgen griend, waarna zij het heeft teruggekregen tegen een erfpacht van 3½ rijnsche gulden jaarlijks, losbaar met den penning 15.
regest_datering (nae scryven Hoefs van Hollandt).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXVI.
regest_nummer 3156 1548 Januari 21
regest_beschrijving Willem Jansz., rechter in het ambacht tsGrevenmoer, en heemraden oorkonden, dat Wouter Claes Boomsz. heeft overgedragen aan Floris Wilmsz. een hofstede in den Hoefslach, waarna hij haar aan Wouter Claesz. ten gebruike heeft gegeven tegen 10 gulden jaarlijks, losbaar in twee gedeelten, elk met 6 pond vlaamsch en 30 stuivers.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXLVII.
regest_nb Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1549 Juli 4 (Reg.No. 3192).
regest_nummer 3168 1548 April 23
regest_beschrijving Peter Jansz., rechter in het ambacht Raemsdonck, en heemraden oorkonden, dat Agnes Thomas Gherits dochter heeft gegeven aan het klooster van Sinte-Katelynendale te Sinte-Geertrudenberghe de rente, vermeld in den brief dd. 1516 Juni 13 (Reg.No. 2613), waardoor deze gestoken is.
regest_datering (op Sint Joris' dach).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXVII.
regest_nummer 3169 1548 April 23
regest_beschrijving Peter Jansz., rechter in het ambacht van Raemsdonck, en heemraden oorkonden, dat Aeriaen Gheritsz. heeft overgedragen aan het klooster van Sinte-Katelynendale te Sinte-Gheertruydenberghe zijn hofstede, waarna de pater haar wederom aan Ariaen Gheritsz. heeft teruggegeven tegen 1 lichte gulden jaarlijks, losbaar met 100 dergelijke guldens, te betalen door zuster Agnieta Thomas Gherits dochter, die ze aan haar oom Ariaen Gheritsz. schuldig is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXXII.
regest_nummer 3171 1548 Mei 15
regest_beschrijving Wijllem Ybrechtsz. van Overstege, rechter in het ambacht van Muynsterkerck aan de Dussen, en heemraden oorkonden, dat Cornelis Gheritsz. heeft overgedragen aan het zusterklooster van Sinte-Katerynendale te Sijnte-Ghertruydenberge 2 morgen land in Muynsterkerck, waarna het hem het land heeft teruggegeven tegen 6 rijnsche guldens jaarlijks, losbaar met den penning 15.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXV. In margine staat, dat deze brief 25 Juni 1584 met toestemming van het kapittel van St. Jan (te Luik) is getransporteerd aan jonker Sebastiaan van Warendorp.
regest_nummer 3175 1548 Augustus 15
regest_beschrijving Willem Ybrechtsz., rechter in het ambacht Muynsterkerck, en heemraden oorkonden, dat Wouter Mathijsz., burgemeester van Sinte-Ghertruydenberge, heeft overgedragen aan het klooster van Sijnte-Katerynendale te Sinte-Ghertruydenberghe twee rentebrieven dd. 1542 December 10 en 1547 September 22 (Reg. Nos. 3069 en 3147), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXXII.
regest_nummer 3177 1548 October 2
regest_beschrijving Adriaen Reynenz. en Jan Willemsz. Gruter, schepenen in Sinte-Geertrudenberge, oorkonden, dat Aeris Adriaensz. aan Cornelis Gerit Dirx dochter een erfcijns van 7 gulden jaarlijks heeft gegeven uit zijn huis in de Boerchstraat, losbaar met den penning 14.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XV. In margine staat: "Dit is van Ghertruyt Anthonis' dochter".
regest_nummer 3192 1549 Juli 4
regest_beschrijving Willem Jansz., rechter in het ambacht van tsGrevenmoer, en heemraden oorkonden, dat Floris Willemsz. heeft overgedragen aan Anna Godscalck Godscalcx weduwe 10 gulden jaarlijks, vermeld in den brief dd. 1548 Januari 21 (Reg.No. 3156), waardoor deze gestoken is. Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1550 Augustus 9 (Reg.No. 3214).
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXLVII.
regest_nummer 3214 1550 Augustus 9
regest_beschrijving Willem Jansz., rechter in het ambacht van tsGrevenmoer, en heemraden oorkonden, dat Aernt Godscalcx heeft overgedragen aan broeder Jan Hootstoels als pater van het klooster Sinte-Chatelynendael te Sinte-Gheertruydenberghe 10 gulden jaarlijks, vermeld in den brief dd. 1549 Juli 4 (Reg.No. 3192), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXLVIII. Onder de akte staat, dat de laatste 4 brieven (Reg. Nos. 2466, 3156, 3192 en 3214) in het jaar 1572 Augustus 11 zijn afgelost door pater Jan Vogelsanck en zuster Anna Cornelis, mater.
regest_nummer 3236 1551 Februari 10
regest_beschrijving Peter Jorisz., rechter in het ambacht Raemsdonck, en heemraden oorkonden, dat Huybert Staesz. heeft gegeven aan Peter Geritsz. 5 gaarden land min ½ vierendeel in de Hoghe Donghe, waarna deze het wederom aan Huybert Staesz. gegeven heeft tegen 30 stuivers jaarlijks, losbaar met den penning 15.
regest_datering (nae scryvens Hoff van Luyck).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXVIII.
regest_nb Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1554 …… 2 (Reg.No. 3321).
regest_nummer 3246 1551 Juni 23
regest_beschrijving Cornelis van Gaellen Ottensz. en Jan Cornelisz., schepenen in Sinte-Gertrudenberge, oorkonden, dat Jan Claesz. aan Neelken Gielis'dochter van Loon 30 stuivers jaarlijks uit zijn huis in de Veenstraat heeft overgedragen, losbaar met den penning 14.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. IX.
regest_nb Door het oorspr. waren gestoken de brieven dd. 1559 April 24 en 1567 Augustus 12 (Reg. Nos. 3363 en 3463).
regest_nummer 3248 1551 Juli 30
regest_beschrijving Peter Ariaensz., rechter in Muylkerck aan de Dussen, en heemraden oorkonden, dat de weduwe van Jan Petersz. heeft overgedragen aan het convent te Sinte-Ghertruydenberge den rentebrief dd. 1465 Juli 14 (Reg.No. 1894). waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXXIV.
regest_nummer 3262 1552 Mei 10
regest_beschrijving Willem van Overstege Ybertsz., rechter in het ambacht van Muynsterkerck, en heemraden oorkonden, dat Thonijs Jansz. heeft overgedragen aan het klooster van Sinte-Katerynendale te Sinte-Ghertruydenberghe de helft van een stuk land, geheeten het Schueringhe, waarna het klooster hem het land voor 30 stuivers jaarlijks in erfpacht heeft gegeven, losbaar met den penning 15.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLVI.
regest_nummer 3285 1553 Mei 28
regest_beschrijving Cornelis van Galen en Dierck Hubertsz., schepenen in Sinte-Gertruydenberge, oorkonden, dat Adriaen Cornelisz. aan Stijn Buys 2 rijnsguldens jaarlijks erfcijns uit 5 hond land op de Made heeft gegeven, losbaar met den penning 14.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XL. In margine staat: "Dit is van suster Maria Heynricks dochter comen". Door het oorspr. was gestoken het oorspr. van den brief dd. 1557 Februari 3 (Reg.No. 3342).
regest_nummer 3299 1553 October 15
regest_beschrijving Willem Ybertsz. van Overstege, rechter in het ambacht Muynsterkerck aan de Dussen, en heemraden oorkonden, dat Peter Henricksz. van Baerl heeft overgedragen aan het zusterklooster te Sinte-Ghertruydenberghe twee rentebrieven dd. 1468 Mei 8 en 1473 Juni 27 (Reg. Nos. 1907 en 1955), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXIII.
regest_nummer 3316 1554 December 12
regest_beschrijving Jan Cornelis en Henrick Cornelisz., schepenen in Sinte-Gertruydenberge, oorkonden, dat Wouter Cornelisz. heeft overgedragen aan Domis Peymans den rentebrief dd. 1541 April 26 (Reg.No. 3018), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XLIV.
regest_nb Door het oorspr. was gestoken het oorspr. van den brief dd. 1555 Juni 28 (Reg.No. 3325).
regest_nummer 3317 1554 December 12
regest_beschrijving Jan Cornelisz. en Henrick Cornelisz., schepenen in Sinte-Gertruydenberge, oorkonden, dat Wouter Cornelisz. heeft overgedragen aan Domis Peymants den brief dd. 1539 October 28 (Reg.No. 2991), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XLIII.
regest_nummer 3321 1554
regest_beschrijving Aert Adriaensz., rechter in het ambacht van Raemsdonck, en heemraden oorkonden, dat Peter Geritsz. heeft overgedragen aan het klooster van Sinte-Kathelynendale te Sente-Geertruydenberge de rente, vermeld in den brief dd. 1551 Februari 10 (Reg.No. 3236), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXIX.
regest_nummer 3325 1555 Juni 28
regest_beschrijving Wouter Cornelisz. en Mathijs Willemsz., schepenen in Sinte-Gertrudenberge, oorkonden, dat Domis Aertsz. Peyman heeft overgedragen aan broeder Joachim van den Put, pater van het klooster van Sinte-Katharynendael aldaar, de rentebrieven dd. 1541 April 26 en 1554 December 12 (Reg. Nos. 3018 en 3316), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XLIV.
regest_nummer 3329 1555 December 20
regest_beschrijving Peter Adriaensz., rechter in het ambacht van Muylkerck aan de Dussen, en heemraden oorkonden, dat Anthonijs Jansz. van Eemechoven heeft overgedragen aan het klooster van Sinte-Katerynendale te Sinte-Ghertruydenberge de helft van 7 morgen land in Muylkerck, waarna het klooster hem het land in erfpacht heeft gegeven tegen 7 rijnsche guldens jaarlijks, losbaar met den penning 15.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLVIII.
regest_nummer 3334 1556 April 13
regest_beschrijving De pater, de moeder en de procuraterse van het zusterhuis (van St.-Catherinadal te St.-Gertruidenberg) ter eenre, en Melis Adriaensz. en Corstiaen Hubrechtsz. met hun echtgenooten ter andere zijde, verdeelen 6 ongescheiden blokken land in Hooghen Brant buiten de Veenpoort, waarbij den pater Joachim van den Putte, ten behoeve van het klooster, het 2e en het 4e blok worden toebedeeld.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCIV.
regest_nummer 3336 1556 Mei 20
regest_beschrijving Jan Pietersz., rechter in Elf en ½ hoeve en Groot Waspijck, en heemraden oorkonden, dat Thomas Cornelisz. heeft overgedragen aan Anna Bartholomeus' dochter 3 gaarden land, waarop zij ze hem ten gebruike heeft gegeven tegen 2 carolusguldens jaarlijks, losbaar met den penning 14, welk geld Anneken Bartholomeus' dochter bestemd heeft voor 30 missen jaarlijks voor haar memorie.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXLIII.
regest_nummer 3342 1557 Februari 3
regest_beschrijving Wouter Cornelisz. en Jan Cornelisz., schepenen in Sinte-Geertruydenberge, oorkonden, dat Godevaert Adriaensz. Vroon heeft overgedragen aan Henrick Geritsz. den erfcijns, vermeld in den brief dd. 1553 Mei 28 (Reg.No. 3285), waardoor deze gestoken is.
regest_datering (XVc ses ende vijftich stilo curie Hollandie).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XL.
regest_nummer 3363 1559 April 24
regest_beschrijving Wouter Cornelisz. en Jan Cornelisz., schepen in Sinte-Geertruydenberge, oorkonden, dat Jan Cornelisz. Copdamen heeft overgedragen aan Lijsken Cornelis Clesen dochter 30 stuivers jaarlijks, vermeld in den brief dd. 1551 Juni 23 (Reg.No. 3246), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. IX.
regest_nb Door het oorspr. was gestoken de brief dd. 1567 Augustus 12 (Reg.No. 3463).
regest_nummer 3380 1561 Januari 17
regest_beschrijving Wouter Mathijsz. en mr. Ambrosius Rosendaels, schepenen in Sinte-Geertruydenberge, oorkonden, dat Cornelis Mertensz. heeft overgedragen aan het convent van Sinte-Katharynendale aldaar 20 stuivers jaarlijks erfcijns uit een morgen land in de Plucmade, losbaar met den penning 14.
regest_datering (XVc tsestich stilo curie Hollandie).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XLII.
regest_nummer 3389 1562 Januari 28
regest_beschrijving Wouter Mathijsz., stadhouder in het ambacht van Stanthasen van den prins van Aurangyën enz., en heemraden oorkonden, dat Adriaen Adriaensz. heeft overgedragen aan de zusters van Sinte-Catelynendale te Sinte-Gertruydenberge 7 carolusguldens jaarlijks uit 1 bunder land in den nieuwen Vinckenpolder te Stanthasen, losbaar met den penning 14.
regest_datering (XVc een ende tsestich stilo curie Hollandie).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LIX. In margine staat: "Dit is van Truycken Mertens dochter".
regest_nummer 3390 1562 Januari 30
regest_beschrijving Cornelis van Galen en Jan Cornelisz., schepenen van Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat Wouter Mathijsz., schepen, verklaard heeft voldaan te zijn van zijn aandeel in het stuk land, dat de zusters van Sinte-Kathelynendale hebben in Heyn Aerts Hoeck buitensdijks in den Poselaer in Stanthasen en dat afkomstig is van zijn vader Thijs Jan Mathijsz.
regest_datering (XVc een ende tsestich stilo curie Hollandie).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCXXI. In margine staat: "Dit is van den Hoeck".
regest_nummer 3393 1562 Augustus
regest_beschrijving Wouter Mathijsz en Dirick Geritsz. van Delft, schepenen in Sinte-Geertrudenberghe, oorkonden, dat broeder Johan Vogelsanck, pater, zuster Anna Cornelis' dochter, mater, en zuster Maritgen Zeben dochter, procuratersse van Sinte-Kathelynendale, als eigenaars van 1/3, Jan Cornelisz., schepen, voor 1/3 en Wouter Willemsz. en Frans Diericksz. samen voor 1/3, 6 morgen land in de Lage mede verdeeld hebben.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CCVIII. In margine staat: "Dit is van suster Jacoba Adriaens dochter Alias Herstrate".
regest_nummer 3404 1563 Augustus 18
regest_beschrijving Wouter Mathijsz. en Jan Cornelisz., schepenen in Sinte-Geertruydenberge, oorkonden, dat Cornelis Jansz. Nefken heeft overgedragen aan broeder Johan Vogelsanck, pater van het convent van Sinte-Cathelynendale aldaar, 4 gulden jaarlijks erfcijns uit 1 morgen land op de Plucmede op het Rolleken binnen de stadsvrijheid, losbaar met den penning 15.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XLV.
regest_nummer 3433 1565 Juni 19
regest_beschrijving Henrick Cornelisz., brouwer, en Henrich Hubrechts de Hooch, schepenen in Sinte-Geertrudenberge, oorkonden, dat Adriaen Zegersz. heeft overgedragen aan het convent van Sinte-Kathelynendale aldaar 4 viertel rogge jaarlijks uit ½ bunder land in de Plucmade, losbaar met 50 carolusguldens.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXXXVII. In margine staat: "Dit is van Truycken Mertens dochter".
regest_nummer 3436 1565 November 22
regest_beschrijving Henrik Hubrechtsz. de Hooch en Niclaes Willemsz. Hey, schepenen van Sinte-Geertruydenberge, oorkonden, dat de gasthuismeesters, met toestemming van het kapittel en van het gerecht aan mr. Jan Kieboom hebben gegeven een erfcijns van 7 carolusguldens jaarlijks uit een stuk land, gelegen in het water bij de Karthuisers en naast het Wildonck, losbaar met 100 carolusguldens.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XVII. In margine staat: "Dit is van mr. Jacob Noye". Door het oorspr. was gestoken het oorspr. van den brief dd. 1566 Maart 29 (Reg.No. 3448).
regest_nummer 3448 1566 Maart 29
regest_beschrijving Henrick Cornelisz., brouwer, en Henrich Hubrechtsz. de Hooch, schepenen van Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat mr. Jan Kieboom, priester en kannunik aldaar, heeft getransporteerd aan het convent van Sinte-Kathelynendale den cijns, vermeld in den brief dd. 1565 November 22 (Reg.No. 3436), waardoor deze gestoken is.
regest_datering (XVc vijf ende tzestich stilo curie Hollandie).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XVII.
regest_nummer 3453 1567 Februari 5
regest_beschrijving Dirck Geritsz. en Henrick Hubrechtsz. de Hooch, schepenen in Sinte-Geertruydenberghe, oorkonden, dat Adriaen Willemsz. van der Mede heeft overgedragen aan het convent van Sinte-Cathelynendale aldaar 1 viertel rogge jaarlijks uit ½ morgen land op de Plucmade.
regest_datering (XVc zes ende tzestich stilo curie Hollandie).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. LXXXI.
regest_nummer 3463 1567 Augustus 12
regest_beschrijving Adriaen Reynenz. en Henrick Cornelisz., brouwer, schepenen van Sinte-Geertruydenberge, oorkonden, dat Lijsken Cornelis Cleesen dochter heeft overgedragen aan de zusters van SintepCathelynendael aldaar de rente, vermeld in de brieven dd. 1551 Juni 23 en 1559 April 24 (Reg. Nos. 3246 en 3363), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. IX.
regest_nummer 3464 1567 Augustus 14
regest_beschrijving Jan Pietersz., rechter in het ambacht van Elf en een halve hoeve en Groot Waspijck, en heemraden oorkonden, dat Dirxken, weduwe van Adriaen Jan Staecensz. en hun kinderen hebben getransporteerd aan het convent van Sinte-Kathelynendale te Sinte-Geertruydenbergh 28 (sic) stuivers jaarlijks op de hofstede, vermeld in den brief dd. 1527 April 5 (Reg.No. 2751), waardoor deze gestoken is.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXXVII.
regest_nummer 3466 1567 October 11
regest_beschrijving Henrick Cornelisz., brouwer, en Boudewijn Jansz., schepenen van Sinte-Geertruydenberge, oorkonden, dat Cornelie, dochter van Adriaen Willemsz. de Corte, heeft getransporteerd aan broeder Johan Vogelsanck, pater van het convent van Sinte-Carthelinendale aldaar, de helft van een rente, groot 3 rijnsche guldens jaarlijks, ten laste van Jacob Willem Doncker, de helft van een rente, groot 2 dergelijke guldens, ten laste van Jacob Woutersz. Boef en de helft van een rente, groot 30 stuivers jaarlijks, ten laste van Huyb Braet.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. XVI.
regest_nummer 3468 1567 October 29
regest_beschrijving Ghijsbrecht de Bruyn Adriaensz., rechter in het ambacht Cleyn Waspijck, en heemraden oorkonden, dat de kinderen van Frans Petersz. hebben getransporteerd aan het klooster van Sinte-Kathelynendale te Sinte-Geertruydenberge het nog niet afgeloste vierdedeel van de rente, vermeld in den brief dd. 1529 Januari 9 (Reg.No. 2765), waardoor deze gestoken is, dat 13 stuivers jaarlijks bedraagt.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXXXIX.
regest_nummer 3469 1567 November 5
regest_beschrijving Adriaen Jacobsz., schout op den Hill in het land van Altenae, en heemraden oorkonden, dat Anthonis Jansz. Mettenbaerdt heeft overgedragen aan Jan Vogelsanck als pater van de zusters van Sinte-Catherynendael te Sinte-Geertruydenberge ¼ van een hoeve land met huis op den Hill, waarna hij het heeft teruggekregen tegen 9 carolusguldens jaarlijks, losbaar met den penning 15.
regest_datering
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CLXXX. In margine staat: "Dit is van suster Elizabeth Anteunis' dochter".
regest_nummer 3496 1571 Maart 13
regest_beschrijving Adriaen Kepkens alias van Oirt, rechter in het ambacht Schrevelduyn, Waspijck en Cleyn Waspijck, en heemraden oorkonden, dat Thomas Vrancken heeft overgedragen aan het klooster van Sinte-Katerynendale te Sinte-Gheertruydenberge een akker zaailand in Schrevelduyn-Waspijck, waarna het klooster het land aan Thomas Vrancken in gebruik heeft gegeven tegen 2 rijnsche guldens jaarlijks, losbaar met den penning 14.
regest_datering (stilo Luydicx).
regest_nb Afschrift in Inv.No. 670, fol. CXLII. In margine staat: "Dit is van Elen Gielis' dochter jaerghetyde".
regest_nummer 3502 1576 Mei 7
regest_beschrijving Burgemeesters, schepenen en raad van de stad Breda oorkonden, op verzoek van Jan Vogelsanck, priester, pater van het zusterconvent te Sinte-Gertrudenberghe, dat Matijs Jan Godertsz. onder eede verklaard heeft, dat hij als gemachtigde van het convent, sedert het jaar 1528, totdat hij 4 jaar geleden van ten Hout onder Oisterhoudt naar Breda verhuisde, jaarlijks geïnd heeft de pachten en renten, hier beschreven.
regest_datering
regest_nb Afschrift voorin Inv.No. 670.
Oud inv.nr. 670. Daarna NDR Hingman 7557. Nu toegang 1.08.11, inv.nr. 4062.
Reg. nos. 3512 en 3521
regest_nummer 3512 1578 November vóór den 13en
regest_beschrijving Anna Buys, moeder, Barbara van Nassauwe, dochter van Jan, in leven kastelein van Heuden, natuurlijken zoon van graaf Johan van Nassau, ondermoeder, en de zusters van het klooster, eertijds te Geertrudenberge geweest zijnde, ten getale van 15 en alle omtrent 100, 90, 80, althans boven de 50 jaar oud, die 5 jaar geleden naar 's Hertogenbossche hebben moeten verhuizen, waar zij van aalmoezen moeten leven, verzoeken den prins van Oraingne, ingevolge de pacificatie van Ghendt, alimentatie uit de inkomsten, indertijd van haar ouders meegekregen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 671). In margine beschikking dd. 1578 November 13, waarbij het rekest in handen van Raad en Rekenkamer gesteld wordt.
regest_nummer 3521 1579 December 23
regest_beschrijving Die van den Raad en Rekenkamer te Breda geven de religieuzen van Sinte-Katharynendal ten getale van 15 of 16 verlof om al haar inkomsten buiten het rechtsgebied van Gertruydenberg te blijven innen voor haar alimentatie, met bevel daarvan jaarlijks een specificatie over te leggen aan den rentmeester W. Croon, die de specificatie achter in zijn rekening zal voegen.
regest_datering (ten bureele vander camere van Rade ende Rekeningen voorscreeven).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 671).
Reg. nos. 3515 en 3520
regest_nummer 3515 1579 Januari 19
regest_beschrijving Willem Croon zendt aan den Raad en Rekenkamer te Breda, hierbij ingesloten, een staat van de goederen en inkomsten, afkomstig van het klooster van Catelynendael te Sint-Geertrudenberg, en van gedane uitgaven; antwoordt hun, dat hij nooit een commissie van de Staten heeft gehad en hun nooit rekening gedaan heeft, doch alleen aan den prins over de jaren 1573-1575, welke rekeningen hij 3 jaar geleden op bevel van den raadsheer Johan Basius heeft overgeleverd aan Johan Back, toen commissaris van de stad Geertrudenberg, die ze aan den Raad te Breda gegeven zou hebben; dat de rekening over 1576 en 1577 ook gereed is en dat hij verzoekt ontslagen te worden als ontvanger van enkele begijnen, papen en een koster, daar het veel last en weinig profijt oplevert.
regest_datering (Geertrudenberch).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 672).
regest_nummer 3520 1579 Augustus 20
regest_beschrijving Willem Croon, rentmeester van de geconfisqueerde goederen binnen en buiten Geertruidenberg, schrijft aan de raden te Breda, in antwoord op een klacht over de geringe inkomsten van het klooster Catelynendal, dat zijn commissie beperkt is tot de jurisdictie van Geertrudenberge en het klooster de inkomsten uit elders gelegen goederen blijft trekken, en sluit hierbij in een staat van alle goederen en inkomsten.
regest_datering (Gertrudenberge).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 672).
Reg. no. 698
Reg. no. 3501
regest_nummer 3501 1574
regest_beschrijving Jan Meeusz. te Raemsdonck verzoekt den prins van Oranje onder overlegging van kwitantie, om den rentmeester van de confiscatie te gelasten, hem niet verder lastig te vallen om de reeds door hem betaalde pacht over het jaar 1573 van de hofstede, die hij van ouds in pacht heeft van de Karthuizers buiten Sint-Geertruidenberg.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 681). Hieraan vastgehecht de kwitantie, afgegeven door den prior Erasmus Roosendaal.
Reg. nos. 3505 en 3506
regest_nummer 3505 1577 April vóór 21
regest_beschrijving Erasmus de Vrome, eertijds prior van de Karthuizers bij Sinte-Geertruydenberch, verzoekt aan de heeren van den Raad en Rekeningen van den prins van Oranje te Breda om aan twee of drie religieuzen, thans wonende te Etten, te schrijven, dat zij hem de 50 viertel rogge jaarlijks, die hem door den prins als alimentatie zijn toegewezen, ongestoord laten ontvangen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 682).
regest_nummer 3506 1577 April 21
regest_beschrijving (De Domeinraad) verzoekt aan eenige Karthuizers, wonende te Etten, de redenen te noemen, waarom zij Erasmus de Vrome, eertijds prior van hun convent, storen in het bezit van 50 viertel rogge jaarlijks, hem bij ordonnantie van den prins als alimentatie toegewezen.
regest_datering (Breda).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 682).
Reg. no. 3510
regest_nummer 3510 1578 Maart 24
regest_beschrijving Peter van Clootwijck zendt aan Michiel Piggen de pachtcondities van de landen onder Geertruydenberch, Raemsdonck en Stanthasen, die aan de Karthuizers hebben toebehoord, en verzoekt, een of twee leden van den Raad naar den verhuurdag op Maandag e.k. te zenden.
regest_datering (Geertruydenberch).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 683).
Reg. no. 395
regest_nummer 395 1346 Maart 17
regest_beschrijving Margriete, keizerin, gravin van Heynnegouwen, Hollant enz., belooft heer Ghisebrecht van Apcoude, dat zij hem zal beleenen met het land van Altena, zooals heer Gherard, heer van Hoerne, het gehad heeft.
regest_datering (Songnies M CCC vive ende viertich).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 685). Met geschonden zegel van de oorkondster in roode was.
Deze heerlijkheden werden alle verworven door Willem van Duvenvoorde. Op het bezit daarvan alsmede op dat van Drimmelen, dat graaf Engelbrecht I van Nassau in 1411 verkreeg, werd na den St. Elizabethsvloed het recht op de visscherij in de Verdronken Waard gebaseerd, over welker begrenzing en exploitatie herhaaldelijk processen met de grafelijkheid ontstonden.
Zie ook Inv. nos. 603, 604, 740 en 779
Reg. no. 145
regest_nummer 145 1320 Maart 2
regest_beschrijving Willaem, graaf van Heynegouwen, Holland enz., beleent Willaem, zoon van heer Philips van Duvoirde, zijn kamerling, met de ambachten Dubbelmonde en Almonde met gerecht, tienden, veren en visscherij, in ruil waarvoor deze Jan van Berghen, baljuw van Zuytholland, Jan ver Diedewiën zoon, rentmeester aldaar, en Voppe Biezemaer, knaap, ten behoeve van graaf Willaem elders evenveel aan renten heeft aangewezen als de ambachten opbrachten.
regest_datering (tote Sinte-Ghertrudenberghe des Sonnendaghes na Sinte Mathijs' dach dusent driehondert ende neghentiene).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 687). Met zegel van den oorkonder in groene was, weinig geschonden; de zegels van Jacob, bisschop van Zuden, en Jan van Berghen in bruine was; de zegels van heer Hugheman, heer van Sevenberghen, en heer Willem van Wildelsnesse, ridders, en Enghebrecht van Voirscoten, rentmeester van Noord-Holland, verloren.
regest_nb b) Oorspr. (Inv.No. 687). Met de zegels van graaf Willem en Jan van Byamont in groene was, min of meer geschonden.
regest_nb c) Gevidimeerd in den brief dd. 1338 Februari 4 (Reg.No. 284).
regest_nb d) Gevidimeerd in den brief dd. 1379 April 20 (Reg.No. 732).
regest_nb e) Authentiek afschrift 16e eeuw (Inv.No. 717).
regest_nb f) Afschrift (c. 1560) (Inv.No. 717).
regest_nb Zie v. Mieris II, bl. 209, waar dezelfde akte is afgedrukt uit een leenregister en waarvan het oorspr. bezegeld was door schepenen en raad van Dordrecht, over wier medewerking ook in de akte een passage voorkomt, die in de bovenstaande stukken ontbreekt.
Reg. no. 145
Reg. no. 146
regest_nummer 146 1320 September 10
regest_beschrijving Hughe, heer van Zottighem, burggraaf van Ghend, heer van Putthe en Striene, en Beatrijs, zijn vrouw, doen na opdracht aan heer Willaem, graaf van Holland, enz., nogmaals afstand van de ambachtsheerlijkheid van Almonde en Dubbelmonde ten behoeve van Willaem, heer Philipsz. van Duvenvoirde, aan wien graaf Willaem haar verkocht heeft.
regest_datering (des Woensdaghes na Onser Vrouwen dach in September).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 687). Met de zegels van beide oorkonders in groene was, weinig geschonden.
regest_nb b) Afschrift (16e eeuw) (inv. nr. 717).
regest_nb c) Afschrift (16e eeuw) (inv. nr. 717).
Reg. nos. 145 en 284
regest_nummer 284 1338 Februari 4
regest_beschrijving Willem van Zonne, deken in de kerk van Sente Gheerdenberghe, geeft vidimus van den brief dd. 1320 Maart 2 (Reg.No. 145).
regest_datering (des Woensdaechs nae Onser Vrouwen dach ter Lichtmisse dusent driehondert ende zeven ende dertich).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 687). Het zegel van den oorkonder verloren.
Reg. nos. 145 en 732
regest_nummer 732 1379 April 20
regest_beschrijving Deken en kapittel van St. Marie te Breda geven vidimus van den brief dd. 1320 Maart 2 (Reg.No. 145).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 687). Met rest van het kapittelzegel in bruine was.
Reg. no. 247
regest_nummer 247 1334 Juli 8
regest_beschrijving Willaem van Duvenvoirde, heer van Oesterhout, en Willaem van Dubbelmonde maken huwelijksvoorwaarden voor hun dochter en zoon Clemeynce en Jan, waarbij Clemeynce 40 pond hollandsch jaarlijks meekrijgt bij de voltrekking van het huwelijk, als Jan 12 jaar oud is of eerder, of, wanneer Willaem van Duvenvoirde sterft zonder kinderen na te laten van Heylewive van Vianen, het gerecht van Almonde, dat hij gekocht heeft van Jan heer Wisscaerdsz. en dat leenroerig is aan Willaem van Dubbelmonde; Jan van Dubbelmonde zal de goederen van zijn vader erven en Clemeynce een lijfrente geven.
regest_datering (des Vriëndaechs voer Sente Margrieten dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 688). Met de zegels van Willem van Duvenvoirde, Jan van Polanen en Jan van Drongelen in groene was; die van Willem van Dubbelmonde, Diederic van Mathenesse en Jan uten Houte verloren.
Reg. no. 400
regest_nummer 400 1346 Juli 25
regest_beschrijving Jan van Drimmelen en Clemense zijn vrouw, dochter van heer Willem van Duvenvoirde, heer van Oesterhout, beloven dezen, dat zij de aan Clemense door haar vader vermaakte goederen n.l. 50 morgen land met bijbehoorende waarden in Emmichoeven, een tiende in het gerecht van Werthusen en Emmichoeven, het hoekhuis in de Coestraat (te Geertruidenberg?) en 4 pond jaarlijks ten laste van graaf Willaem van Heynegouwen niet zullen opeischen, zoolang hij leeft en haar huwelijksche voorwaarden nakomt, en dat zij na zijn dood die voorwaarden zullen kwijtschelden en zich met de vermaakte goederen tevreden zullen stellen.
regest_datering (des Dinxdaghes op Sinte Jacops dach des apostels).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 688). Met de zegels van de beide oorkonders, hun vader heer Willem van Driemilen, heer Jan van Dronghelen, heer van Meduwen en Eten, heer Jan van Borchst, ridders, Otte Jansz. van Slinghelant, Melijs Spierinc en Wouter die Suker in bruine was; het eerste tweede, vijfde, zesde en achtste geschonden.
Reg. no. 795
regest_nummer 795 1389 December 1
regest_beschrijving Willem van Driemilen erkent, dat hij, niettegenstaande heer Willem van Duvenvoerde, heer van Oesterhout, aan zijn moeder Clemence bij huwelijksvoorwaarden het gerecht van Almonde had toegezegd, zooals hijzelf dat van Jan heer Wiskaertsz. had gekregen, daarop geen aanspraken kan doen gelden, omdat zijn ouders, Jan van Driemilen en Clemence, heer Willem de huwelijksvoorwaarden hebben kwijtgescholden tegen de goederen, hun door hem vermaakt.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 688). Met de zegels van Willem van Driemilen, Jan van den Camp, drossaard van Breda, en Willem van Dalem, heer van Donghen, in bruine was; het eerste en het laatste zeer geschonden.
Zie ook de inv. nos. 185-190
De rekeningen onder de nos. 692-697 loopen van Maart tot Maart; geen der rekeningen is afgehoord; aan inkomsten bevatten zij uitsluitend inkomsten uit heerlijke rechten; in de eerste rekening worden geen uitgaven verantwoord
Datum van ingang 11 November (St. Maarten)
Rekening van Geryt Boot
Rekening van Geryt Boot
Rekening van Geryt Boot
Rekening van Geryt Boot
Rekening van Geryt Boot
Rekening van Geryt Boot
Reg. no. 903
regest_nummer 903 1403 September 11
regest_beschrijving Philips, heer van Wassenair, burggraaf van Leyden, en heer Dirc van Wassenair, zijn broeder, doen ten behoeve van Catharine van Ghistel, weduwe van heer Willem van Oisterhout, afstand van hun aanspraken op de goederen, die zij geërfd hebben van hun tante Heylwijf van Wassenair, eerste vrouw van Willem van Oisterhout, en die eertijds bij arbitrage en tegen betaling zijn toegewezen aan vrouwe Catherine n.l. 3½ gaarde land in het Smael Weer te Raemsdonc, 2 gaarden en 13½ gaarde aldaar, de moer bij de Kaen, 1½ morgen uitland in Almonde, 16 bunder moer in den Berghe en 3 bunder in de Lange Gheer.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 699). Met de zegels van de beide oorkonders in groene was.
Zie over Marie van Hoerne: de Navorscher, 1903, blz. 182.
Reg. no. 982
regest_nummer 982 1411 Maart 23
regest_beschrijving Mary van Randenrode, vrouwe van Duffel en Herlaer, en Mary van Hoerne, gravin van Marre en Garniach, vrouwe van het land van Duffel, verkoopen aan Engelbrecht, graaf van Nassow, heer van de Leck en Breda, het goed van Randeroede in de parochie van Almonde, losbaar binnen 8 jaar.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 700). Met geschonden zegel van Mary van Randenroede in groene was; dat van Mary van Hoerne verloren.
Reg. no.996
regest_nummer 996 1412 Juni 29
regest_beschrijving Jan Bouden IJdenz. zoon, Diedric Buysse, Jan Clauwaertsz. en Herberen van Hontswijc, schepenen in Sinte-Gheerdenberghe, oorkonden, dat Gielijs Michiels, Heinric Jan Voghelaersz. en Jan Woutersz. hebben verklaard, dat ten overstaan van hen als rechter en heemraden, vrouwe Mari van Randen Roden, vrouwe van Duffel en Herler, en Mari van Hoerne, vrouwe van Duffel, haar dochter, hebben gegeven aan den jonker van Nassouwen, heer van de Leck en Breda, het land Randen Rode in het ambacht van Almonde.
regest_datering (op Sinte Peters ende Pauwels dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 700). Met de zegels van de vier schepenen in groene was.
Reg. no. 153
regest_nummer 153 1322 Augustus 27
regest_beschrijving Willem, oudste zoon van den heer van Hoerne en Altena en zijn vrouw Oede van Putte en Striene, jonkvrouw van Hoerne en Altena, verklaren voldaan te zijn door Willem van Duvenvoerde, kamerling van den graaf van Henegouwen enz., van den koop van 70 pond jaarlijks aan korentienden van Dubbelmonde en 150 pond van die van Almonde.
regest_datering (des Vridaechs na Sente Bartelmeuwes' daghe apostels).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 701). Met zegel van Oede van Putten in bruine was, dat van Willem van Hoerne en Altena verloren.
Reg. no. 583
regest_nummer 583 1359 December 4
regest_beschrijving Aelbrecht van Beyeren, ruwaard van Holland enz., belooft Jan van Pollanen, heer van de Leck en Breda, om diens vrouw, Machteld van Rotselaer, haar leven lang te handhaven in het bezit van de tienden van Amonde en Dubbelmonde, die Jan van Pollanen haar als lijftocht heeft gegeven.
regest_datering (des Woensdaghes na Zinte Andries'dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 702). Het zegel van hertog Albrecht verloren. Gecancelleerd.
Reg. no. 271
regest_nummer 271 1337 Januari 9
regest_beschrijving Damaes Gheeraed Lichtvoetsz. verklaart, dat na den dood van Gillijs van Wendelsnesse diens zoon Willaem, toen knaap, door Daneel van der Marwede beleend werd met een visscherij tusschen Dordrecht en de visscherij van Wouter van den Wale, dat vervolgens Willaem, toen ridder, de visscherij aan Daneel, toen eveneens ridder, wilde verkoopen, die dat weigerde, omdat hij heer Willaems manschap niet wilde verliezen, en dat na den dood van heer Willaem diens zoon Jan ten huize van heer Daneel te Dordrecht met de visscherij beleend is.
regest_datering (des Donredaghes na Dertyendach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 703). Met het zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 278
regest_nummer 278 1337 November 5
regest_beschrijving Hughe van den Woude verklaart, dat wijlen heer Daneel van der Marweyde, ridder, 3 of 4 jaar na den dood van graaf Florens, toen hij nog knaap was, tegen hem gezegd heeft, dat hij niet wist, van wien hij de visscherij op de Dubbel, die hij tot nog toe van den heer van Aemstelle had gehouden, nu in leen houden zou, en dat hij er niets anders op wist dan den graaf van Hollant te vragen, hem ermede te beleenen.
regest_datering (des Woensdaghes na Alre Helighen dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 703). Het zegel van den oorkonder verloren.
Reg. no. 279
regest_nummer 279 1337 November 5
regest_beschrijving Hughe van den Woude en Arnd van Scoenhout verklaren, dat wijlen de heer van Voerne in het jaar 1336 heer Daneel van der Merweyde, ridder, per brief heeft verzocht de handen af te houden van de visscherij van de Dubbel, die de vrouwe van Oisterwijc van hem in leen had, waarop heer Daneel geantwoord had, dat de heeren van de Marweyde de geheele visscherij in leen hadden van de heeren van Aemstelle en dat die van Windelsnisse de helft van hem in achterleen hadden, waarop de heer van Voerne antwoordde, dat Willem van Windelsnisse hem als leenheer gevraagd had, zijn vrouw en kinderen met zijn helft van de visscherij te beleenen, wat hij gedaan had, hoewel hij in zijn register niets over de visscherij vond; dat hij te Rotterdam zou komen, waar hij heer Daneel en de vrouwe van Oisterwijc verzocht ook te komen om de zaak te beslissen.
regest_datering (des Woonsdaghes na Alre Helighen dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 703). Met de zegels der beide oorkonders in groene was.
Reg. no. 2190
regest_nummer 2190 1490 Juli 8
regest_beschrijving Engelbrecht, graaf van Nassau en Vyanden, heer van Breda, gelast den stadhouder van de leenen, de goederen te Dubbelmonde in ontvangst te nemen, die mr. Willem van Zeevenbergen voornemens is aan hem op te dragen, om ze daarna van hem in leen te ontvangen.
regest_datering (Antwerpen).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 704).
Zie ook de inv. nos. 603, 740 en 779
Reg. no. 175
regest_nummer 175 1325 October 26
regest_beschrijving Willaem, graaf van Heynegouwen, Holland enz., verkoopt aan Willaem van Duvoerde, zijn kamerling, het ambacht van Twintichhoeven behoudens "onser ghershure" en de gagels van de Zwaelwe.
regest_datering (tot Sente-Gheerdenberghe des Saterdaghes voer Sente Symon ende Juden dach).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 705). Het zegel van graaf Willem verloren.
regest_nb b) Gevidimeerd in den brief dd. 1376 April 20 (Reg.No. 709).
regest_nb c) Gevidimeerd in den brief dd. 1379 April 20 (Reg.No. 733).
regest_nb d) Afschrift 16e eeuw (Inv.No. 822).
regest_nb e) Afschrift 16e eeuw (Inv.No. 822).
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris II, bl. 366.
Reg. no. 176
regest_nummer 176 1325 October 26
regest_beschrijving Willem, graaf van Henegouwen, Holland enz., beleent zijn kamerling, Willaem van Duvorde, met het ambacht van Twintichhoeven na opdracht door Clais Gherardsz. van Wyeldrecht.
regest_datering (tote Sente-Gheerdenberghe des Saterdaghes voer Sente Symon ende Juden dach).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 705). Het zegel van graaf Willem verloren.
regest_nb b) Afschrift (c. 1560) (Inv.No. 717).
regest_nb c) Afschrift (c. 1560) (Inv.No. 717).
Reg. nos. 175 en 709
regest_nummer 709 1376 April 20
regest_beschrijving Deken en kapittel van St. Marie te Breda geven vidimus van den brief dd. 1325 October 26 (Reg.No. 175).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 705). Het kapittelzegel verloren.
Reg. nos. 175 en 733
regest_nummer 733 1379 April 20
regest_beschrijving Deken en kapittel van St. Marie te Breda geven vidimus van den brief dd. 1325 October 26 (Reg.No. 175).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 705). Het kapittelzegel verloren.
Reg. no. 239
regest_nummer 239 1332 October 15
regest_beschrijving Willaem van Duvenvoirde, heer van Oosterhout, beleent Arnout Boudensz. van Wieldrecht, zijn knaap, met een viertel land onder Twintechoefven, te vererven, wanneer deze geen zoon krijgt, op zijn dochter Margriete, wier moeder jonkvrouw Aleit, dochter van heer Simoen van Markenborch is.
regest_datering (des Donderdaechs na Sente Victoers dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 706). Het zegel van den oorkonder verloren.
Zie ook de inv. nos. 603 en 740
Reg. no. 193
regest_nummer 193 1328 Mei 11
regest_beschrijving Willaem graaf van Henegouwen, Holland enz., beleent zijn kamerling Willaem van Duvoerde met het gerecht van Over-Waspijc na opdracht door Jan Scoutekijn.
regest_datering (tot Sente-Ghertrudenberghe op Ascensiën avonde).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 707). Met de zegels van graaf Willem, Jan van Dronghelen en Matheeus Colijnsz. in groene was; dat van Jan ser Gillijsz., rentmeester van Zuid-Holland, verloren.
regest_nb b) Gevidimeerd in den brief dd. 1388 Augustus 14 (Reg.No. 793).
regest_nb c) Gevidimeerd in den brief dd. 1429 April 10 (Reg.No. 1253).
Reg. no. 1253
regest_nummer 1253 1429 April 10
regest_beschrijving Deken en kapittel van Sinte Marie in Breda geven vidimus van den brief dd. 1328 Mei 11 (Reg.No. 193).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 707). Met rest van het kapittelzegel in groene was.
In dorso: "Beroerende den loep ende aenwasch van der Ouder Mase tusschen de heerlijcheden van der Dussen ende Cleyne Waspick"
Reg. no. 229
regest_nummer 229 1331 November 23
regest_beschrijving Arnout van der Dussen draagt op aan Beatrijs, vrouwe van Putte en Stryene, ten behoeve van heer Willaem van Duvenvoerde, heer van Oesterhout, de helft van het gerecht en ambacht van Stanthesen, zooals hij die geërfd heeft van Arnd Wisscart Jansz.
regest_datering (des Saterdaechs voer Sente Katerinen dach).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 708). Met de zegels van den oorkonder, Arnout Boudensz. van Wieldrecht en Jan Hesselsz. van Drongelen, mannen van vrouwe Beatrijs, Willem van Dubbelmonde en Everaert Wisscaert, mannen van Arnout van der Dussen, in groene was; het eerste weinig, het vierde zeer geschonden.
regest_nb b) Afschrift c. 1560 (Inv.No. 717).
Reg. no. 361
regest_nummer 361 1343 November 6
regest_beschrijving Nyclaes van der Dussen, ridder, belooft heer Willam van Duvenvoirde, heer van Oesterhout, te zullen beleenen met het halve gerecht en ambacht van Stanthaesen naar den kant van Sente-Gheerdenberghe gelegen, zooals deze dat gekregen heeft van wijlen zijn broeder Aernout van der Dussen en het, wanneer Willaem van Duvenvoirde dat wenscht, ten zijnen behoeve op te dragen aan de vrouwe van Putte, van wie hij het geheele gerecht in leen heeft.
regest_datering (des Donderdaechs na Alre Heylighen dach).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 709). Met rest van het zegel van den oorkonder in bruine was.
regest_nb b) Afschrift c. 1560 (Inv.No. 717).
Reg. no. 3235
regest_nummer 3235 c 1550
regest_beschrijving Adriaen Rugersz. te Sinte-Geertruydenberge, te kennen gevende, dat de stad in overleg met de gezworenen, die zij te Stanthasen gesteld heeft, en zonder voorkennis van schout en gezworenen van den prins aldaar, zijn land te Stanthasen bedorven hebben door het maken van een nieuwen weg en het doen van afgravingen tot het aanleggen van een dijk en het stoppen van een doorbraak, verzoekt den prins van Auraengen, hem door zijn schout en gezworenen aldaar te doen bijstaan in het beletten daarvan.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 710).
Reg. no. 268
regest_nummer 268 1336 April 8
regest_beschrijving Willem, graaf van Heynegouwen, Hollant enz., verkoopt aan heer Willem van Duvenvorde, heer van Oesterhout, zijn kamerling, in erfleen den wildert, gelegen tegen het ambacht van Stanthesen tot de Brabantsche grens.
regest_datering (Valenchiene des Maenendaghes na Beloken Paesschen).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 711). Het zegel van graaf Willem verloren.
regest_nb b) Gevidimeerd in den brief dd. 1429 Maart 20 (Reg.No. 1249).
regest_nb c) Gevidimeerd in den brief dd. 1431 April 10 (Reg.No. 1290).
regest_nb d) Afschrift (Inv.No. 714).
regest_nb e) Afschrift (Inv.No. 714). Op hetzelfde blad als e. het afschrift van de akte dd. 1403, September 18 (Reg.No. 904).
Reg. no. 428
regest_nummer 428 1347 December 21
regest_beschrijving Willem, hertog van Beyeren, verbeider van Hollant enz., gelast zijn baljuw van Zuythollant om zijn kamerling, heer Willem van Duvenvoirde, heer van Oesterhout, te handhaven in het bezit van de moeren van Stanthaesen tot de Brabantsche grens, zooals hij die van 's graven grootvader heeft gekregen, tegen degenen, die hem daarin hinderen.
regest_datering (in den Haghe op Sente Thomaes' dach).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 711). Met zegel van hertog Willem in bruine was.
regest_nb b) Gevidimeerd in den brief dd. 1429 Maart 20 (Reg.No. 1250).
regest_nb c) Gevidimeerd in den brief dd. 1431 April 10 (Reg.No. 1291).
Reg. nos. 268 en 1249
regest_nummer 1249 1429 Maart 20
regest_beschrijving Deken en kapittel van Breda geven vidimus van den brief dd. 1336 April 8 (Reg.No. 268).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 711). Met kapittelzegel in groene was.
Reg. nos. 428 en 1250
regest_nummer 1250 1429 Maart 20
regest_beschrijving Deken en kapittel van Breda geven vidimus van den brief dd. 1347 December 21 (Reg.No. 428).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 711). Met geschonden kapittelzegel in groene was.
Reg. nos. 268 en 1290
regest_nummer 1290 1431 April 10
regest_beschrijving Deken en kapittel van Sint Marie te Breda geven vidimus van den brief dd. 1336 April 8 (Reg.No. 268).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 711). Het kapittelzegel verloren.
Reg. nos. 428 en 1291
regest_nummer 1291 1431 April 10
regest_beschrijving Deken en kapittel van Sint Marie te Breda geven vidimus van den brief dd. 1437 December 21 (Reg.No. 428).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 711). Het kapittelzegel verloren.
Reg. nos. 443 en 446
regest_nummer 443 1348 December 26
regest_beschrijving Schepenen, raad en gemeene poort van Sente-Gheerdenberghe doen ten behoeve van heer Willem van Duvenvoirde, heer van Oesterhout, afstand van alle moer en wildert tusschen den Silverberch, het riool van de monniken van Middelburch, het moer van Driemilen en het moer van Stanthasen met behoud van de grens tusschen Brabant en Hollant, en nemen vervolgens zijn moeren te Stanthasen in erfcijns voor 15 pond hollandsch jaarlijks, hetgeen door Willaem, hertog van Beyeren, wordt bevestigd.
regest_datering (op Sente Stephaens dach mertelaers).
regest_nb a) Gevidimeerd in den brief dd. 1349 Januari 22 (Reg.No. 446).
regest_nb b) Gevidimeerd in den brief dd. 1430 Februari 14 (Reg.No. 1272).
regest_nb c) Afschrift (Inv.No. 714). Op de zelfde rol als c. afschrift van de akten, waarvan Reg. Nos. 551, 643, 696, 932, 961, 1068, 1342, 1497, 1514 en 1555. Gedrukt bij v. Mieris II, bl. 758.
regest_nb d) Authentiek afschrift 16e eeuw (Inv.No. 717).
regest_nummer 446 1349 Januari 22
regest_beschrijving Wilhelmus van Zonne, deken, en kapittel van de kerk van Mons Sancte Gertrudis, geven vidimus van den brief dd. 1348 December 26 (Reg.No. 443).
regest_datering (a.D. MCCCo quadragesimo octavo in crastino Beate Agnetis virginis).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 712). Met kapittelzegel met contrazegel in groene was.
Reg. nos. 443 en 1272
regest_nummer 1272 1430 Februari 14
regest_beschrijving Henricus Dicbier en Gerardus van der Aa, schepenen in Buscum Ducis, geven vidimus van den brief dd. 1348 December 26 (Reg.No. 443).
regest_datering (a.D. millesimo quadringentesimo vicesimo nono).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 712). Met de zegels der beide schepenen in groene was en geschonden.
regest_nb b) Authentiek afschrift dd. 1448 November 26 op perkament (Inv.No. 714).
Reg. no. 462
regest_nummer 462 1349 December 22
regest_beschrijving Schepenen, raad en gemeene poort van Sente-Gheerdenberghe geven Cleys Nachtegael 6 morgen moer in het ambacht van Stanthoesen in erfcijns.
regest_datering (tsDinxdaechs na Sente Thomaes'dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 713). Het stadszegel verloren.
Reg. no. 526
regest_nummer 526 1355
regest_beschrijving Schepenen, raad en gemeene poort van Sente-Gheerdenberghe geven Claes Nachtegael een stuk moer, vrij van cijns, tusschen de 6 morgen, die hij al heeft en het moer van Driemilen, behoudens een weg van 2 roeden breed langs het moer van Driemilen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 713). Het stadszegel verloren.
Reg. nos. 263, 268, 443, 551, 643, 696, 839, 904, 932, 941, 961, 1068, 1272, 1294, 1342, 1348, 1497, 1514, 1555, 1565-1568, 1571, 1574, 1575, 1588-1590, 1594, 1597 en 1606
regest_nummer 551 1357 Maart 31
regest_beschrijving Schepenen, raad en stad van Sinte-Gheerdenberge geven uit in erfcijns aan Meeus van den Water en Gillis Blonkenbile c.s. 10 hoeven en 2 bunder moer, gelegen binnen de vrijheid van de stad in het gerecht van Stanthesen, grenzende aan de moeren van heer Willem van Oesterhout en het riool van abt en convent van Middelborch.
regest_datering (duysent vierhondert (l. driehondert) zesse ende vijftich de Donresdach na Onser Vrouwen dach Annunciacio).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op dezelfde rol als Reg.No. 443.
regest_nummer 643 1366 November 13
regest_beschrijving Schepenen, raad en stad van Sente-Gheerdenberghe oorkonden, dat zij 50 morgen moer verkocht hebben in het ambacht van Stanthesen aan verschillende personen, die brieven daarvan zullen ontvangen, met belofte voor Bamis e.k. een weg en een sloot daarheen te zullen maken.
regest_datering (sFridaechs na Sente Martins dach in den wijnter).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op de zelfde rol als het afschrift Reg.No. 443.
regest_nummer 904 1403 September 18
regest_beschrijving Willem van Eemkerck en Tielman Aerntsz., schepenen van Sinte-Geerdenberge, oorkonden, dat Lygaert, vrouw van Fransoys van Sijgne, en haar neef Jan Larijs hebben overgedragen aan Aernt Wijsschaertsz., oom van Jan, 5 bunder moer in de Tienhoeven.
regest_datering (sDinxdaghes nae des Heylichs Cruys' dach Exaltacio).
regest_nb a) Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op hetzelfde blad als dat van de akte dd. 1336 April 8 (Reg.No. 268).
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op hetzelfde blad als het afschrift van de akte dd. 1335 Juli 1 (Reg.No. 263).
regest_nummer 932 1406 Maart 21
regest_beschrijving Henrick Mombaer, rechter in Stanthasen, en heemraden oorkonden, dat Ceel Blarinc in erfpacht heeft gegeven aan Willem van den Houte Jansz. 4 morgen land aldaar.
regest_datering (tSondaeghs na Sinte Gheerden dach).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op dezelfde rol als de akte Reg.No. 443.
regest_nummer 941 1407 Augustus 2
regest_beschrijving Gheraet Scaert en Mychiel Boudensz., schepenen in Sinte-Geerdenberge, oorkonden, dat Peter Cleis Boeykensz. zoon heeft gegeven aan Dieric Snoyen ½ bunder moer in de 10 hoeven en 2 bunder, die de lieden van Breda te Steenbergen eertijds van hun stad gekocht hebben.
regest_datering (sDinxdages na Sinte Peters dach ad Vincula).
regest_nb Afschrift midden 15e eeuw (Inv.No. 714). Geschreven op dezelfde rol als de akte Reg.No. 263.
regest_nummer 961 1408 November 25
regest_beschrijving Henrick Mombaer, rechter in Stanthasen, en heemraden oorkonden, dat Cleys Donre heeft overgedragen aan Wouter die Graeuwe 4 achtste deelen rogge jaarlijks uit 7 hont land aan de Sente-Gerdensteeg met de helft van zijn huis en 1∕4 van den bijbehoorenden hof, de rogge losbaar met 10½ pond hollandsch.
regest_datering (op Sinte Kathelinen dach).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op dezelfde rol als de akte Reg.No. 443.
regest_nummer 1068 1418 April 9
regest_beschrijving Dieric Jansz., rechter in Stanthuysen, en heemraden aldaar oorkonden, dat Wouter die Greve aan Peter de Wijnt heeft overgedragen 4 achtendeel rogge jaarlijks aan erfpacht uit 7 hond land naast de Sente-Gheerdensteeg met de helft van een huis en 1∕4 van den bijbehoorenden hof.
regest_datering
regest_nb Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op dezelfde rol als de akte Reg.No. 443.
regest_nummer 1294 1431 April 24
regest_beschrijving Engelbrecht, graaf van Nassauwe en Vyanden, heer van de Leck en Breda, beleent Aernt Woutgheir des Wyndsz. erfelijk met 4 en 3 morgen land in Stanthasen na opdracht door Gheerit Willems Aernt Wisschaertsz. zoon ten overstaan van de leenmannen Aernt Thomasz. van Wijfvliet, Anthonis Bigge en den rentmeester Diederic van Oesterzeel.
regest_datering (Breda).
regest_nb Minuut op perkament (Inv.No. 714).
regest_nummer 1342 1435 December 11
regest_beschrijving Gerijt Proyt Lambrechtsz., rechter in Stanthuysen, en heemraden aldaar oorkonden, dat Peter die Wijnt aan Jan Jacobsz. 2½ morgen land heeft gegeven tegen een erfpacht van 4 achtste deelen rogge jaarlijks.
regest_datering
regest_nb Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op dezelfde rol als de akte Reg.No. 443.
regest_nummer 1348 1436 Februari 14
regest_beschrijving Gheraet Proeyt Lambrechtsz. en Godevaert Aernt Andriesz., schepenen in Sinte-Geerdenberge, oorkonden, dat Dieric Snoey aan Henric Petersz. ½ bunder moer in de 10 hoeven 2 bunder, die de lieden van Breda te Steenbergen eertijds van Sinte Geerdenberge hebben gekocht, gegeven heeft.
regest_datering (dusent vierhondert vive ende dertich sDinxdages op Sinte Valentijnsdach).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op dezelfde rol als de akte Reg.No. 263.
regest_nummer 1497 1444 Mei 4
regest_beschrijving Jan Noey Jacopsz., rechter in Stanthasen, en heemraden aldaar oorkonden, dat Mechtelt Jan Geylincs dochter aan haar broeder Jan ½ morgen moer heeft gegeven.
regest_datering
regest_nb Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op dezelfde rol als de akte Reg.No. 443.
regest_nummer 1514 1446 Januari 9
regest_beschrijving Willem van Nijspen Willemsz., rechter in Stanthaesen, en heemraden aldaar oorkonden, dat Jan Gheylinc aan Peter die Wijnt Willemsz. ½ morgen moer heeft gegeven.
regest_datering (duysent vierhondert vive ende veertich des Sondaechs na den heyligen Derthien dach).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op dezelfde rol als de akte Reg.No. 443.
regest_nummer 1555 1447 Maart 27
regest_beschrijving Willem van Nispen Willemsz., rechter in het ambacht van Stanthaesen, en heemraden aldaar oorkonden, dat Peter Boel Petersz. als burgemeester van den Berge tegen een cijns aan Peter Jan Godevaertsz. zoon 2 morgen moer heeft gegeven.
regest_datering (dusent vierhondert sesse ende veertich).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op dezelfde rol als de akte Reg.No. 443.
regest_nummer 1565 1447 Augustus
regest_beschrijving Raden en vrienden van den graaf van Nassauw verzoeken [de regeering van Dordrecht] om, daar het proces tusschen den graaf en de stad Sente-Gertrudenberge nog hangende is, hem niet in zijn heerlijke rechten te kort te doen, wanneer binnenkort de stad met haar vonnis tegen schout en heemraden van Stanthazen bij haar op hofvaart zal komen.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 714).
regest_nummer 1566 1447 September
regest_beschrijving De schout van Sinte-Geertrudenberge zet uiteen aan President en Raden van Hollant enz., hoe oudtijds de visscherij van zijn stad door den graaf van Hollant is gegeven aan de schutten als tegemoetkoming in de kosten van kleeding en onderhoud; dat na de doorbraak in de Zuythollansche waard inbreuk op het recht der schutten wordt gemaakt door personen, die in die waard grond bezaten, waaronder thans een zekere Willem van Nispen, welke voorgeeft aldaar een leen gehad te hebben van Johan, graaf van Nassouwe, bij wien hij zich heeft beklaagd over den schout, die hem in rechte heeft aangesproken; dat vervolgens de graaf van Nassouwe zijn onderzaten heeft gewaarschuwd, dat, wanneer zij naar Sinte-Geertrudenberge gingen, zij zulks op eigen risico deden, en eenige poorters dier stad te Breda in hechtenis had doen nemen, waarom de schout den Raad schriftelijk advies vraagt.
regest_datering
regest_nb a) Gelijktijdig afschrift (Inv.No. 714).
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 714). Op hetzelfde blad de afschriften vermeld onder Reg. Nos. 1567 en 1568.
regest_nummer 1567 1447 eenige dagen voor 2 September
regest_beschrijving De heer van Breda vraagt de regeering van Dordrecht, in antwoord op haar schrijven, om aan die van Sente-Gertrudenberge mede te deelen, dat hij ten tweeden male voorstelt ter plaatse uit te maken, of Willem van Nyspen in de vrijheid van Sente-Gertrudenberge dan wel in het leen van den heer van Breda gevischt heeft.
regest_datering
regest_nb a) Minuut (Inv.No. 714).
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op hetzelfde blad als het afschrift, vermeld onder Reg.No. 1566.
regest_nummer 1568 1447 September 2
regest_beschrijving De stad Dordrecht antwoordt Johan, graaf van Nassow, dat de stad Sinte-Gheertrudenberge zich bereid heeft verklaard te trachten, ter plaatse, met bemiddeling van inwoners van Dordrecht, tot een schikking te komen, en vraagt daartoe een dag te bepalen, met verzoek bovendien om de te Breda gevangen genomen poorters van Sinte-Gheertrudenberge in vrijheid te stellen.
regest_datering
regest_nb a) Oorspr. op papier (Inv.No. 714). Het sluitzegel in groene was verloren.
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op hetzelfde blad als het afschrift, vermeld onder Reg.No. 1566.
regest_nummer 1570 1447 October 11
regest_beschrijving President en Raden van Hollant, Zeelant enz. verzoeken Johan, graaf van Nassouwe en Vianden, heer van de Leck en Breda, gezien een hierbij ingesloten klacht van den schout van Sint-Gertrudenberge, om de poorters van die stad, die door hem gevangen genomen zijn, in vrijheid te stellen, of anders zijn handelwijze te verdedigen.
regest_datering (inden Haige).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 714). Met rest van signet in roode was.
regest_nummer 1571 1447 October 13
regest_beschrijving Bauduin Doignies, gouverneur van Lille, kastelein van Mont de Saint Gherstrut, schrijft aan den graaf van Nasso, dat zijn stadhouder zich tot den Raad van Hollande heeft gewend om tot een schikking in der minne te komen in het geschil tusschen den graaf en de stad, zendt hem hierbij ingesloten een brief van het Hof, en vraagt antwoord.
regest_datering (au Mont de Saint Gherstrut).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 714).
regest_nummer 1574 1447 October
regest_beschrijving Johan, graaf van Nassauw en Vyanden, heer van Breda etc., en drossaard van Brabant, zet uiteen aan President en Raden van Hollant, dat hij het ambacht van Stanthazen van de grafelijkheid in leen heeft, en dat de schout van Sinte-Geertruydenberge ten onrechte de heemraden van Stantheze heeft aangesproken over het wijzen van vonnissen op zekere goederen, daar die goederen binnen hun ambacht zijn gelegen en niet binnen de vrijheid van de stad.
regest_datering
regest_nb Afschrift (Inv.No. 714).Op dezelfde rol het antwoord (Reg.No. 1575), repliek en dupliek.
regest_nummer 1575 1447 October
regest_beschrijving Schout en schepenen van Sinte-Geertruydenberge antwoorden op de klacht van den graaf van Nassauw, dat de daarin genoemde moeren bevonden zullen worden te liggen in de vrijheid van hun stad, en verzoeken President en Raden van Hollant hen te handhaven in hun oude rechten en den graaf te veroordeelen tot de kosten.
regest_datering
regest_nb Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op dezelfde rol als de brief dd (1447 October) (Reg.No. 1574).
regest_nummer 1588 -1448
regest_beschrijving De dienaren van den graaf van Nassouw verzoeken stadhouder en raden van Hollant om de commissarissen in de zaak tusschen dezen en de stad Sente-Geertrudenberge, die wegens het late uur de getuigenissen, ter plaatse afgelegd, niet meer konden opschrijven, de navolgende punten te doen bevestigen, o.a. dat de 10 hoeven en 2 bunder land voor de helft in het ambacht Stanthesen en voor de helft in de vrijheid van den Berge liggen, dat de heemraden van Stanthesen van ouds de rechtspraak over de eerste helft gehad hebben, en dat de Witte weg het ambacht en de stadsvrijheid scheidt en het ambacht nergens binnen de vrijheid ligt, hetgeen door 11 inwoners van den Berge is bevestigd.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 714).
regest_nummer 1589 1448 Juni 4
regest_beschrijving President en Raden van Hollant, uitspraak doende tusschen Johan, graaf van Nassaouwen, en schout en schepenen van Sinte-Geertruydenberge over de rechtspraak in het ambacht Stanthezen, gelegen in de vrijheid van genoemde stad, gelasten, beide partijen gehoord, den graaf om over 14 dagen zijn repliek in te leveren en bepalen, dat elk van beide partijen in haar possessie zal blijven, totdat de zaak beslist zal zijn.
regest_datering
regest_nb a) Oorspr. op papier (Inv.No. 714).
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 714). Op hetzelfde blad als het afschrift de afschriften Nos. 1594 en 1597.
regest_nummer 1590 -1448
regest_beschrijving Johan, graaf van Nassouw etc., verzoekt stadhouder en raden van den hertog van Bourgongnen voor Hollant om in het proces, dat hangende is tusschen hem als ambachtsheer van Stanthezen en de stad Sinte-Gertruydenberge, en waarin was bepaald, dat elk van beide partijen in haar possessie zou blijven, genoemde stad, die in strijd daarmede tegen heemraden en andere personen te Stanthezen een rechtsvordering heeft ingesteld, voor deze feiten te vonnissen, alvorens verder te procedeeren in de principale zaak.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 714).
regest_nummer 1594 1448 Juli 29
regest_beschrijving Philips etc. gelast zijn bode de stad Sinte Geertruydenberge op de klacht van Johan, graaf van Nassow, te verbieden om, hangende het proces tusschen dezen en de stad over het rechtsgebied van Stanthezen, verdere nieuwigheden te ondernemen tegen dienaren van den graaf.
regest_datering
regest_nb a) Fragment (Inv.No. 714).
regest_nb b) Afschrift op hetzelfde blad als het afschrift Reg.No. 1589.
regest_nummer 1597 1448 Augustus 31
regest_beschrijving Philips, hertog van Bourgongnen, Brabant enz., gelast den deurwaarder, den graaf van Nassouwen op den 1en October in den Hage voor stadhouder en raden van Hollant te ontbieden, op welken dag ook gedeputeerden van Sinte-Geertruydenberge zullen verschijnen om gehoord te worden over hun geschil naar aanleiding van de voorloopige uitspraak in hun proces over het rechtsgebied van Stanthazen.
regest_datering
regest_nb a) Afschrift (Inv.No. 714).
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 714). Geschreven op hetzelfde blad als het afschrift, vermeld onder No. 1589.
Reg. no. 839
regest_nummer 839 1395 Augustus 23
regest_beschrijving Schepenen, raad en gemeene poort van Sente-Gheerdenberghe schelden heer Willem, heer van Oesterhout, 40 schellingen 4 penningen hollandsch jaarlijks kwijt uit 31 bunder moer, gelegen in de 10 hoeven en 2 bunder, die Breda en Steenberghen onlangs van de stad gekocht hebben en die binnen haar vrijheid liggen.
regest_datering (op Sinte Bertholemeeus'avont).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 714). Het stadszegel verloren.
Reg. nos. 433 en 1272
Reg. no. 1606
regest_nummer 1606 1448 December 20
regest_beschrijving Phillips, hertog van Bourgongnen enz., doet uitspraak in het proces tusschen Johan, graaf van Nassouwen, ambachtsheer, eischer, en de stad Sinte-Gheertruydenberge, verweerder, over het rechtsgebied in het ambacht Stanthezen ten nadeele van den graaf.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 714). Het zegel van den oorkonder verloren. In dorso van het oorspr.: "Sententie tot proffyte van deser stede belangende de vrijheid derzelver stede".
regest_nb b) Gelijktijdig afschrift (Inv.No. 714).
Reg. no. 3514
regest_nummer 3514 1578
regest_beschrijving Wilhelm, prins van Oraengiën enz., verklaart in pacht te hebben genomen van de Staten van Holland voor 5 jaar een aantal hierbij nader omschreven stukken land, toebehoord hebbende aan de Karthuizers buiten Geertruydenberghe en gelegen te Stanthaesen, Geertruydenberghe en Raemsdonck.
regest_datering (Antwerpen).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 715). Met geschonden zegel van den prins van Orange in roode was.
Zie ook Inv. no. 891
Reg. no. 3451
regest_nummer 3451 1566 September 1
regest_beschrijving Wilhelm, prins van Oraengiën etc., geeft zijn kinderen, Philips van Nassau, graaf van Bueren, en Marie van Nassau, de helft van een rente, groot 1000 gulden jaarlijks uit Sommelsdijck en St. Annenland, losbaar met den penning 16, waarvan zij de andere helft reeds bezitten, en bewijst hun 1217 pond 4 schellingen jaarlijks uit Stanthasen, Drymmelen, Almonde, Dubbelmonde en Twintichoeven, omdat hij hun 27475 pond 3 schellingen schuldig is aan rente van de opbrengst van het graafschap Lingen, verkocht tijdens het leven van hun moeder Anna van Egmont.
regest_datering (Antwerpen).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 716). Het zegel van den prins ontbreekt. In dorso: "Desen brieff hebbe ick ondergescreven als wesende bewaerder van den charteren ende mede Raedt van zijne P. Exie in dese zyne camere tot Breda sekere jaeren sedert der expeditie van den selven gehadt in bewaringen met allen den meestendeel van den anderen brieven ende charteren van desen huyse ende eenige andere beroerende den hytse Bueren; ende was doen ter tijt den selven besegelt met zyne Exiën grooten zegele, uuythangende in roode wasse aen doublen sterten. Ende is dien sedert het innemen van desen casteele ende obbrekinge van der vooscr. camere ende cabinetten van den charteren ende verwoestinge van den Rekeningen, tilteren ende papieren doen ter tijd daerinne overal onder den voeten geweurpen wesende, lange daernaer daeronder bevonden in deser gesteltenisse als oick dyversche andere den segel afgetrocken oft afgesneden ende den stert daeruyt genomen geweest zijnde. Dwelck ick als booven verhaelt is attestere waerachtich te zyne onder mynen eede ende hantteycken hieronder gestelt opten XVIIten dach Martii 1587. Geteekend M. Piggen".
Reg. nos. 110,121,125,126,132,145,146,168,175,176,207,229, 297, 322, 361, 415, 420, 429, 443, 473, 513, 522, 697, 698, 754-756, 797, 800, 837, 838, 869, 873, 874, 879, 885, 910, 916, 974, 985,1063, 1255, 1275, 1312, 1427, 1558, 1641, 1738, 1739, 1761, 1762, 1987, 1997, 2184, 2185, 2188, 2674, 2680, 2763, 2835, 2840, 2918, 2920, 2934, 2949, 2973, 3026, 3027, 3046-3048, 3051, 3053-3057, 3136, 3138, 3139, 3146, 3152, 3164-3166, 3174, 3176, 3202-3204, 3269, 3275, 3276, 3279, 3282, 3283, 3286, 3287, 3298, 3300, 3335, 3348, 3359, 3382, 3383 en 3385
322, 754, 756, 874 zijn charters
Omslag van in.nr. 717 bevat een kaart
regest_nummer 110 1310 December 19
regest_beschrijving Jan van den Zile, baljuw van Zuuthollant, oorkondt, dat dijkgraaf en Groote Heemraad van de zuidzijde van de Merwede aan die van Wede verlof gegeven hebben om het zoute water te keeren te Wijldrecht op het moer, op de aveling en in de avelingesloot, dus vóór de "kenen", (spleten, kreken) die in de Twintig hoeven open gebroken waren.
regest_datering (tSaterdages na Sinte Luciën dach).
regest_nb Afschrift 16e eeuw (Inv.No. 717).
regest_nummer 121 1313 Juli 3
regest_beschrijving Willem, graaf van Henegouwen, Hollant enz., geeft Human Laurensz. van Wyeldrecht in erfcijns 20 hoeven moer en wildernis van Loenremeer westwaarts naar Sinte-Gheerdenberghe als leen benevens een watergang tot de straat in Byzoye en het gerecht over de 20 hoeven, waarvan elke hoeve 24 roeden breed is en 16 morgen lang, in de richting naar den dijk op de Sprang onder voorbehoud van de tienden.
regest_datering (Tordrecht des Dinxdages na Sinte Pieters dach ende Sinte Pouwels).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 717).
regest_nummer 125 1314 November 11
regest_beschrijving Hughe van Sotteghem, burggraaf van Gend, heer van Putte en Strine, en zijn vrouw Beatrijs beleenen heer Jan van der Dussen, ridder, met het gerecht van Drimmelen, het gemaal en de visscherij aldaar, het gerecht van Stanthezen en ½ hoeve land aan de Dussen.
regest_datering (des Manendaghes na Sinte Willibrorts dach).
regest_nb a) Extract (c. 1550) uit een register met brieven van de graven van Holland en de heeren en Putten en Strijen, dat in de charterkamer van den prins van Oranje berustte (Inv.No. 717). Op hetzelfde blad als afschrift a. afschrift van de akten dd. 1347 Mei 30 en 1348 Januari 4 (Reg. Nos. 420 en 429).
regest_nb b) Extract uit hetzelfde register (c. 1550) (Inv.No. 717).
regest_nummer 132 1317 Januari 25
regest_beschrijving Willem, graaf van Henegouwen, Hollant enz., verkoopt aan Clais Gherardsz. van Wieldrecht het ambacht van Raemsdonc als erfelijk leen.
regest_datering (Tordrecht in Sinte Pauwels dage in den winter dusent ende driehondert ende sestiene).
regest_nb Afschrift (c. 1560) (Inv.No. 717).
regest_nummer 168 1325 Maart 6
regest_beschrijving Willem, graaf van Henegouwe etc., verkoopt aan Daniel van der Merwede het ambacht van Wieldrecht met den wind, de visscherijen en veren benevens de visscherij van Twintichhoeven.
regest_datering (tot Sinte-Geerdenberge des eersten Woensdach in Maerte int jaer ons Heeren duysent driehondert vier ende twintich).
regest_nb Afschrift van een extract uit een register van Holland (c. 1560) (Inv.No. 717).
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris II, bl. 337.
regest_nummer 207 1329 Juli 26
regest_beschrijving Willem, graaf van Henegouwe Holland enz., verkoopt aan de inwoners van Twijntichhoeven zekere overmaat, behoorende bij 100 roeden tusschen den dijk en den heerweg.
regest_datering (tot Sinte-Gheerdenberghe des Donredaechs nae Sinte Jacops dach).
regest_nb Authentiek afschrift (Inv.No. 717). Op hetzelfde blad zijn geschreven de afschriften van de akten dd. 1355 Maart 9 en Juni 23 en 1450 September 30 (Reg. Nos. 513, 522 en 1641).
regest_nummer 473 1350 vóór Mei 29
regest_beschrijving Willaem van Duvenvoirde, heer van Oesterhout, geeft heer Jan van Pollanen, heer van de Leck, ingevolge den brief dd. 1346 Augustus 10 (Reg.No. 401), hierin opgenomen, het burggraafschap van ten Berghe met een wedde, groot 100 pond hollandsch jaarlijks, de heerlijkheid van de stad met het recht schout en schepenen aan te stellen en 1∕3 van de boeten, benevens de gerechten van Almonde, Dubbelmonde en Twintichoeven met 110 pond hollandsch jaarlijks, die de heer van Putten aan zijn dochter Oede, vrouwe van Hoerne, daaruit medegaf en 1000 pond tournooisch jaarlijks, die hij kocht van den graaf van Ghulijc, gaande uit Tieselensweert en door Willem, graaf van Holland, aan zijn dochter medegegeven bij haar huwelijk met den graaf van Ghulijc, waarvan Jan van Pollanen er jaarlijks 500 moet betalen aan de vrouwe van Oesterhout na heer Willaems dood.
regest_datering
regest_nb Afschrift 16e eeuw (Inv.No. 717). Zie voor de dateering v. Mieris II, bl. 781 vlg.
regest_nummer 513 1355 Maart 9
regest_beschrijving Willem, hertog van Beyeren, graaf van Hollant enz., verkoopt aan de gemeene buren van Twijntichhoeven 141 morgen veen ten zuiven van den weg.
regest_datering (tote Sente-Gheerdenberghe dusent driehondert viere ende vijftich).
regest_nb Authentiek afschrift (Inv.No. 717). Geschreven op hetzelfde blad als het afschrift van de akte dd. 1329 Juli 26 (Reg.No. 207).
regest_nummer 522 1355 Juni 23
regest_beschrijving Herman Vincke, rentmeester van Zuythollant, verklaart ontvangen te hebben van de gemeene buren van Twyntich hoeven 4 pond hollandsch voor 2 morgen moer, die zij meer hebben ontvangen, dan waarvan de koopbrief spreekt (Reg.No. 207).
regest_datering (Sinte Jans avont te midden somer).
regest_nb Authentiek afschrift. (Inv.No. 717). Geschreven op hetzelfde blad als het afschrift van de akte dd. 1329 Juli 26 (Reg.No. 207).
regest_nummer 697 1373 Augustus 29
regest_beschrijving Aelbrecht, hertog in Beyeren, ruwaard van Hollandt enz., bevestigt den verkoop van den Grooten Polder, aan hem leenroerig, door Aernt van der Dussen en diens vrouw aan de Karthuizers te Sente-Geerdenberge.
regest_datering (in den Hage op Sinte Jans daghe Decollatio).
regest_nb Afschrift van 1561 (Inv.No. 717). Op hetzelfde blad het afschrift Reg.No. 698.
regest_nummer 698 1373 November 12
regest_beschrijving Aernt van der Dussen, ridder, heer van der Haghe(?), verkoopt aan prior en convent van de Karthuizers te Raemsdonck den Grooten Polder met de tienden, gelegen voor de Donga in de Maes, in het ambacht van Aertswaert, te gebruiken door zijn ambacht en door zijn water behoudens den optoog van zijn zegens en zijn lijnpad.
regest_datering (op Sente Lubbijns dach in den winter).
regest_nb a) Afschrift dd. 1561 (Inv.No. 717). In margine van afschrift a. staat "De copie heb ick yerst gerecouvreert in Augusto anno LIX naerdat het accoordt van onsen limiten gemaect is geweest". Het afschrift a. is geschreven op hetzelfde blad als dat van de akte dd. 29 Augustus (Reg.No. 697).
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 717).
regest_nb c) Afschrift (Inv.No. 698).
regest_nummer 755 1382 October 1
regest_beschrijving Willem van Boxtel, ridder, voogd van Jan van Drongelen Willemsz., oorkondt, dat Jan van Drongelen Aerndsz. hem ten behoeve van zijn pupil het ambacht van Almsvoet heeft opgedragen, dat Jan Aerndsz. zal erven van zijn vader, die het bezit als leen van zijn neef, Jan van Drongelen.
regest_datering (op Sinte Baven dach).
regest_nb Afschrift c. 1560 (Inv.No. 717).
regest_nummer 837 1395 Maart 31
regest_beschrijving Aelbrecht, hertog in Beyeren, graaf van Hollant enz., beleent op verzoek van zijn zoon Willaem, graaf van Oistervant, heer Heynric van de Leck, heer van Heeswijc, als voogd van Johanna, dochter van heer Jan, heer van de Leck en Breda, met alle goederen en heerlijkheden in Hollant, waarmede heer Jan beleend was, behalve de 300 oude schilden jaarlijks, die heer Jan bezat uit het rentmeesterschap van Kenemerlant en die bewezen waren op het goed Vroenregheest en 44 morgen land bij Delff, geheeten de Harnasch.
regest_datering (tot Reymerswale MCCC vier ende dnegentich na den lope van den Hove).
regest_nb a) Authentiek afschrift (c. 1550) (Inv.No. 717).
regest_nb b) Afschrift (c. 1550) (Inv.No. 717).
regest_nummer 869 1399 October 25
regest_beschrijving Aelbrecht, hertog in Beyeren, graaf van Hollant enz., gelast den baljuw van Zuythollant om vrouwe Aleit, weduwe van Willem van Cronenborch, en Willem van Wendelnesse te handhaven in het bezit van de visscherij van Dordrechtsmonde naar de Waal.
regest_datering (Tordrecht).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1400 October 17 (Reg.No. 885).
regest_nummer 879 1400 Juni 8
regest_beschrijving Broeder Willem, prior van de Karthuizers bij Sente-Gheertruydenberge, geeft vidimus van den brief dd. 1340 September 29 (Reg.No. 322).
regest_datering (acht dage in Wedemaent).
regest_nb Authentiek afschrift c. 1560 (Inv.No. 717).
regest_nummer 885 1400 October 17
regest_beschrijving Aernt van Tricht, proost van Zinte Johanne te Utrecht, geeft vidimus van den brief dd. 1399 October 25 (Reg.No. 869).
regest_datering (op Zinten Lucas' avont evangelist).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 717). Geschreven op hetzelfde blad als het afschrift van de akte dd. 1400 Mei 18 (Reg.No. 874).
regest_nummer 916 1404 October 21
regest_beschrijving Willem van Drongelen Jan Gerijtsz. zoon belooft Robbrecht van Drongelen Gerijtsz., zijn oom, geen aanspraken te doen gelden op Almsvoet.
regest_datering (opter Elfdusent maechden dach).
regest_nb Afschrift c. 1560 (Inv.No. 717).
regest_nummer 1275 1430 Juni 3
regest_beschrijving Thomas Pieter Kyntsz., Aernt Samencop Gherijtsz., Geraert Bogaert, Henrick Willemsz. en Goidscalck Oom heer Tielmansz., schepenen in Dordrecht, oorkonden, dat Pieter Pietersz. en Dirck Dircxz. verkocht hebben aan mr. Everaert, den smid, 8 morgen land in Dubbelmonde.
regest_datering
regest_nb Afschrift 16e eeuw (Inv.No. 717). Op hetzelfde blad afschrift van de akten dd. 1440 Juni 8 en 1475 December 14 (Reg. Nos. 1427 en 1997).
regest_nummer 1427 1440 Juni 8
regest_beschrijving Willem van der Tijmpel Willemsz., Geraert Boghaert heer Willemsz., Adryaen Haeck Harmansz. en Willem Duyck Aerntsz., schepenen in Dordrecht, oorkonden, dat Jan Florensz. in erfpacht heeft gegeven aan Wouter Terenbroet Jansz. 10½ morgen land in Dubbelmonde.
regest_datering
regest_nb Afschrift 16e eeuw. (Inv.No. 717). Geschreven op hetzelfde blad als het afschrift van de akten dd. 1430 Juni 3 en 1475 December 14 (Reg. Nos. 1275 en 1997).
regest_nummer 1558 1447 Mei 27
regest_beschrijving Philips etc., beleent Herman Vinck van Brandenburch, na opdracht door dezen, met de ambachtsheerlijkheid van Alblasserdam, met Subburghen en de Nesse, zooals de kinderen van Ghiessen die eertijds bezaten, doch die, nadat genoemde kinderen de spade op den dijk hadden gestoken, aan de Alblasserwaert is gekomen.
regest_datering
regest_nb Afschrift midden 16e eeuw (Inv.No. 717).
regest_nummer 1641 1450 September 30
regest_beschrijving Burgemeesters, schepenen en raad van Dordrecht gelasten schout en gezworenen op de Twyntich Hoeven ervoor zorg te dragen, dat hun poorter Ceel Michielsz., de bakker, niet gestoord wordt in het bezit van de erven en moeren, die hij aldaar van zijn ouders geërfd heeft.
regest_datering (tsWoensdaichs op Sinte Baven avont).
regest_nb Authentiek afschrift (Inv.No. 717). Geschreven op hetzelfde blad als het afschrift van de akte dd. 1329 Juli 26 (Reg.No. 207).
regest_nummer 1997 1475 December 14
regest_beschrijving Barthout Loenisz., Pieter Tack Jacopsz., Tielman van Amerongen heer Noydenz. en Pieter heer Abelsz., schepenen van Dordrecht, oorkonden, dat Claes dye Roye Aertsz. verkocht heeft aan Daneel Willemsz. 12 morgen land in Dubbelmonde.
regest_datering
regest_nb Afschrift 16e eeuw (Inv.No. 717). Geschreven op hetzelfde blad als de afschriften van de akten dd. 1430 Juni 3 en 1440 Juni 8 (Reg. Nos. 1275 en 1427).
regest_nummer 2674 1520 Maart 17
regest_beschrijving Kaerle, Roomsch koning enz., gelast den deurwaarder de aanwassen in de Verdroncken Waert, in bezit genomen door personen, op grond van grondbezit aldaar vóór de overstrooming, benevens de visscherijen aldaar in handen van de grafelijkheid te stellen om door haar verpacht te worden, en opposanten voor het Hof van Holland te dagvaarden, alles met uitzondering van de visscherijen ten zuiden van de Maze in de heerlijkheden, die de graaf van Nassou van de grafelijkheid in leen heeft.
regest_datering (Mechelen duysent vijfhondert ende negenthiene).
regest_nb Authentiek afschrift van 1551 (Inv.No. 717). Hieraan vastgehecht een afschrift van denzelfden datum van een instructie voor den graaf van Nassau tot het instellen van een onderzoek naar de bedoelde aanwassen en visscherijen dd. 1520 Maart 25, aan den voet waarvan stond, dat de graaf van Nassau den 11en April in zijn plaats had aangesteld den president van het Hof en den heer van Mal.
regest_nummer 2680 1520 October 13
regest_beschrijving Het Hof van Hollant verleent akte van willige condennatie met betrekking tot de overeenkomst tusschen Jacob Quequel en jonkvrouw Aechte van Zwieten, weduwe van Pieter Schaert, aangaande de nalatenschap van laatstgenoemde, volgens welke Jacob Quequel zal krijgen de ambachtsheerlijkheden van Heer-Oudelantsambacht in Zwindrecht en van Wieldrecht en de visscherij in de IJssel, leenroerig aan den proost van Oudemunster te Utrecht, en jonkvrouw Aechte het overige.
regest_datering (in den Haige).
regest_nb Authentiek afschrift 16e eeuw (Inv.No. 717).
regest_nummer 2763 1528 September 10
regest_beschrijving Frederick van Renesse, heer van Malle, en Laurens du Blioul, heer van der Saert, gecommitteerde raden van graaf Henric van Nassou, geven Cornelis Adriaansz. de Weerdt commissie als rechter van de dorpen, die de graaf in Zuythollant heeft n.l. de Hooge en de Lage Zwaluwe, Drijmmelen, Standhesen, Twintichhoeven, Almonde en Dubbelmonde, waarvoor hij den eed heeft afgelegd voor die van de Rekeningen te Breda.
regest_datering (Breda).
regest_nb Afschrift 16e eeuw (Inv.No. 717).
regest_nummer 2835 1532 Mei 6
regest_beschrijving Cornelis Mathijsz. bericht Zegel van Halveringe, rentmeester van den graaf van Nassouwen, dat de jonkvrouwen Scaerts en van Leuwesteyn tegen vergoeding afstand willen doen van hun rechten op de visscherij in de Leck, en waarschuwt als gemachtigde van den rentmeester Crispijn van Buschuysen, door de Rekenkamer belast met het toezicht op 'skeizers visscherijen in Zuythollant, dat er in de visscherij van de Mandemakers 8 of 10 fuiken over de halve Maes uitsteken, waarover de heer van Giessenburch zich beklaagd heeft.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717).
regest_nummer 2840 1532 Juli 23
regest_beschrijving Cornelis Thomas bericht den griffier te Breda, dat de visschers van Slydrecht hun fuiken steken aan deze zijde van de Maese, dus in de wateren van den prins van Oranje, en verzoekt hierin na overleg met den heer van Mal en de Rekenkamer te voorzien en een dag te noemen, waarop de visschers persoonlijk aan de Rekenkamer verslag kunnen komen doen.
regest_datering (desen Dijnsdach na Magdalena).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717).
regest_nummer 2918 1536 April 6
regest_beschrijving Mr. Steven van den Berghe, raad, en Seger van Halveringen, rentmeester van den graaf van Nassouwen, vragen, na debat, de klachten van de Rekenkamer tegen de visschers van den Berge op schrift.
regest_datering (in der camere van der Rekeningen in den Hage XVc ende XXXV stilo curie Hollandie).
regest_nb a) Oorspr. op papier (Inv.No. 717).
regest_nb b) Afschrift 16e eeuw (Inv.No. 717).
regest_nb c) Afschrift 16e eeuw (Inv.No. 717).
regest_nummer 2920 1536 April 17
regest_beschrijving De Rekenkamer in den Haghe verzoekt den graaf van Nassouwen credentie te verleenen aan mr. Reynier Brundt, raad, Crispijn van Boschuysen, rentmeester van Zuythollant, en Geraerdt van Renoy, auditeur, gezonden om de klachten van 's keizers visschers over nieuwigheden, door de visschers van den graaf ingevoerd op de Maze, over te brengen, nu de mededeeling van die klachten aan 's graven raad, mr. Steven van den Berghe, zonder gevolg is gebleven.
regest_datering (in der camere van der Rekeningen in den Hage).
regest_nb a) Oorspr. op papier (Inv.No. 717).
regest_nb b) Afschrift 16e eeuw (Inv.No. 717).
regest_nb c) Afschrift (Inv.No. 717).
regest_nummer 2949 1538 Februari 18
regest_beschrijving De koningin van Hongriën, Bohemen etc., regente en gouvernante, beveelt den rentmeester-generaal van Zuythollant om de ambachtsheerlijkheid Wieldrecht, waardoor sinds de inundatie de vroonvisch, steur, zalm en elft van zee in de Verdroncken Wairdt komt, voor den keizer te koopen van den eigenaar Jacob Quekel, baljuw van Zuythollandt, en wanneer bij onderzoek blijkt, dat het ambacht leenroerig is aan den heer van Zevenbergen, de leenplicht af te koopen.
regest_datering (Bruessel XVc zevenendertich).
regest_nb Afschrift (1560?) (Inv.No. 717). Hieraan vastgehecht het stuk van 1538 (Reg.No. 2973).
regest_nummer 2973 -1538
regest_beschrijving Leenmannen van Holland oorkonden, dat Jacob Quekel Jacobsz. tegen schadevergoeding het ambacht Wieldrecht ten behoeve van den keizer heeft afgestaan.
regest_datering
regest_nb Minuut? (Inv.No. 717). Vastgehecht aan de akte dd. 1538 Februari 18 (Reg.No. 2949).
regest_nummer 3026 1541 October 17
regest_beschrijving Pieter du Breul, Jasper van Hoghelande, Gerard Renoy en Pieter van Sinte Pieters, op verzoek van den bisschop van Luyck door den keizer gecommitteerd tot het bepalen van de grens tusschen Zevenbergen met Zuythollant eener-, en Stryen anderzijds, en tot de conclusie gekomen, dat het daartoe noodig is, de grens tusschen Zevenbergen eener-, en de Nyeuwervaert en de Zwaluwe anderzijds, te kennen, verzoeken den prins van Oraingiën iemand te zenden met instructie tot vaststelling van die grens.
regest_datering (Dordrecht).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717).
regest_nummer 3027 1541 October 18
regest_beschrijving De prins van Oranje antwoordt op den brief van den 17en (Reg.No. 3026), dat het seizoen thans ongeschikt is en dat degenen, die deze zaak eerder voor hem behandeld hebben, nu niet beschikbaar zijn.
regest_datering (Breda).
regest_nb Minuut (Inv.No. 717).
regest_nummer 3046 1542 vóór April
regest_beschrijving De prins van Oranges verzoekt de landvoogdes een einde te maken aan de verpachting van de visscherij te Wieldrecht, omdat de keizer en hijzelf daardoor 2000 carolusguldens jaarlijks schade lijden, doordat de visscherij onbegrensd is en de visschers hun netten in de visscherij van Dordrecht zoowel als in die van de Zwaluwe kunnen brengen, en biedt vergoeding van de pachtsom aan, welke 13 gulden per jaar bedraagt.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717). In margine beschikking dd. 1542 April 3; daaronder advies van den rentmeester van Zuid-Holland dd. 1542 April 4 en in dorso advies van die van de Financiën van denzelfden datum (Reg. Nos. 3047 en 3048).
regest_nummer 3047 1542 April 4
regest_beschrijving De rentmeester van Zuythollant adviseert om commissarissen van de visscherijen en aanwassen in Zuythollant schriftelijk advies te doen uitbrengen over de zaak, vermeld in het rekest dd. (1542 vóór April 3) (Reg.No. 3046).
regest_datering (XVc een ende veertich voor Paesschen).
regest_nb Geschreven op de marge van bovengenoemd rekest (reg. no. 3046).
regest_nummer 3048 1542 April 4
regest_beschrijving Hoofden, tresorier-generaal en commiezen van de financiën beslissen, dat het rekest, op welks rugzijde dit geschreven is (Reg.No. 3046), in handen gesteld moet worden van commissarissen van de visscherijen en aanwassen van Zuythollande, die schriftelijk advies moeten uitbrengen aan de Rekenkamer in la Haye, die het met haar eigen advies aan de koningin terug moet zenden.
regest_datering (Bruxelles XVcXLI avant Pasques).
regest_nb Geschreven in dorso van het rekest dd. (1542 vóór April 3) (Reg.No. 3046).
regest_nummer 3051 1542 April
regest_beschrijving Jehan van Renesse schrijft den prins van Oraenges Nassou over een bezoek aan diens aanwassen te Steenberghes; een onderhoud met den abt van Tongerloo e.a. over de nieuwe vaart en het betalen van lastgeld daarop; over het hoofd, door die van Berghes ten onrechte en tot schade gemaakt in de rivier van Rosendael; over de grenzen van de visscherij van den prins en die van de grafelijkheid; over de rekening van den kastelein van de Nievaert als burgemeester, die niet gereed is gekomen, daar hij sinds Paaschen de wacht houdt bij de visscherij op bevel van 's prinsen raad; dat hij zal berichten, wie geschikt zijn voor de wet te Breda, en een instructie zal opstellen voor hemzelf en mr. Estienne (van den Berg) om naar Vyanden te gaan voor het afhooren van de rekeningen.
regest_datering (Steenberghes).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717).
regest_nummer 3053 1542 Mei 18
regest_beschrijving Marie, koningin-weduwe van Hongrie, Boheme etc., voogdes, gelast mrs. Pierre du Bruel, raad en advocaat-fiscaal van den Grooten Raad, Jasper van Hoogelande, raad, en mr. Pierre de Sancto Petro, secretaris in Hollande, na inzage van hetgeen zij aan den Geheimen Raad hebben geschreven over de grenzen van Wieldrecht, om met of zonder dienaren van den prins van Orenges de grenzen vast te stellen, te zorgen, dat de pachters van den keizer niet worden lastig gevallen en, wanneer zij het niet eens kunnen worden, een rapport in te leveren.
regest_datering (Anvers).
regest_nb Authentiek afschrift van 1554 (Inv.No. 717).
regest_nummer 3054 1542 Mei 20
regest_beschrijving Pieter du Breul, Jasper van Hogelanden, Gerard Renoy en P(ieter) van Sinte Pieters verzoeken, namens den keizer, René van Chalon, prins van Oraingien, gedeputeerden te zenden naar Sint-Geertruydenberghe om de grens te bepalen van de visscherij te Wieldrecht, gelegen tusschen de halve Maze, het ambacht van Wede en Brouck, Twintichhoeven en het land van Putte, daar visschers van den keizer zijn lastig gevallen door dienaren van den prins.
regest_datering (Dordrecht).
regest_nb a) Oorspr. op papier (Inv.No. 717).
regest_nb b) Afschrift in het verbaal (Inv.No. 717).
regest_nb c) Afschrift in het verbaal (Inv.No. 717).
regest_nummer 3055 1542 Mei 22
regest_beschrijving René van Chalon bericht Pierre du Bruel en Jaspar van Hooghelande, raden, Geerart van Renoy, raad en rekenmeester in Hollande, en Pierre de Sainct Pierre, secretaris van den keizer, dat hij, wegens bevel van de koningin om morgen in Gand te zijn, Donderdag niet te Saincte-Geertrudenberg kan komen, doch den heer van Mal en anderen van zijn raad heeft gemachtigd.
regest_datering (Breda).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717). Met sluitzegel onder papier.
regest_nummer 3056 1542 Mei 25
regest_beschrijving Commissarissen van den keizer komen overeen met commissarissen van den prins van Orangiën tengevolge van den hinder, door dienaren van den prins aan visschers van den keizer uit Wieldrecht aangedaan, dat 's keizers visschers zullen visschen oostwaarts van een zekere sloot tot op de uiterste grens van de Laghe Zwaluwe, totdat betere inlichtingen verkregen zijn over de grens tusschen Wieldrecht en Twintichhoeven.
regest_datering
regest_nb Concept (Inv.No. 717).
regest_nummer 3057 1542 Mei 25
regest_beschrijving De commissaris(sen) vanwege den keizer en de gedeputeerden van den prins van Oraengiën, uit hoofde van zijn heerlijkheid de Nyeuwervaert, komen overeen, dat Reyer van Nesse in de visscherij van Wieldrecht visschen zal oostwaarts van de grens tusschen de banken van den keizer en het Wildelandt, dat tot de Nyeuwervaert behoort, totdat betere inlichtingen verkregen zullen zijn over de grens tusschen Wieldrecht en Twintichhoeven.
regest_datering
regest_nb a) Afschrift midden 16e eeuw (Inv.No. 717).
regest_nb b) Authentiek afschrift midden 16e eeuw (Inv.No. 717).
regest_nummer 3136 1547 April 30
regest_beschrijving Kaerle, keizer etc., geeft mr. Cornelis Suys, raad in Hollandt, op klachter van den procureur-generaal, last om de visschers van Sinte-Geertruydenberge en Drimmelen, visschende in de Verdroncken Wairdt bezuiden de halve Mase, te verbieden afleidingen aan hun steeken te maken langer dan 3 einden, ieder lang 3 roeden, of andere nieuwigheden in te voeren.
regest_datering (Gent).
regest_nb a) Authentiek afschrift (Inv.No. 717).
regest_nb b) Opgenomen in een verbal van Corn. Suys van zijn onderzoek en de uitvoering van zijn commissie van 23 Mei – 2 Juni (Inv.No. 717). Met mededeeling, dat 13 Juli Joost Jacobsz., procureur van den prins van Oranje, hem gevraagd heeft, een dag te bepalen tot het hooren van eisch, hetgeen op 26 Juli zal plaats hebben.
regest_nummer 3138 1547 Mei 19
regest_beschrijving Cornelis Zuys, raad, gelast, ingevolge zijn commissie dd. 1547 April 30 (Reg.No. 3136) den deurwaarder Dirck Adriaensz. om eenige inwoners van Sinte-Geertruydenberge en Drimmelen te dagvaarden tegen 23 Mei e.k. te Dordrecht in de herberg van Cronenburch met opdracht, tevens tot exploit aan die van den prins van Oraengnen.
regest_datering (in den Haghe).
regest_nb Gelijktijdig authentiek afschrift (Inv.No. 717).
regest_nummer 3139 1547 Mei 20
regest_beschrijving Dirck Adriaensz., deurwaarder, bericht heer Johan van Renesse, ridder, heer van Manny en Male, en mr. Steven van den Berch, raden van den prins van Oraengniën, dat hij, ingevolge commissie, waarvan afschrift hierbij is ingesloten, eenige inwoners van Sinte-Geertruydenberghe, visschers op de zuidzijde van de Mase, heeft gedagvaard op 23 Mei te Dordrecht voor mr. Cornelis Zuys, raad, als commissaris van den keizer, met verzoek daar eveneens aanwezig te willen zijn.
regest_datering (Sint-Geertruydenberghe).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717).
regest_nummer 3146 1547 Augustus 11
regest_beschrijving De heer van Beveren, van der Veer, Vlissingen, Brouwershaven, Duvelant etc., stadhouder, en raden over Hollant enz. gelasten den deurwaarder de heeren van Corbaron en van Merode als voogden van den prins van Oraingnen te dagvaarden wegens het plaatsen van steeken, schuttingen en fuiken door pachters van den prins in de Verdroncken Waert ten zuiden van de Mase, hoewel den graaf van Hollant alle wateren met de opbrengst toebehooren.
regest_datering (in den Haige).
regest_nb Afschrift in triplo (Inv.No. 717). Aan den voet van het blad mededeeling dd. 2 Juli 1548, geteekend Heynricxz., dat de publicatie te Geertruidenberg heeft plaats gehad en de dag bepaald is op 23 Juli 1548. Op een der afschr. tevens mededeeling van den deurwaarder Dirck Adriaensz., dat hij op heden, 3 September 1548, tevergeefs den procureur-generaal van het Hof heeft opgeroepen.
regest_nummer 3152 -1547
regest_beschrijving De koningin-regentes beveelt op verzoek van de heeren van Merode en Corbaron, voogden van den prins van Orengen, dat, hangende het proces over de grenzen van de visscherij, de rentmeester-generaal van Zuythollant elk jaar vóór half Maart 3 van de oudste visschers uit den Dortschen waart en 3 uit Geertruydenberge, Drijmmelen of daaromtrent, geen deel hebbende in de visscherij, kiezen zal, om de grens aan te geven tusschen de visscherijen benoorden en bezuiden de halve Maze, en verbiedt den visschers van den prins hun afleidingen langer te maken dan 3 einden elk van 3 roeden.
regest_datering
regest_nb Afschrift (Inv.No. 717).
regest_nummer 3164 1548 April 5
regest_beschrijving Kaerle, keizer etc., geeft op een klacht van den procureur-generaal, mr. Cornelis Suys, raad in Hollandt, last om Aertgen Crommenie te bevelen de steken, door hem gezet bij Aleusen en Houckenisse, weg te nemen.
regest_datering (Bruessel naer Paesschen).
regest_nb Authentiek afschrift (Inv.No. 717).
regest_nummer 3165 1548 April 14
regest_beschrijving Burgemeesters, schepenen en raad van Sinte-Geertruydenberge oorkonden, dat een aantal personen getuigd heeft, dat Aert Cornelisz. op de zuidzijde van de Maas, dus in het water van den prins vazn Arraengyen, gevischt heeft.
regest_datering (nae Paesschen).
regest_nb Oorspr. op papier. Met opgedrukt zegel van de stad onder papieren ruit (Inv.No. 717).
regest_nummer 3166 1548 April 15
regest_beschrijving Cornelis Suys, raad in Hollant, stelt den heer van Maigny, Malle etc., mr. Hughe van Mabuze en Raphael van Bruheze, raden van den prins van Oraegnien, ermede in kennis, dat hem door den procureur-generaal van Hollant ter afdoening een mandement penaal is ter hand gesteld van den 5en dezer maand, naar aanleiding van het zetten door Aertgen Crommenye, visscher van den Bergh, van eenige steeken aan de zuidzijde van de Maze bij Aleuse en Houckenisse ten nadeele van den keizer, en verzoekt hen, voor het geval, dat zij vooraf met hem over de zaak willen spreken, te Dordrecht te komen.
regest_datering (Dordrecht naer Paesschen).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717).
regest_nummer 3174 1548 Juli 2
regest_beschrijving Matheus Heynricxsz. Bouwins, deurwaarder van het Hof van Hollant, zendt Claude Bouton, heer van Corbaron, voogd van den prins van Orangnen, hierbij ingesloten een afschrift van het mandement dd. 1547 Augustus 11 (Reg.No. 3146), dat door hem 2 Juli l.l. te Sinte-Geertrudenberge in het openbaar is voorgelezen.
regest_datering (in den Haige in Hollant).
regest_nb a) Oorspr. op papier (Inv.No. 717).
regest_nb b) Dubbel, gericht aan Johan de Merode, medevoogd (Inv.No. 717).
regest_nummer 3176 1548 September 25
regest_beschrijving De substituut van den procureur-generaal van het Hof van Hollandt namens den keizer, impetrant, eischt, dat den prins van Orangen, gedaagde, verboden zal worden, te visschen in de Verdroncken Waert ten Zuiden van de Maese of elders en dat deze zal gedoogen, dat de visscherijen, van zijnentwege bevischt, verhuurd zullen worden door den keizer als graaf van Hollandt, en dat bij voortgezette procedure hetzelfde zal gelden voor de vroonvisch, waarop Joost Jacopsz., procureur van den prins, 14 dagen beraad heeft gevraagd.
regest_datering (in den Haige).
regest_nb a) Akte op papier, afgegeven door den secretaris W. v. Dam.
regest_nb b) Gelijktijdig afschrift (Inv.No. 717).
regest_nummer 3202 1550 Maart 7
regest_beschrijving Clays Cornelis Claysz. en Adriaen Jansz. van Bavel, schepenen op de Leege Zwalue onder den keizer, oorkonden, op verzoek van Cornelis Doemaesz., schout van de Hooge Zwaluwe, dat verschillende personen getuigd hebben, dat zij 30 jaar geleden van wege den graaf van Nassouwen bevischt hebben de wateren, die nu (van wiens wege weten zij niet), bestoken zijn noordwaarts naar Dordt toe, tot waar nu de uiterste staken staan.
regest_datering (Ludicx).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717). Met opgedrukt zegel van Adriaen Peetersz. van den Corput, schout van Lage Zwaluwe, in groene was. In dorso: "Aangaende den steeck genoempt de Else onder XX hoeven. Ende hieraf is noch een andere meer geëxtendeerde certificatie inde lade van de ambachten van Almonde, Dubbelmonde etc.".
regest_nummer 3203 1550 Maart 20
regest_beschrijving Anthuenis de la Ruyelle, rentmeester van de visscherijen van den prins van Orangiën in Standthaze, Dryemelen, Almonde, Dubbelmonde en Twintichhoeven, bericht, dat hij, op een klacht van Aert Cornelis alias Crommenye over de visschers van den keizer, visschende op de noordzijde van de Maze op Alleysen, die hem door hun te lange schuttingen het visschen onmogelijk maken, een onderzoek ter plaatse heeft ingesteld en de klacht gegrond heeft bevonden.
regest_datering (luydick stijl).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717).
regest_nummer 3204 1550 April 24
regest_beschrijving Burgemeesters, schepenen en raad van Synt-Geertruydenberge oorkonden, dat 6 gezworen meters van de visscherij van den prins van Oeraengie en een aantal visschers, na een onderzoek ter plaatse, onder eede hebben verklaard, dat de 9 einden schutting boven, en de 5 beneden in den steek van Aert Cornelisz. Crommenye, die door den deurwaarder van den rentmeester van Suythollant onlangs zijn afgehouwen, niet buiten de halve Maese overstaken.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717). Met opgedrukt zegel ten zaken onder papieren ruit.
regest_nummer 3275 1552 September 9
regest_beschrijving Burgemeesters, schepenen en raad van Sinte-Gertruydenberge oorkonden, dat de gezworen meters van de visscherijen van den prins van Oraengiën in de Verdroncken Waert hebben verklaard, dat zij, ingevolge een brief van den rentmeester van Suythollandt, den 3en September bij den Grootkens steek geweest zijn om met een tiental personen uit Slydrecht den loop van de Mase te bepalen, en dat genoemde personen verklaarden, daartoe niet gelast te zijn.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717). Met opgedrukt zegel van de stad onder papieren ruit.
regest_nummer 3279 1553 Maart 1
regest_beschrijving De Rekenkamer in den Hage antwoordt den Raad van den prins van Oraingnen op diens verzoek om de visschers van den prins in het komende seizoen niet te hinderen, gelijk den vorigen zomer is geschied, dat zij geen redenen kunnen vinden anders te handelen, dan zij toen gedaan hebben, toen zij bovendien den Grootkens steek hebben gelaten, zooals (Aert) Crommenye zelf die gesteld had.
regest_datering (XVc LII stilo curie Hollandie).
regest_nb a) Minuut (Inv.No. 717).
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 717).
regest_nummer 3282 1553 Maart 11
regest_beschrijving Guillaume de Nassau beklaagt er zich bij de Rekenkamer in Hollande over, dat de certificatie (over den loop van de halve Maas) is gegeven bij advies van de gecommitteerden Suys, de Werdt en Rennoy, zonder dat partij daarbij tegenwoordig was, en eischt een zoo spoedig mogelijke definitieve beslissing in tegenwoordigheid van partij, getuigen gehoord.
regest_datering (Brucelles 1553 Liège).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717). Met sluitzegel van den prins onder papier.
regest_nummer 3283 1553 Maart 16
regest_beschrijving De Rekenkamer in Holland antwoordt den prins van Oraignen op diens brief van den 11en Maart; zet uiteen, hetgeen gebeurd is met de visscherij in den Grootkens steek, en belooft ervoor te zullen zorgen, dat zoo spoedig mogelijk een bijeenkomst ter plaatse gehouden zal worden van afgevaardigden van beide partijen.
regest_datering (XVcLII).
regest_nb Minuut (Inv.No. 717).
regest_nummer 3286 1553 Juni 20
regest_beschrijving Wouter Cornelisz. en Dirck Gerit Dircxz., schepenen van Sinte-Gertruydenberge, oorkonden, dat Aert Cornelisz. Crommeny onder eede heeft verklaard, dat hij in het jaar 1552 op een aanschrijving van een zekeren Adriaen Adriaensz. Smeken 8 van de 9 schuttingen ten noorden van den Grootkens steek heeft opgetrokken, niet omdat ze over de halve Maze stonden, doch uit angst voor vernieling, zooals in 1546 en 1550 geschied is, en dat zijn zoon Jacop, vervolgd door visschers van Aluysen, hetzelfde heeft gedaan, hoewel hij de grens niet had overschreden, wat deze eveneens onder eede bevestigt.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717). Met opgedrukte zegels van de schepenen onder papieren ruit.
regest_nummer 3287 1553 Juni 23
regest_beschrijving Guillaume de Nassau, na een maandenlang verblijf te Bruxelles terug te Breda, antwoordt de Rekenkamer in Hollande op een schrijven dd. 16 Maart (Reg.No. 3283), dat hij verwonderd is over het optreden van den rentmeester van Zuytholland, te meer nu dat gebeurt onder voorgeven van bescherming van de rechten van den keizer, onder wiens souvereine voogdij hij in zijn jeugd gestaan heeft; dat hij de Rekenkamer voldoende gegevens verschaft heeft om in het begin van het jaar een einde aan de kwestie te maken; hij verzoekt ingelicht te worden over de nieuwe pretensies van den rentmeester, voordat ook dit seizoen wederom verloopen zal zijn, en geeft dezen brief aan zijn rentmeester van Oesterhout en zijn raden in la Haye mede om hem nader toe te lichten; het zou hem spijten, als hij zich bij den keizer of de koningin zou moeten beklagen over sommige van 's keizers ambtenaren.
regest_datering (Breda).
regest_nb a) Oorspr. op papier (Inv.No. 717). Met sluitzegel van den prins onder papier.
regest_nb b) Authentiek gelijktijdig afschrift (Inv.No. 717).
regest_nummer 3298 1553 October 6
regest_beschrijving De Rekenkamer in de Hage antwoordt den prins van Oraengnen, dat zij eerst nu zijn brief dd. 23 Juni l.l. (Reg.No. 3287) hebben ontvangen, zoodat een bijeenkomst ter plaatse nu uitgesteld moet worden tot het volgende seizoen; dat zij overigens op 's prinsen klacht niet kunnen antwoorden wegens ziekte van den rentmeester van Zuythollandt.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 717).
regest_nummer 3300 1553 October 20
regest_beschrijving Guillaume de Nassau beklaagt zich bij de Rekenkamer van Holland over het voortdurend uitstellen van de zaak over de visscherij en deelt mede, dat hij in het komende seizoen zal doen visschen op de plaatsen, waaruit hij nu verdreven is.
regest_datering (Breda).
regest_nb a) Oorspr. op papier (Inv.No. 717). Met sluitzegel onder papier.
regest_nb b) Authentiek afschrift (Inv.No. 717).
regest_nummer 3335 1556 April 25
regest_beschrijving Adrien de Rantre zendt mr. Hugues Maubus, raad van den prins van Oranges, een uittreksel uit het vonnis, den 24en April uitgesproken in appèl tusschen den prins en den procureur-generaal van Hollande, inhoudende, dat het appèl ongegrond is en de uitspraak van het Hof van Hollande effect zal sorteeren, totdat er door ruil van de visscherij of anderszins een regeling gevonden zal worden, en dit zonder prejudicie van het petitoir.
regest_datering (Malines).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717). Ingesloten bij een begeleidend schrijven van Jan van Berch.
regest_nummer 3348 1557 Mei 31
regest_beschrijving Hoofden, tresorier-generaal en commiezen van de Financiën verzoeken (de Rekenkamer in Holland?) onder toezending van een rekest van den prins van Orenges aan den koning, een instructie samen te stellen voor de commissarissen tot het maken van de scheiding in de Verdronken Weerdt, zooals in het rekest gevraagd wordt, en waartoe zijn aangesteld Joachim Hontzocht, raad en mr. van de rekesten in den Geheimen Raad, mr. Jan Bairt idem van den Grooten Raad, mr. Airnt Sasbout, Cornille van Weldam en Franck van den Berghe, raden in Hollande, en den prins te verzoeken, op een vast te stellen dag zijn gedeputeerden ter plaatse te zenden.
regest_datering (Bruxelles).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 717).
regest_nummer 3359 1558 vóór Juni 16
regest_beschrijving De prins van Oranges verzoekt hoofden, tresorier-generaal en commiezen van de Financiën om mr. Everard Nicolai, president van den Grooten Raad te Malines, mr. Gerart Renoy, lid van de Rekenkamer in Hollande, en den procureur-generaal van Hollande te continueeren als commissarissen tot begrenzing van de halve Maas in de Verdroncken Waert langs Stanthasen, Drijmmelen, Almonde, Dubbelmonde en Twintichhoven, daar zij het meest ter zake kundig zijn en de president eertijds ook de grenzen van Alluysen en Almsvoet heeft vastgesteld.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717). In margine beschikking dd. 1558 Juni 16, inhoudende, dat aan het verzoek niet voldaan kan worden en dat gecommitteerd zijn mr. Joachim Honzocht, geheime raad van den koning, mr. Sasboult, raad, mr. Gerart Renoy, rekenmeester in Holland, en de procureur-generaal.
regest_nummer 3382 1561 April 23
regest_beschrijving Wouter Mattijsz. en Wouter Cornelisz., schepenen van Sinte-Geertruydenberge, oorkonden, dat Anthonis Joosten, schout, en Aert Geritsz., bode aldaar, op verzoek van den baljuw van Zuythollant bevestigen, dat Joachim Gyselijns geweigerd heeft om tot den middag te wachten op de komst van de Staten, die den baljuw te spreken hadden over de rekening, hoewel de baljuw hem door den bode het bevel daartoe had laten overbrengen en de schout den baljuw plaats gegund had, om hem daar vast te houden.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717). Met opgedrukte zegels onder papieren ruit van de beide schepenen.
regest_nummer 3383 1561 April 24
regest_beschrijving Burgemeesters, schepenen en raad van Sinte-Geertruydenberge oorkonden, dat Adriaen Reynen, burgemeesters aldaar, heeft bevestigd, dat de schout Anthonis Joosten den baljuw van Zuythollant, die ten huize van Jacques Scollen "in den Wildeman" verbleef, informatie aangaande de zaak van de visscherij van den prins van Oraengiën had gevraagd en van den baljuw, die om dezelfde reden daar gekomen was, gekregen had; dat Joachim Gyselijns Jacques Scollem met een geladen "fuickroeyer" gedreigd had, waarop de baljuw, na weigering door den schout om zulks te doen, hem had gearresteerd, nadat de schout hem tot den middag plaats had gegund, om hem vast te houden.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 717). Met opgedrukt zegel onder papieren ruit.
regest_nummer 3385 1561 Juli 21
regest_beschrijving De hertogin van Parma en Plaisance, regentes en gouvernante in de landen van herwaartsover, doet uitspraak over de grenzen van de ambachtsheerlijkheden Stanthazen, Drimmelen, Almonde, Dubbelmonde en Twintich Hoeven, totdat betere inlichtingen gegeven zullen worden over de grens van Twintich Hoeven en Wieldrecht en van de halve Maze, behoudens de scheiding, tusschen de visscherij van den keizer en die van den prins van Orangiën te Wieldrecht in 1542 gemaakt, en onverminderd het recht van de grafelijkheid op den aanwas, onder protest van den prins van Oranje.
regest_datering (Bruessel).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 717).
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 717).
regest_nb c) Afschrift (1561) (Inv.No. 718).
Reg. no. 126
regest_nummer 126 1315 April 2
regest_beschrijving Beatrice, vrouwe van Putthe, burggravin van Ghend, verkoopt met toestemming van haar moeder Alijt, vrouwe van Putthe en Striene, en van haar echtgenoot Hughe van Zottenghem, burggraaf van Ghend, aan heer Daniel van der Marewede, ridder, een stuk land, geheeten de Camp bij de Nieuwe kerk in Dordrecht.
regest_datering ('s Wonsdaghes na Beloken Paeschen).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 717). De zegels van Beatrice, Alijt en Hughe van Zottenghem verloren.
Reg. no. 322
regest_nummer 322 1340 September 29
regest_beschrijving Willem, graaf van Heynegouwen, Hollant enz., beleent Clais Gherardsz. van Wijldrecht met het ambacht van Raemsdonc, met het veer en de visscherij te Donghen, zooals hij die tot nog toe gehouden heeft en met het ambacht van 20 hoeven moer ten westen van Loenremere, geheeten de Spranghe, behoudens 8 pond hollandsch jaarlijks daaruit.
regest_datering (Berghen in Heynegouwen op Sente Michiels dach).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 717). Met rest van het zegel van den oorkonder in groene was.
regest_nb b) Gevidimeerd in den brief dd. 1400 Juni 8 (Reg.No. 879).
Reg. nos. 754 en 756
Reg. no. 754
regest_nummer 754 1382 October 1
regest_beschrijving Willem, heer van Oesterhout, geeft aan Daneel, zoon van zijn (moeders) broeder, Jan van den Poele, het ambacht van Raemsdonc, leen van den graaf van Hollandt, zooals hij dat van Willem van Raemsdonc heeft gekocht, dus met uitzondering van het veer tegenover Wijfvliet, dat Willem van Raemsdonc zich heeft voorbehouden als achterleen, en verzoekt toestemming van hertog Aelbrecht van Beieren enz.
regest_datering (sWoensdaghes na Sente Michiels dach).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 717). Met geheim zegel van den oorkonder in groene was. Met transfix dd. 1382 October 3 (Reg.No. 756).
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 717).
Reg. no. 756
regest_nummer 756 1382 October 3
regest_beschrijving Aelbrecht, hertog van Beyeren, ruwaard van Holland enz., geeft zijn toestemming tot de gift van het ambacht van Raemsdonc door Willem, heer van Oesterhout, aan zijn neef Daneel heer Jansz. van den Poele, vermeld in den brief dd. 1382 October 1 (Reg.No. 754), waardoor deze gestoken is.
regest_datering (tot Sente-Gheertrudenberghe des Vridaechs na Sente Michiels dach).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 717). Met zegel van den oorkonder in groene was.
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 717).
Reg. nos. 873 en 874
regest_nummer 873 1400 Mei 8
regest_beschrijving Aelbrecht, hertog in Beyeren, graaf van Hollant enz., en Willem van Beyeren, graaf van Oystervant, wijzen aan vrouwe Alijt van de Merwede, weduwe van Willem van Cronenborch, en Willem van Wendelsnesse de visscherij van Dordrechsmonde tot den Wael toe, totdat Aernt van der Mijl met brieven bewezen zal hebben, dat hij er meer recht op heeft.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1400 Mei 18 (Reg.No. 874).
regest_nummer 874 1400 Mei 18
regest_beschrijving Jan, heer van Cronenborch en Loenen, kastelein van Huesden, geeft vidimus van den brief dd. 1400 Mei 8 (Reg.No. 873).
regest_datering
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 717). Met zegel van den oorkonder in groene was, weinig geschonden.
regest_nb b) Afschrift op hetzelfde blad als het afschrift van de akte dd. 1400 October 17 (Reg.No. 885).
Reg. no. 2184
regest_nummer 2184 1490 Mei 17
regest_beschrijving Het Hof van Hollant, uitspraak doende tusschen schout en gezworenen van Drymmelen, den baljuw van Zuythollant en de stad Dordrecht eener-, en Florijs van Nijspen, kastelein (van St.-Geertruidenberg) en substituut van graaf Engebrecht van Nassouwe anderzijds, vergunt den graaf van Nassouw zich te voegen, van welke uitspraak diens procureur Jan Jansz. in appèl is gegaan.
regest_datering (in den Haghe).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 717).
Reg. no. 2185
regest_nummer 2185 1490 Juni 3
regest_beschrijving Maximiliaen, Roomsch koning enz., gelast den deurwaarder, op verzoek van zijn raad en eersten kamerling, den heer van Nassouw, appellant, het Hof van Holland voor den Grooten Raad te dagen naar aanleiding van het vonnis, gewezen in het proces tusschen Floris van Nyspen, stadhouder van den kastelein van den heer van Nassouw te Sinte-Gertrudenberghe eener-, en de stad Dordrecht, den baljuw van Zuyt-Hollant en Drymmelen anderzijds, welke laatste drie eveneens gedagvaard moeten worden.
regest_datering (Mechelen).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 717). Met rest van het zegel met contrazegel van den oorkonder in roode was. Hieraan vastgehecht het relaas van den deurwaarder dd. 26 Juni (Reg.No. 2188).
Reg. no. 2188
regest_nummer 2188 1490 Juni 26
regest_beschrijving Jacob Adriaensz., deurwaarder, bericht den Grooten Raad, dat hij voldaan heeft aan de opdracht, vermeld in den brief dd. 1490 Juni 3 (Reg.No. 2185), waaraan deze is vastgehecht, en dat de dag bepaald is op 20 Juli.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 717). Met handteekening van den deurwaarder.
Reg. no. 2934
regest_nummer 2934 1537 Augustus 6
regest_beschrijving Henrick, graaf van Nassau enz., heer van Breda enz., Diest, Grimbergen enz., verlengt de commissie voor Joost Jacopsz. als zijn procureur voor het Hof van Holland en geeft hem tevens commissie als zoodanig voor het Leenhof.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 717). Met weinig geschonden zegel van den oorkonder in roode was.
Reg. no. 3269
regest_nummer 3269 1552 Juni 30
regest_beschrijving Burgemeesters, schepenen en raad van Sinte-Gertruydenberge oorkonden, dat 6 gezworen meters van de visscherijen van den prins van Oraengiën in de Verdronken Waard op bevel van mr. Cornelis Zuys, raad, en Gerardt van Renoy, rekenmeester van Hollandt, in tegenwoordigheid van Huyge Maubuys, raad, en Michiel Piggen, griffier van den prins, de plaats hebben aangewezen, waar oudtijds bij den Grootkens steek het diep van de Mase liep, hetgeen een andere plaats is, dan die van Sliedrecht daarvoor hadden afgebakend.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 717). Met afgesleten zegels van de stad en van Cornelis van Gale en Willem Hey, schepenen, in groene was.
Reg. no. 3276
regest_nummer 3276 1552 December 26
regest_beschrijving Burgemeesters, schepenen en raad van Sinte-Gertruydenberge oorkonden, dat verschillende persoonen getuigenis hebben afgelegd aangaande de begrenzing van den Middelsteek tusschen de Amer en de halve Mase tegenover Aluysen.
regest_datering
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 717). Met afgesleten zegel van de stad en van den schepen Jan Cornelisz. en rest van dat van den schepen Cornelis van Galen in groene was.
regest_nb b) Authentiek afschrift (Inv.No. 717).
Reg. nos. 3385, 3387, 3403, 3405, 3407, 3408 en 3416
regest_nummer 3387 1561 Augustus 31
regest_beschrijving Hoofden, tresorier-generaal en gecommitteerden van de Financiën verlengen met een termijn van 6 jaar de pacht, die Adriaen Adriaensz. alias Smeecken heeft aan een zekere visscherij en vogelarij aan de Oostplate tusschen Dubbeldam en Wieldrecht.
regest_datering (Bruesel).
regest_nb Afschrift van 1564 (Inv.No. 718).
regest_nummer 3403 1563 Augustus 7
regest_beschrijving De Rekenkamer in Hollant verzoekt de Rekenkamer van den prins van Orangiën een dag te bepalen, waarop de procureur-generaal van het Hof en de heer van Spijck, Gerard van Renoy, rekenmeester, met gecommitteerden harerzijds tot een overeenkomst kunnen komen volgens concept van November l.l. tot het maken van een nieuwe sluis en sluisvliet tusschen de Laege en de Hooge Zwaeluwe, op welken dag zij dan tevens gelegenheid zullen hebben, om de visscherijen op de Maze te begrenzen door het doen zinken van steenen.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb a) Oorspr. op papier (Inv.No. 718).
regest_nb b) Afschrift, ingesloten bij een begeleidend verzoek om advies van de raden Piggen en Vogelsanck aan den Raad te Breda dd. 1563 Augustus 18.
regest_nummer 3405 1563 Augustus 20
regest_beschrijving De Rekenkamer in den Hage schrijft aan de Rekenkamer van den prins van Oraengiën, dat zij aan die van de Financiën een verdere authorisatie heeft verzocht tot het doen zinken van de steenen ter begrenzing van de visscherijen.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 718).
regest_nummer 3407 1563 September 15
regest_beschrijving De Rekenkamer in den Hage schrijft aan de raden van den prins van Orangiën, dat zij antwoord ontvangen hebben van die van de Financiën en een nieuwe commissie van het Hof op mr. Regnier Moens, procureur-generaal bij dat Hof, en Gerard van Rennoy, rekenmeester, die zich den 27en dezer te Sinte-Geertruydenberge zullen bevinden tot bepaling van de Halve Mase.
regest_datering (in der camere van de Rekeningen in den Hage).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 718).
regest_nummer 3408 1563 September 18
regest_beschrijving De Rekenkamer van den prins van Oraengiën meldt de Rekenkamer in den Hage, dat zij den 27en dezer te Sinte-Geertruydenberghe zullen komen voor de zinking van de steenen ter halver Maese.
regest_datering (in der cameren van den Raide ende Rekeningen tot Breda).
regest_nb Afschrift op papier (Inv.No. 718).
regest_nummer 3416 1564 Juni 18
regest_beschrijving De koning gelast het Hof van Hollant, een verbod af te kondigen tegen het in bezit nemen of gebruiken van aanwassen in de Verdroncken Waert.
regest_datering (Brussel).
regest_nb Afschrift van een afschrift 1564 (Inv.No. 718). In margine staat, geschreven door den griffier Piggen, dat de prins van Oranje den 15en Juni met den graaf van Horne, den heer van Montigny e.a. naar Luxemburg is gegaan voor het doopfeest van een kind van den graaf van Mansfeldt.
Zie ook de inv. nos. 185-190
Reg. nos. 3488-3492 en 3494
regest_nummer 3488 1570 Maart 18
regest_beschrijving Jan Ree van Utrecht schrijft aan gouverneur en raden van den koning te Breda, dat de wethouders van Antwerpen schorsing hebben beloofd van de uitvoering van de onlangs gegeven sententie tot belasting van zalm en andere visch tot 14 dagen na Paschen, binnen welken tijd zij met gedeputeerden van den raad te Breda en van de stad Dordrecht tot een overeenkomst zullen trachten te komen.
regest_datering (Antwerpen).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 727).
regest_nummer 3489 1570 Maart 25
regest_beschrijving Jan Ree van Utrecht bericht mr. Steffen van den Berch, raad van den koning te Breda, dat de vergadering van wethouders van Antwerpen met gedeputeerden uit Breda en Dordrecht zal plaats hebben op Vrijdag voor Beloken Paschen (31 Maart).
regest_datering (Uyt Antwerpen op Paesavondt anno 1570).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 727).
regest_nummer 3490 1570 April 10
regest_beschrijving De stad Antwerpen bericht den gouverneur van Breda Quaderebbe, dat de bijeenkomst over het betalen van tol bij den vischafslag te Antwerpen, waartoe reeds eerder de raad mr. Steven van den Berge en de rentmeester Marcq van Steelant waren afgevaardigd, thans, na de terugkomst uit Brussel van den burgemeester e.a. heeren van de wet, kan plaats hebben.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 727).
regest_nummer 3491 1570 December 15
regest_beschrijving Philips etc. gelast den deurwaarder, op verzoek van de gezworen vischtellers te Antwerpen, te zorgen, dat het schepenvonnis van 25 (Februari) 1569 Brabantschen stijl, waarbij hun salaris werd vastgesteld ingevolge een ordonnantie van 1538, wordt uitgevoerd, niettegenstaande het verzet van de burgemeesters.
regest_datering (Bruessel).
regest_nb Gelijktijdig afschrift (Inv.No. 727). Onderaan afschrift van het relaas van den deurwaarder dd. 28 December.
regest_nummer 3492 1570 December 29
regest_beschrijving Jan Ree van Utrecht bericht den gouverneur en die van den Raad en Rekeningen van den koning te Breda, onder toezending van het executoriaal dd. 1570 December 15 (Reg. 3491), dat hij den buitenburgemeester Heynrick van Bergen heeft verzocht, de vischtellers niet verder te laten procedeeren tegen de visschers van de rivieren van het huis van Breda, alvorens getracht te hebben tot een minnelijke schikking te komen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 727).
regest_nummer 3494 1571 Januari 13
regest_beschrijving P. van Quaderebbe en B. Vogelsanck, resp. gouverneur-superintendent en raad van den koning te Breda, schrijven aan de stad Antwerpen, dat de executie van het vonnis dd. 1570 Februari 25 ten behoeve van de vischtellers in strijd is met de afspraak, den 18en April 1570 door haar gemaakt met mr. Steven van den Berch, raad, en Marcq van Steelant, rentmeester-generaal, waarbij beloofd werd, dat geen nieuwe belastingen ingevoerd zouden worden, en verzoeken alle lasten, opgelegd na de overeenkomst van 17 Juli 1538, af te schaffen.
regest_datering (Breda XVc tzeventich stil van Brabant).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 727). Hierbij verbaal van het op den 18en April 1570 door Steven van den Berch en Marcq van Steelant verhandelde.
Reg. no. 703
regest_nummer 703 1375 November 14
regest_beschrijving Aelbrecht, hertog in Beyeren, ruwaard van Hollant enz., stelt den heer van de Leck en van Breeda en heer Danyel van der Merwede aan tot zijn stadhouders in de Grote Waert.
regest_datering (Tordrecht des Woensdaghes na Sinte Martijnsdach in den winter).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 729). Met geschonden zegel van den oorkonder in groene was.
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris III, bl. 315.
Reg. no. 704
regest_nummer 704 1375 November 14
regest_beschrijving Aelbrecht, hertog in Beyeren, ruwaard van Hollant enz., belooft de lieden van Zuythollant, dat de onkosten van dijkage, die zij maken moeten door verzuim van de heeren, die de schouw hebben, op de goederen dier heeren verhaald zullen worden.
regest_datering (Dordrecht des Woensdaghes na Sinte Martijns dach in den winter).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 729). De zegels vazn hertog Albrecht en de steden Dordrecht en St.-Geertruidenberg verloren.
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris III, bl. 314.
Reg. no. 705
regest_nummer 705 1375 November 14
regest_beschrijving Aelbrecht, hertog in Beyeren, ruwaard van Hollant enz., geeft een ordonnantie op de bedijking van de Grote Waard.
regest_datering (Tordrecht des Woensdaghes na Sinte Martijns dach in den winter).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 729). Met de zegels van den oorkonder, heer Jan van Polanen, heer Danel van der Marwede, de stad Dordrecht en de ambachtsheeren heer Aernd van der Dussen, Willem van Naeldewijc, Aernd van Dronghelen, Jan van Driemilen, Willem van Wilsnesse in groene was, alle min of meer geschonden; de zegels van Sente-Gheerdenberghe en de ambachtsheeren heer Liclaes van der Marwede, Gheerijt van Nederven, Jan van der Zijdwinde en Willem van Besoyen verloren.
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris III, bl. 316.
Reg. no. 707
regest_nummer 707 1375 December 24
regest_beschrijving Aelbrecht, hertog in Beyeren, ruwaard van Holland enz., oorkondt, dat de heer van de Leck, Daneel van der Merwede en de steden Dordrecht en Sinte-Gheerdenberghe van wege de Groote Waard, met Willem den Moelnar en Wouter Pietersz., baljuw van Streyne, een overeenkomst hebben gesloten over gemeenschappelijke dijkage.
regest_datering (in den Haeghe opten Corssavont).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 729). Met rest van het zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 718
regest_nummer 718 1377 Maart 17
regest_beschrijving Aelbrecht, hertog in Beyeren, ruwaard van Hollant enz., geeft een ordonnantie op de bedijking van de Groote Waert.
regest_datering (in den Haghe op Sinte Gertruden dach MCCC ses ende tseventich).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 729). De zegels van den oorkonder, de ambachtsheeren Jan van Pollanen, heer van de Leck en Breda, Danel, heer van de Merwede, Willem van Naeldwijc, Clais van der Merwede, ridder, Heinric uten Ham, Harberen van Brakel, Aernt van der Dussen, ridder, Willem van Wijlsnesse, Aernt van Dronghelen, Danel van Tholeuzen, Willem van Bizoyen, Jan van der Zijdwinde, Gherit van Nederveen, Willem van Raemsdonc, Gherit Wiskaert, Jan van Driemilen en de steden Dordrecht en Sinte-Gerdenberghe verloren.
De grafelijkheid van Holland verkocht in 1316 het ambacht van Kapelle-Nieuwerkerk op den IJsel aan Jan van de Werve en kocht het in 1331 of 1332 terug van Peter van de Lek. Aernout, voogd van Stralen, die tusschen deze beiden de bezitter geweest moet zijn, wordt in de repertoria op de leenregisters van Holland niet genoemd. Voor den koop leende de grafelijkheid geld van Beatrix van der Dussen, nicht van Jan van Polanen, tegen een rente, die na kinderloos overlijden van haar zou vererven op Jan van Polanen en Willem van Duvenvoorde. Deze werden later bezitters van de ambachtsheerlijkheid. Willem van Duvenvoorde kreeg in 1346 bovendien het hoog gerecht over het huis met de naaste omgeving
Reg. no. 226
regest_nummer 226 1331 Mei 6
regest_beschrijving Aernout, voogd van Stralen, draagt op aan Willaem, graaf van Heynnegouwen Holland enz., zijn ambacht en gerecht van Capelle, dat hij van hem in leen hield.
regest_datering (des Maendaechs na Meydaghe).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 730). Met zegel van den oorkonder, heer Claus van de Merwede, ridder, en Pauwels den tollenaar van Ammers in groene was; die van heer Pieter, heer van de Lek, en Jan heer Gielysz., rentmeester van Zuid-Holland, verloren.
regest_nb b) Afschrift op perkament (Inv.No. 733). Op hetzelfde blad de afschriften dd. 1331 Mei 6 en 1341 Januari 27 (Reg. Nos. 227 en 325).
Reg. no. 402 en 1371
regest_nummer 402 1346 Augustus 20
regest_beschrijving Margriete, keizerin, gravin van Heynnegouwen, Hollant enz., bevestigt haar kamerling, heer Willem van Duvenvoerde, heer van Oosterhout, in het onversterfelijk bezit van zijn Hollandsche leenen en geeft hem het hooge gerecht in zijn huis te Capelle binnen de buitenste gracht en aan de inwoners van het dorp vrijdom van tol.
regest_datering (in die Haghe des Sondaghes voir Sinte Bartholomeus'dach).
regest_nb Gevidimeerd in den brief dd. 1438 Maart 30 (Reg.No. 1371).
regest_nummer 1371 1438 Maart 30
regest_beschrijving Ghijsbrecht, broeder tot Brederode, Genp, Vyanen etc., domproost en proost van Oude Munster te Utrecht, geeft vidimus van den brief dd. 1346 Augustus 20 (Reg.No. 402).
regest_datering (na den loop des Hoofs van Utrecht).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 731). Met zegel van Gijsbrecht van Brederode in roode was.
Reg. no. 227
regest_nummer 227 1331 Mei 6
regest_beschrijving Pieter, heer van de Leck, draagt op aan Willaem, graaf van Heynnegouwen, Holland enz., de tienden in Goethdorp in het ambacht van Capelle, die hij van hem in leen hield.
regest_datering (des Maendaechs na Meydaghe).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 732). Het zegel van den oorkonder verloren, die van heer Diederic Boekel, heer Niclaus van der Merwede, ridders, Jan 's heeren Gielysz., rentmeester van Zuid-Holland, en Pouwels den tollenaar van Ammers in groene was en geschonden.
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 733). Geschreven op hetzelfde blad als het afschrift van de akte dd. 1331 Mei 6 (Reg.No. 226).
Reg. no. 238
regest_nummer 238 1332 Augustus 16
regest_beschrijving Willaem, graaf van Henegouwen, Hollant, enz., beleent heer Jan van Pollanen met het goed, dat hij gekocht heeft van heer Pieter, heer van de Leck, en gelegen is in Capelle, nl. een huis en hofstede, afkomstig van heer Traveys van Mordrecht, en 24 viertel land en tienden aldaar.
regest_datering (tote Sente-Gheerdenberghe des Sonnendaechs na Onser Vrouwen dach te midde Oechste).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 732). Het zegel van den oorkonder verloren.
Reg. no. 266
regest_nummer 266 1335 November 19
regest_beschrijving Willem, graaf van Heynnegouwen, Hollant enz., stelt heer Jan van Pollanen in het bezit van een goed in Capelle, dat heer Willem van Duvenvorde gekocht heeft van heer Pieter, heer van de Leck, en dat eigendom was van wijlen Engebrecht van Vorscoten.
regest_datering (Valenchiennes des Sonnendages vor Sente Kathelinen dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 732). Met geschonden zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 325
regest_nummer 325 1341 Januari 27
regest_beschrijving Jan van Henenghouwen, heer van Baimont, beleent heer Willem den bastaard, heer van Donghen, zoon van heer Willem van Duvenvoerde, heer van Oesterhout, met 24 viertel land in Capelle op de Ysel en met de tienden, die heer Willaem van Duvenvoerde kocht van heer Jacop van Mordrecht, bij kinderloos overlijden te vererven op heer Willem van Duvenvoerde en bij diens kinderloos overlijden op heer Jan van Polanen.
regest_datering (dusent driehondert ende viertich des Saterdaghes na Sente Pauwels'dach in Januario).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 733). Met zegel van heer Heinric Kneutinck, heer van Noeville ); die van den oorkonder, heer Coen van Oesterwijc en heer Jan van der Ghouden verloren.
regest_nb b) Afschrift op hetzelfde blad als het afschrift van de akte dd. 1331 Mei 6 (Reg.No. 226).
Reg. nos. 226, 227 en 325
Reg. nos. 401 en 481
regest_nummer 481 1350
regest_beschrijving Willaem van Duvenvoirde, heer van Oesterhout, beleent, daartoe in staat gesteld door den brief dd. 1346 Augustus 10 (Reg.No. 401), hierin opgenomen, zijn neef, heer Philips van Pollanen, met een tiende te Mordrecht en de gerechten van Capelle en Nieuwerkercke benevens het goed in de Lier.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 734). Met zegel van Willem van Duvenvoirde met geheim zegel als contrazegel in groene was; de zegels van Heinrijc die Moelnaer en Dieric Eelandsz., mannen van de grafelijkheid, verloren.
Reg. no. 272
regest_nummer 272 1337 Januari 24
regest_beschrijving Arnout van Uutwike verkoopt aan heer Willem van Duvenvoerde, heer van Oesterhout, de leenmannen, behoorende tot de goederen, die hij in leen heeft van den heer van Hoerne en Altena, nl. c. 175 morgen land, voorts het gerecht van Uutwike, waarmede hij Aernt Wisscaert beleend heeft, den molen van Uutwike en Warthusen, 3 pond tournooizen jaarlijks uit het veer te Warthusen, 50 schellingen uit den Oeterdike aldaar en 30 schellingen uit een anderen dijk, op voorwaarde, dat hij met den molen, en wat daarna volgt, beleend zal worden; en ten slotte 2 morgen land in het land van Altena, alles leenroerig aan Hoerne en Altena.
regest_datering (des Vriëndaechs na Sente Agneten dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 735). Het zegel van den oorkonder in groene was verloren.
Willem van Duvenvoorde kocht deze heerlijkheid van heer Ghijsbrecht van Sterkenborch
Reg. nos. 401 en 480
Blijkens de Leenregisters van Holland kreeg Gerrit van Polanen bij zijn verzoening met Willem van Beieren in 1355 al zijn goederen terug behalve het goed te Berkel, dat aan Jan, heer van Herlaer, was gegeven
regest_nummer 480 1350
regest_beschrijving Willaem van Duvenvoirde, heer van Oesterhout, geeft, daartoe in staat gesteld door den brief dd. 1346 Augustus 10 (Reg.No. 401), hierin opgenomen, zijn neef Ghieraet van Pollanen het goed te Berkel, door hem gekocht van heer Ghijsbrecht van Sterkenborch, 100 pond hollandsch jaarlijks aldaar ten laste van de grafelijkheid, de tienden van 8 hoeven moer bij Noetdorp en Pijnacker en een tiende, gekocht van Philips van Pollanen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 736). Met rest van het zegel van Willem van Duvenvoirde in groene was; de zegels van Heinric die Moelnaer en Dieric Eelandsz., leenmannen van de grafelijkheid, verloren.
In 1345 werd Willem van Duvenvoorde met Strevelshoek beleend, te vererven op zijn zoon DIRK. Het is evenals andere goederen van Dirk van Oosterhout na diens overlijden aan Jan van Polanen gekomen.
Reg. no. 577
regest_nummer 577 1359 Juni 11
regest_beschrijving Aelbrecht van Beyeren, ruwaard van Hollant enz., oorkondt, dat Dirc van Oesterhout het ambacht Stroelshoec in Zwindert, afkomstig van heer Willaem van Duvenvoerde, verpand heeft aan Roelof Dukinc heer Gheraerdsz., losbaar op Sint Jan 1362 of eerder, op voorwaarde, dat Roelof Dukinc het na de aflossing nog 10 jaar houden mag.
regest_datering (in onser thente vor Delf des Dinxdaghes op Sinte Odulfsavond).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 737). Met het zegel van hertog Albrecht in roode was.
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris III, bl. 98.
Deze heerlijkheid lag in dat gedeelte van het land van Strijen, dat bij de splitsing in de 11e eeuw aan Holland kwam en den naam Strijen behield. Het dorp ontleende zijn naam aan een watergang, die op het einde van de 13e eeuw, waarschijnlijk ter vervanging van de verzande rivier de Overdraghe, gegraven werd en de Mark met de Donk verbond. In 1290 wordt er gesproken van het land ter Nyervaert, in 1297 komen schepenen voor. Zijn ontwikkeling had het dorp te danken aan de zoutnering. Na den dood van Willem van Strijen in 1274 erfde zijn dochter Aleid, die gehuwd was met Nicolaas van Putten, Strijen. De kleinzoons van hun dochter Oda, gehuwd met Willem van Hoorne, Altena en Gaasbeek, nl. Zweder van Abcoude en Jan van Polanen, verdeelden de nalatenschap van hun respectieve moeders aldus, dat Zweder Putten en Strijen kreeg en Jan van Polanen het van Strijen afgescheiden Niervaart. Niervaart werd eenige jaren na den St.-Elizabethsvloed overstroomd, maar herstelde zich eenigermate. Bij de herbedijking van het omliggende en aangeslibde land komt in de 16e eeuw naast den naam Niervaart die van Klundert op, die gaandeweg de oude benaming heeft verdrongen
Zie J.C. Ramaer, Geographische geschiedenis van Holland bezuiden de Lek en Nieuwe Maas in de M.E., 1899, blz. 197 en vlgg.; Dr.A.A. Beekman, Geschiedk. atlas van Nederl.: N. en Z. Nederl. in 1300, 1932, bl. 46, en mr. F. F. X. Cerutti, De heerlijkheid en het dorp Niervaart en de stad Klundert in het verleden, 1939.
Reg. no. 602
regest_nummer 602 1361 Juli 8
regest_beschrijving Zweder van Apcoude, heer van Gaesbeke, belooft zijn oom, heer Johan van de Leck en Breda, en diens zoon Johan de heerlijkheid en het gerecht van de Nyervaert in het land van Striën, wanneer hij met Putte en Striën beleend wordt, op voorwaarde o.a. dat, wanneer hij de grafelijkheid van Hollant daarvoor geld moet geven, de heer van de Leck en zijn zoon daaraan zooveel zullen bijdragen, als de Nyervaert waard is naar verhouding van het geheele land.
regest_datering (des Donredaghes na Sente Martijns dach translatio).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 738). Met rest van het zegel van den oorkonder in groene was; dat van zijn vader Gysebrecht, heer van Abcoude, verloren; dat van Rolof die Koc, ridder, in groene was en geschonden.
regest_nb b) Geïnsereerd in den brief dd. 1362 Januari 26 (Reg.No. 610).
Reg. no. 608
regest_nummer 608 1362 Januari 3
regest_beschrijving Zweder van Abcoude, heer van Gaesbeke, Putte en Strien, beleent Jan van der Leck, zoon van den heer van de Leck en Breda, met het hoog en laag gerecht van de Niervaert, zooals hij het van hertog Aelbrecht van Beyeren heeft gekregen.
regest_datering (des Maendaghes na Jaersdach na der ghewoente des Hoefs van Ludike).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 738). Met zegel van den oorkonder in groene was.
Reg. no. 798
regest_nummer 798 1390 Mei 13
regest_beschrijving Aelbrecht, hertog in Beyeren, graaf van Hollant enz., beleent Jan, heer van de Leck en Breda, na opdracht, met de Nuwevaert.
regest_datering (inden Haghe).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 739). Met rest van het zegel van den oorkonder in groene was.
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris III, bl. 564.
Reg. nos. 799 en 826
regest_nummer 799 1390 Mei 13
regest_beschrijving Aelbrecht, hertog in Beyeren, graaf van Hollant enz., oorkondt, dat de heer van de Leck en Breda aan zijn vrouw Adely van Zalmen als douarie heeft gegeven de Nuwervaert, Dubbelmonde, Almode, Twintichhoeven en Klein Waspik benevens zijn heerlijkheid tusschen Leck en Merwede, geheeten Nuweleckerlant en bevestigt het.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb a) Gevidimeerd in den brief dd. 1394 Augustus 17 (Reg.No. 826).
regest_nb b) Gevidimeerd in den brief dd. 1420 Maart 16 (Reg.No. 1105).
regest_nb Gedrukt bij v. Mieris III, bl. 564.
regest_nummer 826 1394 Augustus 17
regest_beschrijving Deken en kapittel van de kerk van St. Marie te Breda geven vidimus van den brief dd. 1390 Mei 13 (Reg.No. 799).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 740). Met afgesleten kapittelzegel in bruine was.
Reg. nos. 799 en 1105
regest_nummer 1105 1420 Maart 16
regest_beschrijving Deken en kapittel van Sint Marie te Breda geven vidimus van den brief dd. 1390 Mei 13 (Reg.No. 799).
regest_datering (na coustumen sHoofs van Ludick).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 740). Met rest van het kapittelzegel in groene was.
Reg. no. 2160
regest_nummer 2160 1486 December 24
regest_beschrijving Maximiliaen, Roomsch koning, en Philips, aartshertogen van Oistrijck enz., geven hun eersten kamerling, heer Engelbrecht, graaf van Nassouw en Vyanden, heer van Breda, de aanwassen ten zuiden van diens heerlijkheid de Nyervaert tot het diep, dat loopt voorbij den Nyeuwenbosch op de grens tusschen Brabant en ten westen van het diep langs de grafelijkheid.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 741). Het zegel van Maximiliaan verloren.
Reg. no. 506
regest_nummer 506 1354 Juli 8
regest_beschrijving Aleyt van Hoorne, vrouwe van Cranedonc, verklaart ten behoeve van haar moei, vrouwe van Putte en Stryene, ontvangen te hebben van heer Jan van Pollanen, heer van de Leck en Breda, vier brieven over de heerlijkheid van Putte en Striene, bezegeld door den graaf van Holland.
regest_datering (des Dinsdaghes vore Sente Margrieten dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 742). Met geschonden zegel van Aleid van Hoorne in groene was.
Reg. no. 567
regest_nummer 567 1358 Juni 29
regest_beschrijving Alijd, vrouwe van Putte, Praet en Striën, en Boudwijn, haar echtgenoot, wijzen heer Jan van Pollanen, heer van de Leck en Breda, en de kinderen, die hij heeft van Oede van Hoerne, de gorzen Momberg, Oert, tsMerters gors, de Kerchoeve, Steengronde, het groote Wildeland, het kleine Wildeland en de Zwaluwe aan om daaruit te heffen de 300 pond jaarlijks, die door Beatrice, in leven vrouwe van Putte en Striën, Alijds zuster, zijn meegegeven aan haar beider nicht Oede bij haar huwelijk met Jan van Polanen.
regest_datering (op Sente Peters ende Sente Pauwels dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 742). Met geschonden zegel van Alijd van Putte in bruine was; dat van Boudewijn van Praet verloren.
Reg. no. 625
regest_nummer 625 1364 Januari 24
regest_beschrijving Diederic, heer van Huerne en Althenae, en Dyederic van Huerne, heer van Perweys en Cranenborgh, doen uitspraak tusschen heer Sweder van Apcoude, heer van Gaesbeke, Putte en Striën, eener-, en heer Jan, heer vazn de Leck en Breda, Jan, zijn oudsten zoon, en diens zusters anderzijds, in hun geschillen over het land van Putte en Striën en over de 300 pond hollandsch jaarlijks, den heer van de Leck bij zijn huwelijk met Oede van Huerne toegezegd uit Putte en Striën, en beslissen, dat Jan van de Leck heer Jansz. de Nuwevaert zal behouden, waarvan de grens nader bepaald zal worden, en dat heer Sweder van Apcoude de 300 pond hollandsch jaarlijks zal uitbetalen en den achterstal in twee termijnen.
regest_datering (op Sinte Pauwels avont als men scrijft in Latine: Conversio Pauli).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 742). Met weinig geschonden zegel van de beide oorkonders in groene was.
regest_nb b) Gevidimeerd in den brief dd. 1379 September 12 (Reg.No. 739).
Reg. no. 644
regest_nummer 644 1367 April 24
regest_beschrijving Heer Jan van Bloys, heer van Scoenhoven en van der Goude, doet met de arbiters van heer Zweder van Abcoude, heer van Ghazebeke, Putte en Striene, n.l. heer Willem van der Marwede, heer Roelof de Koc, ridders, Wouter Pouwelsz. en Gillijs Brunen eener-, en die van heer Jan van Pollanen, heer van de Leck en Breda, n.l. heer Willem van Oesterhout, ridder, Gillijs van den Wijngarde, Roelof Dukinx en Wilhelmus tsHeeren, klerk van de Leck, anderzijds, uitspraak in hun geschil over drie bedragen in geld, die de heer van Putte aan heer Jan van Polanen schuldig is o.a. uit hoofde van diens huwelijk, en over de grens van het land van de Nyewervaerd, welke naar gegevens van weerszijden door den heer van Scoenhoven bepaald zal worden.
regest_datering (te Dordrecht op Sinte Marcus' avond ewangelist).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 742). Met rest van het zegel van Jan van Bloys in groene, dat van Zweder van Abcoude in bruine was en geschonden en geheim zegel van Jan van Pollanen in roode was en geschonden, alle opgedrukt.
Reg. nos. 2054 en 2056
regest_nummer 2054 1479 Maart 31
regest_beschrijving Jan van Essche, rentmeester van Zuythollant, verzoekt bij vonnis van schepenen van Stryen den kastelein van der Vaert om op Dinsdag voor Meidag e.k. met de oudsten en deskundigen ter plaatse aanwezig te zijn om de grens te bepalen tusschen de Hille, toebehoorende aan den graaf van Nassau, en de Voetshoven, gelegen in het Wildeland buiten Stryen.
regest_datering (Stryen int jair XIIIIc LXXVIII na den cours tsHoifs van Hollant).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 743). Met opgedrukt zegel van den rentmeester in roode was en geschonden.
regest_nummer 2056 1479 Mei 11
regest_beschrijving Gemachtigden van den rentmeester van Zuythollant eener-, en van Engelbrecht, graaf van Nassauw, heer van Breda, anderzijds, stellen de grens vast tusschen het deel van het gors Voetshoven, dat aan de grafelijkheid van Holland, en het deel, dat aan den graaf van Nassauw toebehoort.
regest_datering (op de aanwas geheeten Voetshoven gelegen zuytwairt van den Meeren streckende voort tot Wivekeen toe).
regest_nb a) Oorspr. op papier (Inv.No. 743).
regest_nb b) Afschrift 16e eeuw (Inv.No. 746).
Reg. nos. 31, 32, 34, 44, 62, 65, 66, 80, 117, 2301, 2302, 2546, 2813, 2821-2824, 2832, 2833, 2838, 2839, 2849, 2860-2863, 2903, 2908, 2930, 2935-2938, 2940-2943, 3002-3006, 3193 en 3194
regest_nummer 31 1275 December
regest_beschrijving Arnoldus van Lovanium, heer van Breda, en Elizabeth, zijn vrouw, geven aan het klooster van St. Bernardus van de Cisterciënser orde de novale tienden in Gastel benevens het Barlebosch met 200 bunder moer behoudens de hooge rechtspraak.
regest_datering (Bergis supra Zoem).
regest_nb a) Afschrift 15e eeuw (Inv.No. 744).
regest_nb b) Afschrift in cartularium Inv.No. 744, fol. I.
regest_nb Gedrukt bij P. Goetschalcx, Bijdragen tot de geschiedenis van het aloude hertogdom Brabant XII, bl. 129 en zie Wauters V, bl. 575.
regest_nummer 32 1276 Mei 12
regest_beschrijving Arnoldus van Lovanium, heer van Breda, en Elisabeth, zijn vrouw, verkoopen aan het klooster van St. Bernardus in de diocees van Cameracum 50 hoeven woesten grond te Ghestel, met behoud van een cijns van 3 pond leuvensch jaarlijks en geven het 10 hoeven daaraan grenzend met de tienden en het vischrecht, alles behoudens de hooge rechtspraak.
regest_datering (Bergis supra Zoem feria tercia ante festum Beati Servacii).
regest_nb Afschrift in cartularium Inv.No. 744 fol. 1.
regest_nb Gedrukt bij P. Goetschalcx, Bijdr. tot de gesch. van Brabant XII, bl. 135 en zie Wauters V, bl. 585.
regest_nummer 34 1277 Maart 27
regest_beschrijving Arnoldus van Lovanium en Elizabeth, zijn vrouw, heer en vrouwe van Breda, bevestigen het klooster van St. Bernardus in de goederen, die het vroeger van hen verkregen heeft n.l. de tienden te Ghestel en het patronaatsrecht aldaar, het Barlebosch, 207 bunder moer tusschen dat bosch en Barleke, hoewel in den ouden brief slechts sprake is van 200 bunder ) en 60 hoeven woesten grond en verkoopen hun bovendien 20 hoeven woesten grond naast het Middelmeer en een meer tusschen de Marcka en Etten, de tienden in Woude en Loenhout behalve die van turf en graan in Woude, de tiende in Hogenscote en Ortbrant, gelegen in St. Jacobus' parochie naast Ekerne, 2 schoven haver jaarlijks, genaamd de spadeschoof, in Leyderwijc en Cardepolre, het patronaatsrecht in de kerken van Woude n.l. die van Loenhout en St. Jacobus en het gebruik van alle weiland en water.
regest_datering (Sabbato post Annunciationem Dominicam).
regest_nb Afschrift in cartularium Inv.No. 744, fol. 3.
regest_nb Wauters V, bl. 631.
regest_nummer 44 1282 November
regest_beschrijving Arnoldus van Lovanium, heer van Breda, verkoopt aan abt en convent van St. Bernardus in de diocees van Cameracum 100 hoeven woesten grond in Gestel, grenzend aan de hoeven, die zij daar reeds bezitten, behouden een cijns van 25 schellingen jaarlijks en de hooge jurisdictie.
regest_datering
regest_nb Afschrift in cartularium Inv.No. 744, fol. 7.
regest_nb Zie Wauters VI, bl. 88.
regest_nummer 62 1291 Juni 24
regest_beschrijving Raso van Gavere, heer van (Boulare?), Lyedekerc en Breda, verkoopt aan abt en convent van S. Bernardus in de diocees van Cameracum 6 hoeven woesten grond bij Ghestel.
regest_datering (in nativitate Beati Johannis Baptiste).
regest_nb Fragmentarisch afschrift in cartularium Inv.No. 744, fol. 9.
regest_nb Gedrukt in Taxandria XIII, bl. 118.
regest_nummer 65 1291 November 1
regest_beschrijving Gerardus van Weesmale, heer van Bergae supra Zoem, bevestigt, met toestemming van zijn zoon Arnoldus, den koop van 100 hoeven woesten grond door het klooster van S. Bernardus in de diocees van Cameracum van Arnoldus van Lovanium, heer van Breda, neemt die goederen met de broeders, die te Halderberge wonen, in zijn bescherming, geeft zijn leenmannen verlof in den molen der broeders aldaar te laten malen, bevestigt de gift van de smalle tienden te Woude, voor zoover ze hem toebehooren (n.l. de lammertiende), en verkoopt hun 9 hoeven en 1 bunder woesten grond te Gestele.
regest_datering (in festo Omnium Sanctorum).
regest_nb Afschrift in cartularium Inv.No. 744, fol. 22 en vertaling op fol. 25.
regest_nummer 66 1291 December 25
regest_beschrijving Raso van Gavere, heer van Lyedekerc en Breda, bevestigt, nog bij het leven van zijn vrouw Aleydis, het klooster van S. Bernardus in de diocees van Cameracum in het bezit van 100 hoeven woesten grond, begrensd door het Middelmeer, Barlake, het Barlebosch, Sprundel, Etten en de rivier de Marcka, die het klooster gekocht heeft van Arnoldus van Lovanium, na den dood van diens vrouw Elizabeth, en van wat het klooster van deze beide verkregen mag hebben; voorts verkoopt hij het nog 9 hoeven en 1 bunder woesten grond bij Ghestel.
regest_datering (in Nativitate Domini).
regest_nb Afschrift in duplo in cartularium Inv.No. 744, bl. 12 en 17 en vertaling op bl. 19.
regest_nb Wauters VI, bl. 362.
regest_nummer 80 1298 December 6
regest_beschrijving Raso van Gavere, heer van Lyedekerc en Breda, bepaalt na informatie bij zijn leenmannen Godefridus van Bergae, drossaard, Sigebertus van Ulvenhout, Bernerus of Baijo van Breda, Walterus van den Houte, Joannes, zoon van Sigebertus voornoemd, en Anthonius van Oecle, dat het klooster van S. Bernardus in de diocees van Cameracum in zijn goederen in het land van Breda, n.l. het land bij Halderberge, begrensd door den Nysperendijck, Calfsdonc, Hesselake, Barlake het Middelmere, de Marka, het Overstemere, Sprange en het Huelmere, alle zaken mag berechten tot een boete van 60 schellingen, een of meer wereldlijke rechters mag aanstellen benevens schepenen, gezworenen en schutters, en keuren mag geven.
regest_datering (in die Beati Nycolai episcopi et confessoris).
regest_nb Afschrift in cartularium Inv.No. 744, fol. 29 en vertaling op fol. 31.
regest_nb Zie Wauters VI, bl. 640.
regest_nummer 117 1312 September 15
regest_beschrijving Arnoldus van Wesmale, heer van Bergae supra Zoem, bevestigt het klooster van St. Bernardus in de diocees van Cameracum, in het bezit van de goederen, die het door koop of anders verkregen heeft van zijn vader en vroegere heeren van Breda en die gelegen zijn in het land van Bergae supra Zoem, en in de rechtsbevoegdheid, die hun in die goederen gegeven is.
regest_datering (in octavis Nativitatis Beate virginis Marie).
regest_nb Afschrift in het cartularium Inv.No. 744, fol. 35 en vertaling op fol. 39.
regest_nummer 2301 1498 Juli 5
regest_beschrijving Johan Masschereel, ridder, drossaard (van Breda) etc., schrijft aan heer Claes van den Werve, ridder, drossaard van Berghen, en den verderen raad aldaar, dat, niettegenstaande overeengekomen was, dat, hangende het proces over de grensscheiding, ieder van beide partijen van de gorzen overdijks van den Nyeuwenbosch en bij de Nyevaert zou behouden, wat zij had, maaiers, beschermd door dienaren van den heer van Berghen, wederrechtelijk naast de Meren op Boudenslant gemaaid hebben, en eischt vergoeding.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 744).
regest_nummer 2302 1498 Juli 6
regest_beschrijving Nyclaus van den Werve, ridder, en de verdere raad van den heer van Bergen schrijven aan heer Johan Masschereel, ridder, heer van Wynants Rode, drossaard van Breda, in antwoord op diens brief (Reg.No. 2301), dat de heer van Bergen zijn schout te Gastele had opgedragen toe te zien, dat van geen van beide zijden inbreuk gemaakt werd op de schikking, gemaakt tusschen hem en den graaf van Nassouw, en dat de klacht over het maaien van gras, in strijd met die schikking, ongegrond is.
regest_datering (Bergen).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2546 1511 September 8
regest_beschrijving Henrick van Nassau en Vyanden, heer van Breda, Diest, Heusden enz., beveelt den schout van Rosendale naar Zierickzee te gaan en aan Merten Symonsz. of anderen, die van ouds de Zeeuwsche en Hollandsche stroomen bevaren hebben, te vragen 1e, of zij de grens weten tusschen de Appelere, de Dindel en het Volkenreck in het Z.W., waar dit uit de Dindel zijn begin neemt, of zij het Volkenreck niet voor een Hollandschen stroom houden, en of zij kunnen bewijzen, waar het Volkenreck begint en de Dindel ophoudt; 2e te informeeren naar zekere grenspalen, door den rentmeester van Breda in een brief opgegeven, en in het bijzonder naar den paal geheeten de Overslaegh, en tenslotte te onderzoeken, wie de opbrengst van den verkochten inboedel van wijlen Jan Meeusz. heeft ontvangen, om daarna te eischen de 202 rijnsche guldens, nog verschuldigd van diens rentmeestersrekening van Steenbergen.
regest_datering (Bruessel).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2813 1531 Augustus 9
regest_beschrijving Gecommitteerden van heer Jan, heer van Berghen opten Zoom, verzoeken den drossaard en verderen Raad van den graaf van Nassou op gemeenschappelijke kosten door Pieter Lapostolle en Jheronimus van den Dorpe, raden van den keizer, de palen, die deze eertijds als commissarissen hebben gesteld op de grens tusschen de landen van Berghen en Breda in Somerlant, Bouwenslant en elders, welke palen sedert verdwenen zijn, te laten vernieuwen, voordat genoemde raden daar te oud voor geworden zullen zijn.
regest_datering (Bergen).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2821 1531 October 2
regest_beschrijving De heer van Berges verzoekt den heer van Nassou afgevaardigden te zenden tot vernieuwing van de grens op de Finere, hetgeen voor den winter geschied moet zijn, en verklaart zich ten allen tijde bereid de grenspalen op het vaste land te vernieuwen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2822 1531 October 3
regest_beschrijving Graaf H. de Nassou zendt aan den heer van Mal en die van de Rekeningen een memorie van den heer van Berghes(Reg.No. 2821) en gelast hun aan diens verzoek te voldoen, wanneer zij dat in zijn belang oordeelen.
regest_datering (Brucelles).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 744) op papier.
regest_nummer 2823 1531 October 9
regest_beschrijving De gecommitteerden van den graaf van Nassou verzoeken aan die van Bergen op Zoom in antwoord op de memorie, door den heer van Bergen aan den graaf van Nassou geschreven, een dag te noemen, waarop zij te Sprundel bijeen zullen komen om van daar uit te water en te land de grens vast te stellen.
regest_datering (Breda).
regest_nb Minuut (Inv.No. 744).
regest_nummer 2824 1531 October 16
regest_beschrijving H. de Nassou antwoordt aan Monsr. van Mal, drossaard van Breda, dat hij aan die van Berghes moet schrijven, dat er een eind gemaakt moet worden aan de geschillen over de grens, eerst op het vaste land en daarna te water en zoo noodig met twee scheidslieden van weerszijden; voorts, dat de stal voor de artillerie te Breda gewit moet worden, opdat deze er des te beter tegen uitkomt, en van tralies voorzien, zoodat ze van buiten zichtbaar is, en tenslotte dat mr. Pierre de goudsmid een beschrijving moet geven van het werk, waaraan hij bezig is, opdat het in Brucelles gemaakt kan worden.
regest_datering (Brucelles).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2832 1532 Maart voor den 14en
regest_beschrijving De graaf van Nassou verzoekt aan den heer de Berghes een dag op te geven voor de grensregeling te water en te land, doch die te land te laten voorgaan, omdat dit seizoen, waarin de boomen nog kaal zijn, daarvoor geschikter is dan een later en hij nu zelf aanwezig is.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 744).
regest_nummer 2833 1532 Maart 14
regest_beschrijving A. de Berghes schrijft aan den graaf de Nassou, markies van, Zenettes, dat hij zijn brief heeft ontvangen over afdoening van hun grensgeschillen te water en te land, en dat hij hem a.s. Dinsdag persoonlijk hoopt te komen bezoeken te Breda.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2838 1532 Juli 1
regest_beschrijving A. de Berghes vraagt den graaf van Nassou, markies van Zennettes, of hij nog eenigen tijd in Breda blijft om het verbaal te bespreken, hem door de abten van St. Bernhard en Tongerlo en den schout van Dordrecht medegedeeld, over hetgeen zij gedaan hebben in het grensgeschil.
regest_datering (Berghes).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2839 1532 Juli na den 2en
regest_beschrijving Hendrik van Nassou antwoordt Anthonie van Bergen op Zoom op zijn brief van den 1en dezer (Reg.No. 2838), dat hij tot den 25en in het land, maar nog slechts 8 of 10 dagen in de stad Breda blijft, dus te kort om de kwestie bij minnelijke schikking te regelen, vooral wanneer die van Bergen op dezelfde manier blijven optreden tegen die van Breda als tot nu toe, en dat beide iets zullen moeten toegeven.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 744).
regest_nummer 2849 c 1532
regest_beschrijving (De heer van Bergen) schrijft aan (dien van Breda) dat, volgens het rapport van zijn lieden, die van Breda in zake de grens bij de Boetervliet (?) geweigerd hebben om zich gezamenlijk ter plaatse te begeven en wederzijds de bezwaren aan te hooren, waardoor de breuk ontstaan is, hetgeen door de arbiters bevestigd is, en verklaart zich bereid om op zijn laatst gedane voorstel de besprekingen te hervatten.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2860 1533 Juli 24
regest_beschrijving Marcus, abt van Sint Bernart, bericht den graaf van Nassoue en den heer van Berghen, dat hij met den abt van Tongerlo, volgens hun verzoek, den 7en Augustus in de Hoeven zal zijn om de grensscheiding te bespreken.
regest_datering (tSinte Bernaerds).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2861 1533 Juli 26
regest_beschrijving Claes Vierling schrijft aan den stadhouder van Berges in antwoord op diens brief en op dien van den abt van St. Bernaert, dat de graaf van Nassou den 7en Augustus te Vielzboys, in de Hoeven, of te Sevenberge zal komen om over de grens bij de Cloender te onderhandelen.
regest_datering (Breda).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2862 1533 Augustus 11
regest_beschrijving A. de Berghes vraagt den heer van Malle, drossaard, of bij diens afwezigheid aan Claes Vierling, griffier te Breda, om den dag van bijeenkomst over de grensscheiding uit te stellen van 18 tot 22 Augustus, aangezien hij de koningin naar Bruges heeft moeten vergezellen en hij binnenkort naar Luxembourg gaat.
regest_datering (Berghes).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2863 1533 Augustus 12
regest_beschrijving De heer van Malle, drossaard, of Claes Vierling, griffier te Breda, antwoordt den heer van Bergen op diens brief van den 11en, dat de graaf van Nassou geen bezwaar heeft tegen het uitstel.
regest_datering (Breda).
regest_nb Minuut (Inv.No. 744).
regest_nummer 2903 1535 Juni 9
regest_beschrijving Marcus, abt van Sinte Bernart, bericht heer Henrick, graaf van Nassau, dat hij diens brief, waarin hij vraagt de zaak over de grensscheiding voort te zetten, heeft ontvangen en nu nog antwoord afwacht van den heer van Bergen.
regest_datering (uuyt onsen clooster van Sinte Bernaerts).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2908 1535 Juni
regest_beschrijving Marcus, abt van St. Bernart, Arnold, abt van Tongerlo, en Jan van Drenckwaerdt Willemsz., (schout van Dordrecht) herinneren er den graaf van Nassou aan, dat sedert twee jaar de zaak over de grensscheiding met den heer van Berghen geen voortgang heeft gehad, en verzoeken van hun last als gecommitteerden ontslagen te worden, opdat zij de stukken, onder hen berustende, terug kunnen zenden, of de zaak voort te zetten.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2930 1537 Maart 11
regest_beschrijving Arnold, abt van Tongerloo, schrijft aan den graaf van Nassou dat hij de stukken over de grensscheiding, die onder hem en den gewezen abt van St. Bernaert zal doen opvragen en hem toezenden: voorts dat hij Henrick, waard "in den Haen", geheeten Nootken, in rechten heeft moeten betrekken wegens het niet betalen van de novale tienden te Diest.
regest_datering (Tongerlo anno XXXVI stilo Brabantiae).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2935 1537 September 27
regest_beschrijving Gedeputeerde raden van den heer van Nassou te Breda verzoeken den schout van den Oudenbosch om den schipper in vrijheid te stellen, die gevangen genomen is wegens een lading riet, gesneden uit de Vossekreke, die minstens voor de helft tot de Clundert behoort, en hem schip en lading terug te geven.
regest_datering (Breda).
regest_nb Minuut (Inv.No. 744).
regest_nummer 2936 1537 September 30
regest_beschrijving F. van Lyedekercke, (schout van Oudenbosch), schrijft aan gecommitteerden van den graaf van Nassouwe, dat Cornelis van der Heyden, rentmeester van den heer van Bergen op Zoom, op diens gorzen bij de twee bakens een schip heeft gevonden, geladen met riet, dat op die gorzen gesneden was, en dat de schipper niet gevangen gezet is, doch op zijn eed naar Oudenbosch is gegaan.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2937 1537 October 4
regest_beschrijving Jehan de Renesse bericht den graaf van Nassou, groot- en eersten kamerling van den keizer, onder insluiting van het rapport van den kastelein van Nyeuvaert aangaande de inbeslagneming van het schip met riet door dienaren van den heer van Berghes, informatie, daarop ingewonnen, en dubbel van een kaart, gemaakt door mr. Martin ), dat de raad adviseert, om den heer van Berghes restitutie te vragen, en brengt hem op de hoogte van de vorderingen van den bouw van het kasteel.
regest_datering (Breda).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2938 1537 October 8
regest_beschrijving Jehan de Renesse schrijft namens zijn vader, die ongesteld is, aan den graaf van Nassou, dat hij, mr. Estienne en de rentmeester van Breda in overweging geven, vergoeding te vragen aan den heer van Berghes voor het in het beslag genomen schip met riet, daar de kreek, warop dat geschied is, gemeenschappelijk eigendom is en uit de verklaring van den schipper gebleken is, dat hij zich aan de Bredasche zijde bevond; voorts om den rentmeester van Vielzboiz te Rosendael gevangen te nemen op een van zijn vele doorreizen van Vielzbois naar Berghes.
regest_datering (Breda).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2940 1537 October 14
regest_beschrijving H. de Nassou geeft messrs. du Sart en de Hocron opdracht om met den heer van Berghen tot een minnelijke schikking te komen aangaande de onrechtmatige gevangenneming van den schipper in de Tweebakens- of Voskreke door den rentmeester van Vielzbois, met inbeslagneming van diens schip met riet, dat gekocht was van een pachter van den heer van Breda en gesneden op het terrein van dien pachter.
regest_datering (Bruxelles).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2941 1537 October 17
regest_beschrijving De markies van Berghes, graaf van Walhain etc., verklaart den gevangen genomen schipper en het in beslag genomen schip met de lading riet, die reeds vrijgelaten zijn, nogmaals vrij en ontslaat den schipper van zijn belofte, aan den drossaard gedaan, om een boete te betalen.
regest_datering (Borchvliet).
regest_nb a) Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nb b) Gelijktijdig afschrift (Inv.No. 744).
regest_nummer 2942 1537 October 17
regest_beschrijving A. de Berghes schrijft aan den graaf van Nassou, dat hij hoopt, dat het antwoord, dat hij aan de heeren du Sart en Hocron gegeven heeft, hem bevredigen zal.
regest_datering (Borchvliet).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 2943 1537 October 19
regest_beschrijving Henry, graaf van Nassou enz., heer van Breda enz., groot kamerling etc., ratificeert de overeenkomst, gesloten te Borchvliet op 17 October 1537, tusschen den markies van Berghen en zijn raden Laurens du Blioul, heer van Le Sart, en Jehan, heer van Hocron, ridders, over de vrijlating van den schipper, die in de Vossencreke op betwist terrein riet gesneden zou hebben.
regest_datering (Breda).
regest_nb a) Minuut (Inv.No. 744).
regest_nb b) Opgenomen in den brief dd. 1540 Augustus 26 (Reg.No. 3004).
regest_nummer 3002 1540 Augustus 17
regest_beschrijving Die van de Rekeningen van den prins van Orenges berichten heer Laurens Dublioul, ridder, heer van Sart, dat de pachters in de Clundert hebben geklaagd, dat die van Bergues den Valckenberschen Aemer, een kreek, waarover eertijds kwestie is geweest, hebben afgedamd; dat zij adviseeren om wegneming van den dam te eischen, wat de kastelein van de Nyeuwervaert, brenger van dezen brief, mondeling zal toelichten, en vragen hem een dubbel te zenden van de onder hem berustende akte van de overeenkomst, eertijds door zijn tusschenkomst met den heer van Bergues over de kreek aangegaan.
regest_datering (Breda).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 3003 1540 Augustus 26
regest_beschrijving Anthoine, markies van Berghes, graaf van Walhain etc., raad en kamerling van den keizer en ridder van diens orde, belooft Laurens du Blioul, heer van Sart, ridder, raad van den keizer, en griffier van diens orde, en door hem belast met de voogdij over René van Chalon en Nassou, prins van Orenges, heer van Breda, dat hij den dam, gelegd in den Valkenberschen Amer bij de Vossencreke zal laten wegnemen, met behoud van zijn recht om die daar te leggen en op voorwaarde, dat, binnen 6 weken na de terugkomst van den thans afwezigen prins, een bijeenkomst zal plaats hebben om alle geschillen bij te leggen, waarbij den Grooten Raad te Malines gevraagd zal worden commissarissen te zenden.
regest_datering (Berghes).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 3004 1540 Augustus 26
regest_beschrijving Anthoine, markies van Berghen, graaf van Walhain, heer van 'sGravenwesele etc., ridder van het Gulden Vlies, kamerling, gouverneur van Luxembourg, Namur en Cigny, verklaart ontvangen te hebben van Laurens du Blioul, heer van le Sart, de hierin opgenomen akte van ratificatie van 1537 October 19 (Reg.No. 2943) en ratificeert zijnerzijds de getroffen overeenkomst.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 3005 1540 September 4
regest_beschrijving A. de Berghes schrijft aan de raden van den prins van Orenges te Breda, dat de rentmeester van Vielsbois, op zijn bevel om den dam, door dezen gelegd op betwiste gorzen, weg te nemen, totdat alle grensgeschillen vereffend zouden zijn, geantwoord heeft, niet te weten, over welke plaats geklaagd werd, en verzoekt eenige personen te zenden om die aan te wijzen.
regest_datering (Wouwe).
regest_nb a) Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 744).
regest_nummer 3006 1540 September 10
regest_beschrijving Die van den Raad en Rekeningen van den prins van Oranje berichten Laurens Dublioul, heer van Dusart, ridder, griffier van de orde van het Gulden Vlies, over eenige ordonnanties, te maken ter gelegenheid van de Blijde Inkomst van den prins en zijn gemalin te Breda; over een inspectie van 52 bunder moer en de noodzakelijkheid om de grens vast te stellen tusschen de heeren van Loon en Dongen; dat de heer van Berges het wegnemen van den dam (in den Valkenbergschen Amer) steeds uitstelt op het rapport van den rentmeester van Vielzbois; dat de griffier Claes Vierling en de kastelein (van de Niervaart) bevonden hebben, dat de dam over een lengte van 10 à 12 voet op het gebied van den prins ligt, die bovendien benadeeld is over een halve mijl, van de Cromme Mercke af, tot waar deze in de Moeykene valt.
regest_datering (Breda).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744). Hierbij ingesloten een afschrift van den brief dd. 1540 September 4 (Reg.No. 3005).
regest_nummer 3193 1549 Juli 5
regest_beschrijving Jan de Berghes schrijft aan den Raad van den prins van Oranges, dat hij een zekere overeenkomst zal teekenen en dat zijn lieden over 8 dagen te Veusbois zullen zijn, om te spreken over de richting van de scheisloot, die gemaakt moet worden tusschen de Twee bakens naar de Moykene en den paal, op den Crop of het einde van de Valkenbersche Amer staande.
regest_datering (Berghes).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 744).
regest_nummer 3194 1549 Augustus 5
regest_beschrijving Die van den Raad en de Rekeningen van den prins van Oranges schrijven aan den stadhouder van Berghes in antwoord op den brief van diens heer, dat monsr. de Mérode zeker zal goedkeuren, wat is overeengekomen, en dat eenigen hunner Zondagavond te Veulxbois zullen zijn.
regest_datering (Breda).
regest_nb Minuut (Inv.No. 744).
Reg. no. 2163
regest_nummer 2163 1487 Mei 18
regest_beschrijving De griffier van het Hof van Hollant geeft akte van de beslissing, dat, overeenkomstig den eisch van den heer van Zevenbergen, Jan Hagert, kastelein van Nyeuwaert, hem, alvorens als opponent te worden toegelaten, in het ongestoord bezit zal herstellen van de gorzen in de landen van den Nieuwen dijck in de heerlijkheid Zevenbergen en dat Michiel Weynius en Jan Jansz. als procureurs van den graaf van Nassouwen ter zake van voeging zijn opgeroepen, met last tot behoorlijke procuratie vanwege Jan Hagart.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 745).
Reg. no. 2165
regest_nummer 2165 1487 Juli 13
regest_beschrijving Maximilian, koning, en Phelippe, aartshertogen van Austrice etc., gelasten den deurwaarder om het Hof van Holland voor den Grooten Raad ter verantwoording te roepen over zijn weigering om den graaf van Nassouw en Vianne, heer van Breda, toe te laten in vrijwaring voor zijn onderdaan Jehan Hagart in diens proces met den heer van Sevenberge over aanslibbingen in de heerlijkheid Nyeuvairt.
regest_datering (Bruges).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 745). Met resten van het zegel van den eersten oorkonder in roode was. Hieraan vastgehecht de brief dd. 1487 Juli 19 (Reg.No. 2166).
Reg. no. 2166
regest_nummer 2166 1487 Juli 19
regest_beschrijving Jehan Scout, deurwaarder van het Hof van Holland, bericht den Grooten Raad, dat hij het bevel, vermeld in den brief dd. 1487 Juli 13 (Reg.No. 2165), waaraan deze is vastgehecht, heeft uitgevoerd.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 745). Het zegel van den oorkonder verloren.
Reg. nos. 53, 56, 57, 177, 186, 287, 607, 610, 620, 625, 717, 720, 726, 738, 739, 742, 803, 804, 1833, 1834, 1942, 2056, 2097, 2856, 2891, 2901, 2912, 3324 en 3513
regest_nummer 53 1290 Maart 22
regest_beschrijving Florens, graaf van Holland enz., geeft de lieden van den heer van Stryne, die in de Niewervard wonen, vrijdom van tol zooals die in Stryne hebben.
regest_datering (te Brucele MCC neghen ende tachtich des Woensdaghes voir Palmen).
regest_nb a) Gevidimeerd in den brief dd. 1327 Mei 1 (Reg.No. 186).
regest_nb b) Geïnsereerd in den brief dd. 1561 Mei 2 (Reg.No. 3384).
regest_nb c) Authentiek afschrift van 1536 (Inv.No. 746).
regest_nb d) Afschrift 16e eeuw (Inv.No. 750). Geschreven op hetzelfde blad als dat van de akte dd. 1329 Juli 2 (Reg.No. 206).
regest_nb Gedrukt bij v.d. Bergh II, No. 692.
regest_nummer 56 1290 Augustus 1
regest_beschrijving Hugheman Willemsz. van Zevenberghen geeft terug aan de kinderen van zijn oom Hieric Jonghe al het goed, dat zij hem gegeven hebben.
regest_datering (op Sente Peters dach te inghanghenden Oost).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 746). Op hetzelfde blad de afschriften van de akten dd. 1325 December 10, 1338 Augustus 29, 1363 September 11 en 1380 Maart 24 (Reg. nos. 177, 287, 620 en 742).
regest_nb Gedrukt in de Ned. Leeuw, 1935, Kol. 106.
regest_nummer 57 1290 September 1
regest_beschrijving Willem, heer van Stryene, verkoopt aan Aeve en Heyn van den Rechtenslote het goed tusschen het Gheerlandt en de 7½ hoeve, geheeten Landekens gors, met de voorwaarde, dat zij op het goed mogen wonen of op de Niewe Vaerd, maar dat van de zoutwinning 2∕3 voor hem zal zijn.
regest_datering (in Sinte Gyelis' dage).
regest_nb Authentiek afschrift 16e eeuw. (Inv.No. 746).
regest_nb Gedrukt bij v.d. Bergh II, No. 738.
regest_nummer 177 1325 December 10
regest_beschrijving Huycheman van Stryene, heer van Zevenberghen, verkoopt aan Melys Heinrics Jonghen zoon, zijn neef, 25 bunder moer, waaruit hij zelf turftienden zal ontvangen en Melys den derden penning van de zoutnering.
regest_datering (Dinxdaechs voer Sinte Losiën dach).
regest_nb a) Afschrift (Inv.No. 746). Geschreven op hetzelfde blad als dat van de akte dd. 1290 Augustus 1 (Reg.No. 56).
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 746). Geschreven op hetzelfde blad als het afschrift van de akte dd. 1338 Augustus 29 (Reg.No. 287).
regest_nb Gedrukt in de Ned. Leeuw, 1935, kol. 109.
regest_nummer 186 1327 Mei 1
regest_beschrijving Pieter, heer van de Leck, geeft vidimus van den brief dd. 1290 Maart 22 (Reg.No. 53).
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift van 1560 (Inv.No. 746).
regest_nummer 287 1338 Augustus 29
regest_beschrijving Hugheman van Stryene, heer van Zevenberghen, geeft Melis Henricx Jonghen zoon, zijn neef, den derden penning van alle zoutwinning uit de hoeven en bunders moer, die deze in de heerlijkheid Zevenbergen bezit, nl. 12 hoeven, opgaande van de Otterlake tot aan de Buynre, 2 hoeven geheeten Betteland, 1½ hoeve tusschen Zevenberghen en Hazeldonck en 37 en 3∕4 bunder min ½ gemet.
regest_datering (op Sente Jans dach uutgaende Oest als hij onthoeft waert).
regest_nb a) Afschrift (Inv.No. 746). Geschreven op hetzelfde blad als als dat van de akte dd. 1290 Augustus 1 (Reg.No. 56).
regest_nb b) Afschrift (Inv.No. 746). Geschreven op hetzelfde blad als dat van de akte dd. 1325 December 10 (Reg.No. 177).
regest_nb Gedrukt in de Ned. Leeuw, 1935, kol. 109.
regest_nummer 607 1361 October 19
regest_beschrijving Aelbert etc. geeft heer Zweder van Abquoude, heer van Gaesbecke, alle rechten, die hij en zijn broeder, hertog Willem, hebben op den moerdijk Mercgrase, en machtigt hen den legschat te innen over de jaren 1361 en 1362.
regest_datering (te Nyenhoven voer Middelburg des Dinsdaechs na Sinte Lucas'dach).
regest_nb Afschrift eerste helft 16e eeuw (Inv.No. 746).
regest_nummer 610 1362 Januari 26
regest_beschrijving Jan van Pallanen, heer van de leck en Breda, en Jan, zijn oudste zoon, beloven zich te zullen houden aan de beloften en voorwaarden, vermeld in den brief dd. 1361 Juli 8 (Reg.No. 602), hierin opgenomen.
regest_datering (des anderen dages na Sinte Pauwels dach Conversio).
regest_nb a) Gevidimeerd in den brief dd. 1379 September 12 (Reg.No. 738).
regest_nb b) Authentiek afschrift dd. 1536 Maart 8 (Inv.No. 746).
regest_nummer 620 1363 September 11
regest_beschrijving Sweeder van Abcoude, heer van Gaesbeke, Putten en Stryene, beleent Heinric den Jonghen Melysz. met 24 bunder land in de Zwalewe en diens vrouw Gertrude Hoesche Jan Witten zoons dochter met een lijfrente daaruit.
regest_datering (des Maendaghes na Onser Vrouwen dach Nativitas).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 746). Geschreven op hetzelfde blad als dat van de akte dd. 1290 Augustus 1 (Reg.No. 56).
regest_nb Gedrukt in de Ned. Leeuw, 1935, kol. 109.
regest_nummer 717 1377 Februari 13
regest_beschrijving Aelbrecht, ruwaard van Henegou etc., vergunt den heer van Putten en Strijen 1∕3 van den legschat van den moerdijk, geheeten de Overdrage, te innen.
regest_datering (in den Hage op Sinte Valentinis avont Mo CCCo LXXVI).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 746).
regest_nummer 720 1377 Mei 19
regest_beschrijving Aelbrecht, ruwaard van Henegou etc., draagt Willem van Naeltwijck en Reynyer Willemsz., rentmeester Bewesterschelt in Zeeland, op om den moerdijk in het ambacht van de Nyervaert te bepalen, tot het dijken waarvan hij den heer van Putten en Strijen vergunning heeft gegeven.
regest_datering (tote Canoye des Dincxdachs nae Pinxter).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 746). Op hetzelfde blad het afschrift van de akte dd. 1378 Februari 19 (Reg.No. 726).
regest_nummer 726 1378 Februari 19
regest_beschrijving Aelbrecht, ruwaard van Henegou etc., vergunt met toestemming van ambachtsheeren en steden van de Groete Waerd, aan den heer van Apcoude van het uitgors, genaamd Overdraghe, gelegen in de parochie van der Nyervaert onder heer Jan van der Leck, zooveel ter zoutwinning te verkoopen, als benoodigd voor de kosten van de bedijking van een waal, ontstaan in den Broec, bij de doorbraak.
regest_datering (Tordrecht des Vridachs nae Sinte Valentinis dage Mo CCCo zeven ende tsoventich).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 746). Geschreven op hetzelfde blad als het afschrift van de akte dd. 1377 Mei 19 (Reg.No. 720).
regest_nummer 738 1379 September 12
regest_beschrijving Aelbrecht van Tiele, deken van de Sint-Janskerk te Wijck, geeft vidimus van den brief dd. 1362 Januari 26 (Reg.No. 610).
regest_datering (des Maendaghes nae Onser Vrouwen dach Nativitas).
regest_nb Authentiek afschrift dd. 1536 Maart 8 (Inv.No. 746).
regest_nummer 739 1379 September 12
regest_beschrijving Aelbrecht van Tiele, deken van de Sint-Jans kerk te Wyck, geeft vidimus van den brief dd. 1364 Januari 24 (Reg.No. 625).
regest_datering (des Manendages nae Onser Vrouwen dach Nativitas).
regest_nb Authentiek afschrift dd. 1536 Maart 7 (Inv.No. 746). In dorso: "Nyewevaerd, Mourdijck".
regest_nummer 742 1380 Maart 24
regest_beschrijving Ludeken de Wilde, ruwaard van Putten en Stryene, verklaart aanwezig geweest te zijn bij de beleening van Melys Henricxz. door den heer van Gaesbeke, Putten en Stryene.
regest_datering (int hof te Gheerevliet op de Paesavont op die neghende kalende van Aprille).
regest_nb Afschrift (Inv.No. 746). Geschreven op hetzelfde blad als dat van de akte dd. 1290 Augustus 1 (Reg.No. 56).
regest_nb Gedrukt in de Ned. Leeuw, 1935, kol. 110.
regest_nummer 803 c 1390
regest_beschrijving Jan, heer van der Lecke en Breda, belooft hertog Aelbrecht van Beyeren, dat hij een dijk zal doen maken van den Waghenberchschen dijk tot aan het einde van den Hollandschen dijk achter de Zwaelwe en dien zal onderhouden, zoolang hij er de schouw over hebben zal.
regest_datering
regest_nb Afschrift 15e eeuw (Inv.No. 746).
regest_nummer 804 c 1390
regest_beschrijving Aelbrecht etc. en Willem van Beyeren, graaf van Oestervant, oorkonden, dat heer Jan van Polanen, heer van de Leck en Breda, beloofd heeft een dijk te maken en te onderhouden tusschen den Waghenbergschen en den Hollandschen dijk achter de Zwaelue, zoolang en voor zoover hij en zijn nakomelingen daarover de schouw zullen hebben, en geven hem de vrije beschikking over den grond aldaar.
regest_datering
regest_nb Afschrift (Inv.No. 746).
regest_nummer 1833 c 1460 April 19
regest_beschrijving De stad Zevenberghen antwoordt Johan, graaf van Nassouw, Dyetz en Vyanden, heer van Breda etc., op zijn verzoek om bij geschil met de stad Dordrecht zijn onderzaten op de Zwaelu te sparen en hem in zijn ambachtsheerlijkheid niet te verkorten, dat zij nog geen geschil heeft, maar mocht dit met consent van hun heer gebeuren, dan zal het aan hun gevoelens van vriendschap voor graaf Johan niets veranderen.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 746).
regest_nummer 1834 c 1460 Juni 10
regest_beschrijving De stad Zevenbergen antwoordt Johan, graaf van Nassow, Dietz en Viande, heer van Breda en drossaard van Brabant, dat zij bij haar vorig antwoord (zie Reg.No. 1833) blijft, betuigt haar leedwezen over feiten, door poorters van haar bedreven tegen onderzaten van den graaf, en verzoekt hem de poorters van Dordrecht, in zijn gebied wonende, te waarschuwen, die niet alleen in den moerdijk, gelegen in de Overdraghe, maar ook binnen de heerlijkheid Zevenbergen goed geroofd en personen gevangen genomen hebben.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 746).
regest_nummer 1942 1471 Maart 22
regest_beschrijving Aerndt, heer van Sevenberghen en Nucoop, geeft aan de inwoners van Zevenberghen de Overdrage of het Breede Gors uit ter bedijking.
regest_datering (na den scriven des Hoefs van Ludick).
regest_nb Afschrift van een afschrift (Inv.No. 746).
regest_nummer 2856 1533 Juni 5
regest_beschrijving Henrick, graaf van Nassouw, heer van Breda enz., en Cornelis van Berghen, heer van Zevenberghen, Grevenbroeck, Vorsselaer, Heeswijck enz., onderwerpen zich in hun geschil over de grens tusschen de heerlijkheden Breda, Zevenbergen en Nyeuwervaert aan de arbitrage van Jan Willemsz. van Drinckwaert, knaap, schout van Dordrecht, Jan van der Meere, knaap, schout van Bergen opten Zoom, en mr. Joist Bethz, raadpensionaris van Dordrecht, hetgeen door den prins van Orengen bevestigd wordt.
regest_datering (Breda).
regest_nb Geïnsereerd in den brief dd. 1535 April 9 (Reg.No. 2891).
regest_nummer 2891 1535 April 9
regest_beschrijving Jan van Drenckwaerdt, Jan van der Meere en Joist Bethz, arbiters, bepalen ingevolge de akte van submissie dd. 1533 Juni 5 (Reg.No. 2856), hierin opgenomen de grens tusschen de heerlijkheden en aanwassen van Zevenbergen, Breda en Nyeuwervaert.
regest_datering (tZevenberghen).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 746).
regest_nummer 2901 1535 Juni 4
regest_beschrijving De koningin-weduwe van Hongrie en Bohème, aartshertogin van Austrice, regentes, gehoord den Grooten Raad en het rapport van haar commissarissen over de geschillen, ontstaan tusschen de heeren van Breda en Zevenberghe naar aanleiding van de arbitrale uitspraak dd. 1535 April 9, gelast den arbiters te onderzoeken, of de heer van Zevenberghe bij zijn bedijking de grens heeft overschreden en dat te doen herstellen, en zoo noodig het aantal palen uit te breiden.
regest_datering (Bruxelles).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 746).
regest_nummer 3324 1555 Mei 2
regest_beschrijving Guillaume de Nassau en Corneille de Berghes, heer van Sevenbergen, komen overeen, nu de laatste aanspraak blijft maken op de heerlijke rechten op den Moerdijck en aangrenzende wateren, niettegenstaande deze in drie achtereenvolgende arbitrale uitspraken n.l. dd. 1535 April 9 en November 13 en 1536 Mei 11 aan den prins van Oranges zijn toegewezen, dat de heer van Sevenbergen die rechten behouden zal tot zijn dood, waarna ze aan den prins zullen komen, tenzij de heer van Sevenbergen een zoon nalaat, in welk geval de prins evenwel zijn aanspraken zal handhaven.
regest_datering (en la maison seignorale à Breda).
regest_nb a) Oorspr. op papier (Inv.No. 746).
regest_nb b) Geïnsereerd in den brief dd. 1578 December 31 (Reg.No. 3513).
regest_nummer 3513 1578 December 31
regest_beschrijving De Staten van Holland bevestigen, op verzoek, door den prins van Oraingiën gedaan, nu de heer van Zevenberghen sinds lang overleden is zonder een zoon na te laten, den brief dd. 1555 Mei 2 (Reg.No. 3324).
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 746). Met opgedrukt zegel onder papieren ruit.
Reg. no. 74
regest_nummer 74 1294 December 14
regest_beschrijving Aernout van Ghiesen, ridder, Nyclaus van Putte, Gheraert van Wieldrecht, Heynric die Jonghe, Willem van Dubbelmonde, Peter van Hoechvliete en Jan van Striene, zegslieden, maken een scheiding tusschen Hugheman van Zevenbergen eener- en diens broeders en zusters, Willem, Jan, Peter, Heinric, Gheraert, Boudijn, Ada, Hadewych en Lijsbet anderzijds, van hun ouderlijke goederen in Sevenberghen en Breda.
regest_datering (in Sente Nychaus'dach).
regest_nb Afschrift op perkament (Inv.No. 746).
regest_nb Gedrukt in de Ned. Leeuw, 1935, kol. 106.
Reg. no. 323
regest_nummer 323 1340 November 13
regest_beschrijving Hugheman van Striene, heer van Zevenberghen, verkoopt aan Willem Jansz. van Zomerlant een moerdijk op de Niewe Vaerd ter Zeeuwscher keur en ten moerdijkschen rechte, noordwaarts tot het land van Putte en zuidwaarts over de bergen.
regest_datering (tsManendaghes na Sinte Mertens dach die leghet in den winter).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 746). De zegels van den oorkonder en van Gheraert van Zevenbergen ontbreken.
Reg. no. 702
regest_nummer 702 1375 November 14
regest_beschrijving Aelbrecht, hertog van Beyeren, ruwaard van Hollant enz., verbiedt in Zuuthollant moerdijken of cornekoten uit te graven binnen 4 mijl achter den uitersten dijk.
regest_datering (Dordrecht des Woensdaghes na Sinte Martijns dach in den winter).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 746). Het zegel van den oorkonder verloren. Met transfix dd. 1377 Maart 17 (Reg.No. 719).
regest_nb Gedrukt bij P.H. van de Wall, Handvesten enz. van Dordrecht, bl. 312; v. Mieris III, bl. 315.
Reg. no. 719
regest_nummer 719 1377 Maart 17
regest_beschrijving Aelbrecht, hertog in Beyeren, ruwaard van Hollant, enz. geeft, niettegenstaande zijn brief dd. 1375 November 14 (Reg.No. 702), waardoor deze gestoken is, den heer van Putte verlof een moerdijk te maken in de Nuwervaert wegens een waal in den Broec, op een wijze, omschreven in een brief, mede bezegeld door de steden en vele ambachtsheeren van de Grote Waert, en onverminderd den brief dd. 1375 November 14.
regest_datering (In den Haighe op Sinte Gheertruden dach MoCCCo ses ende tseventich).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 746). Met geschonden zegel van den oorkonder in groene was.
regest_nb Gedrukt bij P.H. van de Wall, a.w., bl. 312-313.
Reg. no. 2910
regest_nummer 2910 1535 Augustus 21
regest_beschrijving Jan van Drenckwaerdt, Jois Betz en Jan van der Meere, arbiters, verklaren, ingevolge beschikking van de gouvernante dd. 4 Juni l.l., dat de heer van Zevenberghen met zijn dijkage de in hun vroegere arbitrale uitspraak aangegeven grens heeft overschreden en veroordeelen hem tot het ongedaan maken dier dijkage; voorts moeten de gecommitteerden van den graaf van Nassou diens aanspraken op de heerlijkheid van den Moerdijck inleveren bij Jois Betz en meot de heer van Zevenberghen daar binnen een maand na ontvangst op antwoorden.
regest_datering (Zevenberghen).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 746).
Reg. no. 2912
regest_nummer 2912 1535 November 13
regest_beschrijving Jan van Drenckwaerdt, Jan van den Meere en Joist Bets, arbiters in de geschillen tusschen de heer van Breda en dien van Zevenbergen over de heerlijkheid van den Mourdijk en omliggende wateren, bepalen, ten vervolge van hun verklaring van den 21en Augustus l.l. ingevolge beschikking van de landvoogdes van den 4en Juni, de grens van de heerlijkheid van den graaf van Nassouw als heer van den Nyeuwervaerdt, en veroordeelen den heer van Zevenbergen tot vergoeding van de schade, veroorzaakt door de dijkage bij Haseldonck of elders.
regest_datering (Breda).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 746).
regest_nb b) Authentiek afschrift (Inv.No. 746).
Reg. nos. 3483 en 3518
regest_nummer 3483 1579 Januari 2
regest_beschrijving Doctor Johan Basius, raad van den prins van Oranje eener-, en Geeraert Pels en Willem van Hof, gedeputeerden van de gravin van Arenberghe anderzijds, komen overeen, dat gecommitteerden van weerszijden bijeen zullen komen te Sevenberghe, Nyervaert, Moerdijck en elders om de geschillen over de heerlijkheid van den Nieuwen Moerdijk c.a. bij te leggen, en bij mislukking de zaak aan een commissaris van het Hof van Holland op te dragen.
regest_datering (in den Haghe).
regest_nb Geïnsereerd in den brief dd. 1579 Maart 23 (Reg.No. 3518).
regest_nummer 3518 1579 Maart 23
regest_beschrijving Wilhelm, prins van Oraengiën, machtigt zijn Raad en Rekenkamer om voor hem op te treden volgens de overeenkomst dd. 1569 Januari 2 (Reg.No. 3483), hierin opgenomen ter beëindiging van de geschillen over de hooge heerlijkheid van den Nieuwen Moerdijck c.a. volgens de arbitrale uitspraken daarover gedaan den 9en April, 21en Augustus en 13en November 1535 en de transactie tusschen hem en wijlen heer Cornelis van Zevenbergen van den 2en Mei 1555.
regest_datering (Antwerpen).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 746). Het zegel van den prins van Oranje verloren.
Reg. no. 3529
regest_nummer 3529 1580 December 22
regest_beschrijving Het Hof van Hollandt, uitspraak doende tusschen Willem, prins van Orangnen, als heer van de Nyeuvaart, impetrant, en de gravin van Arenberge, gedaagde, als vrouwe van Zevenbergen, veroordeelt gedaagde, toe te laten, dat de palen tusschen de heerlijkheid van Sevenbergen en Nyeuwervaert, voor zoover betreft den Nieuwen Moerdijk, geplaatst worden overeenkomstig de arbitrale uitspraak dd. 1535 November 13 en het accoord dd. 1555 Mei 2, en de gedurende het leven van den graaf van Arenbergen genoten inkomsten te restitueeren.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 746). Met rest van het zegel van justitie in roode was.
Reg. no. 427
regest_nummer 427 1347 December 13
regest_beschrijving Beatrijs, vrouwe van Putte, Strienen en Zottinchem, geeft aan het dorp van de Nieuwervaert den accijns van wijn en bier, den wissel, de waag, het veer tusschen de Niewevaert en den Brooc, het schroden van den wijn, het bierdragen en de lakenhal, op voorwaarde, dat het van de opbrengst jaarlijks 10 pond hollandsch aan het gasthuis geeft.
regest_datering (op Sinte Luciën dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 747). Het zegel van de oorkondster verloren.
Reg. no. 557
regest_nummer 557 1357 September 7
regest_beschrijving Bouden, heer van Praet, en Aellijt, heer en vrouwe van Putte en Striene, geven het dorp Nuwervaert een recht.
regest_datering (op Onser Vrouwen avent Nativitas).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 748). Met zegel van Alijt in groene was; dat van Bouden verloren.
Reg. no. 2148
regest_nummer 2148 1486 Maart 30
regest_beschrijving Maximiliaen en Phillips, aartshertogen van Oestenrijck, vergunnen den graaf van Nassouwen op zijn verzoek de gevangenissen te Huesden en te Sinte-Geertruydenberge te gebruiken voor misdadigers van de Nieuwervaert, waar geen gevangenis is, welke misdadigers te Nieuwervaert te recht zullen staan.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 749). Met het zegel van Maximiliaan in roode was.
Reg. nos. 53, 72, 206, 237, 647, 1443 en 1446
regest_nummer 72 1293 October 27
regest_beschrijving Florens, graaf van Hollandt enz., geeft als gunstbewijs voor Hugeman Willemsz. vrijdom van tol aan de inwoners van de Nyeuwervaerdt.
regest_datering (op Sinte Symoen ende Juden avont tot Egmonde).
regest_nb a) Geïnsereerd in den brief dd. 1561 Mei 2 (Reg.No. 3384). Geschreven op hetzelfde blad als het afschr., vermeld onder no. 237, waarvan het oorspr. was gestoken door het oorspr. van dezen brief.
regest_nb b) Afschrift van 1560 (Inv.No. 750).
regest_nb Gedrukt bij v.d. Bergh II, No. 861.
regest_nummer 206 1329 Juli 2
regest_beschrijving Willem, graaf van Enicghouwen, Hollant enz., geeft de bewoners van het land van Putte en Stryne vrijdom van tol.
regest_datering (tot Sinte-Gheerdenberghe des Sondaghes na Sinte Pieter ende Sinte Pauwels daghe).
regest_nb Afschrift 16e eeuw. (Inv.No. 750). Op hetzelfde blad afschrift van deakte dd. 1290 Maart 22 (Reg.No. 53).
regest_nummer 237 1332 Augustus 14
regest_beschrijving Willem, graaf van Henegouwen enz., bevestigt den brief van graaf Florens aan Hugeman Willemsz. dd. 1293 October 27 (Reg.No. 72), waardoor deze gestoken is.
regest_datering (tot Sinte-Geertenberghe op Onzer Vrouwen avondt te midden Oigste).
regest_nb a) Geïnsereerd in den brief dd. 1561 Mei 2, Reg.No. 3384).
regest_nb b) Afschrift van 1560 (Inv.No. 750). Geschreven op hetzelfde blad als dat van de akte dd. 1293 October 27 (Reg.No. 72).
regest_nummer 647 1367 September 1
regest_beschrijving Aelbrecht etc., ruwaard etc., beveelt zijn tollenaars de inwoners van de Nyeuwervaerdt ongemoeid te laten zooals de andere inwoners van Striën, omdat heer Jan van de Leck tolvrijdom voor hen gekocht heeft.
regest_datering (tot Breda des Vierdaghes (sic) nae Ste. Jans dach Decollacio).
regest_nb a) Geïnsereerd in den brief dd. 1561 Mei 2 (Reg.No. 3384).
regest_nb b) Afschrift van 1560 (Inv.No. 750).
regest_nummer 1443 c 1440 Juli lees April 19
regest_beschrijving Engelbrecht, graaf van Nassow en Vyanden, heer van de Leck en Breda, verzoekt den raden van den hertog van Bourgoengiën en Brabant voor Hollant etc., schip en lading van Claes Petersz. alias Wonder vrij te geven, welke door Gheryt Oem, tollenaar te Geervliet, in beslag zijn genomen, omdat hij inwoner van Oudenbosch zou zijn en niet, zooals hij beweerde, van de Nuwervaert en dus vrijgesteld van tol, hetgeen door het gerecht van de Nuwervaert onder eede is weerlegd.
regest_datering
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 750).
regest_nb Voor Juli staat Mei, doorgehaald; in verband met andere stukken over deze zaak is April de eenige mogelijke maand.
regest_nummer 1446 c 1440 Mei 3
regest_beschrijving De raden van den hertog, gecommitteerd voor Hollant, Zeelant etc., antwoorden Engelbrecht, graaf van Nassou en Vyanden, heer van de Leck en Breda, dat zij den tollenaar (van Geervliet) ontboden hebben.
regest_datering (in den Hage).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 750).
Reg. nos. 53, 72, 237, 647 en 3384
regest_nummer 3384 1561 Mei 2
regest_beschrijving Philips, koning van Castille en Leon enz., bevestigt op verzoek van den prins van Oraengiën de brieven dd. 1290 Maart 22, 1293 October 27, 1332 Augustus 14 en 1367 September 1 (Reg. Nos. 53, 72, 237 en 647), hierin opgenomen, ten behoeve van de bewoners der herwonnen verdronken landen en aanwassen van de Nyervaerdt.
regest_datering (Bruessell).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 750). Met stuk van het zegel van den koning in roode was.
Reg. no. 3485
regest_nummer 3485 1569 Februari 17
regest_beschrijving Adam Lucas Visschersz. en Jan Anthonisz. van Sliedrecht, schepenen van Nyervaert, oorkonden, dat aan Anthonis van den Broecke, schout en dijkgraaf van Nyervaert, op zijn rekest aan den prins van Oraengiën dd. 1564 2 gemeten land in het 57e blok zijn gegeven tegen heerencijns en op voorwaarde, dat hij daarop een meestoof met stamphuis zal timmeren, groot genoeg om er de waag van den prins in te hangen, die verpacht zal worden, in welke meestoof de mede behandeld zal worden volgens Steenbergsche keur en gewogen met Sevenbergsch gewicht, terwijl van elke 300 pond mede 1 stuiver waaggeld aan den prins betaald zal worden.
regest_datering (stilo Leodiensi).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 751). Met de zegels van Adam Lucas Visschersz. en Ghijsbrecht van Roden Adriaensz. in groene was en afgesleten.
Reg. no. 3486
regest_nummer 3486 1569 April 13
regest_beschrijving Adam Lucasz. en Jan Anthonisz., schepenen in de Nyervaert, oorkonden, dat Yeve de Hooge, weduwe van Henric van Baerle, in leven kastelein en rentmeester aldaar, en haar kinderen beloven zich te zullen houden aan de voorwaarden, waarop in het jaar 1567 aan Henrick van Baerle is gegeven 1½ gemet land, waarop hij verplicht was een meestoof te timmeren met een stamphuis, groot genoeg om daarin de waag van den prins van Oraengiën op te hangen, die verpacht zal worden en waarvoor de prins de gewichten zal leveren en waarin alles geregeld zal worden naar de Steenbergsche keur en gewogen met Sevenbergsch gewicht.
regest_datering
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 752). Met zegel van Adam Lucasz. en dat van Ghijsbrecht Adriaen Rode, schepen, voor Jan Anthonisz. in bruine was.
Reg. no. 568
regest_nummer 568 1358 Juli 9
regest_beschrijving Aleijd, vrouwe van Putte, Praet en Striene, eener-, en Gheeraert van Striene, heer van Zevenbarghen, anderzijds, onderwerpen zich aan de uitspraak hunner arbiters nl. heer Philips van Polanen, heer Gheeraert van Heemsteden, heer Roelof de Koc, ridders, en Heijnric de Molennare, knaap, van wege vrouwe Aleijd, en de heer van Barghen, heer Aernout van Cruninghen, heer Olivier van Everinghen en heer Willem van den Oestende, ridders, van wege heer Gheeraert, welke luidt, dat Gheeraert van Striene vóór 25 Augustus e.k. het veer in den moerdijk Zomerlant zal toedijken, zooals het was, en geen veerschat meer eischen zal; dat de vrouwe van Putte erin toestemt, dat hij het land tusschen de moerdijken Boudensland en het Heylichlant bedijkt, terwijl de moerdijk de Goede Laghe door beide gezamenlijk bedijkt zal worden; de heer van Zevenbarghen zal de vrouwe van Putte niet hinderen, wanneer zij wil dijken van den Broec naar Niewe Vaert en vandaar naar Zevenbarghen; de lieden van de vrouwe van Pute mogen het zout, dat zij in het land van Zevenbarghen gewonnen hebben, vervoeren, waarheen zij willen, na betaling van het verschuldigde.
regest_datering (des Maendaghes voer Zente Margrieten dach).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 753). Met de zegels van Aleid van Putten en Gheraert van Zevenbarghen in groene was.
Reg. nos. 1993, 2196, 2525, 2666 en 3121
regest_nummer 1993 1475 Mei 30
regest_beschrijving Aernt, heer van Zevenbergen, Nuwecoep etc., geeft ter bedijking uit de gorzen ten noorden van Zevenbergen, geheeten de Donck, met vergunning de zoden voor den dijk, voor zoover mogelijk, te halen bij den Nieuwen dijk en anders uit zijn heerlijkheid.
regest_datering
regest_nb Authentiek afschrift dd. 1543 (Inv.No. 754).
regest_nummer 2196 1490 September 17
regest_beschrijving Maximilien, Roomsch koning, en Phelippe, aartshertogen van Austriche, oorkonden, dat de procureurs van Engehlbert, graaf van Nassouw, heer van Breda etc., en van Jehan, heer van Berghes, in den Grooten Raad hebben medegedeeld, dat beide partijen, hangende de beslissing ten petitoire, een voorloopige minnelijke schikking hebben getroffen aangaande het possessoir van de aanwassen bij Standerbuyten onder le Neuf bois, waarbij den graaf van Nassouw Bouwenslandt oostwaarts tot de plaats, geheeten de Dicwale en zoover de Dicwale zich uitstrekt, is toegewezen en den heer van Berghes de gorzen van Standerbuyten tusschen de kreek en de dijkstal van Bouwenslandt, Santhil, Vrouw Gheylen vaart en het Breedegat of Henegausche kreek, terwijl bij de Nyeuwe Nemer, zooals de graaf van Nassouw, of Haynnau, zooals de heer van Berghes hem noemt, de graaf van Nassouw de visscherij van Bouwenslant, en de heer van Berghes die van de Meren krijgt, en dat zij voor de afdoening ten petitoire hebben gekozen mrs. Richart Uuyten Hove en Jehan Savaige met Guillaume Duerbeke als secretaris, hetgeen de koning goedkeurt en tot naleving waarvan hij beide partijen condemneert.
regest_datering (Lyere).
regest_nb Gelijktijdig(?) authentiek afschrift (Inv.No. 754).
regest_nummer 2525 1510 Juli 27
regest_beschrijving De Groote Raad, uitspraak doende in de petitoire actie van den heer Van Nassou tegen dien Van Berghes wijs Bouwenslandt en den Nyeuwen Amere aan beide gezamenlijk toe, totdat zij ze verdeeld zullen hebben, en Standerbuten, Blomendale, Zomerlant, de Meeren, Heyninghen en Fijnren aan den heer Van Berghes, alles onder voorbehoud van de rechten van het klooster van Saint Bernard.
regest_datering (Malines).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 754).
regest_nummer 2666 1519 Augustus 25
regest_beschrijving Jheronimus van der Noot, kanselier van den koning in Brabant, doet uitspraak als arbiter tusschen heer Hendrick, graaf van Nassou, heer van Breda, en heer Jan, heer van Bergen opten Zoom, in hun geschil, ontstaan naar aanleiding van het petitoir, waarbij Bouwenslant en de Nyeuwe Amer aan beide partijen gezamenlijk zijn toegewezen zonder melding te maken van de Nyeuwervaert, die den graaf van Nassou toebehoort, en wijst den graaf van Nassou toe 2/3 van Bouwenslant en 2/3 van den Nyeuwen Amer, die met de Nyeuwervaert gemeten is, benevens dat deel van de geer land, geheeten Stantderbuyten, dat tusschen de beide 2/3 deelen ligt.
regest_datering
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 754).
regest_nb b) Afschrift midden 16e eeuw (Inv.No. 754).
regest_nummer 3121 1546 April 2
regest_beschrijving Cornelis van Bergen, heer van Zevenberge, met mr. Servaes Schilder, deken van het concilie van Beek, Jan de Cock, schout, en Ghijsbrecht Heym, kastelein van het slot te Zevenbergen ter eenre, en heer Johan van Renesse, heer van Manny, Mal etc., en mr. Hughes van Maubus, raden, Raphael van Bruheze, rentmeester-generaal, Nycolaes Vierling, griffier van de rekeningen, te Breda en Michiel Piggen, kastelein van de Nyervaerdt, als commissarissen van den prins van Oraengiën ter andere zijde, komen overeen, dat de prins voor de bedijking van de gorzen Bouwenslandt, Blommendael en den Nyeuwen Amer dijkaarde mag halen op grond van den heer van Zevenberghen over een breedte van 3 roeden, in ruil voor de dijkaarde, die de heer van Zevenberghen op 's prinsen gebied gehaald heeft bij den Ham, Haseldonck en Crauwelsgors, en dat de dijk zal liggen op de grens tusschen beider gebied; dat de commissarissen bij de voogden van den prins zullen bewerkstelligen, dat de inwoners van Zevenberghen te Breda niet langer worden lastig gevallen om tol en weggeld, en dat de heer van Zevenberghen op zijn kosten hoofden, wegen enz. mag maken op grond onder de Nyervaert voor de verbinding, die hij voornemens is aan te leggen van Stryen over Wyvekeenen naar de Clundert, wegens het verdrogen van de Royvaert, en daar gedurende een zeker aantal jaren veergeld zal mogen heffen.
regest_datering (tot Zevenbergen in mijns heeren slote ende huyse aldaer Ludicx).
regest_nb Oorspr. (Inv.No. 754).
Reg. nos. 2932, 3330, 3331 en 3343
regest_nummer 3330 1556 Januari 12
regest_beschrijving Jan van Berghen betuigt den prins van Oranje zijn instemming met het plan tot bedijking van de Clunart, hem door den raad mr. Steven (van den Berch) en den griffier medegedeeld, en geeft een schriftelijk antwoord mede op de voorwaarden enz.
regest_datering (Berghes 1555).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 755).
regest_nummer 3331 1556 Januari na den 12en
regest_beschrijving Wilhelm, prins van Oraengiën enz., belooft, zich zijnerzijds te zullen houden aan de overeenkomst, op 12 Januari 1556 met den markies van Berghen gesloten, waarbij deze beloofd heeft, op zekere voorwaarden de hem toebehoorende 300 gemeten, vallende binnen de bedijking van de Noort en de Zuyt Clundert, Nieuwendijck en Grooten Zantberch, te zullen doen bedijken.
regest_datering
regest_nb Minuut (Inv.No. 755).
regest_nummer 3343 1557 Februari 8
regest_beschrijving Guillaume de Nassau belooft Jacques Tseraetz, drossaard van Breda, Hughes de Maubus en Estienne van den Berch, raden, en Michiel Piggen, griffier, schadeloos te zullen stellen voor de 26000 pond vlaamsch, die zij te Anvers hebben opgenomen voor de bedijking van de Clundert.
regest_datering (en notre maison de Breda stil de Liège).
regest_nb Oorspr. op papier (Inv.No. 755).
Reg. no. 3355
regest_nummer 3355 1558 Maart 5
regest_beschrijving Wilhelm, prins van Oraengiën, heer van Breda, Niervaerdt enz., Jacob Gramaye, raad van den koning en ontvanger-generaal van de beden over Brabant, Engelbert Cornelisz., rentmeester van St. Bernaert in Oudenbosch en Hoeven, en Jan Ree van Uuytrecht, koopman te Antwerpen, als ingelanden, maken een ordonnantie op de bedijking van de Noort-Clundert met een deel van het uitgors van den Finaert en van den Grooten Sandberch, Nyeuwendijck en Zuytclundert, welke zal aansluiten bij den dijk van den Finaert, genaamd Vrouw Jacobslant, voor welke bedijking zij in December 1555 een door den markies van Bergen uit hoofde van zijn landen in den Finaert mede geratificeerd ontwerp hebben gemaakt volgens een overeenkomst, eertijds door de voogden van den prins met den markies gemaakt, en Cornelis van Bergen, heer van Sevenbergen, Vorsselaer, de Burcht, Noordelois, Nyecop en ter Schelling, als heer van den Grooten Sandberch, Nyeuwendijck en Suytclundert, approbeert deze ordonnantie den 10en Maart.
regest_datering (Breda duysent vijfhondert zeven ende vijftich naer scriven 's Hoofs van Brabant).
regest_nb Oorspr. in triplo (Inv.No. 755). Met de zegels van den prins van Oranje, den markies van Bergen op Zoom en den heer van Zevenbergen in roode, dat van de stad Breda voor Jacob Gramaye, Engelbert Cornelisz. en Jan Ree van Utrecht, in groene was; van het tweede exemplaar zijn de zegels geschonden; van het derde ontbreekt dat van den heer van Zevenbergen.
Reg. no. 3355
Reg. no. 3355
Inv.nrs. 760-764 bestaan niet (meer), zijn geworden: toegang 1.08.11, inv.nrs. 8171-8175
Oud nr. 760
Overgebracht naar 1.08.11
Oud nr. 761
Overgebracht naar 1.08.11
Oud nr. 762
Overgebracht naar 1.08.11
Oud nr. 763
Overgebracht naar 1.08.11
Oud nr. 764
Overgebracht naar 1.08.11
Reg. no. 736
regest_nummer 736 1379 Juli 10
regest_beschrijving Aelbrecht, hertog in Beyeren, ruwaard van Holland enz., verdeelt met heer Sweder van Abcoude, heer van Put en Striene, en heer Johan, heer van de Leck, den legschat van den put, dien hij voor zoutnering in overleg met hen beide zal leggen in het nieuwe land tusschen den Broec en het land van Zevenberghen, dat hij voornemens is te bedijken, en waarin Sweder van Abcoude en Johan van de Leck gegoed zijn.
regest_datering (tote Sente-Gheertrudenberghe).
regest_nb a) Oorspr. (Inv.No. 767). Met de zegels van den oorkonder en Jan van de Leck in groene was, het eerste geschonden dat van Sweder van Abcoude nagenoeg verloren.
regest_nb b) Gevidimeerd in den brief dd. 1429 Maart 20 (Reg.No. 1251).